Scriptiebank overzicht

De Vlaamse Scriptiebank is een vrij toegankelijke online databank. Deze bevat alle artikels en full text scripties van deelnemende bachelors en masters aan de

SME Adoption of Voluntary Environmental Actions

KU Leuven
2024
Joonatan
Van Eecke Laaksonen
Deze studie onderzoekt hoe de drijfveren en belemmeringen waarmee kleine en middelgrote ondernemingen (KMO’s) worden geconfronteerd bij het aannemen van vrijwillige milieumaatregelen de aard van hun adoptie beïnvloeden. Het onderzoek identificeert twee primaire adoptietypen: symbolisch, gekarakteriseerd door oppervlakkige milieumaatregelen, en substantieel, waarbij sprake is van een oprechte integratie van milieu relevante praktijken. Het onthult dat financiële en strategische motivaties, zoals groene premies, fiscale voordelen, merkondersteuning en klantvraag, cruciaal zijn voor het bevorderen van substantiële adoptie. In tegenstelling hiermee leiden barrières zoals lage environmental awareness en beperkte middelen vaak tot symbolische adoptie, met minimale impact tot gevolg.

Het herziene conceptuele model, ontwikkeld op basis van de bevindingen van de studie, benadrukt dat het aanpakken van economische beperkingen door middel van financiële prikkels en het verbeteren van environmental awareness kan bijdragen aan een diepere betrokkenheid. Ethische motivaties alleen zijn minder effectief zonder bijbehorende financiële of strategische voordelen. De studie draagt bij aan de bestaande literatuur door het begrip van KMO-milieumaatregelen te verfijnen en te suggereren dat substantiële adoptie waarschijnlijker is wanneer zowel financiële als strategische drijfveren aanwezig zijn, terwijl symbolische adoptie vaak voortkomt uit awareness- en resource belemmeringen.

Deze inzichten zijn cruciaal voor het afstemmen van toekomstig onderzoek en praktische interventies gericht op het verbeteren van de betrokkenheid van KMO’s bij milieumaatregelen. Verbeterde awareness en gerichte prikkels kunnen KMO’s ondersteunen bij de overgang van symbolische naar substantiële adoptie, waardoor hun duurzaamheidsinspanningen beter in lijn komen met hun bedrijfsdoelstellingen.
Meer lezen

Doet samen lezen ook liever lezen?: een onderzoek naar de relatie tussen coöperatief lezen en leesmotivatie

Arteveldehogeschool Gent
2024
Yente
Degroote
  • Yente
    Degroote
Er moet een oplossing gevonden worden voor het dalende begrijpend leesniveau van onze Vlaamse leerlingen. Een belangrijke pijler binnen het begrijpend leesonderwijs is leesmotivatie. Ik ging op zoek naar een werkvorm die sterk in relatie staat met de leesmotivatie.
Zo kwam ik op de onderzoeksvraag ‘Wat kan coöperatief begrijpend lezen betekenen voor de leesmotivatie?’ met de deelvragen ‘Hoe staat verbondenheid in relatie met leesmotivatie?’ en ‘Hoe verhouden individuele verantwoordelijkheid en positieve wederzijdse afhankelijkheid zich tot leesmotivatie?’. Om hier een antwoord op te kunnen formuleren, zette ik een onderzoek op in mijn stageschool in Malawi. De leerlingen van mijn stageklas, Standard 4, en de leerkrachten werden participanten voor dit onderzoek. Ze uitten hun mening over bepaalde stellingen binnen de methode ‘quizzen’, duidden het passende antwoord aan op een vragenlijst en fungeerden als onderwerpen tijdens ongestructureerde observaties.
De verworven resultaten tonen aan dat er wel degelijk een heel sterke link is tussen coöperatief lezen en leesmotivatie. Eerst en vooral gaven de participanten aan meer gemotiveerd te zijn wanneer ze een leesopdracht in groep mochten volbrengen. De verbondenheid leidt tot een hogere motivatie. Daarnaast zorgt individuele verantwoordelijkheid en positieve wederzijdse afhankelijkheid voor hetzelfde gevolg. Leerlingen krijgen autonomie over hun eigen stuk en voelen zich meer competent door het volbrengen van de opdracht in groep. Door ook op die twee basisbehoeften in te zetten, bevorder je de leesmotivatie van leerlingen.
Meer lezen

Optimalisatie van een isolatieprotocol en een protocol voor het genereren van kwalitatieve DNA- extracten voor de karakterisering van Clostridium botulinum

Erasmushogeschool Brussel
2024
Chehrazad
Rahouti
Clostridium botulinum (C. botulinum) is een Gram-positieve, sporenvormende bacterie die een van de krachtigste neurotoxinen, het botulineneurotoxine (BoNT), produceert. Deze bacterie vormt een ernstig risico voor de volksgezondheid vanwege de mogelijke aanwezigheid in voedingsmiddelen met een lage zuurgraad, zoals ingeblikte producten en gerookt vlees. Dit onderzoek richt zich op de isolatie en karakterisering van C. botulinum, met als doel de ontwikkeling en optimalisatie van isolatiemethoden en moleculaire technieken voor nauwkeurige detectie en identificatie. Het onderzoek bestaat uit twee delen: het eerste deel richt zich op het optimaliseren van isolatieprotocollen van C. botulinum uit verschillende voedingsmiddelen door het evalueren van diverse methoden en parameters. Het tweede deel ontwikkelt een protocol voor het verkrijgen van hoogwaardige DNA-extracten, geschikt voor whole genome sequencing (WGS). Het onderzoek beoogt de verbetering van isolatie- en DNA-extractiemethoden, wat kan bijdragen aan verbeterde detectie- en preventiestrategieën tegen C. botulinum.
Meer lezen

Spoedig comfort, Verpleegkundige aanpak van comfortmedicatie voor patiënten met een slechte prognose.

Thomas More Hogeschool
2024
Margot
Raymaekers
Deze bachelor proef richt zich op het verkennen van manieren waarop de communicatie tussen verpleegkundigen en naasten van patiënten met een slechte prognose binnen een spoedgevallendienst kan worden verbeterd. Specifiek zal worden onderzocht hoe de ontwikkeling en implementatie van een communicatiemethodiek kunnen bijdragen aan het versterken van de verbinding tussen verpleegkundigen en naasten.
Hoe kunnen communicatievaardigheden en kennis over comfortmedicatie van spoedverpleegkundigen verbeterd worden om zo de kwaliteit van zorg te verhogen en het comfort van patiënten en hun naasten te bevorderen? Vanuit deze onderzoeksvraag is gezocht naar een oplossing voor dit probleem. Er werd gebruik gemaakt van verschillende databanken.
Spoedverpleegkundigen staan dagelijks voor diverse uitdagingen, waarvan communicatie er één is. Echter kan een gebrek aan zelfvertrouwen en kennis over comfortmedicatie een belemmerende factor zijn voor effectieve en doeltreffende communicatie met naasten en patiënten. Er is dus dringende noodzaak om een effectieve bijscholing te ontwikkelen die gericht is op het vergroten van het zelfvertrouwen en de kennis van spoedverpleegkundigen, met als doel de kwaliteit van de zorg en het comfort van de patiënt te verhogen.
Uit de resultaten van de literatuurstudie blijkt het belang van eensgezinde communicatie tussen verpleegkundigen en naasten of patiënten, ondersteund door diverse vormen van communicatie. Ook bleek dat de WHO- pijnladder een belangrijke factor was in het effectief behandelen van pijn. Het gedragswiel biedt een waardevolle inkijk in het begrijpen van gedragsveranderingen bij zowel verpleegkundigen als patiënten en naasten.
Het prototype dat werd ontwikkeld, speelt in op het verbeteren van communicatievaardigheden en kennis over de verschillende comfortmedicatie. Het prototype bevat een presentatie, met daarna oefenen in een rollenspel. Hierna vindt ook een debriefingsmoment plaats. Dit prototype wordt geïmplementeerd aan de hand van de PDCA- cyclus
Meer lezen

Structural studies of HTLV-1 reverse transcriptase for antiviral drug design

KU Leuven
2024
Brecht
Bollaert
  • Adéla
    Novotná
Human T-cell leukaemia virus type 1 (HTLV-1) is a major problem in highly endemic regions and is the causative agent for adult T-cell leukaemia and HTLV-1-associated myelopathy/tropical spastic paraparesis. To date, no cure is available for either of these diseases, yet prevention of HTLV-1 infection has proven to be a viable option. The HTLV-1 reverse transcriptase (RT) enzyme provides an interesting drug target due to its vital function in the viral replication. In this thesis, we aim to obtain the structure of HTLV-1 RT via single-particle cryogenic electron microscopy (cryo-EM) and gain insight into the mechanisms it employs to perform its DNA polymerase function. In the first part, an extensive analysis was conducted on phylogeny, gene ontology, and homology, where we found HTLV-1 RT to have great similarity to both human immunodeficiency virus type 1 RT and human endogenous retrovirus K RT. Following this, a physiologically relevant model of HTLV-1 RT in complex with a nucleic acid dimer was constructed and used in an antiviral compound docking study. In the second part, multiple plasmids were designed to express HTLV-1 RT in various forms and were transformed into multiple Escherichia coli (E. coli) strains for recombinant protein expression. After induction, HTLV-1 RT was isolated using nickel-histidine affinity chromatography. Here, the recombinant protein yield remained very low, which prompted us to perform an in-depth analysis of the HTLV-1 RT encoding mRNA. Via RT-qPCR, significant variation in mRNA expression levels between constructs was observed, but the presence of HTLV-1 RT encoding mRNA was confirmed. In silico RNA folding of the HTLV-1 RT mRNA suggested the occurrence of a highly stable GC-rich hairpin loop at the 5’ end of the mRNA. In conclusion, we substantiated the link between HIV-1 RT and HTLV-1 RT necessary to validate the effort in
screening anti-HIV-1 RT compounds against HTLV-1 RT. Furthermore, by docking these compounds into a physiologically relevant in silico model of HTLV-1 RT, we showed that some of those would favourably bind to HTLV-1 RT’s polymerase active site with sub-nanomolar affinity. Additionally, we successfully expressed and isolated HTLV-1 RT in low quantities. This low yield is most likely explained by the presence of a highly stable GC-rich hairpin loop at the 5’ end of the mRNA, reducing the ribosomes' binding capacity for successful translation. Although we succeeded in expressing HTLV-1 RT, higher quantities are required to perform structural studies. In the future, once sufficient protein is obtained, a high-resolution model of HTLV-1 RT can be constructed, which will allow for high-throughput drug screening and the development of HTLV-1 RT-specific drugs, for which there is a great need.
Meer lezen

Unveiling American realities: A thematic comparison of Saunders's Tenth of December and Moore's Bark

KU Leuven
2024
Marion
Bonten
Vergelijking van George Saunders's Tenth of December met Lorrie Moore's Bark. Focus op de gelijkaardige thema's die de realiteit van Amerika in de 21ste eeuw weerspiegelen: kapitalisme, technologie, American Dream, geweld, enz.
Meer lezen

SLAAPWEL: Niet-farmacologische verpleegkundige maatregelen voor volwassenen met een verstandelijke beperking

Thomas More Hogeschool
2024
Katrien
Roelandt
Deze bachelorproef richt zich op het verbeteren van slaapgewoonten en het verminderen van slaapproblemen bij volwassenen met een verstandelijke beperking binnen een zorginstelling. De aanpak omvatte het herzien van de visietekst en het verstrekken van educatie aan het team orthopedagogen, met het oog op mogelijke uitbreiding naar het bredere zorgpersoneel en de doelgroep zelf. Door middel van literatuuronderzoek werden relevante inzichten verzameld en vertaald naar concrete aanpassingen in de visietekst. Praktijkgerichte interventies werden geïmplementeerd, waarbij feedback uit het werkveld werd verzameld en geïntegreerd om de effectiviteit van de aanpak te optimaliseren. Hoewel bepaalde doelen werden bereikt, blijven er nog stappen te zetten om de herziene visietekst goed te keuren en te verspreiden. Desondanks biedt deze bachelorproef waardevolle inzichten en aanbevelingen voor toekomstige interventies gericht op het verbeteren van slaap bij volwassenen met een verstandelijke beperking.
Meer lezen

Het effect van muziek op de gezondheid

UC Leuven-Limburg
2024
Linde
Michiels
Deze scriptie onderzoekt de impact van muziek op de gezondheid door middel van vertalingen van Franse teksten naar het Nederlands en vice versa. De studie behandelt vier belangrijke thema's:

De eerste tekst belicht hoe muziektherapie kan dienen als een krachtig alternatief voor medicatie bij het behandelen van mentale aandoeningen zoals stress en angst. Muziektherapeute Martina de Witte wordt geciteerd over de voordelen van muziek voor zowel lichamelijke als geestelijke gezondheid.

Een tweede tekst onderzoekt hoe muziek tijdens het autorijden ons rijgedrag beïnvloedt. Klassieke muziek kan leiden tot een ontspannende, maar onregelmatige rijstijl, terwijl snelle muziek het risico op gevaarlijk rijgedrag verhoogt door het aanzetten tot hogere snelheid.

De derde tekst behandelt de mentale druk op artiesten zoals Angèle en Stromae, die openhartig spreken over hun worstelingen met de balans tussen hun carrière en hun mentale welzijn. Dit benadrukt hoe muziek niet alleen vreugde brengt, maar ook stress kan veroorzaken voor de artiesten zelf.

De laatste tekst richt zich op de brede voordelen van muziek, zoals het verbeteren van familierelaties en cognitieve vaardigheden. Het benadrukt dat muziek veel meer is dan vermaak; het is een krachtig hulpmiddel voor welzijn.

Het vertaalproces van deze teksten bleek uitdagend, waarbij de balans tussen nauwkeurigheid en leesbaarheid cruciaal was. De bevindingen tonen aan dat muziek een veelzijdige invloed heeft op de gezondheid en benadrukken de noodzaak van zorgvuldige vertalingen om deze effecten correct over te brengen.
Meer lezen

Omgaan met diversiteit in mentaal welzijn bij cursisten

Hogeschool PXL
2024
Nicole
Vanheusden
Met dit onderzoek werd geprobeerd om op een zo efficiënt mogelijke wijze enkele budgetvriendelijke suggesties aan te reiken om het mentaal welzijn van de cursisten van Qrios te verhogen. Er werd gekozen om in te zetten op verschillende sporen om het mentaal welzijn te verhogen van de cursisten. Voor de leerkrachten, leerloopbaanbegeleiders en zorgcoördinatoren werd ingezet op het bewaken van hun eigen grenzen bij het ondersteunen van cursisten.
Meer lezen

Hoe kunnen Vlaanderen en Zweden van elkaar leren als het gaat over differentiatie binnen het aanvankelijk lezen in het eerste leerjaar?

Arteveldehogeschool Gent
2024
Hanne
Decroos
Deze bachelorproef is een vergelijkend onderzoek tussen Vlaanderen en Zweden. Lezen is een cruciale vaardigheid in de ontwikkeling van een kind. Het is belangrijk dat dit wordt aangeleerd op de meest effectieve manier. Hoe differentieer je binnen het aanvankelijk lezen? In dit onderzoek wordt er bestudeerd hoe Vlaanderen en Zweden dit doen. Wat zijn de verschillen en de gelijkenissen?

A.d.h.v. een literatuurstudie, observaties in Vlaanderen en Zweden en interviews met leerkrachten uit het eerste leerjaar werd dit onderwerp onderzocht. De resultaten werden geanalyseerd en vergeleken met elkaar om antwoord te kunnen geven op de onderzoeksvraag. “Hoe kunnen Vlaanderen en Zweden van elkaar leren als het gaat over differentiatie rond aanvankelijk lezen in het eerste leerjaar?”

De resultaten tonen verschillen en gelijkenissen tussen de twee onderwijssystemen. In Vlaanderen wordt er meer gefocust op niveaudifferentiatie, in Zweden ligt de focus op interesse. In Zweden wordt er gekozen voor creatieve methodes en verschillende flexibele zitmogelijkheden in de klas. De klasverdeling is in Vlaanderen belangrijk en zittenblijven is een jaarlijks fenomeen. Beide onderwijssystemen hebben verschillende soorten differentiatie in de klassen. Ze kiezen beide voor tempodifferentiatie, open communicatie over differentiatie, oudercontacten en voor een trage, geleidelijke aanbreng.

Vlaanderen kan meer inzetten op interesses van leerlingen, zitmogelijkheden en creatieve methodes. Zweden kan de focus meer leggen op niveaudifferentiatie en klasindeling. Er kan geconcludeerd worden dat Vlaanderen en Zweden veel gemeen hebben, maar ze kunnen hun leesonderwijs optimaliseren door elkaars methodes over te nemen. Dit verrijkt de ontwikkeling van de leesvaardigheid.
Meer lezen

Cell encapsulation in GelMA-Porogen of adipose-derived stem cells and human umbilical vein endothelial cells for 3D vascular development

Universiteit Gent
2024
Charlotte
Dermaux
Een van de grootste uitdagingen in tissue engineering is het creëren van functionele bloedvaten binnen artificiële weefsels. Deze studie onderzoekt het gebruik van alginaat als porogen om na het printen poriën te creëren in bio-inkt, wat de vorming van vasculaire netwerken bevordert.
De eigenschappen van alginaat als porogen werden geëvalueerd, evenals het evenwicht tussen volledige verwijdering van alginaat en de impact daarvan op cellevensvatbaarheid. De optimale combinatie van GelMA en porogen werd bepaald op basis van printbaarheid en effecten op de cel fysiologie van ingekapselde cellen. GelMA-Porogen leverde bij elke celtest betere resultaten op dan GelMA alleen, wat het tot een geschikte biomateriaalcombinatie maakt voor de vorming van vasculaire netwerken.
Meer lezen

De existentiële waarde van psychedelica-geassisteerde therapie in palliatieve zorgverlening

Vrije Universiteit Brussel
2024
Lima
van den Steen
In dit onderzoek exploreer ik de existentiële waarde van psychedelica-geassisteerde therapie (PAT) als een opkomende behandeling voor existentiële angst en depressie in palliatieve zorgverlening. Psychedelica zijn hallucinogenen die kunnen zorgen voor spirituele ervaringen, intense emoties en nieuwe inzichten. Deze nieuwe therapievorm situeert zich in een trend waarin de aandacht voor de existentiële pijler van palliatieve zorgverlening groeit. PAT is nog volop in onderzoek, en er is nood aan interdisciplinaire input om deze therapievorm beter te begrijpen en te omkaderen. In dit werk ga ik in op deze nood door vanuit een filosofisch en psychologisch kader te onderzoeken wat de existentiële waarde is van PAT binnen palliatieve zorgverlening. Hiervoor ga ik dieper in op de huidige stand van zaken van zowel onderzoek naar PAT als palliatieve zorgverlening, om vervolgens te exploreren hoe deze therapie existentiële thema’s zoals de dood, vrijheid, isolatie, betekenisgeving en spiritualiteit aanraakt.
Meer lezen

Stimulerende schrijfsels: Creatieve schrijfinterventies om de appreciatie voor poëzie te vergroten in de derde graad doorstroomfinaliteit van het secundair onderwijs

KU Leuven
2024
Brecht
Berteloot
This study investigates whether creative writing exercises can enhance the appreciation of poetry
among senior secondary students. Addressing the decline in reading appreciation and reading
comprehension, and the increased emphasis on creativity, a comprehensive lesson series of three
lessons centred on the poetry of Guido Gezelle was designed. This series incorporated both traditional
and AI-supported creative writing activities, providing a modern twist to Gezelle’s historical methods.
Using a group pretest-posttest design, the study evaluated changes in students' appreciation towards
poetry. Initial surveys revealed low interest and appreciation for poetry. Posttest results indicated a
positive shift in students' enjoyment and valuation of poetry, suggesting that creative writing exercises
can foster a greater appreciation of literary arts. However, the impact on students' future reading
habits remains uncertain, highlighting the need for further long-term studies. The study underscores
the potential of integrating creative writing into the curriculum to address the dual challenges of
declining reading interest and the need for creative skill development. Further research is needed to
explore the lasting effects on students' reading behaviours and to refine the implementation of
creative writing exercises.
Meer lezen

Scoping review: surface proteins on synovial fibroblasts and macrophages of patients with osteoarthritis

Universiteit Gent
2024
Margot
Soetaert
  • Emma
    Spiessens
Osteoarthritis (OA) is the most common joint disease in the world. It is
characterised by degradative and reparative processes of the articular cartilage and the subchondral bone. To date, there is no causal treatment available for this disease, partly due to the fact that the pathophysiological mechanisms of OA are still not fully understood. Fibroblasts, which play an important role in the production of extracellular matrix (ECM) and synovial fluid, are the most abundant cell type in the synovium. Furthermore, macrophages are the most prominent immune cells in the synovium. The role of these cells in the pathogenesis of OA seems to be promising and therefore further research is recommended. The aim of this scoping review is to summarise the existing literature concerning surface proteins on synovial fibroblasts and macrophages in patients with osteoarthritis to determine their role in the pathogenesis of OA.
Meer lezen

Valorization of South Korean marine biowaste via hydrothermal carbonization: hydrochar synthesis and investigation of adsorption capacity

Universiteit Gent
2024
Elisa
Kooy
Winnaar NBN Sustainability Award
Genomineerde shortlist Scriptieprijs
Deze masterthesis behandelt het groeiende probleem van marien bioafval dat wordt gegenereerd door de consumptie van vis en schaaldieren, wat aanzienlijke milieu en socio-economische uitdagingen met zich meebrengt. Met de groei van de wereldbevolking wordt verwacht dat de productie van dergelijk afval zal toenemen, waardoor verantwoorde beheerstrategieën nodig zijn. Daarom werd het valorisatiepotentieel via hydrothermale carbonisatie (HTC) onderzocht. HTC werd op acht vis- en schaaldiersoorten uitgevoerd bij drie verschillende temperaturen (T = 200, 220, 240°C, t = 5u, w/b = 7). De geproduceerde hydrochars (HC) werden gekarakteriseerd door middel van point zero charge (PZC), elementaire en proximate analyse en FTIR. Hun adsorptiekarakteristieken werden geëvalueerd met behulp van kinetische en adsorptiemodellen en via éénpuntsadsorptie-experimenten met een anionische (methyloranje, MO) en kationische (methyleenblauw, MB) kleurstof. Daarnaast werd de invloed van de ionsterkte op de adsorptiecapaciteiten geëvalueerd. HC van schaaldieren vertoonde een hoger rendement (37- 69%) dan HC van vissen (15-22%). Bovendien vertoonde HC van schaaldieren een hogere PZC dan HC van vissen (7,93 versus 6,49). De adsorptiecapaciteit van de HCs (MB: 2,7-10,8 mg/g en MO: 5,9-9,2 mg/g) toonde een hogere adsorptiecapaciteit van MO voor de schaaldieren. De invloed van de ionsterkte in de adsorptie-experimenten werd aangetoond niet significant te zijn. Het verschil in opbrengst, PZC en adsorptieresultaten werd verklaard door de verschillen in de samenstelling van de soort vis en schaaldier, wat benadrukt hoe belangrijk het is om de inherente eigenschappen van de grondstof voor het gebruik van afval te achterhalen.
Meer lezen

The kidney transplant waiting list length in North-Western Europe: costs, predictors and policy intervention

Vrije Universiteit Brussel
2024
Tom
Vandeputte
Deze thesis ging uit van de lange wachtlijsten voor donororganen die wereldwijd geëxplodeerd is sinds de adoptie van menselijke transplantatieprocedures. Door het gebrek aan consensus in de academische literatuur slagen de bevoegde instanties er maar moeilijk in om dit probleem op een structurele manier aan te pakken. Daarom werd in deze thesis met behulp van Europese data nagegaan wat mogelijke voorspellers zijn van de lengte van deze wachtlijsten, en in hoeverre de huidige beleidsmaatregelen die genomen zijn een tastbaar effect hebben voor patiënten en het zorgsysteem in zijn geheel. Ook werd een schatting van zowel de humanitaire als de economische kosten die voortvloeien uit het bestaan van deze lange wachtlijsten op basis van de academische literatuur. Tot slot worden enkele suggesties geformuleerd voor toekomstig onderzoek en de sector in het algemeen.
Meer lezen

AT THE MERCY OF THE STATE How nature's rights can reinstall (Indigenous) commons: a Te Urewera case study

KU Leuven
2024
Joanna
Wils
This master's thesis researches the governance aspect of New Zealand's Te Urewera Act. It answers the following question: 'What does a commons evaluation of the Te Urewera Act demonstrate about Rights of Nature's (RoN) potential to contribute to the reinstatement of (Indigenous) commons?' The research starts with a descriptive chapter, comprising an introduction to the Te Urewera Act, its historical background, the RoN movement and the commons framework, followed by a thorough legal analysis of the Act. Then, the paper determines the way in which the Te Urewera framework can be classified as a commons. Further on, Elinor OSTROM’s eight design principles for sustainable commons institutions are applied to the legal framework, revealing continued state involvement. The paper explains this particular feature through the founding principles of international law, and their continued influence on the international legal framework. Building on these findings, the concluding chapter communicates the role of the RoN aspect in Te Urewera's governance structure and the general potential of RoN for the reinstatement of (Indigenous) commons. The research paper concludes with a call to consider RoN and commons together more often, especially in the context of international law.
Meer lezen

Uitwerken van een sensibiliseringscampagne voor studenten en personeelsleden van de Associatie Universiteit-Hogescholen Limburg richting een duurzame modal shift

Universiteit Hasselt
2024
Seppe
Van Springel
  • Myrthe
    Bouckaert
De masterthesis richt zich op het realiseren van een duurzame gedragsverandering bij studenten en personeelsleden van de Associatie Universiteit-Hogescholen Limburg (AUHL), bestaande uit de onderwijsinstellingen PXL, UCLL en UHasselt. Het doel is om autoverplaatsingen te verminderen, duurzame vervoersmodi te stimuleren en parkeer- en verkeersproblemen rond de campussen te voorkomen. De centrale onderzoeksvraag is hoe strategische communicatie campusbeleidsmaatregelen kan inzetten om duurzame verplaatsingsgedragingen te bevorderen. De masterthesis combineert een literatuurstudie over het COM-B model met gedragsveranderingsstrategieën, traditionele en moderne communicatiemethoden, en technologische toepassingen. Het onderzoek omvat een analyse van COM-B componenten, uienschillen en kleurtabellen, campagnetijdlijnen en strategische communicatie. Dit biedt inzicht in het creëren van effectieve boodschappen en het beter afstemmen van communicatiestrategieën op studenten en personeel, wat de kans op succesvolle gedragsverandering vergroot.
Meer lezen

GEBOL-aansprakelijkheid: een vergelijkende studie met Nederland

Universiteit Gent
2024
Michiel
Roels
Op 24 juni 2010 erkende het Hof van Cassatie de gelijkheid van burgers voor de openbare lasten (GEBOL) op algemene wijze. De Belgische doctrine stelt dit voor als een foutloze overheidsaansprakelijkheid. Ook de Nederlandse rechtspraak kent vergoedingen toe in soortgelijke feitenconstellaties. De theorie verschilt van de in België gangbare doctrine. De Hoge Raad beschouwt dit als een foutaansprakelijkheid.

Deze bijdrage toont aan waarom de huidige GEBOL-rechtspraktijk beter weer te geven en te verklaren is als een foutaansprakelijkheid dan als een afzonderlijke, foutloze aansprakelijkheid. Het GEBOL-beginsel kan worden opgevat als een verbijzonderde toepassing van de resultaatsverplichting uit het grondwettelijk gelijkheidsbeginsel. De niet-naleving is naar gangbare Belgische aansprakelijkheidsdoctrine een overheidsfout.
Meer lezen

ZIEKTEKOSTSTUDIE VAN EPIDERMOLYSIS BULLOSA

Universiteit Gent
2024
Stefanie
Mot
EB is een zeldzame erfelijke aandoening die de huid en slijmvliezen aantast, gekenmerkt door extreme gevoeligheid voor blaarvorming, zelfs bij het minste contact. Dit leidt tot het poëtische label "vlinderkindjes" voor jonge patiënten, verwijzend naar de delicate aard van hun huid. Met een incidentie van slechts zes gevallen per jaar in België en ongeveer vijfhonderdduizend getroffen individuen wereldwijd, is EB een zeldzame aandoening, waarvoor momenteel geen afdoende behandeling bestaat.

Deze masterproef onderzoekt de totale kosten van de behandeling van EB, een terrein dat in België nog grotendeels onbekend is. Door een ziektekoststudie uit te voeren, beoogt het onderzoek niet alleen de financiële last voor patiënten in kaart te brengen, maar ook de factoren die deze kosten beïnvloeden. Dit is cruciaal omdat onwetendheid over de kosten een vertekend beeld geeft van de levenskwaliteit. Een correcte begeleiding van patiënten vereist minstens dat we een realistisch beeld hebben van de kosten.

De studie, op vraag van Debra Belgium, belicht niet alleen de financiële impact van EB, maar benadrukt ook het belang van passende terugbetaling en beleidsmaatregelen. EB vraagt een multidisciplinaire benadering en intensieve dagelijkse verzorging, wat resulteert in aanzienlijke directe medische kosten, zoals verbanden en ziekenhuisopnames. Daarnaast zijn er directe niet-medische kosten, zoals aanpassingen aan leefomgevingen, en indirecte kosten, zoals inkomensverlies door verminderde werkcapaciteit.

Uit de studie blijkt dat de totale jaarlijkse medische kosten per patiënt hoog zijn met een gemiddelde jaarlijkse medische kost van 9 044,51 euro en een gemiddelde niet-medische kost van 13 120,25 euro. Een groot deel van de kosten komt op de schouders van de patiënten terecht. Dit onderstreept de nood aan een ruimere terugbetaling via het RIZIV.
Naast de strikt financiële ondersteuning is er ook nood aan een inclusief beleid voor zeldzame ziekten en ondersteuning voor mantelzorgers. Door gerichte conventies voor EB-patiënten te implementeren, kan het RIZIV een actievere rol spelen in het verbeteren van de toegang tot betaalbare zorg. Dit onderzoek draagt bij aan een beter begrip van de totale kosten van EB en benadrukt het belang van financiële ondersteuning voor EB-patiënten en hun families.
Meer lezen

MONDGEZONDHEID BIJ VRACHTWAGENCHAUFFEURS Exploratief onderzoek naar het verbeteren van de mondzorggewoontes bij vrachtwagenchauffeurs op de werkvloer

UC Leuven-Limburg
2024
Sarah
Detollenaere
  • Silke
    Achten
MONDGEZONDHEID BIJ VRACHTWAGENCHAUFFEURS
Exploratief onderzoek naar het verbeteren van de mondzorggewoontes bij vrachtwagenchauffeurs op de werkvloer
Meer lezen

Succesvolle communicatie voor leerkrachten, scholen en ouders van hoogbegaafde leerlingen

Hogeschool PXL
2024
Geert
Conard
"Hoogbegaafde leerlingen behalen altijd goede resultaten."

“Een hoogbegaafde leerling is slim genoeg,
die komt er wel op eigen houtje.”

Hoewel deze misvattingen vaak gehoord worden, is het verrassend hoe vaak hoogbegaafde leerlingen onderpresteren, en soms zelfs vroegtijdig de school verlaten zonder diploma. Communicatie tussen ouders en leerkrachten loopt vaak muurvast, met ernstige gevolgen voor het welzijn en de toekomst van de leerling en zijn gezin.

In dit onderzoek werden antwoorden gezocht op de onderzoeksvraag “Hoe beïnvloeden misvattingen over hoogbegaafdheid de communicatie tussen scholen, leerkrachten en leerlingen?". Geert Conard ontwikkelde een communicatietool die duidelijkheid schept over de meest voorkomende misvattingen voor leerlingen, leerkrachten en scholen. Door hiermee rekening te houden kan de communicatie aanzienlijk verbeterd worden.

Het communicatiemodel is echter niet het enige product wat werd afgeleverd, de resultaten werden verder aangevuld met heel wat persoonlijke ervaringen met als resultaat “Hoogbegaafdheid in dialoog”, een boek met waardevolle inzichten en handvatten voor leerkrachten en scholen om beter te communiceren met hoogbegaafde leerlingen en hun ouders.
Meer lezen

Parlementaire controle op de aanwending van zwaarwichtige onderzoekstechnieken

Universiteit Antwerpen
2024
Thomas
De Vreese
De wetgever heeft de politieke controle op de aanwending van zwaarwichtige onderzoekstechnieken in de wet ingeschreven als onderdeel van een zesvoudige waarborg. Deze vorm van controle werd nog niet onderzocht; de thesis vult daarmee de literatuur aan. Uit het thesisonderzoek blijkt dat deze parlementaire controle in de praktijk helemaal niet aanwezig is. Dit heeft mogelijk een effect op schendingen van het recht op privacy en het recht op een eerlijk proces. Bovenal leidt dit tot de afwezigheid van checks and balances, waardoor we als maatschappij niet weten welke richting we uitgaan en hoe de inzet van deze technieken evolueert.
Meer lezen

De Sint-Martinuskerk te Beveren, een immersieve beleving via een audiovisuele rondleiding.

Odisee
2024
Robin
Van Mieghem
Tijdens een ‘onderdompelende’ activiteit in de kerk van Beveren gaf een leerling aan dat de ervaring bijzonder was. Deze spontane opmerking ligt volledig in de lijn van wat bisschop Lode Van Hecke en leraars godsdienst ook reeds stelden, namelijk dat er in het secundair onderwijs binnen het vak r.-k. godsdienst onvoldoende aandacht wordt besteed aan geloofsbeleving.

Draagt een te rationeel opgezet godsdienstonderwijs bij tot een groeiende vervreemding tussen leerlingen en de godsdienst met bijhorende geloofsbeleving? Dit onderzoek verkent de hypothese of een immersief bezoek aan een gebedshuis de geloofsbeleving, de motivatie voor en prestaties in het vak r.-k. godsdienst verbeteren. Specifiek wordt gekeken naar de impact van een immersieve audiovisuele rondleiding in de Sint-Martinuskerk te Beveren.

Het onderzoek begon met een uitgebreide literatuurstudie naar didactiek. Twee klassen van de Sint-Maarten Bovenschool in Beveren namen deel: het 6de jaar verzorging kreeg reguliere lessen, terwijl het 7de jaar kinderzorg en thuis- en bejaardenzorg een audiotour door de kerk volgde. De controlegroep kreeg een traditionele les met PowerPoint-foto's, terwijl de experimentele groep zelfstandig de kerk ontdekte via de ErfgoedApp en hierbij ook de mogelijkheid kreeg om de stilte te beleven.

Toetsen en enquêtes werden gebruikt om de invloed van geloofsbeleving op prestaties en motivatie te meten. Observaties ondersteunden deze bevindingen.

De spectaculaire resultaten tonen aan dat leerlingen die deelnamen aan de audiotour hogere en consistentere scores behaalden dan degenen die reguliere lessen volgden. De experimentele groep was ook meer gemotiveerd. Dit suggereert dat praktijkervaringen, zoals kerkbezoeken, waardevolle aanvullingen zijn op traditioneel onderwijs en bijdragen aan betere lesmethoden en motivatie in het godsdienstonderwijs.

Leerlingen die de kerk bezochten, scoorden hoger op kennisvragen en toonden meer motivatie en interesse dan de controlegroep. Hoewel de bevindingen positief zijn, blijft de generaliseerbaarheid beperkt door de kleine steekproef en de eenmalige uitvoering van het onderzoek. Voor sterkere conclusies is herhaling met een grotere en diverse steekproef nodig.

Andere scholen kunnen leren dat praktijkervaringen, zoals kerkbezoeken, significant bijdragen aan de motivatie en prestaties van leerlingen. Het is echter belangrijk om rekening te houden met kosten, audiovisuele middelen en voorbereiding door de leerkracht, evenals de lokale context en behoeften van de leerlingen.
Meer lezen

Allemaal Digitaal

VIVES Hogeschool
2024
Nina
Noppe
  • Carol
    Remaut
  • Beau
    Ketels
  • Bieke
    Allegaert
  • Jasna
    Devriese
  • Neal
    Papegaey
  • Louise
    Dieryck
Tijdens deze bachelorproef gaan wij als studenten van hogeschool VIVES aan de slag met het project ‘Allemaal Digitaal’, dit in samenwerking met stad Kortrijk. Het project richt zich op de ‘digipunten’ in en rond Kortrijk. Dit zijn fysieke locaties waar inwoners toegang hebben tot computers, internet en digitale ondersteuning. Het is om deze digipunten bekender te maken bij een breder publiek. Wij merkten door ons onderzoek op dat deze locaties voornamelijk door dezelfde groep mensen worden gebruikt en dat nieuwe gebruikers moeilijk worden bereikt. Wij zijn van mening dat het essentieel is dat iedereen gelijke toegang heeft tot digitale middelen en vaardigheden, vooral gezien de toegenomen rol van digitale diensten, versneld door de COVID-19-pandemie. Digipunten zien wij als cruciale schakels in het bevorderen van digitale inclusie en het verkleinen van de digitale kloof. We willen de rol van deze digipunten binnen de gemeenschap versterken, zodat meer inwoners van Kortrijk hiervan op de hoogte zijn en er gebruik van kunnen maken.

Onze literatuurstudie behandelt enkele belangrijke termen en verduidelijkt deze. We beginnen met een uitleg over wat digitalisering inhoudt, gevolgd door een bespreking van digitale uitsluiting en digitale inclusie. Uit de literatuurstudie concluderen we dat digitalisering een voortdurende transformatie is waarbij digitale communicatie en toepassingen centraal staan. Het heeft een diepgaande impact op organisaties, onderwijs, gezondheidszorg en burgerschap. De voordelen en uitdagingen van digitalisering worden besproken in een SWOT-analyse.

We belichten ook de huidige visie op digitale uitsluiting, waarbij we erkennen dat mensen uit alle lagen van de maatschappij hier slachtoffer van kunnen zijn, ongeacht hun sociale status of opleidingsniveau. Ondanks de toenemende toegang tot internet blijft het niveau van digitale vaardigheden achter, wat het risico op digitale uitsluiting verhoogt. Daarnaast hebben we onderzoek gedaan naar bestaande initiatieven in Kortrijk en andere Belgische steden.

Na de literatuurstudie voerden wij een kwalitatief onderzoek uit, waarbij we experts interviewden die ons inzicht gaven in de aanpak van digitalisering en de bijbehorende uitdagingen. Daarnaast analyseerden we de reeds bestaande digipunten van Kortrijk en deelgemeenten om hun efficiëntie en toegankelijkheid te evalueren. We gingen hierbij in gesprek met buurtbewoners om hun ervaringen met deze initiatieven te begrijpen.

Na onze literatuurstudie in combinatie met ons onderzoek, werkten we een project uit met bijhorende aanbevelingen en suggesties. De stappen die we binnen ons project ondernomen hebben zijn gedetailleerd en chronologisch uitgewerkt binnen ons draaiboek. We werkten een poster, een uitnodiging, de Digimobiel met het draairad, goodiebag uit en herwerkten de bestaande folder.
Meer lezen

Eindrapport_Protocol_voor_Rode_Kruis_over_SGG

VIVES Hogeschool
2024
Griet
Stoffels
  • Gresa
    Sadiku
  • Samira
    Radwan
  • Valerie
    Pollefliet
  • Britt
    Vervaeke
  • Shaima
    Khan
  • Thayline
    Mahieu
  • Febe
    Vanoverschelde
In onze bachelorproef “Een protocol ontwikkelen voor vrijwilligers van het Rode Kruis West-Vlaanderen omtrent seksueel grensoverschrijdend gedrag” werd een literatuurstudie en een kwalitatief onderzoek uitgevoerd om relevante informatie te verkrijgen waarmee we een kaderprotocol konden opstellen.

We ontworpen in opdracht van het Rode Kruis West-Vlaanderen een kaderprotocol waarin concreet beschreven staat welke stappen vrijwilligers van de medische en psychosociale dienst van het Rode Kruis West-Vlaanderen dienen te ondernemen om slachtoffers van seksueel grensoverschrijdend gedrag (SGG) op muziekfestivals en –evenementen zo correct mogelijk te behandelen op medisch, te ondersteunen op psychosociaal en te begeleiden op gerechtelijk vlak en door te verwijzen naar bevoegde en gespecialiseerde diensten. Het uitgewerkt stappenplan gaat in werking vanaf het moment van aanmelding van het slachtoffer tot de doorverwijzing naar een gespecialiseerde dienst of totdat het slachtoffer de hulppost verlaat. Naast het protocol maakten we een flowchart met een overzichtelijk stappenplan van het uitgebreid protocol voor de vrijwilligers en een flyer met tips en doorverwijsmogelijkheden voor de slachtoffers. We keken ook kritisch naar ons eigen kaderprotocol. Zo gaven we Rode Kruis West-Vlaanderen enkele aanbevelingen mee die in acht moeten genomen worden vooraleer ze ons protocol effectief in de praktijk kunnen gebruiken.

Allereerst deden we een literatuurstudie waarin diverse relevante onderwerpen onder de loep werden genomen. Eerst namen we onze opdrachtgever, het Rode Kruis West-Vlaanderen onder de loep waarna we ons verdiepten in de begrippen grensoverschrijdend gedrag (GOG) en SGG. Verder deden we een studie naar het wettelijk kader rond SGG en welke handvaten er al bestaan rond dit thema. Het Zorgcentrum na Seksueel (ZSG), wat een protocol is en hoe dit wordt opgesteld werd ook onderzocht.

Daarnaast voerden we een kwalitatief onderzoek aan de hand van interviews. Door het afnemen van deze interviews ontdekten we wat er al dan niet gedaan en gezegd mag worden op medisch, psychosociaal en gerechtelijk vlak, wat de doorverwijsmogelijkheden zijn en wat niet mag ontbreken in ons protocol.

Tot slot stelden we het protocol op aan de hand van de resultaten en de antwoorden op onze onderzoeksvragen.
Meer lezen

Constipatie bij kinderen: een veelvoorkomend, verst(r)opt probleem

Thomas More Hogeschool
2024
Yana
Verachtert
  • Maaike
    Van Dijck
  • Emma
    Delen
  • Eva
    Dijckmans
Literatuurstudie met: wat is constipatie, symptomen, oorzaken, diagnose, behandelingen, educatie en preventie
Praktijkluik: ontwikkelde box met een deel voor ouders, verpleegkundige en kinderen. De inhoud is aangepast aan de doelgroep.
Meer lezen

surftherapie toepasbaar bij jongeren in kansengroepen

VIVES Hogeschool
2024
Nienke
Delaere
  • Lindert
    Wilbers
  • Justien
    Cool
  • Axelle
    Vandermeersch
  • Elise
    Deven
  • Laura
    Van Cauwenberge
  • Sarah
    Vandorpe
  • Marjana
    Debyser
De bachelorproef ‘Surftherapie voor kansengroepen’ wordt uitgevoerd binnen de vzw Monstergolf. Monstergolf is een vzw die streeft naar een verbetering van de mentale gezondheid van haar deelnemers. Er wordt gewerkt via een ‘outdoor’ programma. Monstergolf werkt in de natuur en ervaringsgericht. De hoofdactiviteit van Monstergolf is surfen. Via surftherapie wordt er gestreefd naar een verbetering van gezondheid en verbetering van de levenskwaliteit.

Het project gaat gepaard met enkele uitdagingen, namelijk het financieel aspect, het team, de tijdsnood, de winter en het bereiken/activeren en motiveren van de jongeren. Als groep besloten een draaiboek op basis van dit onderzoek te stellen voor een vijfdaags surfkamp voor jongeren uit kansengroepen.

In het eerste deel van het onderzoeksrapport kunt u onze literatuurstudie raadplegen. In dit onderdeel behandelen we uitgebreid thema’s die relevant zijn om het vijfdaags kamp te gronden. We starten met het definiëren van surftherapie, om vervolgens de ontwikkeling van jongeren te bespreken. Daarnaast bespreken we de mentale gezondheid en de link met sport.

In het tweede deel van het onderzoeksrapport delen wij ons onderzoeksontwerp- en verloop. In dit onderzoek maken we gebruik van een kwalitatieve onderzoeksmethode, waarbij we diepgaand onderzoek verrichten. Met het onderzoek willen we zicht krijgen op de ervaringen, ideeën, denkwijzen, motieven, belevingen, gevoelens en de gedragingen van personen met bepaalde expertise binnen ons onderwerp. Aan de hand daarvan kunnen we een antwoord bieden op de onderzoeksvraag: ‘Hoe kan je surftherapie voor jongeren uit kansengroepen vormgeven en promoten?’.

Aan het einde van ons onderzoeksrapport delen we onze resultaten mee die we verkregen uit ons kwalitatief onderzoek. Bij de jongerenorganisaties, partnerorganisaties en de focusgroepen kwam er aan bod dat de meesten nog geen weet hadden van surftherapie en/of Monstergolf vzw. De meeste respondenten van onze focusgroepen hebben nog geen ervaring met surfen. Het promoten van een kamp vereist een veelzijdige aanpak. Een samenwerking met gemeenschappen en jeugdorganisaties biedt een meerwaarde. Het financieel aspect is van belang, want zonder is het onmogelijk om alles te verwezenlijken. Daarom is het een meerwaarde om samen te werken met instellingen, partners... en gebruik te maken van maatschappelijke hulpbronnen. Er moet rekening gehouden worden met de interesses van de jongeren om hen persoonlijk te benaderen, dit kwam voor bij al onze bevraagden. De betrokkenheid van een begeleider is essentieel bij de jongeren en de opvoedingsfiguren, want het betrekken van hen blijft een uitdaging. Begripvolle communicatie is essentieel wanneer er weerstand is bij jongeren en/of opvoedingsfiguren, en is het belangrijk om de weerstand te erkennen. De groepscontext is afhankelijk van de doelgroep en de dynamiek die er zich in bevindt. Veiligheid binnen de groep wordt aangegeven belangrijk te zijn voor alle bevraagden. Sociale media is een effectieve tool om met de jongeren te communiceren. De partnerorganisaties vertellen dat mond- tot-mondreclame effectiever is. Het samenwerken met instellingen die te maken hebben met jongeren die een vertrouwensband hebben, leidt zich ertoe actief te mengen in groepen en laagdrempelige ondersteuning te bieden. Dit kan een belangrijke rol spelen in het begeleiden van jongeren. De jongeren tonen waardering en dankbaarheid wanneer men succeservaringen behaalt. Het is belangrijk om geduldig te zijn met de doelgroep en hen de ruimte te bieden die ze nodig hebben, omdat dit essentieel is voor de individuele behoeften.

Tot slot werd ons meegegeven dat het woord therapie kan afschrikken en hier een voorzichtige aanpak in moet worden voorzien. Als laatste boodschap wordt ons meegegeven dat we niet mogen opgeven in wat we doen.
Meer lezen

Hoe kan ik de mate van betrokkenheid van leerlingen in de tweede graad doorstroom vergroten door het toepassen van gamificatie in geschiedenislessen?

Karel De Grote Hogeschool
2024
Mirte
Meessens
Voor mijn actieonderzoek heb ik onderzocht hoe gamificatie de betrokkenheid van leerlingen kan verhogen tijdens geschiedenislessen. Ik heb een spel ontwikkeld gebaseerd op mijn onderzoek, om zo mijn onderzoeksvraag te beantwoorden. Actieonderzoek is een onderzoeksmethode waarbij de onderzoeker actief betrokken is bij het ontwikkelen en implementeren van oplossingen voor praktijkproblemen, in dit geval gericht op het verbeteren van leerlingbetrokkenheid door middel van gamificatie.
Meer lezen

VR in de Klas: innovatie met een verontrustende keerzijde

Odisee
2024
Lucas
Pauwels
Deze scriptie onderzoekt het gebruik van Virtual Reality (VR) in het secundair onderwijs en de effecten hiervan op de motivatie en kennisretentie van leerlingen. Het doel is dan ook om te bepalen of de toepassing van VR in de klas moet worden voortgezet of heroverwogen.
Meer lezen