Scriptiebank overzicht

De Vlaamse Scriptiebank is een vrij toegankelijke online databank. Deze bevat alle artikels en full text scripties van deelnemende bachelors en masters aan de

Wortel-eters of geslagen honden? Klimaatclubs en het Europese mechanisme voor koolstofgrenscorrectie

Universiteit Antwerpen
2024
Toon
Van Os
Nobelprijswinnaar Nordhaus ontwierp de klimaatclub om vrijbuitersgedrag op het internationale klimaattoneel tegen te gaan. De wortel en de stok van zo’n klimaatclub komen voor het eerst tot uiting in het Europese mechanisme voor koolstofgrenscorrectie (CBAM). Daardoor wordt niet enkel op productie binnen de EU een koolstofheffing geheven, maar ook op de import uit derde landen. Mijn analyse van Canada, China, India, Turkije en de VS toonde dat CBAM derde landen nieuw klimaatbeleid doet overwegen. De economische droomoplossing van een globale
koolstofprijs kan dus dichterbij komen m.b.v. koolstofgrenscorrecties. Tot slot categoriseerde ik mijn vijf casussen als wortel-eter of als geslagen hond.
Meer lezen

Privaat Domein [Private Property]

LUCA School of Arts
2024
Beppe
Geerts
Privaat Domein verwijst naar een plek waar je je als buitenstaander niet welkom voelt. Ik ervaar het Vlaamse landschap als een gesloten landschap, dit weerspiegelt zich niet alleen in het uitzicht, maar ook in de psyche. Privaat Domein is een onderzoek naar de hedendaagse versie van de middeleeuwse omsloten tuin, Hortus Conclusus, die erg aanwezig is in Vlaanderen. Verder onderzoek ik hoe religie de ruimtelijke inrichting van een plek beïnvloedt. Om dit onderzoek volledig af te ronden, besloot ik negen verschillende kunstenaars, waaronder ikzelf, te interviewen die in hun praktijk rond dit thema werken.
Meer lezen

Wegwijs in voeding: een historische analyse van voedingsvoorlichting in Vlaanderen sinds 1960

UC Leuven-Limburg
2024
Ayla
Van den Eynde
  • Femke
    Moyens
Voeding is altijd een belangrijk onderdeel van mensen hun leven geweest en meer dan ooit is er nood aan concrete en betrouwbare informatie over voeding op maat van de consument. Adviezen over wat ‘gezonde voeding’ nu juist inhoudt en modellen die mensen visueel helpen om tot een gezond voedingspatroon te komen, worden al meerdere decennia gepubliceerd. In België werd het eerste officiële voorlichtingsmodel, het Klavertje Vier, in de jaren 1960 gepubliceerd en de daaropvolgende jaren veranderden voedingsvoorlichtingsmodellen drastisch. Het doel is te achterhalen hoe deze modellen zijn geëvolueerd tot de Voedingsdriehoek zoals we hem vandaag kennen. En te kijken op welke informatie de Belgische en later de Vlaamse overheid zich baseerde om deze modellen te creëren.
Aan de hand van een uitgebreide literatuurstudie zijn we allereerst op zoek gegaan naar de evolutie van de voedingswetenschap omdat dit de basis is van voedingseducatie en voorlichtingsmodellen. De kennisbank van het CAG en (achtergronddocumenten van) Gezond Leven brachten waardevolle informatie aan. Vervolgens onderzochten we de oorsprong van voedingseducatie waarbij het CAG en artikels gepubliceerd door Peter Scholliers en historische kookboeken zoals ‘Ons Kookboek’ interessante bronnen waren. Voor de evolutie van de modellen hebben we diverse bronnen geraadpleegd: websites, boeken en kookboeken... Ook hebben we Erika Vanhauwaert geïnterviewd, zij stond namelijk aan de basis van de ontwikkeling van de Voedingsdriehoek, waardoor ze waardevolle ongepubliceerde informatie kon geven. Krantenartikels uit De Standaard en HLN, gaven ons een breed beeld van wat de reactie was op de modellen door het algemene publiek en experten.
Voedingsvoorlichtingmodellen zijn vaak veranderd in Vlaanderen doorheen de jaren. Sinds het begin van voedingsonderzoek in de late 19e eeuw tot nu is voedingsvoorlichting geëvolueerd van simpele brochures en boekjes om deficiëntieziekten te voorkomen, naar visuele modellen op voedingsmiddelenniveau om welvaartsaandoeningen te voorkomen en naar modellen die een zo holistisch mogelijk beeld proberen te schetsen van voedingspatronen. Voedingsadviezen werden eerst door zowat iedereen verspreid, maar vandaag de dag houdt de overheid zich bezig met de publicatie van een eenduidig voorlichtingsmodel. Ook het doelpubliek waartoe de modellen zich richtten veranderde, eerst waren het vooral educatietools voor gezondheidsprofessionals, waarna ze meer en meer voor de algemene bevolking werden ontwikkeld. Het onderzoek dat voorafgaat aan de publicatie van de modellen wordt steeds uitgebreider met de jaren om zoveel mogelijk factoren te implementeren voor een zo integraal mogelijk beeld op gezondheid. Ondanks dit uitgebreid onderzoek stuiten de modellen echter steeds op kritiek en is het duidelijk dat modellen geregeld herzien en aangepast moeten worden om te blijven voldoen aan veranderingen in de maatschappij.
Voeding is een snel evoluerende wetenschap en van fundamenteel belang voor de algemene gezondheid. Uit het verleden leren we dat het belangrijk is om duidelijke en onderbouwde voedingsadviezen en voorlichtingsmodellen de wereld in te sturen die makkelijk te begrijpen zijn voor de algemene bevolking en aangepast worden op basis van de nieuwste wetenschappelijke consensus.
Meer lezen

Play-based learning bijbrengen tijdens een groepsaanbod

UC Leuven-Limburg
2024
Lieze
Michiels
Een praktijkonderzoek van Lieze Michiels naar het aanbrengen van play-based
learning in het kader van de pijler ‘ontmoeting’ van Huis van het Kind
In dit praktijkonderzoek ging ik na hoe play-based learning kan bijgebracht worden
bij ouders van kinderen tussen twee en drie jaar. Dit gebeurde in het kader van de
pijler ‘ontmoeting’ van Huis van het Kind. Concreet werden er twee
ontmoetingsmomenten georganiseerd waar ouders bijleerden over het onderwerp
spelend leren. Enerzijds vond er een interactieve theoretische sessie plaats voor de
ouders. Anderzijds werden de mogelijkheden van play-based learning door zowel
ouder als kind ontdekt tijdens een speelleermoment.
Meer lezen

The role of architecture in more humane detention: Exploring available materials to compare mother-child detention practices in Europe

KU Leuven
2024
Ine
Werckx
Als antwoord op de onmenselijke leefomstandigheden in Belgische gevangenissen veroorzaakt door structurele overbevolking, personeelstekorten, frequente stakingen en verouderde infrastructuur, pleit VZW De Huizen voor de implementatie van kleinschalige, gedifferentieerde en sociaal verankerde ’detentiehuizen’. Hoewel het politiek en maatschappelijk draagvlak hiervoor groeit, is er nog maar weinig onderzoek gedaan naar hoe hun architectuur kan bijdragen aan humane detentie. Gezien steeds meer onderzoek wijst in de richting dat de gebouwde omgeving ons welzijn en gedrag beïnvloedt, heeft deze thesis als doel de kennis over de rol van architectuur in het creëren van meer humane detentieomgevingen te verruimen. Aangezien dataverzameling in gevangenissen vaak een hele uitdaging is, is een bijkomend doel van deze thesis het testen van secundaire analyse als methode voor kwalitatief onderzoek binnen detentie-omgevingen.

In tegenstelling tot België zijn er een aantal andere Europese landen met een lange traditie van kleinschalige detentie. Op basis van maatschappelijke relevantie en data-beschikbaarheid werden een aantal kleinschalige gevangenissen voor moeders met jonge kinderen geselecteerd, en onderling vergeleken. Deze projecten waren afkomstig uit drie Europese landen: Duitsland, Italië en Spanje. Om context te scheppen werden ook de detentiepraktijken rond moeders met jonge kinderen in gewone gevangenissen in België onderzocht. De bevindingen suggereren dat ruimtelijk ontwerp weldegelijk kan bijdragen aan het meer humaan maken van detentieomgevingen. Terugkerende ruimtelijke aspecten die mogelijks bijdragen, zijn het gebruik van ’zachte’ veiligheidsmaatregelen, alledaagse of speelse gevels, kleurrijke interieurs, ruime privécellen met gewoon meubilair, huiselijke gemeenschappelijke ruimtes en (buiten)speelplekken voor kinderen.

Over het algemeen steunde het ontwerp van de bestudeerde projecten vaak op gelijkaardige concepten als die van De Huizen. Over het algemeen deelden ze ook dezelfde doelstelling, namelijk het minimaliseren van detentieschade, vooral voor de kinderen. De Belgische Basiswet van 2005 schrijft een soortgelijk schadebeperkingsbeginsel voor, wat de relevantie van het onderzoek voor de Belgische context verder ondersteunt. Hoewel de analyse van bestaand materiaal nuttig was om data in kaart te brengen en enkele ogenschijnlijk relevante inzichten opleverde, is verder
primair onderzoek nodig om inzicht te krijgen in de ervaringen van gedetineerden.
Meer lezen

Kleine winnaars: De onstuitbare kracht van motivatie en doorzettingsvermogen

Hogeschool PXL
2024
Indra
Leemans
  • Indra
    Leemans
Een praktijkgericht onderzoek op de zelfregulerende vaardigheden van kleuters met als focuspunten ‘motivatie en doorzettingsvermogen’ en het ontwikkelen van een toolbox om de motivatie en het doorzettingsvermogen te ondersteunen en te versterken wanneer ze een opdracht moeten uitvoeren.
Meer lezen

Determining the Mechanical Properties of Various Types of Flax Fibre Cloths

Universiteit Antwerpen
2024
Vincent
Jacobs
In recent years, interest in the use of ecological materials in the production of fibre-reinforced composites has increased enormously. This study investigates if the mechanical properties of different types of flax fibre cloth could act as a substitute for carbon fibre in composite materials. The study focuses on nine different flax fibre cloths, each with different weight classes and different patterns, combined with bio-epoxy resin to create fiber reinforced composites. The study compares the mechanical properties, such as tensile strength and elongation of these flax-based composites. The results indicate that flax fibre composites achieve similar strengths to carbon fibres composites, but due to the fact that they require more layers resulting in greater thickness and weight, their applications are limited, especially in weight-sensitive areas. Unidirectional (UD) flax fibres exhibit the highest tensile strength of all flax fibres tested. In addition, the research shows that the importance of the proper fibre-epoxy ratio is huge, variations in epoxy content will affect the mechanical properties enormously. Bio-epoxy resin, which contains up to 34% biodegradable material, is a good substitute for traditional epoxies. The only difference of bio epoxy is the fact that it is more ductile. Overall, the research highlights the potential applications of flax fibre as a sustainable alternative to synthetic fibres, like carbon or glass fibre.
Meer lezen

De hulpbronnen van leraren bij het onderwijzen van ex-OKAN-leerlingen in het secundair onderwijs: een sociaal netwerkperspectief

Universiteit Gent
2024
Ibtissam
Belbard
Het aantal anderstalige nieuwkomers in het Vlaams onderwijssysteem stijgt
gestaag. Gezien het aandeel niet-Nederlandstalige leerlingen binnen de klaspraktijk van de leraren stijgt, neemt de diversiteit ook toe. Leraren zijn vaak niet opgeleid om les te geven aan deze diverse doelgroep, terwijl de noodzaak naar interculturele vaardigheden steeds groter wordt. Om deze kloof en de uitdagingen die ze ondervinden te overbruggen, raadplegen leraren hun (in)formeel netwerk. Onderzoek dat fijnmazig bestudeert welke actoren deel uitmaken van dat netwerk en welke steun zij van deze actoren ontvangen ontbreekt. Het voorliggend onderzoek tracht aan deze lacune in de literatuur tegemoet te komen. Dit onderzoek geeft een inkijk in de ervaringen en het competentiegevoel die gepaard gaan met het onderwijs aan anderstalige nieuwkomers. Vervolgens wordt het netwerk van de leraren in kaart gebracht om te achterhalen welke actoren opgenomen worden en dus essentieel zijn binnen het netwerk. Verder wordt ook een beeld geschetst van hoe nuttig deze
contacten worden ervaren en welke steunvormen zij omvatten. Tot slot worden enkele
aanbevelingen geformuleerd om het onderwijs aan anderstalige nieuwkomers te bevorderen. Er werden zestien semigestructureerde interviews afgenomen bij leraren die lesgeven aan anderstalige nieuwkomers in vier verschillende Vlaamse secundaire scholen. De resultaten werden na afloop geanalyseerd via een thematische analyse in Nvivo. De leraren rapporteren zowel positieve als negatieve ervaringen in
het lesgeven aan anderstalige nieuwkomers. Ook het competentiegevoel tussen leraren
varieert. Ondanks dat leraren voldoening uit hun job halen, beschouwen ze het als een
uitdaging. Leraren vinden het vooral moeilijk om te gaan met de verschillende achtergronden van de leerlingen en de beperkte taalkennis. Een belangrijke steunfiguur binnen hun formele netwerk zijn collega’s, directie, leerlingbegeleiding, vervolgschoolcoaches en de leerlingen zelf. In hun informele netwerk zijn vooral vrienden, familie en de partner belangrijke actoren. Zowel het (formele en informele) netwerk als de steunvorm en tools die leraren ontvangen zijn
cruciaal opdat leraren het onderwijs voor anderstalige nieuwkomers optimaal kunnen
stimuleren.
Meer lezen

Het ontwikkelen van een kader voor het beschrijven en selecteren van digitale prentenboeken ter stimulering van de vroege taalontwikkeling van 3- tot 6-jarigen

KU Leuven
2024
Ines
Geysels
Het voorlezen van prentenboeken kan de vroege taalontwikkeling van 3- tot 6-jarigen stimuleren. Mede door de digitalisering is er een ruim aanbod aan digitale prentenboeken binnen het handbereik van kleuters, met grote variaties in vormgeving en inhoud. Dit kan extra mogelijkheden bieden voor de taalontwikkeling. Uit onderzoek blijkt echter dat niet elke vormgeving van de beschikbare digitale prentenboeken effectief is om de vroege taalontwikkeling te stimuleren. Met deze masterproef willen we kleuterleerkrachten helpen om gericht te kiezen uit het grote aanbod aan digitale prentenboeken door een kader te ontwikkelen voor het beschrijven en selecteren van digitale prentenboeken met oog op de stimulering van de taalontwikkeling van kleuters.

Op basis van de beschikbare wetenschappelijke onderzoeksliteratuur werd de eerste versie van het kader opgesteld. De verdere ontwikkeling van het kader verliep via een Delphi-studie. De Delphi-studie telde drie rondes waarin negen experten in de domeinen taalontwikkeling, prentenboeken en/of digitale leermiddelen feedback gaven in functie van de volledigheid, duidelijkheid en juistheid van het kader tijdens een individueel interview en twee focusgroepen. De bruikbaarheid van het uiteindelijke kader werd door middel van individuele interviews nagegaan bij 22 onderwijsprofessionals, met name pedagogische begeleiders, kleuter- en zorgleerkrachten.

Op basis van zowel de wetenschappelijke literatuur, de feedback van de experten en de evaluatie door de onderwijsprofessionals kwamen we tot een versie van het kader dat volgens de experten onderbouwd en omvattend en volgens de onderwijsprofessionals bruikbaar is in de onderwijspraktijk. Het kader kan kleuterleerkrachten helpen bij het beschrijven en selecteren van digitale prentenboeken ter stimulering van de vroege taalontwikkeling van 3- tot 6-jarigen. Het finale kader is een beschrijvend kader met elementen die de vroege taalontwikkeling van kleuters kunnen stimuleren. We ronden deze masterproef af met een kritische reflectie over de theoretische implicatie van het kader en formuleren suggesties voor verder onderzoek en de onderwijspraktijk.
Meer lezen

Additive manufacturing of ferromagnetic parts for electrical machines

Universiteit Gent
2024
Lukas
Lammens
Deze paper onderzoekt de mogelijkheid van
kristallografische oriëntatie tijdens additieve vervaardiging.
Elektrische machines maken gebruik van korrel georiënteerd of
niet-korrel georiënteerd elektrisch staal, afhankelijk van de
toepassing. De kristallografische oriëntatie van het staal is
belangrijk om de energieverliezen, en daarmee het
energiegebruik van de machine, te verminderen. Additieve
vervaardiging biedt de mogelijkheid om nieuwe ontwerpen met
hoge geometrische complexiteit te creëren, maar er is geen
mogelijkheid om de kristaloriëntatie van de afgezette materialen
te controleren tijdens het additief vervaardigingsproces. Deze
paper onderzoekt het gebruik van Fe6.5Si deeltjes, die onder
magnetische verzadiging worden gebracht door ze vooraf te
magnetiseren in een op maat gemaakt magnetisch circuit. De
remanentie van de deeltjes zal een magnetisch moment creëren,
dat zal proberen de deeltjes te oriënteren tijdens de extrusie
onder invloed van een magnetisch veld. Dit maakt additieve
productie mogelijk van componenten met hoge dichtheid van
Fe6,5Si voor elektrische machines met geprefereerde
kristaloriëntaties. Geteste proefstukken tonen oriëntatie met lage
intensiteit. Dit suggereert dat kristalrotatie mogelijk is tijdens
het 3D-micro-extrusieproces. De rotatie wordt mogelijk
gedeeltelijk voorkomen door de hoge viscositeit van het
pastamateriaal.
Meer lezen

HUISVESTING VAN HOBBYPLUIMVEE: EEN PRAKTIJKSURVEY

Universiteit Gent
2024
Jasper
Van Doren
Hobbykippen vallen buiten de wetgeving voor huisvesting en zijn slechts onderhevig aan richtlijnen. Deze studie onderzoekt de naleving van deze richtlijnen bij houders van hobbypluimvee, met behulp van een praktijksurvey. Er werden 50 houders van hobbypluimvee bezocht en bevraagd, waarna de resultaten vergeleken werden met vooropgestelde richtlijnen voor deze pluimveecategorie. De resultaten tonen aan dat veel hobbyhouders de richtlijnen onvoldoende naleven, met name wat betreft de afmetingen en inrichting van het binnenhok, inrichting van de buitenbeloop, bescherming tegen extreme weersomstandigheden, evenals de bioveiligheid en hygiëne. Deze tekortkomingen kunnen leiden tot gezondheids- en welzijnsproblemen bij de kippen. Bovendien blijkt uit deze studie een gebrek aan kennis over de bestaande richtlijnen en het belang van een goede huisvesting voor hobbykippen. Deze bevindingen benadrukken de noodzaak van betere sensibilisering en betere toegang tot informatiebronnen over huisvesting, evenals het promoten van huisvestingsrichtlijnen voor hobbykippen bij aanschaf van kippen.
Meer lezen

Archimedes en Indiana Jones: het leven en Nachleben van Archimedes van Syrakousai

KU Leuven
2024
Stef
Janssens
Vorige jaar kwam Indiana Jones and the Dial of Destiny in de zalen. De film die belooft het laatste avontuur te brengen van archeoloog Indiana Jones, draait helemaal rond 'de Antikythera van Archimedes,' een fictief apparaat dat gebaseerd is op het mechanisme van Antikythera, een astronomische, analoge computer die in de eerste eeuw v.C. naar de zeebodem zonk samen met het Romeinse vrachtschap dat het toestel vervoerde. Naast vele andere verwijzingen naar de Oudheid zoomt de film vooral in op Archimedes, een Griekse wiskundige en ingenieur uit de derde eeuw v.C. die bekend staat om de verdediging van zijn thuisstad (Syracuse) tegen de Romeinen door middel van spectaculaire oorlogsmachines. In mijn scriptie verzamelde ik alle antieke bronnen over het leven van Archimedes om te schetsen wat we over hem weten en hoe hij wordt voorgesteld in de Oudheid. Daarna analyseerde ik de recente Indiana Jones-film om de accuraatheid van de film te testen en om te kijken welke voorstelling van Archimedes de voorkeur van de filmmakers genoot.
Meer lezen

Exploring iron-binding properties of the nucleosome through recombinant and cellular approaches

Universiteit Antwerpen
2024
Inna
Cordy
Histonen zijn eiwitten die het DNA in de celkern helpen oprollen en structureren, zodat het compact blijft en toegankelijk is voor celprocessen. Ze spelen een cruciale rol in genregulatie en de vorming van chromatine. Hoewel de binding van metalen aan histonen al decennia wordt onderzocht, ontbreekt nog steeds overtuigend bewijs voor hun biologische functie. Recente studies toonden wel aan dat koper in de functionele vorm en ijzer in de lineaire vorm aan histonen kan binden. Deze masterthesis onderzoekt of ijzer ook in de biologische conformatie aan histonen kan binden. Hiervoor worden twee modellen ontwikkeld: een eiwitmodel, waarbij bacteriële expressie werd gebruikt om de histonen te vormen en hun ijzerbindingscapaciteit te testen, en een cellijnmodel, waarbij histonen in cellen werden geactiveerd of uitgeschakeld om hun rol in ijzerbinding te bestuderen.
Meer lezen

Naadloze transitie

Odisee
2024
Yanou
Beyers
Genomineerde shortlist Bachelorprijs
De overgang van thuis naar een woonzorgcentrum is een ingrijpende gebeurtenis die
veel stress en onzekerheid met zich meebrengt voor ouderen en hun families. Deze
bachelorproef onderzoekt hoe een gezinswetenschapper een positieve bijdrage kan
leveren aan deze transitie. Door middel van een casusbeschrijving, theoretische analyses
en praktijkgerichte veranderingsstrategieën, biedt deze studie concrete oplossingen en
inzichten om de overgang naar een woonzorgcentrum te vergemakkelijken.
De probleemstelling richt zich op de complexiteit van de overgang naar een
woonzorgcentrum en de impact hiervan op ouderen en hun families. De praktijkgerichte
probleemverkenning omvat een casusbeschrijving van mevrouw Van Dam, een 78-jarige
vrouw die zes maanden geleden naar een woonzorgcentrum is verhuisd en moeite heeft
met de aanpassing aan haar nieuwe omgeving.
De theoretische analyse is opgebouwd uit drie invalshoeken: de pedagogische,
psychologische en sociologische invalshoek. De pedagogische invalshoek maakt gebruik
van het Ecologische Systeemmodel van Bronfenbrenner ("#$#), om de invloed van de
verschillende omgevingsfactoren op de ontwikkeling en het welzijn van ouderen te
begrijpen. De psychologische invalshoek onderzoekt verschillende coping-mechanismen en
de emotionele aanpassing van ouderen naar een woonzorgcentrum, met de nadruk op
probleemgerichte coping, emotionele coping, acceptatiegerichte coping en de sociale
B / D
ondersteuning. De sociologische invalshoek richt zich op de sociale verbondenheid en
gemeenschapsvorming, sociale identiteit en de rol van familie- en mantelzorgers.
Op basis van deze theoretische analyse zijn drie veranderingsgerichte strategieën
ontwikkeld. De eerste strategie is het Levensverhalenproject, gericht op het creëren van
identiteit en verbondenheid door middel van Levensreiswijzers en de Levensreisatlas. De
tweede strategie omvat een informatieve brochure voor het bevorderen van de
psychologische veerkracht bij ouderen tijdens de transitie naar een woonzorgcentrum. De
derde strategie is de bewustwordings- en betrokkenheidscampagne “Samen voor Ouderen”,
die een inclusieve samenleving bevordert.
De belangrijkste inzichten uit mijn bachelorproef zijn als volgt: ten eerste is een
multidimensionale benadering essentieel om de complexiteit van de overgang naar een
woonzorgcentrum te begrijpen en aan te pakken. Ten tweede kunnen
gezinswetenschappers een cruciale rol spelen bij het bevorderen van de sociale
verbondenheid en het ondersteunen van de emotionele aanpassing voor ouderen. Ten derde
is het belangrijk om samen te werken met verschillende stakeholders, waaronder families,
zorgverleners en de bredere gemeenschap om een ondersteunende en inclusieve omgeving
te creëren.
Ik ben tevreden met mijn keuze van mijn bachelorproef omdat het me in staat heeft gesteld
een relevant en betekenisvol onderwerp te onderzoeken dat directe impact kan hebben op
het welzijn van ouderen en hun families. Mijn motivatie om dit onderwerp te kiezen was
gebaseerd op de wens om bij te dragen aan een beter begrip van de uitdagingen waarmee
ouderen worden geconfronteerd tijdens de transitie naar een woonzorgcentrum en om
praktische oplossingen te bieden die hun welzijn kunnen verbeteren.
De meerwaarde van mijn bachelorproef ligt in de combinatie van theoretische inzichten en
praktische toepassingen, die samen een solide basis vormen voor effectieve interventies en
beleidsaanbevelingen. De veraneringsvoorstellen die ik heb uitgewerkt, kunnen iets
betekenen voor gezinnen, organisaties en beleidsmakers door de overgang naar een
woonzorgcentrum te vergemakkeljken en de sociale verbondenheid te versterken.
Uiteindelijk streef ik ernaar dat mijn bachelorproef bijdraagt aan een inclusieve en
ondersteunende samenleving waarin ouderen zich gewaardeerd en verbonden voelen
Meer lezen

Executieve functies: vaardigheden die leiden tot succes.

UC Leuven-Limburg
2024
Joline
Jacobs
  • Joline
    Jacobs
Deze scriptie omvat het onderzoek, in samenwerking met basisschool De Bladwijzer, naar de manier waarop groepsmomenten, begeleid door de leerkracht, kunnen worden ingezet om de EF's: plannen, organiseren en gedragsevaluatie te stimuleren bij leerling in het zesde leerjaar. Dit is van toegevoegde waarde gezien de expliciete wens van basisschool De Bladwijzer. Centraal staan groepsmomenten aangezien vooronderzoek aantoont dat leeftijdsgenoten een steeds centralere rol spelen op deze leeftijd. Vanuit de literatuur ontwikkelt de onderzoekster een praktische methode dat het object van het onderzoek vormt. Tot slot ondervraagt de onderzoekster de leerkracht van het zesde leerjaar over de bruikbaarheid van de toepassing met als doel: inzicht krijgen in de werkzame aspecten en eventuele groeipunten.
Meer lezen

Mijn zoektocht naar sporadisch welzijn

VIVES Hogeschool
2024
Eddy
Van Damme
Mijn portfolio is opgebouwd als een interview met mezelf.
De verschillende vragen die ik me heb gesteld doorheen deze opleiding komen
hier systematisch aan bod.
Stilaan komt het waarom, het hoe en het wat duidelijk naar boven via die
structuur. De keuze voor een klassiek format accentueert de inhoud.
Antwoorden komen hier in mijn eigen specifieke schrijftaal op papier, aangezien
dat voor mij de helderste manier is om mijn binnenkant naar buiten te brengen.
Zo kan ik ook tonen hoe ik met deze opleiding aan de slag ben gegaan.
Mijn persoonlijk pad tot ervaringswerker en mijn maatschappelijke positie
komen daarmee duidelijk aan bod.
Meer lezen

Parametric study on the DED-LB process parameters for the production of Fe to Cu Functionally Graded Additive Materials

Vrije Universiteit Brussel
2024
houda
houban
Deze thesis onderzoekt de productie van Functionally Graded Materials (FGMs) met behulp van Laser Directed Energy Deposition (L-DED). Door ijzer (Fe) en koper (Cu) te combineren, worden FGMs ontwikkeld voor toepassingen in de luchtvaart, automobielsector en energieopwekking. De nadruk ligt op het optimaliseren van procesparameters om scheuren en porositeit te minimaliseren. De resultaten laten zien dat met de juiste instellingen Fe-Cu FGMs succesvol kunnen worden vervaardigd. Toekomstig onderzoek zal zich richten op verdere verbetering van deze technieken.
Meer lezen

De schryverkes van Guido Gezelle: Gezelles creatief schrijfonderwijs aan het Klein Seminarie Roeselare

KU Leuven
2024
Brecht
Berteloot
Genomineerde longlist Klasseprijs
This study reconstructs the creative writing pedagogy of Guido Gezelle at the Klein Seminarie
in Roeselare, drawing on both previous publications and previously unexplored student
exercises. These exercises are linked to Gezelle's debut poetry collection, Vlaemsche
Dichtoefeningen (1858), and other relevant primary sources. This thesis is divided into three
chapters, each addressing different facets of Gezelle's teaching methods to provide a
comprehensive understanding of his educational practices.
Chapter one presents a portrait of Guido Gezelle, emphasizing his youth and education,
which significantly influenced his teaching style. Gezelle's deep appreciation for nature, his
strong advocacy for the Flemish language, and his educational background were pivotal in
shaping his approach to creative writing teaching. His initial experiences as a teacher, coupled
with his relationship with Bp. Malou, who played a crucial role in Gezelle's life from the
beginning of his priesthood, are also discussed. Despite his preference to be a missionary in
England, Gezelle's dedication to teaching proved to be the catalyst for his dual vocation as a
poet and priest. His so-called particularistic stance on the Flemish language, his Catholic faith,
his accessible approach to poetry, and his close bonds with his students were fundamental to
his teaching practice.
Chapter two examines the broader educational context of the turbulent 19th century and
its implications for Gezelle's teaching environment. This chapter, along with the first,
addresses how the educational context at the Klein Seminarie influenced Gezelle's teaching.
The school's curriculum emphasized character and attitude formation inspired by humanistic
ideals. Gezelle's pedagogical approach balanced formal rigor with creative freedom,
emphasizing language and its musicality. His methods aimed to cultivate a deep appreciation
for the technical and aesthetic aspects of poetry among his students.
The third chapter offers a detailed analysis of the primary sources, including Gezelle's
Vlaemsche Dichtoefeningen and the various student exercises. These exercises, which cover a
wide range of topics such as alliteration, imitation, translation, current events, nature
descriptions, literary adaptations, and miracle stories, provide insights into Gezelle's teaching
methods. His pedagogical practices were advanced for their time, incorporating tailored
instruction, differentiated difficulty levels, feedback, and relevance to the students' lives.
In short, this study sheds light on Gezelle's creative writing pedagogy at the Klein
Seminarie, offering a nuanced understanding of his methods. While many questions remain
unanswered, this study provides an introductory framework on which future research can
build.
Meer lezen

Omgaan met diversiteit in mentaal welzijn bij cursisten

Hogeschool PXL
2024
Nicole
Vanheusden
Met dit onderzoek werd geprobeerd om op een zo efficiënt mogelijke wijze enkele budgetvriendelijke suggesties aan te reiken om het mentaal welzijn van de cursisten van Qrios te verhogen. Er werd gekozen om in te zetten op verschillende sporen om het mentaal welzijn te verhogen van de cursisten. Voor de leerkrachten, leerloopbaanbegeleiders en zorgcoördinatoren werd ingezet op het bewaken van hun eigen grenzen bij het ondersteunen van cursisten.
Meer lezen

Who wants to live forever. The reconfiguring of the experiences of time caused by HIV/AIDS as visualized in fiction films

Andere
2024
Anne-Sophie
De Mey
The majority of queer scholars studying the AIDS crisis tend to take being sick as always already a socially mediated condition; such politically sensitive analyses primarily aim to disclose the normative structures informing HIV/AIDS. In this thesis, I suggest that the lived experience of HIV/AIDS is also about biological processes which cannot always be understood through a social/political analysis. I thus use both queer studies and medical humanities theories on the lived experience of chronic diseases as theoretical framework. Applying this framework on feature films about HIV/AIDS enables me to analyze the rich temporal dimensions that can be found in this corpus, which conveys temporality in medium-specific ways. I suggest that feature films enable the viewer to interpret the whole film, understood as the combination of camera movement, montage and narrative, as the transformed, accessible perception of the characters. In chapter 2, I distinguish two main causes for conflicting temporalities in AIDS films regarding infection with HIV. First, the impossibility to determine (retrospectively) the moment of infection with HIV, which often results in conflicting ways of dealing with temporality. Secondly, films relate differently to the lost culture of sexual possibility of pre-AIDS crisis time, showing how an individual or collective sexual past can either be rejected or reactivated in the present. When it comes to the time in which the illness itself is experienced and reflected upon (chapter 3), temporalities become even more complex. I elaborate on how the experience of physical pain because of AIDS-related illnesses is visualized in AIDS films; the ‘suspended animation’ (§3.3.2) of ‘stagnated suffering’ (§3.4.1), in particular, caught my attention. Especially present-day filmmakers working outside of Hollywood manage to create phenomenologically poignant scenes where the complex temporalities of suffering are visualized. All of those aspects of living with HIV/AIDS oppose, in their particular way, what Elizabeth Freeman has called ‘chrononormative’ structures that favour heteronormative and capitalist temporalities. AIDS films tend to visualize time in such a way that chrononormative structures become visible as not just ‘ordinary bodily tempos and routines’, but as normative power structures that do not favour those who are ill, queer, or both. AIDS films show that alternative, non-normative temporalities do exist; those queer temporalities all share, however, a fragmentarily and, above all, temporarily character.
Meer lezen

Media in de kleuterklas: Het creatief denken stimuleren

Hogeschool PXL
2024
Britt
Roosen
Als bachelorproef onderwerp heb ik gekozen voor media in de kleuterklas. Ik heb onderzocht hoe ik het creatief denken bij kleuters van de derde kleuterklas kan stimuleren met behulp van een toolbox met verschillende mediamaterialen rond muzische vorming en diverse activiteiten.

Mijn ontwerp is een toolbox met verschillende mediamaterialen, diverse activiteiten, handleiding en een kijkwijzer. De toolbox is bedoeld voor gebruik in de kleuterklas en is zodanig ontworpen dat kleuters er zelfstandig en toegankelijk mee aan de slag kunnen. De open opdrachten in de toolbox geven de kleuters de ruimte en vrijheid om procesgericht met media te werken.
Meer lezen

Herstelgericht werken in VBS De Wijzer

VIVES Hogeschool
2024
Senthe
Monbaillieu
  • Anna
    Shishkina
  • Frieke
    Roose
  • Zoë
    Hardeman
  • Mirl
    Lauwers
  • Simon
    Persyn
  • Louis
    Thorrée
  • Anouk
    Liagre
Genomineerde longlist Bachelorprijs
We integreerden de herstelgerichte visie in VBS De Wijzer in Kanegem. Dit is een basisschool met peuters, kleuters en lagere schoolkinderen. De visie integreerden we op basis van een onderzoek; een literatuuronderzoek, een kwantitatief en kwalitatief onderzoek. We integreerden verschillende acties op de school en deden ook een aantal aanbevelingen om de school herstelgerichter te maken.
Meer lezen

Atletiek innoveren in het lager onderwijs

Odisee
2024
Alexander
Fassaert
Meer atletiek innoveren in het lager onderwijs: in ons onderzoek nemen we vortexwerpen en kogelstoten onder de loep. Deze disciplines kent u waarschijnlijk niet, des te meer reden om de scriptie te lezen. Deze atletiekdisciplines worden aangeleerd binnen Atletiek Vlaanderen aan kinderen tussen 6 en 9 jaar. In ons onderzoek kijken we of het mogelijk is om deze disciplines aan te bieden in het lager onderwijs aan dezelfde leeftijden en onderzoeken we het effect van vortexwerpen en kogelstoten op de motivatie van leerlingen en leerkrachten in het lager onderwijs.
Meer lezen

Hoe kan men jongeren betrekken bij het ontwikkelen van een jeugdcentrum in Leopoldsburg?

UC Leuven-Limburg
2023
Zoë
Brock
In deze bachelorproef is onderzocht hoe men jongeren kan betrekken bij het ontwikkelen van een jeugdcentrum.
Meer lezen

Parametrisch Paviljoen

Universiteit Hasselt
2023
Emilie
Neuteleers
Deze scriptie onderzoekt de mogelijkheden van Augmented Reality (AR) als voornaamste hulpmiddel bij het bouwen van een regeloppervlak, in dit geval een conoïde. Dit om een initieel beeld te krijgen van de meerwaarden en moeilijkheden hiervan.
Meer lezen

DIversity SCreening in educatiOn (DISCO): a quantitative analysis of teachers’ competences in diversity sensitive education

Universiteit Gent
2023
Aurélie
Dewaele
Leerkrachten met een hoog bekwaamheidsgevoel voor diversiteitsgevoelige taken en een positieve attitude ten aanzien van diversiteit zijn onmisbaar in het creëren van een inclusief onderwijssysteem. Deze studie onderzoekt a.d.h.v. een kwantitatieve analyse de relatie tussen deze twee onmisbare competenties.
Meer lezen

Study on Decolorization of Reactive-dyed Cotton through Fenton-oxidation as a Pre-treatment for Textile Recycling

Universiteit Gent
2023
Elise
Meurs
Genomineerde shortlist mtech+prijs
Deze scriptie omvat een initiële studie omtrent een milieuvriendelijker alternatief (aan de hand van een ijzer-gekatalyseerd proces) voor het ontkleuren van katoen als voorbehandeling voor efficiëntere recyclage.
Meer lezen

PFOS-vervuiling: Juridische aspecten. Knowledge is power: wat kunnen we leren uit de aanpak van PFOS-vervuiling in de Verenigde Staten van Amerika?

Universiteit Gent
2023
Adeline
De Clercq
Genomineerde shortlist NBN Sustainability Award
Er bestaat zowel internationale als Amerikaanse regelgeving die tot doel heeft PFOS-vervuiling te bestrijden. In deze scriptie worden beide soorten regelgeving met elkaar vergeleken. Hoewel de Verenigde Staten van Amerika veel PFOS-vervuiling kennen, is hun PFOS-wetgeving zeer vooruitstrevend.
Meer lezen

De Wijzer in Aarsele: bouwen aan een herstelgerichte basisschool

VIVES Hogeschool
2023
Manou
Vanhaesebroeck
  • Aicha
    Verstaen
  • Anouk
    Devisscher
  • Robbe
    De Kuyssche
  • Jozefien
    Baert
  • Filomeen
    Vandenabeele
  • Xenia
    Sulmont
  • Silke
    Roels
In een basisschool in Aarsele wordt er sinds 2 jaar herstelgericht gewerkt. Deze visie werd nog niet door iedereen gedragen en was nog niet duidelijk. Onze opdracht was om een rode draad te creëren omtrent die visie en die uit te dragen naar de ouders en leerkrachten.
Meer lezen

De Behoefteballon

VIVES Hogeschool
2023
Nikki
Germonpré
  • Marion
    Bruggeman
  • Keano
    Dehullu
  • Aaliyah
    Heniaert
  • Zoë
    Matton
  • Chayenne
    Schuerens
Een methodiek voor kinderen uit het 5de en 6de leerjaar om hun behoeften te leren uiten in klascontext met oog op een sterker klasklimaat.
Meer lezen