Scriptiebank is een vrij toegankelijke online databank. Deze bevat alle artikels en full text scripties van deelnemende bachelors en masters aan de Vlaamse Scriptieprijs.

Red onze bijen!

Margot Luyckx
Deze thesis stelt vast dat noch de EU, noch België voldoende maatregelen nemen binnen het pesticidenbeleid om de bijenpopulatie te herstellen en beschermen.

Thuiskomen

Karlien Beckers
In 2017 wordt de financiering van de zorg in Vlaanderen compleet omgegooid. Met de persoonsvolgende financiering zijn het vanaf nu zijn de mensen, niet de instituten die bepalen hoe en waar ze hun geld besteden. Zo krijgen ook in de woonzorg nieuwe initiatieven een kans. Wat is hier nu de impact van?

Een wereld naar Gods plan. Duurzaamheid in een religieuze ontwikkelings-ngo, 1968-1994

Hanne-Lise Frateur
Deze masterproef onderzocht hoe een religieuze inspiratie een impact had op de betekenisgeving van duurzaamheid in het ontwikkelingsdiscours van de Vlaamse ngo Broederlijk Delen (1968-1994). Verschillende betekenissen van duurzaamheid werden onderscheiden en telkens werd gereflecteerd in welke mate de christelijke religie een struikel- of startblok vormde om die duurzaamheid na te streven.

The effects of urban green space on mitigating urban heat islands and improving thermal comfort: a case study of Leuven, Belgium

Eva Beele
Een onderzoek naar de mitigerende effecten van stedelijk groen op het stedelijk hitte eiland. Door middel van een uitgebreid netwerk van weerstations en teledetectie technologieën wordt de invloed van compositie en configuratie van groen op luchttemperatuur geanalyseerd voor verschillende temporele en ruimtelijke schalen.

Evaluating the structural effects of High Frequency spinal cord stimulation over time in patients with Failed Back Surgery Syndrome: A voxel-based morphometric study.

Félix Buyck
Ruggenmergstimulatie wordt steeds vaker gebruikt omwille van zijn gunstige effect op lage rugpijn. Maar heeft het ook een effect op de herseninhoud? De onderzoeksgroep van de VUB-UZ Brussel zocht het als eerste uit.

Design and modelling of a modular robotic system to improve weed management in raised bed organic farming

Rembrandt Perneel
Dit werk presenteert het ontwerpproces van een modulair robotsysteem ter verbetering van onkruidbeheer in biologische beddenteelt. Het resultaat is een lichtgewicht robotvoertuig met een configureerbare werktuigeenheid. Dit platform is in staat onkruid mechanisch te verwijderen bij het ontkiemen.

Orgaandonatie na euthanasie. Een literatuurstudie naar de mogelijkheden en beperkingen van orgaandonatie na euthanasie

Hanne Michielsen
Een literatuurstudie naar de mogelijkheid om de euthanasieprocedure te combineren met orgaandonatie. Een overzicht van de grenzen, mogelijkheden en beperkingen van deze opeenvolging van procedures.

Functional diversity in natural forests along an elevational transect in northern Ecuador

Tine Bommarez
Deze thesis bespreekt de taxonomische en functionele diversiteit van de tropische bossen op de westelijke flank van de Ecuadoraanse Andes.

Onderzoekend leren geen kinderspel? Wel met een differentiatietabel.

Nele Maes
Onderzoekend leren gedifferentieerd aanbieden is geen kinderspel. Deze handige tool in de vorm van een differentiatietabel, gebaseerd op de vier pijlers van onderzoekend leren, biedt ondersteuning aan leerkrachten.

Zelfsturende Excursie doorheen het Sint-Donatuspark, Outdoor Education in Vlaanderen

Christof Van Gheluwe
Outdoor Education is een populaire onderwijsvorm in de Scandinavische landen die vele voordelen biedt voor de maatschappij. Deze bachelorproef onderzoekt het begrip Outdoor Education en maakt een vergelijking tussen Zweden en Vlaanderen. Verder wordt er onderzocht of het mogelijk is om Outdoor Education toe te passen in Vlaanderen en hoe deze toepassing er zou uitzien.

Rechterlijke rechtsvinding en de persoon van de rechter

Loise Waithira
Hoe beslissen rechters? En maakt het uit voor welke rechter de rechtszoekende voorkomt? De vaststellingen uit de theorie, praktijk en empirische onderzoeken worden weerspiegeld aan de evolutie naar een alleenzetelende rechter in burgerlijke zaken.

Ecologische zoekhonden: noden en toekomstplannen

Laura de Kort
Ecologische zoekhonden zouden een groot hulpmiddel kunnen betekenen in de wereld van conservatie en monitoring van bedreigde soorten. Een overzicht van bestaande zoekhondenorganisaties en de moeilijkheden die zij momenteel ervaren in de ecologische zoekhondensector.
Wat zijn de toekomstplannen met deze honden en wat is er nodig om ze op grotere schaal in te kunnen zetten?

The iGEM-project 2020: biotechnical solutions to water scarcity

Marvi van Tongeren Luca Deroma Shauny Van Hoye Brent Vanvyaene
Biotechnologische oplossing voor waterschaarste met behulp van synthetische biologie. Een projectvoorstel om deel te nemen aan iGEM, een internationale competitie. Ons uiteindelijk doel is de creatie van een alternatief middel voor cloud seeding.

The effectiveness of High Dose Spinal Cord Stimulation on disability: a longitudinal analysis

Lisa Goudman
In deze thesis hebben we het effect van neurostimulatie op dagelijkse activiteiten bekeken, bij patiënten die gefaalde rugchirurgie ondergingen. Deze vorm van therapie bleek een positieve invloed uit te oefenen op het uitvoeren van dagelijkse activiteiten bij deze populatie. Ondanks een groot aantal ontbrekende gegevens, werd deze conclusie op basis van een sensitiviteitsanalyse plausibel bevonden.

Een studie van remigratiemotieven van tweede en derde generatie hoogopgeleide Belgen met Turkse roots

Elif Lootens
Het migratiedebat verhit in West-Europa sinds de laatste decennia van de twintigste eeuw de gemoederen. Het debat is vooral gericht op instroom en integratie. Daarbij is emigratie een onderbelicht aspect. Zo is er weinig onderzoek gedaan naar de remigratie van migranten naar het land van herkomst.

Bij remigratie is het opleidingsniveau een relevante factor. Anders dan soms vermoed wordt, zijn het niet kansarme, laaggeschoolde jongeren die remigreren, maar eerder hoogopgeleide jonge migranten. Omdat net zij in Turkije een gedegen opleiding, meertaligheid en nuttige beroepservaring kunnen inbrengen als troef op de arbeidsmarkt.

Deze hoogopgeleiden ervaren in West-Europa beperkte vooruitzichten op zowel sociaal, persoonlijk als professioneel gebied. Hoogopgeleiden met Turkse roots hebben het gevoel dat zij in Turkije hun kansen beter kunnen benutten en zijn daardoor eerder geneigd te vertrekken.

Daarnaast wijzen onderzoekers erop dat de uitstroom van jonge hoogopgeleiden in tijden van vergrijzing en de daarmee samenhangende schaarstes op de arbeidsmarkt, nadelig kan zijn voor West-Europese economieën. Het vertrek van hoogopgeleide Turken is een ‘braindrain’ en een ‘verlies van menselijk kapitaal’. Dit veroorzaakt een onevenwicht tussen hoog- en laagopgeleiden migranten in Europa.

Wat opvalt is dat ondanks hun studies en diploma, deze hoogopgeleiden geconfronteerd worden met discriminatie op de arbeidsmarkt. Deze pessimistische toekomstperspectieven in Belgie voeden de drang tot remigratie. Etnische minderheden scoren beduident lager op vlak van jobtevredenheid. Volgens Vandevenne & Lenaers (2007) geeft ongeveer 64% van de hoogopgeleide etnische minderheden in Vlaanderen aan minder kans te hebben om door te stromen naar hogere functies en 61% meent zich door zijn afkomst extra te moeten bewijzen.

Hierbij komen we tot de integratieparadox die als een pushfactor meespeelt voor remigratie: hoogopgeleide Belgische Turken komen meer in aanraking met autochtonen, waardoor ze hun eigen posities op de arbeidsmarkt vergelijken en bijgevolg een ‘relatieve deprivatie’ ervaren waardoor hun eigen jobtevredenheid afneemt. Deze hooggeschoolden met een migratieachtergrond hebben immers vaak een baan onder hun opleidingsniveau, ervaren meer moeite om werk te vinden en krijgen minder promotiekansen. Hoogopgeleide en ondernemende migranten ervaren deze discriminatie intenser en zijn daarom sterker geneigd om elders het geluk te zoeken.

Bovendien hebben deze hoogopgeleiden de perceptie, met hun verworven competenties, betere jobkansen en doorgroeimogelijkheden te kunnen krijgen in Turkije. Vrouwen bevinden zich in een extra benadeelde positie doordat ze dubbel gediscrimineerd worden: naast het behoren tot een etnische minderheid, behoren ze ook tot de symbolische minderheid op vlak van gender. Hierdoor zou de wil om te migreren bij vrouwen eveneens hoger liggen, in de hoop op een gunstiger positie in het land van herkomst.

Uit resultaten van het onderzoek dat uitgevoerd werd bij kandidaat remigranten in België en effectieve remigranten in Turkije is er een duidelijke discrepantie te vinden in hun motivaties. Uit het onderzoek blijkt dat de economische factoren minder belangrijk geacht worden als drijfveer bij de hoogopgeleide aspirant-remigranten dan bij de effectieve remigranten, omdat ze min of meer tevreden zijn met hun huidige arbeidsmarktpositie in België. Bij aspirant-remigranten draait het vooral rond maatschappelijke beweegredenen. Ten eerste zijn er gevoelens van frustratie doordat de participanten zich aanvankelijk als deel van de Belgische samenleving beschouwen, maar anderzijds continu geconfronteerd worden met hun ‘anders’ zijn en steeds het gevoel kregen niet volledig aanvaard te worden als deel van de Belgische samenleving. De negatieve beeldvorming over etnische minderheden en moslims in de media lijkt hierin een katalysator te zijn.

Een tweede, opvallend resultaat, is dat de angst voor assimilatiedruk en het risico op verlies van de Turkse cultuur bij hun kinderen een veel gebruikt argument vormt om te overwegen om naar Turkije te verhuizen.

Het ervaren van een identiteitsconflict maakt de aantrekkingskracht van Turkije als toevluchtsoord bovendien groter. Remigratie biedt de mogelijkheid om voortaan tot de meerderheid te behoren. Door remigratie heft de remigrant zijn minderheidsstatus op.

Asprianten blijven in België tot zich een krachtige combinatie van negatieve en positieve acute gebeurtenissen voordoet die een kentering in hun leven te weeg brengt. Acute pushfactoren zoals ontslag, gemiste promotiekansen of een relatiebreuk stimuleren de aspirant-remigrant om de remigratiewens om te zetten in concrete plannen. Van zodra acute pullfactoren zich aandienen, zoals een aantrekkelijke werkaanbieding of een huwelijk, wordt het voornemen waargemaakt.

Bij de effectieve regimgranten zien we wel jobgerelateerde motieven zoals de ongunstige posities op de Belgische arbeidsmarkt en de ruimere carrièremogelijkheden in het land van origine. Het was voor hen niet evident om een job te vinden op het niveau van hun behaalde diploma, en ze maakten zich zorgen over hun loopbaanperspectieven. Daarenboven uiten deze hoogopgeleide participanten die op de sociale ladder willen opklimmen een gevoel van onbehagen. Vandaar dat deze groep zich niet langer uitsluitend op de Belgische arbeidsmarkt focuste en na ontslag of gefnuikte carrièrekansen tot het besef kwam dat ze beschikt over een alternatief, namelijk de arbeidsmarkt in Turkije. Na het maken van een kostenbatenanalyse verkoos deze groep te verhuizen naar Turkije, omdat zij daar een beter perspectief op werk en carrière zage. Een aantrekkelijke jobaanbieding in Turkije zorgde er uiteindelijk voor dat men daadwerkelijk de stap onderneemt.

Borgen van immaterieel cultureel erfgoed door formeel leren in Vlaanderen

Joris Doorsselaere
Een onderzoek naar de UNESCO Conventie uit 2003 over het borgen van immaterieel cultureel erfgoed. In welke mate is deze geïmplementeerd in het onderwijs in Vlaanderen?

Een hap(p) naar adem

Marie Swerts
Therapieontrouw bij COPD komt vaak voor. Dit eindwerk schetst het probleem van therapieontrouw bij deze patiëntenpopulatie. Bovendien biedt het een innovatieve, praktijkgerichte oplossing aan om dit probleem aan te pakken. Het concept heet 'Een hap(p) naar adem'.

Welke rol kunnen agrarische (maatwerk)bedrijven in België bekleden rond de re-integratie en revalidatie van burn-out in vergelijking met de Alnarptuin in Zweden?

Ilona Ruelens
Deze kwalitatieve bachelorproef is opgesteld om te onderzoeken of het succesvolle internationale project van de Alnarptuin te Zweden kan overgeheveld worden naar bestaande agrarische (maatwerk)bedrijven in België. Er wordt hierbij getoetst op realistische haalbaarheid en effectieve begeleiding van burn-out binnen de groene zorg. Dit gebeurt door middel van een vergelijkende casestudie met het maatwerkbedrijf De Wroeter te Sint-Lambrechts-Herk (België). Daarnaast verschaft deze scriptie informatie over de invloed die tuintherapie heeft op personen met een beperking.

We maakten gebruik van de gestandaardiseerde 'Garden Evaluation Toolkit', die opgesteld werd door Naomi Sachs, professor in de plantwetenschappen en landschapsarchitectuur. Op die manier konden we de omgevingselementen vergelijken, en onder brengen in een kolomdiagram. Er participeerden 23 geïnterviewden aan deze scriptie waaronder experts, tuintherapeuten, ervaringsdeskundigen, …

In de resultaten vind je een stappenplan of handleiding terug voor (maatwerk)bedrijven in België, zodat ze het project uit Zweden kunnen nabootsen. Als belangrijkste bevinding kunnen we stellen dat er een link is met onze levenswijze (politiek, economisch, enz.), het voortbestaan van de natuur en mensheid, en hedendaagse gezondheidscrisissen. Op die manier is er ook een verband tussen Covid-19 en het ontstaan van burn-out, namelijk een gemeenschappelijke oorzaak, die we omvatten als onze globale levenswijze. Dit is dus niet enkel een eindscriptie met een onderzoekend doel, maar bevat ook een waarschuwing. Namelijk de onaangename gevolgen die de mensheid te wachten staan, wanneer we in de toekomst niet ingrijpen.

Effecten van biogene mosselriffen op ecosysteemdiensten in het Belgisch deel van de Noordzee - focus visserijproductie kabeljauw

Marlies De Corte
Mariene ecosystemen bieden belangrijke ecosysteemdiensten als waterkwaliteitsregulatie,
golfdemping voor kustbescherming, visserij. Niettemin zorgen menselijke activiteiten als visserij, baggerwerken, zand- en grindextractie... voor een homogenisering van de zeebodem habitatstructuren. Het zandbankensysteem in het Belgisch deel van de Noordzee bestaat hoofdzakelijk uit zandbanken met een variërende sedimentsamenstelling en een geassocieerde soortenverspreiding. Zandbanken met fijne sedimenten en een hoog moddergehalte, zeldzamer in ruwe omstandigheden offshore, herbergen de hoogste soortendiversiteit en -dichtheid. Echter
verlaagt nutriëntenaanrijking uit kustgebieden soortenrijkdom. Habitatstructurerende soorten als de blauwe mossel zijn gekend het fijn zand in te vangen en het moddergehalte te verhogen.
Verschillende studies tonen een hogere vis- en kreeftachtigenproductie nabij tweekleppige riffen.

Kleine verbindingen - een open visie voor Borgerhout intra muros

Kate, Pieterjan Kerkhofs, Maes
‘Kleine verbindingen’ toont een strategie als antwoord op ruimtelijke, sociaal-economische en ecologische uitdagingen van de stad in de 21ste eeuw. Om een potentiële postcorona stadsvlucht tegen te gaan, is het cruciaal om aan te tonen dat meer kwalitatieve open ruimte kan samengaan met de verdichting van de stads- en dorpskernen. Het onderzoeksgebied bevindt zich in het dense Borgerhout intra muros (Antwerpen).

Angst mag er zijn, maar mag je niet leiden

Willeke Van Laken
Een aantal mogelijkheden waarmee een maatschappelijk werker in de residentiële voorziening aan de slag kan om met de angst van lagereschoolkinderen om te gaan na een uithuisplaatsing in Zuid-Afrika.

Het Koloniaal Monument als 'Ongehoorzame' Readymade - Demonumentalisering en Remythologisering van Intentioneel Memorerende Beeldhouwkunst

Adam Van Den Berghe
Een nieuw iconoclasme doet zijn intrede. Als zelfverklaarde mijlpalen in de geschiedenis en de
publieke ruimte worden symbolen van een geromantiseerde en eurocentrische visie op het
koloniaal verleden steeds meer onderhevig aan aantasting, bevraging en verwijdering. Als het
ware houden deze controversiële objecten een spiegel voor de ogen van de dagelijkse slenteraar.
In dit onderzoek is er gepoogd antwoord te krijgen op de hedendaagse relevantie van koloniale
monumenten in de openbare ruimte. Als centraal voorbeeld voor deze intentionele
memorerende monumenten worden de beeltenissen van Leopold II onder de loep genomen.
Hoewel deze objecten het tegenovergestelde van dekolonisatie symboliseren vormt deze
verhandeling geen betoog voor de aantasting of verwijdering van dergelijke monumenten.
Integendeel, het beheer en behoud van dergelijke monumenten in functie van
demonumentalisering en remythologisering geniet de voorkeur. Door herdefiniëring wordt
getracht een gemeenschappelijk koloniaal erfgoed en verleden na te streven.
De controversiële objecten omvatten, als voorbeelden van traditionele canonieke kunst, actuele
problematiek en hedendaagse relevantie. Als communicatiemiddel en metonymie van protest
stelt het koloniaal monument zichzelf aan de kaak. Dusdanig capteert het, als geval van
hedendaagse kunst, twee tegengestelde waarheden. Het object zelf als monument en pure vorm
van kolonialisme en het subject als strijd om de zuivere waarheid tussen de onderdrukker en de
onderdrukte. In dit onderzoek wordt getracht na te gaan of deze tegenstrijdige uitingen elkaar
in het object kunnen opheffen. Hierbij wordt een onderscheid gemaakt tussen twee
verschijningen die de standbeelden van Leopold II aannemen. Met name dat van een
intentioneel memorerend monument en dat van een koloniaal monument als readymade. Deze
nemen respectievelijk een amplische en een ciselante of beitelende fase aan.
De toestand van de mens verpersoonlijkt zich in het koloniaal monument als ongehoorzame
readymade. Het ziet zichzelf vervat in de terugkerende object-subject dialectiek die het beleeft.
De conclusie is dat de classificatie en criteria van een readymade ondersteuning biedt voor de
uitlijning van de maatschappelijke en politieke dilemma’s die de objecten meedragen. De inzet
is nog steeds de macht over tijd en ruimte. Het biedt een alternatieve werkwijze voor de
spektakeldemocratie waarin politiekers voor figuranten spelen en politieke correctheid als
illusie voor gelijkheid wordt gehanteerd. Als tweede verschijning nemen kunstenaars in dit
schouwtoneel de rol van burger-betoger op. Doormiddel van additivisme wordt er gemedieerd
tussen de verschillende actoren. Dit moet voldoen aan het erfgoedbeleid maar mag niet meer
als crimineel worden aanzien.

Oral health and oral health care promotion in Nepalese schoolchildren (Kerung, Nepal)

Astrid Capoen Deborah Depestel
Een prospectief onderzoek naar mondgezondheid bij Nepalese kinderen en de ontwikkeling van een educatief programma (6 maanden follow-up).

Archaeological phytoliths analysis on Rue des Boîteux (Brussels, Belgium). The evolution of the Holocene vegetation in the Senne Valley and medieval urban horticulture

Rosalie Hermans
Deze scriptie gaat over fytolietenonderzoek, uitgevoerd op een archeologische site in Brussel. De archeologische site bood de kans om informatie in te winnen over de evolutie van de vegetatie in de Zenne-vallei tijdens het Holoceen en over de vegetatie van laatmiddeleeuwse stedelijke tuinbouw in Brussel. Daarnaast focust de studie op het algemene methodologisch kader van fytolietenonderzoek aan de hand van de case study.

De visie van Eritrese en Somalische vluchtelingen op de geestelijke gezondheidszorg in België

Lin Faes
Onderzoek naar de visie van Somalische en Eritrese vluchtelingen op de geestelijke gezondheidszorg in België.