Scriptiebank overzicht

De Vlaamse Scriptiebank is een vrij toegankelijke online databank. Deze bevat alle artikels en full text scripties van deelnemende bachelors en masters aan de

ECOSYSTEEMDIENSTEN VAN BIODIVERS BEHEERDE GRAS/BLOEMENSTROKEN

Universiteit Gent
2024
Hannah
Vanderstappen
De masterthesis, getiteld "Ecosysteemdiensten van biodivers beheerde gras/bloemenstroken", richt zich op hoe het maaibeheer van bloemenstroken in landbouwgebieden kunnen bijdragen aan het herstel van biodiversiteit en de bevordering van nuttige insecten zoals bestuivers en natuurlijke vijanden van plagen. In het onderzoek worden twee soorten maaibeheersystemen vergeleken: het gefaseerde reguliere beheer en het vernieuwende driebandbeheer. Het doel was om te bepalen welk maaibeheer het beste de biodiversiteit ondersteunt.

Door middel van veldonderzoek, waaronder transect walks en kleefvallen, werd de impact van deze beheersystemen gemeten. De resultaten toonden aan dat het driebandbeheer effectiever was in het aantrekken van bestuivers zoals bijen en zweefvliegen, evenals nuttige insecten voor plaagbestrijding. Bovendien werd vastgesteld dat het gebruik van kunstmatige intelligentie (AI) bij kleefvallen een efficiënte manier biedt om insecten te identificeren.

De conclusie van de thesis is dat het driebandbeheer, door variabele maailijnen en bloei, een veelbelovende aanpak is om de biodiversiteit op landbouwpercelen te verbeteren, wat op zijn beurt bijdraagt aan een duurzamer landbouwsysteem.






Meer lezen

Automatic Semantic Annotation and Visualization of Machine Learning Pipelines with FnO

Universiteit Gent
2024
Pol
Nachtergaele
Deze paper introduceert een innovatieve tool voor het automatisch semantisch annoteren van machine learning-processen in RDF, met als doel om deze te integreren op het semantische web. Dit bevordert transparantie en helpt bij het naleven van de GDPR-wetgeving. De tool maakt gebruik van de Function Ontology (FnO) om Python-functies, -methoden en -klassen semantisch te beschrijven, en integreert de Provenance Ontology (ProvO) om datatransformaties tijdens het verwerkingsproces vast te leggen. Door het beschrijven van functie-implementaties kunnen gebruikers deze processen nadoen en uitvoeren, terwijl gedetailleerde provenance-informatie wordt vastgelegd. Bovendien worden MLFlow en de MLSchema Ontology gebruikt om machine learning-modellen en hun trainingsprocessen in RDF-formaat te beschrijven. Deze beschrijvingen worden gevisualiseerd met behulp van een stroomdiagram. Dankzij de semantische beschrijving van machine learning-operaties via deze tool kan een individu meer controle behouden over zijn eigen data.
Meer lezen

Geminiaturizeerde luchtgevulde substraatgeïntegreerde golfgeleidercomponenten voor schaalbare antenneroosters in volgende-generatie mobiele netwerken

Universiteit Gent
2024
Sofie
Lenders
Winnaar mtech+prijs
De ridge air-filled substrate integrated waveguide (ridge AFSIW) wordt voorgesteld als een oplossing voor de tegenstrijdige vereisten op vlak van lage verliezen en miniaturisatie voor de voedingsstructuren van antenneroosters
bij millimetergolffrequenties (mmWave). Een uitgebreide parameteranalyse leidt tot een pareto-optimale dimensionering. Van een dergelijke ridge AFSIW, geoptimaliseerd voor gebruik op 28 GHz, werd een prototype gemaakt en gekarakteriseerd. Om de toepasbaarheid van de ridge AFSIW in het ontwerp van mmWave-componenten aan te tonen, is een derde-orde gekoppelde-resonatorfilter ontworpen, dat de n257 (26,5 GHz - 29,5 GHz) band afdekt.
De voorgestelde ridge AFSIW maakt dus de weg vrij om geminiaturiseerde mmWave-componenten met lage verliezen te realiseren in next-generation ultra-efficiënte antenneroostersystemen.
Meer lezen

Het land van belofte en beton: 50 jaar het Erasmushuis in Leuven. Utopische idealen in de vormgeving van het gebouw 1965 -1980

KU Leuven
2024
Anna
Derwael
Het Erasmushuis, gebouwd tussen 1972 en 1975 en ook wel eens 'het Kremlin' of 'de bunker' genoemd, steekt met zijn strakke, betonnen uitzicht af tegen de middeleeuwse en negentiende-eeuwse gebouwen in Leuven. De keuze, destijds, voor de brutalistische architectuurstijl was geen toeval; er zat een doordachte visie achter. Het ontwerp, de inrichting en het gebruik van het gebouw in de jaren 1960 en 1970 gingen samen met academische doelen van de Nederlandstalige Leuvense universiteit, verweven met idealen van andere partijen zoals het architectenbureau en de stad.
Meer lezen

Saint Ignatius' Letter to the Romans: a study on the Greek MS Tor. C.I.10 and the Slavonic MSS Ath. Chil. 644 and Vindob. Slav. 33.

Universiteit Gent
2024
Evelyne
Diels
My paper will discuss the results of my MA Thesis, defended at Ghent University. In this context, I will focus on the philological and linguistic outcomes, alongside a presentation of the sources and the methodology I adopted. In particular, my presentation will first introduce Saint Ignatius' Letter to the Romans alongside its Greek and Slavonic manuscript tradition.
Among the corpus of seven letters attributed to Ignatius of Antioch, a second-century bishop of Antioch, the Letter to the Romans (CPG 1025.4) is very interesting. It was addressed to the community in Rome after Ignatius, sentenced to death, had to travel to Rome. The Letter to the Romans differs from the others since it is the only letter embedded in the Martyrdom of Ignatius = Passio (BHG 0813) – given its content related to Ignatius’ visions on martyrdom. Furthermore, it is the sole Ignatius’ letter to have been translated into Slavonic. Nine manuscripts transmit the Passio Ignatii (BHG 0813) in Greek. Seventeen manuscripts, dated or datable between the fourteenth and the sixteenth century, preserve the Slavonic version of Ignatius’ Passio and are known in South Slavic and East Slavic redactions. Next to the Greek and Slavonic versions, it has Syriac, Arabic, Latin, Armenian and Georgian translations too. The poster also gives an account of the complex tradition of the Slavonic version(s). My focus is on the Pre-Metaphrastic version (BHG 0813), dated before the tenth-century revision of Symeon Metaphrastes (BHG 0815).
Among the Greek manuscripts, my presentation will concentrate on the so-termed Taurinensis (Torino, BNU, C.I.10 - Diktyon 63833) because, unlike other Greek manuscripts, it displays a remarkable closeness with the Slavonic manuscripts, especially with the witnesses of the earliest South Slavic version. These involve the Codex Athous Chilandaricus 644, an early fourteenth-century paper codex in Serbian orthography and the Manuscript of Vienna (Wien, ÖNB, Vindobonensis slav. 33), a late fourteenth-century reading also in Serbian orthography.
Furthermore, my thesis touches upon the methodologies I adopt to investigate my sources: palaeography, cultural linguistics, and translation theories. The palaeographic part entails comprehending the palaeographic and codicological characteristics of the manuscripts (deciphering, reading and dating a manuscript).
Meer lezen

A green flag for the Flag System? Fostering a cultural change to tackle transgressive behavior in the Belgian Higher education

Andere
2024
Valéry Ann
Jacobs
Deze thesis situeert zich in de nasleep van de Belgische sociale #MeToo-beweging en belicht de toename van mediakritiek op grensoverschrijdend gedrag binnen het hoger onderwijs. Na het ontslag van een professor aan UHasselt in 2018 vanwege grensoverschrijdend gedrag, kreeg het thema meer aandacht door de veelbesproken rechtszaak rond de Belgische televisieproducent ‘De Pauw’. Vanaf begin 2022 kwamen er regelmatig berichten in de media over grensoverschrijdend gedrag aan alle Vlaamse universiteiten. Deze berichten brachten wijdverspreid grensoverschrijdend gedrag aan het licht, zoals pesten, intimidatie, discriminatie, geweld en (seksueel) wangedrag. Het (destijds) ontbreken van een duidelijke, eenduidige definitie, bijvoorbeeld in universitaire reglementen, ethische codes, maar ook in de Vlaamse Codex Hoger Onderwijs, belemmerde een goed begrip van het probleem en vertraagde een tijdige, gepaste en proportionele aanpak van deze incidenten. Deze thesis streeft ernaar een omvattende definitie van grensoverschrijdend gedrag te formuleren door middel van een narratieve literatuurstudie, waarbij de verschillende vormen ervan worden onderzocht. Het onderzoekt de systemische kwetsbaarheden in het hoger onderwijs die dergelijk gedrag in de hand werken en stelt op bewijs gebaseerde en praktijkgerichte maatregelen voor om dit tegen te gaan. Een belangrijk aandachtspunt van deze thesis is de ontwikkeling van een op bewijs gebaseerde training, geïnspireerd door het SENSOA Vlaggensysteem, aangepast om de verschillende vormen van grensoverschrijdend gedrag binnen instellingen voor hoger onderwijs te beoordelen en te bespreken. Deze training werd gevalideerd door de resultaten te vergelijken van deelnemers die de training volgden en nadien een enquête invulden over 15 scenario’s van grensoverschrijdend gedrag, met een controlegroep die dezelfde enquête online invulde zonder de training te volgen. De huidige resultaten tonen aan dat getrainde deelnemers grensoverschrijdend gedrag even goed beoordelen als de ongetrainde controlegroep, wat erop wijst dat personeelsleden aan instellingen voor hoger onderwijs in het algemeen al in staat zijn om zulke gevallen te beoordelen. De getrainde groep is echter beter in staat om hun eigen capaciteiten te evalueren en rapporteert een aanzienlijk positief leereffect bij het beoordelen van grensoverschrijdend gedrag. Hoewel de gebruikslimieten van het Vlaggensysteem worden opgezocht, blijkt het een waardevol kader om grensoverschrijdend gedrag in het hoger onderwijs beter te begrijpen en aan te pakken. Voordat definitieve conclusies getrokken kunnen worden, is verder onderzoek nodig in verschillende departementen, faculteiten en andere instellingen voor hoger onderwijs. Pas dan kan hun potentieel worden gevalideerd, wat een echte cultuuromslag mogelijk maakt waarin grensoverschrijdend gedrag geen plaats meer heeft.
Meer lezen

Tiener en Moeder

Arteveldehogeschool Gent
2024
Jennifer
Van Den Broecke
Het doel van deze bachelorproef is om aan de hand van een literatuurstudie te onderzoeken met welke specifieke negatieve fysieke, psychologische en sociale impacten tienermoeders mogelijks vaker te maken krijgen ten opzichte van oudere moeders. Vervolgens wordt er bekeken welke zaken het verlenen van optimale zorg voor deze doelgroep bemoeilijkt en hoe vroedvrouwen hun zorgverlening kunnen optimaliseren.
Meer lezen

Balancing Act: Environmental Liability in the Realm of Insolvency Law

Universiteit Hasselt
2024
Mira
Jablonska
Deze thesis bestaat uit een beschrijvende en vergelijkende analyse van beschikbare wetgeving en mechanismen om het Europese principe “de vervuiler betaalt” te waarborgen tijdens faillissementsprocedures van private rechtspersonen. De analyse omvat zowel Europese als nationale wetgeving en instrumenten. Daarnaast wordt de relatie tussen milieuaansprakelijkheid en faillissementen als gevolg van milieuschade onderzocht. Verschillende vormen van aansprakelijkheid komen aan bod, elk met hun unieke gevolgen. Aansluitend, besteedt deze thesis aandacht aan verschillende mechanismen om het principe “de vervuiler betaalt” uitwerking te kunnen geven tijdens faillissementsprocedures, waaronder financiële zekerheden, verzekeringen en samenwerkingen die zijn ontstaan in de praktijk. Verder wordt er stil gestaan bij de verantwoordelijkheid van rechtspersonen om hun aansprakelijkheid, die tot insolventie zou kunnen leiden, te beperken.

De bestudeerde theorie wordt aangevuld met voorbeelden uit de praktijk om het gedane onderzoek in de juiste maatschappelijke context te plaatsen. Deze voorbeelden, voornamelijk over de financiële gevolgen van milieuschade, tonen de noodzaak van het ontwikkelen van duidelijk mechanismen en afspraken tussen de verschillende betrokken stakeholders.

Vervolgens volgt een kritische blik van de auteur op de bestaande mechanismen en wetgeving. Deze kritische blik wordt aangevuld met suggesties die betrekking hebben op het uitbreiden van bepaalde bestaande initiatieven, wetgevende hervormingen en algemene opmerkingen met betrekking tot het huidige wetgevend landschap. De belangrijke bevindingen onthullen de behoefte aan een meer geïntegreerde en adaptieve benadering van beleidsvorming, waarbij de nadruk wordt gelegd op het harmoniseren van aansprakelijkheidsregimes en het waarborgen van hollistische juridische uitkomsten.

Als laatste wordt er stilgestaan bij de potentiële invloed van nieuwe wetgevende initiatieven op de huidige aanpak. Ook hier wordt er aandacht besteed aan eventuele leemten met betrekking tot het beter integreren van het principe “de vervuiler betaalt” in insolventie procedures en aansprakelijkheidsmechanismen.
Meer lezen

Uncertainty in Climate Science The Constitutive Elements of Uncertainties in Climate Model Projections

KU Leuven
2024
Ruth
Vanhaecht
Few fields in human life benefit from what we call ‘climate change’. The consequences of climate change become apparent and are obstructing–sometimes taking–our lives. This is reason enough to anticipate them and implement mitigation and adaptation strategies through policymaking. However, climate model outputs are plagued with uncertainty; this fact evokes controversy about how they should be interpreted, communicated, and used in decision-making. What do these models tell us and should we base any policy decisions on their outcomes if these are highly uncertain? To warrant our trust in the model outcomes regarding decision-making, the sources of and reasons for the uncertainty should be well-understood.
In this thesis, I investigate the emergence of uncertainty in climate model projections. More precisely, I examine what elements throughout the modelling process are the reason for the uncertainty in the outcomes and how this should be interpreted. Is trust in the outcomes warranted? I evaluate this question as a philosopher of science, conducting a philosophical analysis of the climate modelling process and the concepts related to it.
I cast light on the question by analysing climate modelling in three main ways: through a conceptual analysis of ‘model’, ‘climate’, and ‘system’, through an analysis of the experience of ‘climate’, and from a technical perspective by examining the construction of single-model components, coupled global earth system models, and model ensembles.
When considering how the climate is experienced, I find that it is not clear how it could be experienced since it is a scientifically constructed concept. On the other hand, knowledge of this scientific concept may influence our interpretation of weather phenomena. Furthermore, there are many phases in the model-building process; each phase introduces errors and therefore uncertainty that is carried along to the subsequent phases. Observational data is used to estimate some free values in the model. Choosing which values to align with the data on the one hand and with the physical theory on the other hand requires expert opinion. It is a matter of debate whether the outcomes are trustworthy when they result from alignment with observational data, at the expense of adequate representation of the physical processes. The choices made form a source of subjective uncertainty, while the technical constraints of the chosen approach introduce errors. The concept of ‘adequacy-for-purpose’ means that a model is never adequate relative to the entire climate system, but more apt to answer some questions and less apt to answer others.
Overall, there are three important elements to remember: first, a climate model is built to gain insight into climate phenomena that are highly uncertain. Although the model includes uncertainty too, it reduces the uncertainty in the climate phenomena per se. Secondly, climate models are never ‘true’, but can be adequate for their intended purpose. Using climate model outcomes for answering questions they were not built for will result in meaningless responses. Lastly, including more models and more plausible scenarios will result in more different outcomes; if these outcomes are, on average, closer to the ‘truth’, this should not be a problem. Converging outcomes does not necessarily mean they are more correct. Obtaining more correct average answers, by evaluating more models and more scenarios, is a good practice.
Meer lezen

Play-based learning bijbrengen tijdens een groepsaanbod

UC Leuven-Limburg
2024
Lieze
Michiels
Een praktijkonderzoek van Lieze Michiels naar het aanbrengen van play-based
learning in het kader van de pijler ‘ontmoeting’ van Huis van het Kind
In dit praktijkonderzoek ging ik na hoe play-based learning kan bijgebracht worden
bij ouders van kinderen tussen twee en drie jaar. Dit gebeurde in het kader van de
pijler ‘ontmoeting’ van Huis van het Kind. Concreet werden er twee
ontmoetingsmomenten georganiseerd waar ouders bijleerden over het onderwerp
spelend leren. Enerzijds vond er een interactieve theoretische sessie plaats voor de
ouders. Anderzijds werden de mogelijkheden van play-based learning door zowel
ouder als kind ontdekt tijdens een speelleermoment.
Meer lezen

Shnapge? Geïllustreerde encyclopedie van de Genkse Citétaal

LUCA School of Arts
2024
Indra
Fancello
Deze scriptie is een artistiek onderzoek van de Genkse citétaal. Het bestaat uit het lexicon waarin 120 woorden en uitdrukkingen uit deze jongerentaal zijn verzameld, de geschiedenis ervan die gelinkt is aan het steenkoolmijn verleden van België, hoe jongerentaal in andere landen voorkomt en tot slot een archief waarin allerlei voorbeelden verzameld zijn van hoe men citétaal toepast op social media, in de literatuur en in muziek.
Meer lezen

Supporting Life Participation: an ethnographic study of a nephrology centre

Universiteit Gent
2024
HENRIETTA
ADOM
ABSTRACT
Achtergrond:
Chronische nierziekte (CKD) vereist niet alleen biomedische behandeling maar beïnvloedt ook de vitaliteit van patiënten, waardoor hun deelname aan het leven vermindert. Behandeling, inclusief nierfunctievervangende therapie, beperkt patiënten. Nefrologen streven naar een evenwicht tussen de ernst van symptomen, comorbiditeiten zoals kwetsbaarheid en invaliditeit, en deelname aan het leven, maar de integratie van levensparticipatie in de CKD-zorg blijft beperkt
Doelstelling:
Dit onderzoek beoogt te onderzoeken hoe de integratie van levensparticipatie in nefrologische zorg de kwaliteit van leven en gezondheidsuitkomsten voor CKD-patiënten kan verbeteren, gebruikmakend van een etnografische benadering.
Methode:
Data werden verzameld via vier gevalideerde vragenlijsten (Impact op Participatie en Autonomie, SONG-Life participatie, SONG-HD Fatigue, en EQ5D5L), semi-gestructureerde interviews en observaties. De flexibele aard van semi-gestructureerde interviews stond toe om dieper in te gaan op de antwoorden van de deelnemers.
Resultaten:
De studie omvatte negen patiënten, twee andere belanghebbenden en vijf zorgverleners. De bevindingen benadrukken de noodzaak om niet-medische aspecten zoals sociale diensten en welzijnsprogramma's op te nemen in de zorg voor chronische nierpatiënten. Interviews onthulden aanzienlijke koof in psychologische en sociale ondersteuning voor patiënten, met beperkte middelen en een gebrek aan gespecialiseerd personeel zoals psychologen, maatschappelijk werkers en diëtisten, wat de mogelijkheid beperkt om uitgebreide zorg te bieden die zowel medische als niet-medische behoeften aanpakt.
Conclusie:
Thematische analyse toonde aan dat het integreren van levensparticipatie in de nefrologische zorg essentieel is voor het verbeteren van gezondheidsuitkomsten en de kwaliteit van leven voor chronische nierpatiënten.
Meer lezen

RECENTE ONTWIKKELINGEN IN DE RECHTSPRAAK BETREFFENDE DE OVERDRACHT VAN FAMILIEBEDRIJVEN

Universiteit Gent
2024
Phebe
De Meurichy
De recente ontwikkelingen in de rechtspraak betreffende de overdracht van familiebedrijven.
Meer lezen

De goederenrechtelijke en verbintenisrechtelijke obstakels bij energievoorzieningen in appartementsgebouwen.

Universiteit Gent
2024
Eva
Bouserie
Mijn scriptie bespreek de goederenrechtelijke en verbintenisrechtelijke obstakels die zich opwerpen wanneer men wil overgaan tot de installatie van zonnepanelen en laadpalen in appartementsgebouwen. Door middel van literatuuronderzoek, interviews met syndici en aanwezigheid op algemene vergaderingen heb ik getracht om tot een zo begrijpelijk, toepasbaar en nuttig mogelijk eindwerk te komen. De scriptie is bedoeld als overzicht en leidraad voor elke belanghebbende, met of zonder juridische voorkennis of achtergrond.
Meer lezen

Comparison of leaf-level photosynthetic capacity of tropical lowland forests from the Congo and Amazon Basin

Universiteit Gent
2024
Warre
Demuynck
Winnaar Scriptieprijs
Winnaar Eosprijs
Genomineerde shortlist NBN Sustainability Award
De fotosynthetische capaciteit van verschillende boomsoorten en lianen werd voor de allereerste keer vergeleken tussen twee sites in het Amazonewoud enerzijds en één site in het Centraal-Afrikaanse regenwoud anderzijds. De fotosynthese was opvallend hoger in het Afrikaanse bos. We zouden dus best verschillende parameters gebruiken voor beide regenwouden in vegetatiemodellen. Zo kunnen we klimaatverandering en de impact ervan beter voorspellen. Dit onderzoek kan helpen om meer aandacht te vestigen op het vaak vergeten Afrikaanse regenwoud.
Meer lezen

Cyber Warfare: an attack on the principle of distinction?

KU Leuven
2024
Charlotte
Teuwens
Cyberaanvallen zijn alomtegenwoordig. De gevolgen ervan worden met de dag ernstiger. Deze aanvallen vereisen daarom een strenge en duidelijke regelgeving. Het merendeel van de staten besloot dan ook na jaren van discussie dat het internationaal humanitair recht van toepassing is op cyberoorlogvoering. Het blijft echter onduidelijk hoe de principes geïnterpreteerd moeten worden. Over het beginsel van onderscheid rees bijvoorbeeld de vraag of digitale gegevens als voorwerp beschouwd kunnen worden. In dat geval zou dit beginsel namelijk persoonsgegevens beschermen. Gezien de interconnectiviteit van de cyberruimte is dit dan ook zeer wenselijk.

In twee niet-bindende instructies over cyberoorlogvoering besloten experten daarentegen dat persoonsgegevens geen voorwerp zijn. Verschillende auteurs hebben kritiek geuit op dezeinterpretatie. Volgens hen beschouwen staten digitale gegevens reeds als voorwerp en ontstaat er gewoonterecht. In hun argumentatie voor deze verklaring ontbreekt echter sluitend bewijs.

Deze masterproef onderzoekt daarom de waarachtigheid van dit standpunt. De masterproef analyseert bronnenmateriaal van veertien staten op zoek naar opinio juris en statenpraktijk. De staten zijn geselecteerd aan de hand van drie factoren wat betreft hun betrokkenheid in cyberoorlogvoering. Op basis van deze analyse besluit de masterproef dat staten de ‘scale and effects approach’ toepassen: ze evalueren of de niet-materiële gevolgen van een cyberaanval, bijvoorbeeld economische, gelijkaardig zijn aan de gevolgen die een fysieke aanval zou veroorzaken. Het standpunt van de auteurs is dus gedeeltelijk waar: staten beschouwen digitale gegevens niet als voorwerp, maar wanneer de omvang en gevolgen van een cyberaanval een bepaalde drempel overschrijden, beschermen ze digitale gegevens alsnog als een voorwerp. Deze bevinding resulteert in een alternatieve interpretatie voor huidige praktijken in de
cyberruimte. Om vervolgens bovenvermelde drempel te specifiëren, zijn de interpretatie van de experten en de alternatieve interpretatie toegepast op scenario’s. Deze toepassing toont aan dat staten vaker bescherming bieden tegen cyberaanvallen dan de experten in hun interpretatie aan bescherming voorzien. De masterproef concludeert daarom dat een herinterpretatie wenselijk is om de rechtszekerheid en de bescherming van persoonsgegevens te verhogen.
Meer lezen

Rouwen over culturen heen: Ondersteuning van migrantenkinderen en -jongeren bij het sterven van een familielid

Odisee
2024
Zahide
Ocak
Rouwen over culturen heen: stel je voor dat je een wereldreis maakt door het landschap van menselijke emoties, waar elke stap een ander verhaal van verlies en veerkracht onthult. Deze scriptie nodigt je uit om mee te reizen door het complexe en dynamische rouwproces van kinderen en jongeren met een migratie-achtergrond, en biedt handvaten voor ouders en hulpverleners om hen op een passende en cultuursensitieve manier te ondersteunen.

Onze reis begint in een wereld waarin migratie en culturele diversiteit toenemen, en waar kinderen en jongeren voor unieke uitdagingen komen te staan bij verlieservaringen. Door middel van een diepgaande casusanalyse van de zevenjarige Yusuf en zijn zussen die hun moeder plotseling verloren, krijgen we inzicht in hun unieke rouwbehoeften. We verkennen drie invalshoeken: de psychologische, pedagogische en levensbeschouwelijke dimensies van rouw. Onderweg zien we hoe emotionele reacties zoals boosheid, verdriet en angst zich tonen in gedragsproblemen, en ontdekken we het belang van een ondersteunende omgeving waarin deze emoties kunnen worden erkend en verwerkt.

Verder brengen de wegen ons bij cultuursensitieve benaderingen die onmisbaar blijken voor effectieve ondersteuning. De scriptie presenteert drie innovatieve veranderingsvoorstellen: vormingen voor gezinnen, preventieve lessen in scholen en de ontwikkeling van een cultuursensitief kinderboek. Elk voorstel biedt praktische richtlijnen en inspirerende voorbeelden die direct toepasbaar zijn in de praktijk. We leren hoe ouders kunnen worden betrokken bij het rouwproces van hun kinderen, hoe leerkrachten kunnen worden getraind in het herkennen en ondersteunen van rouwende leerlingen, en hoe kinderboeken kunnen worden gecreëerd die de culturele en religieuze diversiteit van rouwervaringen weerspiegelen.

Onze reis voert ons door de verschillende fasen van rouw, waarbij we uitwegen verkennen voor de uitdagingen waarmee kinderen en jongeren met een migratie-achtergrond worden geconfronteerd. De verhalen van gezinnen zoals dat van Yusuf illustreren de complexe dynamieken van rouw en de noodzaak van een empathische en geïnformeerde benadering. We ontdekken dat cultuursensitieve ondersteuning niet alleen helpt bij het verwerken van verlies, maar ook bijdraagt aan de veerkracht van rouwende kinderen en jongeren.

Aangekomen bij onze bestemming staan we stil bij een vraag die ons zal blijven bezig houden: Hoe kunnen we ervoor zorgen dat ieder kind de juiste steun krijgt bij hun unieke rouwproces in een steeds diverser wordende samenleving?
Meer lezen

Defending democracy: what explains the EU’s response to backsliding member states?

Universiteit Gent
2024
Loren
Vermeire
De thesis, getiteld Defending Democracy: What Explains the EU’s Response to Backsliding Member States?, onderzoekt hoe de Europese Unie reageert op democratic backsliding bij lidstaten en welke factoren deze respons sturen. In het onderzoek wordt democratic backsliding geanalyseerd aan de hand van casestudies van Hongarije en Polen, die vaak als voorbeeld worden genoemd van landen waar de rechtsstaat en democratische normen stelselmatig onder druk staan.

De thesis is opgebouwd rond een aantal kernonderdelen:

Conceptueel Kader: Hierin worden de basisconcepten van democratie en democratic backsliding uiteengezet, waarbij Vermeire ingaat op hoe deze concepten toegepast worden in de context van de EU.

Theoretisch Kader: Dit hoofdstuk onderzoekt bestaande theoretische benaderingen die helpen verklaren waarom de EU reageert zoals ze doet. Hierin wordt bijvoorbeeld de logica van ‘consequenties’ en ‘gepastheid’ besproken, oftewel hoe politieke en institutionele factoren de beslissingen van de EU sturen.

Methodologie: Vermeire gebruikt een kwalitatieve benadering met casestudieanalyse van de situaties in Hongarije en Polen, en interviews met EU-functionarissen en betrokkenen uit het maatschappelijk middenveld. Dit moet inzicht geven in de factoren die aan de basis liggen van de EU’s respons op democratic backsliding.

Analyse van Casestudies: De thesis gaat gedetailleerd in op de specifieke gevallen van democratic backsliding in Hongarije en Polen. De respons van de EU op elk van deze landen wordt vergeleken en geanalyseerd om patronen te ontdekken in de EU's aanpak.

Resultaten en Discussie: Hier worden vier factoren geïdentificeerd die de reactie van de EU verklaren: (1) juridische en procedurele mechanismen, (2) interinstitutionele dynamieken binnen de EU, (3) politieke overwegingen, en (4) de invloed van de lidstaten zelf.

Conclusie: Tot slot biedt de thesis een samenvattende conclusie en aanbevelingen voor verder onderzoek, waarbij ook beperkingen van de huidige aanpak van de EU worden benoemd.

De thesis levert hiermee een bijdrage aan het wetenschappelijk debat door inzicht te bieden in hoe de EU omgaat met relevante interne uitdagingen voor haar kernwaarden en welke obstakels in de weg staan voor een eenduidige en doeltreffende aanpak van democratic backsliding. Het biedt ook een hedendaagse update aan de bestaande literatuur.
Meer lezen

'Gekleurde huid' op het witte scherm. Een exploratief onderzoek naar de ervaringen van Vlaamse niet-witte actrices en/of actrices met een migratieachtergrond.

Universiteit Gent
2024
Souad
Boukhatem
Deze masterproef onderzoekt de professionele ongelijkheden waarmee niet-witte actrices en actrices met een migratieachtergrond geconfronteerd worden in de Vlaamse film- en televisiesector, met een focus op de intersectionaliteit van ras en gender. De studie identificeert specifieke uitdagingen en barrières die deze actrices ervaren, uiteengezet in vier deelvragen die de complexe lagen van ongelijkheid binnen de sector blootleggen.

Ten eerste ervaren niet-witte actrices psychologische belasting door hun representatieve last en het gevoel van isolatie in een overwegend witte omgeving. Ze worden vaak gecast in stereotiepe rollen die hun echte identiteiten en ervaringen niet weerspiegelen, wat leidt tot professionele frustraties en psychologische stress. Daarnaast versterkt hun casting de dominantie van witte en mannelijke perspectieven, wat hun marginalisatie bevordert.

Het onderzoek toont verder aan dat discriminatie op basis van ras en gender leidt tot significante professionele, sociale en economische nadelen. Deze actrices stuiten op structurele barrières zoals beperkte en vaak stereotiepe rollen die hun carrièremogelijkheden beperken. Ze ervaren subtiele tot expliciete discriminatie, die samen met ontransparante loonstructuren hun financiële welzijn en professionele groei beïnvloeden.

Persoonlijk welbevinden van de actrices lijdt ook onder deze ongelijkheden. De cumulatieve effecten van discriminatie schaden hun geestelijke gezondheid, resulterend in symptomen van angst, onzekerheid en een verlaagd zelfvertrouwen. Ondanks deze uitdagingen ontwikkelen de actrices diverse copingstrategieën zoals het vormen van netwerken voor steun, het initiëren van eigen projecten, en het ontwikkelen van onverschilligheid om emotionele energie te bewaren.

De masterproef concludeert met aanbevelingen voor de sector, waaronder de noodzaak voor herziening van narratieve structuren en een meer inclusieve representatie in de media. Er moet een effectief diversiteitsbeleid komen met concrete, meetbare doelen voor inclusiviteit. Het Vlaams Audiovisueel Fonds kan een belangrijkere rol spelen door het bevorderen van diversiteit zowel voor de camera als in creatieve en leiderschapsposities achter de schermen. Onderwijs speelt een cruciale rol in het bevorderen van een meer inclusieve en minder Eurocentrische wereldvisie. Bovendien is dekolonisatie van het curriculum en aan toneelscholen noodzakelijk om een meer inclusieve opleiding te bieden. Ook het aanstellen van diversiteitscoördinatoren en het trainen van vertrouwenspersonen in discriminatie-herkenning zou bijdragen aan een inclusiever werkklimaat. Tot slot benadrukt deze masterproef de behoefte aan verder onderzoek naar de specifieke ervaringen van niet-witte actrices, acteurs en andere identiteitsaspecten zoals seksuele oriëntatie en disability om effectieve beleidsmaatregelen en interventies te ontwikkelen.
Meer lezen

Implementeren van best practices met het oog op duurzame campusmobiliteit op Campus Hasselt en Campus Diepenbeek

Universiteit Hasselt
2024
Jeroen
Luyck
  • Issam
    Aabbasy
In het kader van het project transitiemanager sloegen de Universiteit Hasselt, Hogeschool PXL en Hogeschool UCLL de handen ineen om samen met, onder meer, de Stad Hasselt en de gemeente Diepenbeek, een gedragsverandering bij studenten en personeelsleden te realiseren. Het onderzoek richt zich op de totstandkoming van mobiliteitsinitiatieven die bijdragen aan een duurzamer verplaatsingsgedrag op en rond onderwijscampussen. Hiervoor werden interviews gehouden met onderwijsinstellingen uit binnen- en buitenland. De best practices uit deze interviews hebben geleid tot de opstelling van maatregelenpakketten met toekomstige maatregelen voor de Universiteit Hasselt.
Meer lezen

Markerless Augmented Reality Guidance System for Maxillofacial Surgery

KU Leuven
2024
Ewald
Ury
Deze studie presenteert een nieuw, eenvoudig te gebruiken augmented reality (AR)-systeem dat chirurgen begeleidt tijdens kaakchirurgie. In tegenstelling tot de huidige methoden, die fysieke gidsen gebruiken en vaak kostbaar en tijdrovend zijn, maakt dit systeem gebruik van digitale hologrammen en de Microsoft HoloLens 2-headset. Het volgt de kaak van de patiënt in real-time, zonder dat fysieke markeringen nodig zijn. Tests met vier chirurgen toonden aan dat dit AR-systeem zeer nauwkeurig is, met een foutmarge van minder dan 1,08 mm. Deze nieuwe benadering kan een kosteneffectievere, eenvoudigere en minder ingrijpende manier bieden om de precisie van de chirurgie te verbeteren.
Meer lezen

De waarde van artificiële intelligentie bij borstkankerscreening met mammografie

Universiteit Gent
2024
Helena
Laseure
Borstkanker is de meest voorkomende kanker met de hoogste mortaliteit bij vrouwen wereldwijd. Vroegtijdige detectie via mammografische borstkankerscreening verbetert de prognose. Artificiële intelligentie (AI) belooft op haar beurt de efficiëntie van de mammografische screening te verbeteren. Dit literatuuronderzoek richt zich op de potentiële waarde van AI bij mammografische borstkankerscreening.
Meer lezen

HATE THE PLAYER, NOT THE GAME. Exploring extremist and terrorist use of games, gaming platforms and gamification strategies for propaganda purposes.

Andere
2024
Olivier
Cauberghs
This dissertation explores how video games, gaming culture, and gamification
strategies are employed by (violent) extremist and terrorist individuals and organisations to disseminate propaganda. The literature review commences by providing the current state of knowledge on the topic, including the correlation between video games and violence, and why extremist and terrorist content in the gaming community demands our undivided
attention.

Thereafter, the study delves into the historical context of online extremism, tracing
its evolution from the digital pioneers of the 1980s to the modern challenges faced today. It further investigates the strategies employed by (violent) extremist and terrorist organisations in video games, including the modification of existing games to disseminate violent extremist messages, and the use of in-game communication for recruitment and radicalisation.

This dissertation also examines online gaming and gaming adjacent platforms like
Steam, Twitch, Discord, etc. and their potential role in this context. Furthermore, it will
investigate the extent to which they are utilised and whether their usage is restricted to
specific ideologies.

Finally, it examines gaming culture references, both visual and linguistic, in the
communication strategies employed by (violent) extremist and terrorist people and
organisations.

This dissertation will conclude that (violent) extremist and terrorist individuals and
organisations fully exploit video games and modifications to spread their ideology, gaming (adjacent) platforms for community building and communication and gamification strategies to recruit and radicalise individuals. It is not confined to far-right and Jihadist ideology but encompasses a broad range of ideologies. Gamification techniques are commonly used to disseminate their respective ideologies, build communities, and recruit and radicalise individuals.
Meer lezen

A change of direction in the jurisprudence on wrongful birth claims

Vrije Universiteit Brussel
2024
Graciela
Pardo Burbano
In deze thesis wordt het onderwerp van schadevergoeding wegens een medische fout behandeld, in het bijzonder de zgn. 'wrongful life, wrongful birth en wrongful pregnancy' vorderingen. Na een analyse van Belgisch recht, een discussie over de debatten, en een vergelijking met andere rechtstelsels komt een voorstel van mogelijke artikels om dit onderwerp te reguleren.
Meer lezen

3D-printen van een gezonde snack met eendenkroos-eiwit

Erasmushogeschool Brussel
2024
Jorinde
Verschueren
Genomineerde shortlist Eosprijs
Deze bachelorproef onderzoekt het op maat 3D-printen van een gezonde snack op basis van eendenkroos, een eiwitrijk en duurzaam ingrediënt. Het onderzoek richt zich op het ontwikkelen van een personaliseerbaar recept dat kan worden aangepast aan de voedingsbehoeften van de consument. Het doel is een innovatieve snack te creëren die zowel voedzaam, milieuvriendelijk als afgestemd op individuele voorkeuren is.
Meer lezen

De verborgen lagen van belle époque sgraffito: een Gentse casestudy

Universiteit Gent
2024
Febe
Buysse
De decoratietechniek sgraffito siert talloze gevels in Belgische steden en biedt hedendaagse wandelaars een blik op het straatbeeld van de belle époque. Deze prachtige decoraties vereisen echter aanzienlijke zorg om hun schoonheid te behouden, maar blijven vaak onderbelicht. Dit onderzoek richt zich op Gent als casestudy, met als doel de ontwikkeling van sgraffiti in de bloeiperiode van 1895 tot 1914 in kaart te brengen.

De centrale onderzoeksvraag luidt: Hoe heeft sgraffito zich in Gent ontwikkeld en wat maakt deze decoraties uniek op het gebied van stijl en techniek? Binnen een straal van 3 km worden specifiek 38 gebouwen en gebouwen-ensembles onderzocht. Deze selectie omvat ook sgraffiti uit het interbellum, gezien de directe invloeden van de sgraffito-techniek uit de belle époque. Om de onderzoeksvraag te beantwoorden, worden de decoraties en ontwerpers voornamelijk geanalyseerd via bronnenonderzoek, visuele analyse en archiefonderzoek. Dit leidt tot een indeling in vier groepen: sgraffito-pioniers, sgraffito-meesters, sgraffito-verkenners en sgraffito-erfgenamen, die samen de ontwikkeling van Gentse sgraffiti in kaart brengen.
Meer lezen

Inburgering, Taalverplichtingen & Sociale Prestaties voor Derdelanders: een juridische kijk op 'Taalwelvaartschauvinisme'

KU Leuven
2024
Simon
Venmans
Hoe kijkt het Belgische en Europese recht naar het ontnemen van sociale uitkeringen aan derdelanders wegens hun gebrek aan Nederlands? Deze politieke trend, wat ik ‘taalwelvaartschauvinisme’ noem, stoot bij haar omzetting in wetgeving op verschillende juridische, maar ook praktische bezwaren.
Meer lezen

Reducing exposure to particulate matter in the indoor environment through filter application

Universiteit Gent
2024
Lisa
Corneillie
In deze scriptie wordt de effectiviteit van een filter als strategie voor het verbeteren van de binnenluchtkwaliteit tegen fijnstof onderzocht met behulp van simulaties in Dymola. Hiervoor is er een nieuwe indeling voor fijnstofdeeltjes ontwikkeld, gebaseerd op de toxiciteit van verschillende deeltjesgroottes en afgeleid uit de literatuur. Deze nieuwe indeling heeft als doel de tekortkomingen van de bestaande grootte-indelingen te vervangen die de grootte- en bronafhankelijke toxiciteit van fijnstof generaliseren. Na het ontwikkelen van een filtercomponent en het aanpassen van een bestaand multi-zone model, werd de schadelijkheid van de fijnstofconcentratie die de binnenomgeving bereikt en het vermogen van filters om dit te voorkomen, onderzocht in verschillende scenario's. De invloed op de algehele binnenluchtconcentratie van PM werd waargenomen voor verschillende buitenomgevingen en verschillende filters. Daarnaast werden ook de invloed van PM dat door koken wordt uitgestoten, het verschil tussen 100% ventilatie en vraaggestuurde ventilatie en de implementatie van open ramen gesimuleerd. Bovendien werden de invloed van variatie in filterefficiëntie, de levensduur van het filter en het daaropvolgende energieverbruik onderzocht. De resultaten tonen aan dat een HEPA-filter de binnenluchtconcentratie van PM voor alle schadelijke deeltjesgroottefractie voldoende kan verlagen, terwijl een grof en fijn filter dit niet kunnun. Koken en het openen van ramen ondermijnen echter de effectiviteit van het filter in zodanige mate dat een gezonde binnenomgeving niet langer kan worden gegarandeerd. Een voorlopige analyse van het energieverbruik en de levensduur van het filter toont aanzienlijke extra energiekosten aan bij het gebruik van filters, evenals een levensduur die aanpassing vereist van het bereik dat door fabrikanten wordt voorgesteld. Analyse van de huidige testnormen voor filters laat zien dat deze niet voldoende zijn om een goede vergelijking tussen verschillende filters te waarborgen. Het aantal DALY's voor blootstelling aan PM2.5 was in alle scenario's minstens vier keer kleiner wanneer er een HEPA-filter aanwezig was. PM bleef echter de meest schadelijke verontreinigende stof, vóór stikstofdioxide, ozon en formaldehyde.
Meer lezen

How can Virtual Reality and/or Augmented Reality influence the Customer Journey?

Universiteit Gent
2024
Ruben
Coppens
Deze masterproef onderzoekt de invloed van virtual reality (VR) en augmented reality (AR) op de customer journey (CJ). De probleemstelling richt zich op hoe deze technologieën de interacties en ervaringen van klanten met bedrijven kunnen transformeren. De centrale onderzoeksvraag is: "Hoe kunnen Virtual Reality en/of Augmented Reality de customer journey beïnvloeden?"

Het onderzoek is gestart met een uitgebreide literatuurstudie om een theoretisch kader te bieden. Daarnaast is een kwalitatieve benadering gebruikt, waarbij semigestructureerde interviews zijn gehouden met zes experts in de sector. Tot slot is de data-analyse uitgevoerd met behulp van thematische analyse om patronen en inzichten te identificeren.

Uit het onderzoek blijkt dat VR en AR aanzienlijke voordelen bieden in alle fasen van de
customer journey, van bewustwording tot loyaliteit. VR biedt diepgaande immersieve
ervaringen, terwijl AR praktische en verbeterde interacties in de fysieke wereld mogelijk
maakt. Deze technologieën verbeteren de klantbeleving, verhogen de betrokkenheid en
kunnen leiden tot hogere conversiepercentages.

De conclusie van deze studie is dat VR en AR de potentie hebben om de gehele customer journey te transformeren door innovatieve en boeiende klantervaringen te bieden. De conclusie is daarom dat bedrijven die deze technologieën effectief implementeren, een concurrentievoordeel kunnen behalen en klanttevredenheid kunnen verhogen.
Meer lezen

Verbeurdverklaring ten laste van derden: hoe eigen blijft eigendom?

KU Leuven
2024
Katrijn
Sette
Dit onderzoek focust op de Belgische regelgeving en rechtspraak betreffende het raakvlak tussen de verbeurdverklaring ten laste van derden (VTLD) en het eigendomsrecht. Bij een VTLD wordt op grond van een rechterlijke beslissing een verbeurdverklaring uitgesproken als bijkomende straf ten aanzien van een veroordeelde, maar zijn de goederen in kwestie – of een deel ervan – eigendom van een derde. Een dergelijke verbeurdverklaring heeft tot gevolg dat de derde zijn eigendom verliest ten voordele van de staat (of burgerlijke partij). Het mag duidelijk zijn dat een VTLD op gespannen voet staat met het eigendomsrecht van derden. Niettemin wordt eerstgenoemde toegepast in België, al wordt voor bepaalde derden wel in een bescherming van hun eigendom voorzien.

Dit onderzoek wil nagaan in hoeverre België beschikt over een ‘goede’ regelgeving en invulling ervan voor wat betreft het raakvlak tussen de VTLD en het eigendomsrecht. Het wenst het potentieel tot verbetering in kaart te brengen.

Hiertoe wordt eerst een beschrijvende analyse gemaakt van het huidig Belgisch kader. Er wordt gekeken naar de draagwijdte van het recht op eigendom en onderzocht in welke mate en op welke wijze de regeling omtrent de VTLD een balans weet te vinden tussen het eigendomsrecht enerzijds en de strafrechtelijke doelstellingen die aan de VTLD ten grondslag liggen anderzijds. Tevens wordt het Belgisch kader vergeleken met de benadering in Zwitserland en Zuid-Afrika. Op basis van voorgaande beschrijvende analyse en rechtsvergelijking, aangevuld met een studie omtrent de regeling en vereisten op niveau van de Raad van Europa en de Europese Unie, wordt vervolgens een toetsingskader ontwikkeld. Dit toetsingskader laat toe het huidig Belgisch kader grondig te evalueren qua mogelijkheid tot VTLD en qua voorziening in, voorwaarden voor en wijzen van derdenbescherming. De evaluatie toont dat – naast diverse goede elementen – de Belgische regeling en rechtspraak geplaagd worden door problemen, onduidelijkheden, hiaten en discrepanties. Dit potentieel tot verbetering wordt na een interne rechtsvergelijking met het goederenrecht vertaald in een reeks concrete aanbevelingen. Deze aanbevelingen – voornamelijk gericht aan de wetgever – willen een meerwaarde bieden bij de realisatie van een ‘goed’ Belgisch kader.
Meer lezen