Oost en West: een hal van spiegels

Simon
Hendrickx

Hoe bekijken verschillende culturen elkaar? Bestaat er zoiets als een onveranderlijke kern van "het Oosten" en "het Westen"? Hoe komt het dat vooroordelen en stereotiepe beelden over andere culturen zo hardnekkig zijn in een wereld die steeds sneller globaliseert? Dit zijn enkele vragen die ik in mijn thesis heb besproken met als leidraad de controverse tussen twee grote Arabische intellectuelen, Edward Said en Sadiq Jalal al-Azm.

image-20191003154112-1  Edward Said                      image-20191003154151-2  Sadiq Jalal al-Azm

De valse blik van het orientalisme

In 1987 schreef de Palestijnse denker Edward Said zijn monumentale studie genaamd Orientalisme, waarin hij een diepgaande kritiek uitwerkte op het vakgebied van de orientalistiek, of de studie van Oosterse culturen in het Westen. Hij verwees hier naar de weidverspreide stereotiepe ideeën over deze culturen die maar al te vaak kritiekloos geproduceerd werden. Bijvoorbeeld het idee dat de islam steevast naar fanatisme leidt of altijd vrouwenrechten heeft onderdrukt. Aan de hand van zulke clichés wordt tot op de dag van vandaag het idee in stand gehouden dat de Westerse wereld superieur is aan de islamitische wereld. Bovendien claimde hij dat deze racistische concepten de voornaamste reden waren voor de overheersing van het Westen over het Oosten. Sinds haar publicatie heeft deze tekst tal van controverses en discussies uitgelokt, één van de meest pertinente reacties kwam van de pen van de Syrische filosoof Sadiq Jalal al-Azm.

Al-Azm schreef een tweede tekst genaamd Orientalisme en omgekeerd Orientalisme, waarin hij enkele opmerkingen op Saids publicatie uitwerkte. Alhoewel hij het in grote lijnen eens was met de centrale boodschap van Orientalisme, geeft al-Azm enkele belangrijke inzichten mee rond de werkwijze van Said. Hij beschuldigde Said ervan dat hij de werkelijke wereld negeerde en alleen maar aandacht schonk aan boeken en ideeën. Volgens Said zijn de uitspraken van de orientalisten als het ware de grootste verantwoordelijke voor het ontstaan van het kolonialisme. Al-Azm, aan de andere hand, beweerde dat het net de koloniale expansie was die deze denkbeelden produceerde en dat Said de relatie tussen beide fenomenen ondersteboven had voorgesteld. Dit is een belangrijke kwestie. Als we naar een betere wereld willen streven en racisme en vooroordelen willen aanpakken, is het uiteraard cruciaal om oorzaak en gevolg duidelijk van elkaar te kunnen scheiden.

Een hardnekkig probleem

De hoofdvraag van mijn thesis is dus hoe het komt dat veertig jaar na de publicatie van dit belangrijke boek, de racistische attitudes tegenover de ander nog steeds zo hardnekkig lijken? Mijn hypothese bestaat uit twee elementen.

Ten eerste houdt het probleem verband met een wereldwijde trend in cultuur en politiek. Sinds het begin van de jaren tachtig zien we een stijgende focus op identiteit en religie in intellectuele en politieke kringen. Het resultaat hiervan is dat het gros van de hedendaagse politieke conflicten gezien wordt door de lens van een zogezegd onvermijdelijke "botsing der beschavingen". Ik wou de schadelijke invloed van deze oppervlakkige zienswijze aantonen door een analyse te maken van de omstandigheden die naar deze stand van zaken hebben geleid.

Het tweede element houdt verband met de kritiek op Saids methodologie. Hierin volg ik de ideeën van zijn criticus al-Azm. Said was beinvloed door de zogenaamde postmoderne filosofie, die sterke nadruk legt op de kracht van taal en woorden. Aan de andere hand was al-Azm een meer materialistische denker. Dit wil zeggen dat hij meer belang hechtte aan economische en politieke ontwikkelingen als motor voor globale gebeurtenissen. Door de jaren heen is de aanpak van Said invloedrijker geworden en heeft de materialistische lens ietwat aan belang verloren. Ik denk dat Said het probleem van het orientalisme uitstekend had begrepen maar dat hij vanwege zijn persoonlijke invalshoek er niet in geslaagd is om een passende oplossing aan te bieden. Daarom besliste ik om elementen van de beide auteurs te vergelijken om aldus een synthese van hun beste ideeën te bereiken. Ik heb hiervoor gebruik gemaakt van de originele versie van al-Azm's boek dat in het Arabisch is gepubliceerd en tot op heden nog niet volledig naar andere talen was vertaald. Aldus maakte ik persoonlijke vertalingen van de meest relevante passages van Orientalisme en omgekeerd Orientalisme om de meest relevante inzichten ervan op de uitdagingen van onze tijd toe te passen.

Vervolgens beschreef al-Azm een nieuw fenomeen dat hij opmerkte bij sommige islamitische denkers en als "omgekeerd orientalisme" doopte. Deze personen hebben dezelfde negatieve denkbeelden over interculturele dialoog als de Europese orientalisten, maar ditmaal via de andere kant van de spiegel. Ze nemen ook aan dat er een diepe kloof bestaat tussen Oost en West en dat beiden in hun kern volledig tegengesteld zijn aan elkaar. Aldus is alles wat uit Europa komt negatief want het Westen is het Westen en het Oosten is het Oosten. Wat goed werkt voor één cultuur kan in geen elk geval van toepassing zijn op de andere. Het enige verschil is dat het islamitische Oosten nu als superieur wordt voorgesteld tegenover het decadente en materialistische Westen. Deze houding die nadruk legt op het verschil tussen groepen en culturen is helaas vrij toonaangevend geworden de laatste decennia. Ik heb het bestaan van dit "omgekeerd orientalisme" succesvol kunnen illustreren aan de hand van verschillende hedendaagse voorbeelden.

image-20191003154447-3

Is er een uitweg?

Tenslotte wou ik met mijn thesis een bescheiden bijdrage leveren aan de voortgaande discussie over interculturele dialoog en globalisering. We leven in een wereld waar de interactie tussen verschillende groepen alleen maar zal toenemen. Tegelijkertijd denk ik dat de huidige focus op wat mensen scheidt van elkaar niet helpt om spanning en conflicten te ontmijnen. Als antwoord hierop presenteer ik een vernieuwd pleidooi voor de waarden van het universalisme. Dit betekent het geloof dat we dezelfde positieve rechten, waarden, en ideeën overal ter wereld kunnen toepassen ongeacht de cultuur of het erfgoed van een persoon. Dit betekent respect voor culturele diversiteit op een inclusieve manier die niemand uitsluit. Dit betekent het geloof dat wij één mensheid zijn en dat er meer is dat ons verenigd dan er ons verdeeld.

Download scriptie (2.23 MB)
Universiteit of Hogeschool
KU Leuven
Thesis jaar
2019
Promotor(en)
Prof. Dr. Giovanna Lelli