De betekenis van regionale pers vr de lezer

Katleen Van Landschoot
Persbericht

De betekenis van regionale pers vr de lezer

 

Vele lezers beschouwen regionale berichtgeving als de meest betrouwbare, omdat men er tenminste controle over heeft. Maar ook om andere redenen blijven regionale kranten een onvervangbare rol vervullen, zo blijkt uit een bevraging van veertig (vooral) oudere lezers van de Krant van West-Vlaanderen.

Katleen Van Landschoot*

 

Voor haar licentiaatsverhandeling, gemaakt in het kader van haar studies communicatiewetenschappen aan de VUB, heeft Katleen Van Landschoot veertig lezers van de Krant van West-Vlaanderen ondervraagd. Dat West-Vlaams weekblad overkoepelt Het Brugsch Handelsblad, Het Kortrijks Handelsblad, De Weekbode, De Zeewacht en Het Wekelijks Nieuws. Het onderzoek bevraging werd toegespitst op lezers van minstens 55 jaar die regelmatig één van deze titels doornamen.

Met haar verhandeling wou Van Landschoot nagaan welke betekenis de regionale pers nog kan hebben. ‘Nog’, want de pers heeft in deze snel evoluerende informatiemaatschappij op vele vlakken concurrentie gekregen. In het theoretisch deel van haar verhandeling gaat de onderzoekster onder andere dieper in op de verschuivingen en trends binnen de mediasector, de concurrentie waarmee de krant heeft af te rekenen, het fenomeen van de tabloidisering, en de gevolgen van globalisering voor identiteit en (regionale) berichtgeving.  

 

Gemeenschap

Niet alleen de informatiesector evolueert razendsnel, maar ook de maatschappij in haar geheel. Door die talloze ontwikkelingen, zijn mensen meer dan ooit op zoek naar eigenheid. De gemeenschap (‘community’) speelt daarbij een belangrijke rol. Dat houdt ook in dat regionale berichtgeving (berichtgeving over die gemeenschap) belangrijk is én blijft. Uit het onderzoekend gedeelte van de verhandeling van Van Landschoot blijkt dat de betekenis van de regionale berichtgeving sterk varieert volgens de verbondenheid die de lezer met de streek heeft en diens band met de gemeenschap. Ook Keith Stamm heeft aangetoond dat deelname aan het gemeenschapsleven en gebruik van lokale media elkaar beïnvloeden.

De Krant van West-Vlaanderen doet zelfs nieuwe gemeenschappen ontstaan. Zo organiseerde zij tot voor kort een populaire voetbalpronostiek, waaraan niet alleen mannen in groten getale deelnemen. Vrouwen kunnen minstens zo geïnteresseerd zijn in voetbal en supporteren even hard. Wellicht is dat te verklaren door de band met de streek. Men supportert voor de ‘eigen’ ploeg.

Gevraagd naar het waarom van het lezen van de Krant van West-Vlaanderen gaven de ondervraagden verschillende redenen: gewoonte, intellectuele oefening, ontspanning, tijdverdrijf, op de hoogte zijn. Meestal leest men omwille van een combinatie van factoren. 

 

Meepraten

De regionale krant lezen is voor de ondervraagden maar één van de manieren om de tijd zinvol door te brengen. De lezer heeft voorkeuren en dat komt tot uiting in zijn leesgedrag. De lezer is allesbehalve een passieve spons die alles slikt wat men hem aanbiedt - ook de oudere lezer niet. Uit alle gesprekken blijkt dat men een eigen mening heeft over de onderwerpen waarover bericht wordt. Het discussiëren hierover, werkt groepsversterkend. Lezen zet aan tot gesprek en discussie. Kunnen meepraten is belangrijk. Wanneer de sociale omgeving streeknieuws belangrijk vindt, leest men om erbij te horen. Vooral vrouwen scoren hier hoog. Die bevinding sluit aan bij het tijdsbestedingsonderzoek van een VUB-onderzoeksgroep rond  professor Ignace Glorieux, waaruit bleek dat vrouwen meer tijd besteden aan sociale participatie dan mannen. In de marge van haar diepte-interviews ontdekte Katleen Van Landschoot trouwens ook hoe zeer vele oude mensen betreuren dat ze maar weinig contact hebben met de jonge mensen in hun buurt.

 

Zich terugvinden

Lezers zijn overigens best bereid een inspanning te doen om een langer artikel te lezen - “als het maar interessant is”. Verschillende mensen vinden de Krant van West-Vlaanderen te dik, maar men is het er niet over eens wat er dan moet verdwijnen. Dat varieert volgens de interesse.

De ondervraagde lezers waren niet zozeer op zoek naar sensationeel nieuws. Meer zelfs, velen haalden expliciet aan niet zo gelukkig te zijn met overdreven aandacht voor spektakel. Voor hen hoeft de tabloïdisering van de media niet, ook al beseft iedereen wel dat zijn krant in wezen een commercieel product is.

Volgens de respondenten moet de pers vooral het dagelijks leven weergeven zoals het is. Men wil zich kunnen terugvinden in de krant. Het is een gezel, een socius. Men waardeert de Krant van West-Vlaanderen omwille van het uitgebreide nieuws over de eigen streek, een troef die men niet altijd terugvindt bij het dagblad of de (regionale) televisie. Men kijkt uit naar de komst van de Krant van West-Vlaanderen. De krant lezen is een ritueel. Men heeft ook vaste leesgewoontes. De vaste plaats van rubrieken vergroot de sociusfunctie.

Wie zich niet meer terugvindt in zijn krant dreigt af te haken. Persoonlijke verhalen, getuigenissen of reportages vallen in de smaak. De stelling dat mannen vooral geïnteresseerd zijn in hard nieuws en de vrouwen in zacht nieuws, moet genuanceerd worden. Mannen zijn inderdaad meestal eerst geïnteresseerd in de sportrubriek en in ‘het nieuws’, terwijl vrouwen vooral eerst de familiale berichtgeving opzoeken. Maar voor geen van beiden beperkt de krantenlectuur zich hiertoe.

 

Ernstig

Uit de interviews bleek nog dat men verschillende media complementair met elkaar consumeert. Maar vele respondenten gaven aan dat ze regionaal nieuws als het belangrijkste nieuws beschouwen. Van de Krant van West-Vlaanderen wordt precies gewaardeerd dat ze onderwerpen aan bod laat komen die nooit tv of dagblad halen. De meesten noemen de regionale berichtgeving de meest betrouwbare, omdat men er controle over heeft. Hoe meer men betrokken is bij het onderwerp, des te sneller vallen onjuistheden, foutieve spelwijze of desinformatie op. Professionalisme en beroepsernst vinden de lezers dan ook essentieel. De Krant van West-Vlaanderen doet beroep op veel regionale medewerkers, maar zij durven al eens zondigen, vinden de lezers.

Ouderen hebben dus een eigen mening over de media en hebben duidelijke verwachtingen tegenover de regionale berichtgeving. In het licht van de toenemende vergrijzing doen mediamakers er dan ook goed aan om de wensen van de oudere mediagebruikers ernstig te nemen, zo besluit Katleen Van Landschoot.

 

Universiteit of Hogeschool
Publicatiejaar
2002
Share this on: