Alleenstaande moeders de klok rond

PEGGY
LEMAIRE

Alleenstaande moeders de klok rond



‘Alleenstaande moeders de klok rond’ is de titel van het project dat ontstond en vorm kreeg op de stageplaats van een studente uit de Artevelde Hogeschool. Spil van dit project was de Dipmethode als participatieve methodiek en werkhypothese om een probleemanalyse te maken van de situatie van alleenstaande moeders in Gent en om concrete projecten voor te kunnen stellen.



Er zijn steeds meer eenoudergezinnen in ons land, de grote meerderheid daarvan zijn alleenstaande moeders. In totaal zijn er in 2004 in Oost-Vlaanderen, 35046 alleenstaande moeders volgens de statistieken van het ECODATA. Deze cijfers zijn te vergelijken met de situatie in Vlaams-Brabant (27039), West- Vlaanderen (25928), Antwerpen (43652) en Limburg (19709). Deze groep wordt steeds groter. Aan de hand van verscheidene studies is gebleken dat de socio-economische levensomstandigheden en de arbeidsmarktpositie van alleenstaande moeders zeer ongunstig zijn. Uit het onderzoek van het WAV-studierapport 2006 van Karen Geurts over de arbeidsmarktpositie van eenoudergezinnen is gebleken dat één op vijf eenoudergezinnen werkloos is en vele alleenstaande moeders deeltijds werken. Wat  zijn de oorzaken van de hoge werkloosheidsgraad van alleenstaande moeders, met welk problemen hebben zij te kampen?



Vanuit het beleid werd die vraag gesteld en kwam er aandacht voor deze nieuwe doelgroep. Men ging op zoek gegaan naar mogelijkheden om de grote groep werkloze alleenstaande moeders te activeren. Daarbij richtten ze zich vooral naar het knelpunt kinderopvang, maar nog steeds is de  capaciteit van de Kinderopvang onvoldoende en slechts één van de vele problemen waar een alleenstaande moeder mee te maken heeft. In de media lijkt het dat er specifieke maatregelen worden getroffen voor deze doelgroep, maar weinig van deze maatregelen bereiken echt de mensen die het nodig hebben. Een concreet voorbeeld hiervan is de 20 euro die sinds kort aan eenoudergezinnen wordt toegekend. Een groot deel van alleenstaande moeders wordt echter uitgesloten omdat ze behoren tot langdurige werklozen en werkende moeders worden uitgesloten omdat ze een inkomen hebben net boven de gestelde maximumgrens. Deze maatregel, die in het belang van het kind is, komt niet op de bankrekening van deze moeders. Daarnaast is het tevens belangrijk om aandacht te hebben voor de groep alleenstaande moeders die geen recht hebben op alimentatie omdat de vader het kind niet erkend heeft en leven van één inkomen per gezin. Voor deze moeders is het moeilijk de dagelijkse kosten te dragen, vooral nu de prijzen op de huurmarkt onbetaalbaar geworden zijn. Verhoogde kinderbijslag en onderhoudsgeld zijn broodnodig voor alleenstaande moeders, dit is ook aangetoond in het jaarboek Armoede en sociale uitsluiting 2006. Moeders die gezinshoofd zijn en leven van een vervangingsinkomen, hebben een inkomen onder de armoedegrens! Eenoudergezinnen krijgen sinds kort een kleine verhoging van de kinderbijslag, maar dat is niets in vergelijking met de wezenbijslag die een kind ontvangt bij het overlijden van één van de ouders (301,92 euro per maand). Toch moeten duizenden kinderen in een eenoudergezin leven van de gewone kinderbijslag, waaronder ook moeders die geen alimentatie ontvangen.



“Alleenstaande moeders zijn moeders met capaciteiten en ook nodig op de arbeidsmarkt” sprak Rudy de Leeuw, voorzitter van het Vlaams ABVV op het congres van Vrouw&Pensioen 2007—want de slechte arbeidsmarktpositie van alleenstaande moeders heeft ook gevolgen voor hun latere pensioen.



In februari 2007 ging de eerste sessie van het project ‘alleenstaande moeders de klok rond van start’ en werd het woord aan de moeders gegeven. Zo werd tijdens de workshops duidelijk wat de verschillende oorzaken en gevolgen zijn van het tewerkstellingsprobleem. Een eerste oorzaak is de financiële werkloosheidsval: het loon van alleenstaande moeders is soms lager dan hun werkloosheidsuitkering en de vervoerskosten dragen bij tot een meerkost bij tewerkstelling. Het voorbeeld van een moeder in de groep getuigt hiervan. Zij vond geen toegang tot de gesubsidieerde kinderopvang en werkte via het Activa plan. De kosten van kinderopvang waren zo hoog dat ze die periode maandelijks minder verdiende dan haar werkloosheidsuitkering. Een tweede oorzaak van het tewerkstellingsprobleem is dat werkgevers vooroordelen hebben ten aanzien van een alleenstaande moeder: werkgevers stellen een hoge flexibiliteit bij het aanwerven van werknemers en vrezen dat alleenstaande moeders hier niet aan zullen voldoen. Een derde oorzaak is de ontoegankelijkheid van de kinderopvang. Alleenstaande moeders hebben een kleiner sociaal netwerk. Geen co-ouderschap betekent dat moeders veel meer dan andere ouders aangewezen zijn op hun sociaal netwerk of op de voorziene kinderopvang; maar hier blijkt net een groot tekort. Bij het invoegen van het actieplan ‘flexibele en occasionele kinderopvang’ willen onze moeders graag voorrang op deze regeling. Naast het mobiliteitsprobleem—alleenstaande moeders kunnen zich niet altijd een wagen veroorloven—blijkt ook dat ze veel minder kansen hebben op zelfontplooiing. Een moeder die één maal per week Spaanse les wil volgen, betaalt misschien 30 euro per jaar voor haar inschrijving, maar ook nog eens 50 euro per maand aan babysit. Dit geldt ook voor een uurtje sport of een andere vorm van vrijetijdsbesteding. Moeders kunnen hierdoor terecht komen in een sociaal isolement. Dit sociaal isolement doorbreken is belangrijk voor werkloze moeders om hun kansen op werk te vergroten en recht op vrijetijdsbesteding is ook belangrijk voor werkende moeders die het zeer moeilijk hebben werk en gezin te combineren en onder enorme druk staan. Vanuit deze problemenboom zijn de moeders ook op zoek gegaan naar haalbare oplossingen voor hun problemen. Zo zou de druk door de combinatie werk en gezin verminderd kunnen worden, indien de jobs beter aangepast zouden worden door 4/5 te werken, er glijdende werkuren worden ingeschakeld en kinderopvang voorzien is dicht bij huis. Ook praktische hulpverlening in het huishouden en een klusjesdienst zouden de druk in het huishouden bij alleenstaande moeders kunnen verlichten. Moeders kunnen meer kansen hebben op zelfontplooiing indien bij het volgen van een opleiding kinderopvang en vervoerskosten gratis zouden zijn. Dit is momenteel enkel indien je een opleiding volgt bij de VDAB. Het resultaat van dit project is dat ABVV Oost-vlaanderen aandacht heeft voor een nieuwe doelgroep—alleenstaande moeders—en dit zal integreren in zijn werking. Het ABVV zal nu ook op federaal niveau een sensibiliseringscampagne voorzien om de bewustmaking van de problematiek alleenstaande moeders te verruimen.



 Om echter tot oplossingen te komen om de situatie van alleenstaande moeders te verbeteren, is het nodig dat er zowel structurele als specifieke maatregelen getroffen worden. Concrete projecten op lokaal niveau kunnen alleenstaande moeders praktische ondersteuning bieden en informatie laten doorstromen. Op beleidsniveau moeten Alleenstaande moeders erkend worden als kansengroep in onze samenleving omdat ze samen met hun kinderen leven van één inkomen en tegelijkertijd moeilijk toegang hebben tot de arbeidsmarkt.

 

 

 

 
 
 
 
 
 

Download scriptie (2.07 MB)
Universiteit of Hogeschool
Arteveldehogeschool Gent
Thesis jaar
2007