Scriptiebank is een vrij toegankelijke online databank. Deze bevat alle artikels en full text scripties van deelnemende bachelors en masters aan de Vlaamse Scriptieprijs.

Experimenteel Stewart Platform

Bram Dupré
Ontwikkeling van robotische test- en trainingsinfrastructuur voor het nieuwe innovatiecentrum Dronedock te Oostende. Hoofddoel: veilig landen van drones op schepen.

Nuclear Contradictions? Sociocultural elaborations of Belgium's nuclear phaseout

Alena Clark
Dit antropologische proefschrift onderzoekt de voortdurende nucleaire uitfasering in België, een proces dat wordt gevormd door beleidsveranderingen, geopolitieke invloeden en de vraag naar energie. Het onderzoekt de veelzijdige wereld van kernenergie en de uitfasering ervan, en werpt licht op de ingewikkelde relatie tussen machtsstructuren, lokale gemeenschappen en mondiale contexten bij het vormgeven van publieke verhalen en waarheidsregimes met betrekking tot kernenergie. Omlijst door Michel Foucaults waarheidsregimes en Dominic Boyers concept van energopolitiek, onderzoekt het onderzoek de productie en handhaving van nucleaire verhalen onder mijn Doel-gesprekspartners. Via een analyse van individuele energie-ervaringen en -attitudes identificeert en definieert de studie waarheidsregimes binnen de context van Doel door het sociaal-culturele landschap en de energopolitiek van de nucleaire uitfasering onder de loep te nemen. Dit resulteert in een verkenning van potentiële tegenstrijdigheden of inconsistenties binnen en tussen deze waarheidsregimes, overheidsinitiatieven en publieke belangen. In wezen biedt dit onderzoek een alomvattend inzicht in de complexiteit van kernenergie en biedt het waardevolle inzichten in de uitdagingen, ambities en spanningen rond de Belgische transitie van kernenergie.

The interaction between LEDGF and MeCP2-The role in LINE-1 retrotransposition

Lena Kwaspen
Basisonderzoek naar de rol van LEDGF en MeCP2 in kader van LINE-1 retrotranspositie. De productie en validatie van LEDGF en MeCP2 knock-out cellijnen. In vivo productie van lokale LEDGF knock-out in neuronen en het effect op MeCP2.

In Lijn met de Meester: Het schetsboek van Paul de Vos (1591/92 - 1678) binnen de atelierpraktijk van zijn leermeester Frans Snyders (1579 - 1657)

Charlotte Roosen
In deze scriptie word het 17de-eeuwse schetsboek
van de Antwerpse stilleven- en dierenschilder Paul de Vos onderzocht binnen de atelierpraktijk van zijn leermeester Frans Snyders. De tekeningen en inscripties in het boek worden in hun context geplaatst van de artistieke samenwerkingen tussen de schilder-broers Paul, Cornelis en Jan de Vos met hun schoonbroer Frans Snijders enerzijds en met Peter Paul Rubens anderzijds.

Vergelijkende levenscyclusanalyse van beton, staal, hout en metselwerk vloer-draagstructuurcombinaties in middelhoge gebouwen

Esther Claeys
De vervuilende staal- en betonindustrie zorgen er tot op vandaag voor dat de bouwsector verantwoordelijk is voor meer dan een derde van de energievraag en CO2-uitstoot op Europees niveau. Is bouwen met hout de geknipte oplossing om de bouwsector te vergroenen of is dit een genuanceerder verhaal? Aan de hand van een vergelijkende levenscyclusanalyse van beton, staal, hout en metselwerk vloer-draagstructuurcombinaties in middelhoge gebouwen wordt dit onderzocht in deze scriptie.

Welk effect heeft voorleessoftware op de zelfredzaamheid van kinderen met dyslexie of TOS in het derde leerjaar?

Sofie Van Hoecke
In dit onderzoek besloten we dat voorleessoftware in een derde leerjaar de zelfredzaamheid verhoogt van leerlingen met nood aan leesondersteuning indien aan alle randvoorwaarden zoals het in orde zijn van technische apparatuur en het over voldoende computationele vaardigheden beschikken, wordt voldaan. Maar ook de inbreng van de leerkracht doet ertoe! Om hieraan tegemoet te komen, werden een plan van aanpak met een leerlijn geïntegreerd in het schoolwerkplan. Er werden ook hulpfiches voor leerlingen en leerkrachten ingevoerd en er werd werk gemaakt van breed evalueren van de mate van zelfstandig werken met de voorleessoftware.

Taakherverdeling van huisarts naar verpleegkundige in de acute infectiezorg: Een Belgische, monocentrisch, prospectieve cohortstudie

Laurent Desmet
Eerstelijnszorg wordt gekenmerkt door een grote zorgvraag maar een beperkt aanbod. Hierdoor wordt er gezocht naar nieuwe vormen van multidisciplinaire samenwerking en taakherverdeling. Deze studie onderzoekt de impact van de implementatie van verpleegkundig geleide consultaties ten opzichte van huisarts geleide consultaties bij patiënten met acute infectieklachten.

Predictive Policing: Kwalitatief onderzoek naar een voorspellend criminaliteitsmodel in Nederland

Gert-Jan Van de Walle
In dit kwalitatief onderzoek wordt nagegaan hoe het voorspellen van criminaliteit (predictive policing) in Nederland vorm krijgt, en hoe wij er in België van kunnen leren.

What Lurks in the Shadows: Can Transitional Justice Help Deal with Wartime Organized Crime in Post-Conflict Colombia?

Elias Dessantis
Traditioneel werden conflicten aangepakt binnen het kader van transitional justice. Dit kader richt zich op verzoening, vergoedingen voor slachtoffers en het versterken van democratie en de rechtsstaat. Aanvankelijk werden deze concepten bekeken vanuit een liberaal paradigma, maar door kritiek heeft transitional justice zich de afgelopen jaren ontwikkeld tot een meer holistische benadering. Waar eerder alleen aandacht werd besteed aan de symptomen van een conflict (direct geweld), richt transitional justice zich nu op onderliggende factoren van het conflict. Deze ontwikkeling werd vertaald naar het vredesakkoord van 2016 tussen de Colombiaanse regering en de FARC, dat tot doel had een decennialange oorlog te beëindigen. Het richtte zich op de structurele problemen die bijdroegen aan het conflict. Echter, dit vredesakkoord heeft niet zoveel succes behaald als gehoopt. In 2023 worstelt Colombia met veel geweld, waarbij de drugproductie haar hoogtepunt bereikt. De demobilisatie van de FARC heeft een vacuüm gecreëerd dat niet door de regering, maar door gewapende groeperingen is opgevuld. De oorzaak hiervan ligt deels in een gebrek aan uitvoering en staatsaanwezigheid in lokale gebieden, en deels in verzet tegen het vredesakkoord. Hoewel transitional justice ervan uitgaat dat post- conflictgebieden worden gekenmerkt door eenheid, stuitte de Colombiaanse regering op veel weerstand. Het conflict heeft scheidslijnen gecreëerd tussen de staat en gemeenschappen, evenals tussen burgers onderling. Dit, in combinatie met een gebrek aan staatsaanwezigheid en capaciteit, maakte het voor gewapende groeperingen gemakkelijk om controle te krijgen over achtergebleven gebieden. Een oplossing voor dit probleem kan liggen in het kader van transformative justice. Dit kader legt de nadruk op lokale inbreng en hulpbronnen, waarbij het proces belangrijker is dan de uitkomst, en het uitdagen van ongelijke machtsverhoudingen en uitsluitende structuren. Begrippen zoals empowerment, verzet en participatie van slachtoffers en gemeenschappen staan centraal in dit kader. Deze scriptie onderzoekt in hoeverre transformative justice kan bijdragen aan de benadering van het vredesakkoord ten aanzien van georganiseerde misdaad, zoals gekenmerkt door transitional justice. Er wordt een theoretische vergelijking gemaakt tussen transformative justice, transitional justice en het vredesakkoord.

‘Integratie of segregatie? Een onderzoek naar de ervaringen van oudere gedetineerden’

Sarah Decorte
De doelstelling van deze masterproef is gericht op de realisatie van een humaan leven in detentie voor oudere gedetineerden. Door middel van onderzoek naar de ervaringen van vijftigplussers in detentie wordt een inzicht verkregen op de hindernissen waar deze doelgroep op botst en hoe penitentiaire inrichtingen omgaan met haar steeds ouder wordende populatie. Deze groep heeft wegens de oudere leeftijd differentiële noden en behoeften ten opzichte van de algemene (jongere) detentiepopulatie (Ginn, 2012). Aan deze diverse noden kunnen tot op vandaag slechts weinig Belgische gevangenissen tegemoetgekomen (Humblet et al., 2022). Door aandacht te vestigen op deze groep kan dit onderzoek een basis vormen om bewustzijn te creëren op beleidsmatig niveau, waarna beleidsinitiatieven kunnen volgen.

Een blauwdruk voor een preventief anti-corruptiebeleid binnen de Belgische Geïntegreerde Politie. Aanbevelingen voor het Belgische beleid.

Emma De Caluwé
There is a pressing need for a coherent policy that implements a unified approach applicable to the whole police organization in order to effectively prevent corruption within the whole organization. The recommendations within this study constitute the most substantial part of its relevance, aiming to contribute to the development of a robust anti-corruption policy as an effective instrument in preventing corruption within the Belgian police organization.

Go duurzaam digital!

Joris Blomme
De digitale stroom aan informatie is meer dan ooit aanwezig in onze huidige maatschappij. Hoe gaan we om met onze (digitale) data en hoe zorgen we ervoor dat deze op lange termijn toegankelijk blijf? Lees snel verder en kom dit allemaal te weten!

De zitepidemie

Amber Ollivier
Uit de literatuur is af te leiden dat in het hoger onderwijs weinig tot geen fysieke activiteit aan bod komt, dit ondanks de vele voordelen. In dit onderzoek wordt in kaart gebracht wat de totale fysieke activiteit van studenten beïnvloedt en wat het effect is van fysieke activiteit op een leerprestatie, rekening houdend met de motivatie en het engagement. Dit werd door cross sectioneel onderzoek nagegaan, waarbij een instructieactiviteit vooraf wordt gegaan door fysieke activiteit.

In dit onderzoek werd het effect van individuele factoren, sociale netwerken, fysieke omgeving, de macro omgeving, academische druk, studentenleven, examens, lessen en de schoolomgeving op de totale wekelijkse fysieke activiteit geanalyseerd. Het engagement van studenten is gebaseerd op verscheidene motorische theorieën over kennisconstructie, namelijk het constructivisme van Bruner (1966), de embodied cognition theory (Brouillet et al., 2010) en de theory of event coding (Hommel, 2015). Uit deze theorieën is af te leiden dat fysieke activiteit een motivator kan zijn voor kennisconstructie en meer engagement. De motivatie is binnen dit onderzoek de bevrediging van de basisbehoeften autonomie, verbondenheid en competentie (Ryan en Deci, 2017).

De individuele factoren en de sociale netwerken zorgen voor meer fysieke activiteit. Daarentegen zorgt het studentenleven voor minder fysieke activiteit. Fysieke activiteit zorgt ook voor hogere leerprestaties, rekening houdend met het engagement van studenten. Er is geen significant effect op de motivatie. De voordelen van fysieke activiteit, vastgesteld bij lagere en secundaire leerlingen, zijn zo ook aanwezig bij studenten van het hoger onderwijs. Meer fysieke activiteit kan bovendien een eerste stap zijn om de zitepidemie te doorbreken en de algemene volksgezondheid verder te stimuleren.

untprevalentie en geschiktheid van antimicrobiële therapie in Vlaams- Brabantse woonzorgcentra: Focus op urineweginfecties

Irem Yener Jade Vanderstraeten Dries Kolacny Jochen Tittillion
Deze thesis behoort tot de CAPTAIN (Check of APpropriaTeness of AntImicrobial therapy in Nursing homes) studie. Het doel van de CAPTAIN studie is het bepalen van de prevalentie en de geschiktheid van het gebruik van antimicrobiële geneesmiddelen binnen WZC’s. In deze thesis wordt gefocust op de prevalentie en geschiktheid van geneesmiddelen ter behandeling van UWI’s en de prevalentie van voedingssupplementen ter preventie of ter behandeling van UWI’s.

Een rechtsvergelijkend onderzoek naar de aanleiding van de stikstofarresten in Vlaanderen en Nederland (met wetenschappelijke analyse)

Lukas Brosens
Stikstof in de Lage Landen

Bestuurlijke besluitvorming via de inzet van algoritmische beslisregels en geautomatiseerde feitenvinding: de trias politica door elkaar geschud?

Lars Voorjans
Biedt het Belgisch algemeen bestuursrecht afdoende waarborgen teneinde een transparante aanwending van algoritmische systemen in de overheidsbesluitvorming te kunnen waarborgen?

WORLD WAR II PARTICIPATION AND CULTURAL TRANSMISSION: A CASE STUDY OF RUSSIAN SOLDIERS

Annelies Hoerée
Onderzoek naar culturele transmissie in oorlogscontext. Zorgt contact aan de fronten voor verandering in stemgedrag in het thuisland? Een onderzoek naar de impact van WOII op het stemgedrag in Rusland.

HOE ERVAREN MAATSCHAPPELIJK WERKERS DE DIGITALISERING BINNEN DE SECTOR VAN DE INTEGRALE JEUGDHULP IN VLAANDEREN

Gust Peeters Justine De Laet Febe Buelens Nathalie Teniers Lisa Foriers Nawal Bousakla
Digitalisering is vandaag de dag bijna overal in onze samenleving terug te vinden. Het is
geëvolueerd tot een norm die ons dagelijks handelen sterk beïnvloedt. Niet alleen voor het
individu, ook binnen de hulpverlening speelt digitalisering een belangrijke rol. Omwille van
de huidige coronacrisis is digitalisering binnen de hulpverlening enorm toegenomen, vaak
omdat men niet anders kon. Net omwille van deze tendens, is het essentieel om onderzoek
te doen naar het begrip digitalisering. Digitalisering beïnvloedt met al zijn verschillende
aspecten de hulpverlening. We willen daarom als studenten maatschappelijk werk met een
gemeenschappelijke interesse rond dit thema zelf hierin onze bijdrage leveren.

Dit onderzoek heeft als doel om de ervaringen van maatschappelijk werkers binnen de
integrale jeugdhulp op vlak van digitalisering in kaart te brengen. De
hoofdonderzoeksvraag luidt als volgt: “Hoe ervaren maatschappelijk werkers de
digitalisering binnen de sector van de integrale jeugdhulp in Vlaanderen?”.

Wij formuleren een antwoord op onze onderzoeksvragen aan de hand van kwalitatief
onderzoek. We begonnen met een literatuurstudie naar relevante thema’s en bevroegen
enkele experten. Nadien namen we tien diepte-interviews af bij maatschappelijk werkers
van verschillende organisaties binnen de integrale jeugdhulp. Uit onze interviews blijkt dat
hulpverleners digitalisering zowel positief als negatief kunnen ervaren. De visie van hun
organisaties varieert van ‘geen concrete zienswijze’ tot een duidelijker beeld over
digitalisering binnen hun werking. De toekomstvisie van onze respondenten lijkt aan te
tonen dat er gestreefd moet worden naar een heldere visie binnen een
hulpverleningsorganisatie. Als we kijken naar hun competenties, blijkt dat maatschappelijk
werkers vaak enkel over basis ‘digivaardigheden’ beschikken voor het uitvoeren van hun
job. Verder komt naar voor dat er ondersteuningsnoden zijn voor zowel het werkveld als
voor de cliënten. Er is behoefte aan infrastructuur, concrete vormingen, technische
ondersteuning en beleid. Tot slot is er de suggestie om digitalisering verder te integreren
in opleidingen zoals het sociaal werk.

Op basis van onze resultaten worden aanbevelingen gedaan op verschillende niveaus. In
eerste instantie moeten er duidelijke richtlijnen (beleidsniveau) en afspraken
(organisatorisch en interpersoonlijk niveau) worden gemaakt omtrent de plaats van
digitalisering in de hulpverlening. Daarnaast moeten er meer technologische middelen en
opleidingen op maat worden aangereikt.

Met ons onderzoek is er een volgende stap gezet om digitalisering breder in kaart te
brengen binnen de hulpverlening van de integrale jeugdhulp. We doen daarom graag een
oproep naar vervolgonderzoek om nog dieper in te gaan op het thema. Zelf denken we dat
het relevant zou zijn om te analyseren hoe digitalisering geïmplementeerd kan worden
binnen opleidingen of cursussen.

Preclinical Mouse Study on Maternal Separation Impacting Childhood Chemotherapy-induced Cognitive Impairment

Sien Verelst
Dit thesisonderzoek gaat over het effect van maternal separation op chemotherapiegeïnduceerde cognitieve beperkingen tijdens de kindertijd, uitgewerkt in een muizenmodel. Chemotherapie in de kindertijd heeft een grote neurobiologische impact en kinderen zijn voor de behandeling vaak lang gescheiden van hun ouders, wat een extra invloed kan uitoefenen. De resultaten in deze studie zijn subtiel maar beschrijven een eerste muizenparadigma (met toediening van chemo en maternal separation) voor de gevolgen van kinderkanker.

De impact van de coronacrisis op de mensenrechten van gedetineerden

Maud Decavel
Onderzoek naar de impact van de coronacrisis en de daarmee gepaard gaande maatregelen op het recht op gezondheid en het recht op privé-, gezins- en familieleven van gedetineerden.

RiPPing through pathogenic protein-protein interactions

Hanne Vande Capelle
De cholera ziekte eist jaarlijks nog steeds vele levens. In mijn masterthesis ben ik op zoek gegaan naar een nieuwe behandeling voor deze vreselijke ziekte. Ik heb hiervoor gebruik gemaakt van de beste chemici in de wereld, namelijk bacteriën.

Antibioticagebruik bij siervissen, met een focus op de koi karper

Frederique van den Wildenberg
Onderzoek naar het gebruik van antibiotica bij koi karpers. Er wordt uitgezocht welke antibiotica er zijn, tegen welke ziektes ze werken, maar ook worden er preventieve en alternatieve opties gegeven om de koi kaper gezond te houden en het gebruik van antibiotica te reduceren

Automatische toetsing van bouwmodellen aan normering met behulp van Linked Data

Emma Nuyts
Deze scriptie ontwikkelde een methode om feedback te geven op de toegankelijkheid van gebouwprojecten.

Strategic Autonomy in the European Union’s Energy Policy: Enabling and Restraining factors

Jana Caulier
Deze masterproef biedt een antwoord op de onderzoeksvraag: "Wat zijn faciliterende en beperkende factoren voor strategische autonomie in het EU-energiebeleid?". Dit is een verkennend kwalitatief onderzoek naar de parameters die de strategische autonomie in het EU-energiebeleid vormgeven.

A Homeless Atlas - Shelter as a Hidden Housing Typology in New York City

Sophie Demeestere
Het doel van deze scriptie is om de complexiteit en systematische structuur van een verborgen type huisvesting in het complexe stadslandschap van New York City bloot te leggen.
 
Deze studie is ontwikkeld als een grafische atlas om te laten zien hoe een verborgen daklozeninfrastructuur is ingekapseld in de ruimtelijke anatomie van New York City.
 
De grafische atlas illustreert zowel historische als huidige lagen van deze infrastructuur om aan te tonen hoe de opvang van daklozen verankerd is in de geschiedenis van de stad, hoe deze zich in de loop der tijd heeft ontwikkeld en hoe deze heeft gereageerd op de COVID-19 pandemie.
 
New York, als één van de meest ongelijke en gesegregeerde metropolitane gebieden van het Westen, geeft een unieke inkijk in de daklozenproblematiek als een pertinente uitdaging voor steden wereldwijd.
 
Nu ook in Vlaanderen de ene crisis de andere opvolgt, en sociale ongelijkheid elke dag verder de pan uit swingt, is deze scriptie ook een parabel voor de gevolgen van toenemende neoliberalisering en sociale verloedering in de eigen nabije omgeving.
 
Het is dan ook een appèl aan de architectuur en stedenbouw om (opnieuw) een voortrekkersrol op te nemen in het debat rond huisvesting en mensenrechten in het algemeen.