Scriptiebank is een vrij toegankelijke online databank. Deze bevat alle artikels en full text scripties van deelnemende bachelors en masters aan de Vlaamse Scriptieprijs.
Flemish Learners' Vocabulary Knowledge in English and French: The Effect of Cognates and Out-of-School Exposure
Woordenschatverwerving in een vreemde taal kan beïnvloed worden door verschillende factoren. Deze masterproef onderzoekt de Franse en Engelse woordenschatkennis van Vlaamse leerlingen in het zesde leerjaar en vierde middelbaar. Daarbij wordt het effect van cognaten en buitenschools contact met de vreemde talen bekeken.
Uit ons onderzoek is snel gebleken dat de leerkracht geen tijd krijgt of kan maken voor het ondersteunen van een anderstalige nieuwkomer. Met onze ondersteuningsbundel proberen we zowel de leerkrachten als de leerlingen handvatten aan te bieden door extra aandacht te besteden aan zowel school- als vaktaalwoorden.
We leven in een superdiverse samenleving en dat betekent dat het aantal anderstalige kinderen in
Vlaanderen elk jaar stijgt. Voor scholen blijft
die meertaligheid een uitdaging. De onderzoeksvraag luidt als volgt: “Hoe verloopt de taalontwikkeling van het Nederlands van anderstalige kleuters waarvan de ouders die taal niet machtig zijn in West-Vlaamse scholen?
Een mobiele bibliotheek meer dan enkel boeken en wielen: een exploratief onderzoek naar de uitrolling van een mobiele bibliotheek voor kinderen en jongeren, met aandacht voor meertaligheid en meervoudige geletterdheid
In deze scriptie wordt er onderzoek verricht naar de uitrolling van een mobiele bibliotheek voor kinderen en jongeren, met aandacht voor meertaligheid en meervoudige geletterdheid. Volgende thematieken komen aan bod: : de leeswereld van kinderen en jongeren, de effecten van lezen, het concept van de mobiele bibliotheek, de omgang met meertaligheid en de verbreding van de traditionele invulling van geletterdheid.
Onderzoek naar de vraag of leerkrachten de voorkennis van hun leerlingen bepalen bij het geven van vreemde talenonderwijs in de basisschool. Wat kunnen bepalende factoren zijn om dit al dan niet te doen.
Dit onderzoek gaat over de inzet en het gebruik van de talige kennis van de leerlingen (translanguaging) en hun ervaringen hierbij in een onthaalklas in Brussel. In deze casestudie wordt translanguaging geobserveerd en geanalyseerd aan de hand van video-opnames en naar de ervaring van de leerlingen gepeild aan de hand van een vragenlijst. De resultaten tonen dat het gebruik van de eigen thuistalen van leerlingen bijdraagt aan de participatie en interactie tussen leerlingen en leerkracht, het leerbegrip verhoogt en de leerlingen zich veilig voelen en goed voelen in de klas.
Dit onderzoek heeft als hoofdthema ‘taal in de kleuterklas’ en verdiept zich verder in de schriftelijke communicatie met anderstalige ouders. De ontwerpvraag luidde als volgt: hoe kunnen de leerkrachten ondersteund worden om de schriftelijke communicatie van de school aan te passen zodat de communicatie verstaanbaar en begrijpelijk overgebracht wordt naar alle ouders en zeker de ouders die de Nederlandse taal (nog) niet machtig zijn?
Hieruit ontstonden ook nog enkele deelvragen waar een antwoord werd op geformuleerd aan de hand van een schriftelijke bevraging, interviews, het bestuderen van de literatuur en het observeren en bevragen van een OKAN-leerkracht.
Het ontwerp van deze bachelorproef bestaat uit een pictogrammenlijst voor leerkrachten, een pictogrammenboekje met vertalingen voor de ouders en standaardsjablonen voor de brieven van de leerkrachten. Er zijn vijf verschillende standaardsjablonen waar de leerkrachten enkel nog de nodige informatie in moeten aanpassen met als thema’s: uitstap, meebrengen, informatie, uitnodiging en toneel. De lay-out van deze brieven is steeds hetzelfde om herkenbaarheid door uniformiteit te bekomen. De pictogrammenlijst en het pictogrammenboekje zijn met dezelfde structuur en pictogrammen gemaakt. Het enige verschil tussen de twee is dat de pictogrammenlijst enkel bestemd is voor de leerkrachten en uitsluitend digitaal beschikbaar is en het pictogrammenboekje vertalingen bevat in zeven verschillende thuistalen en voor de ouders op A5-formaat zal afgedrukt worden in zwart wit.
Het ontwerp werd getest door de leerkrachten en de directeur van de school. Beide waren zeer enthousiast over het ontwerp omdat het alle verwachtingen inlost. Ze zullen de standaardsjablonen en pictogrammen volgend schooljaar ook gebruiken in de hoofdschool. Hierdoor zal de school op een eenvoudige en voor de leerkrachten gemakkelijke wijze een duidelijke uniforme schriftelijke communicatie kennen die voor de ouders herkenbaar en begrijpelijk zal zijn.
The Enthusiasm Of The Naive: playful language learning in a formal setting. Measuring English Lexical Progress In Young Learners After a 5 weeks'Training.
De studie onderzocht of een interventie in klascontext progressie bevordert in Engelse woordenschatverwerving. De bevindingen en resultaten wijzen in die richting. Motivatie is een cruciaal element en niet minder dan 41% van de jonge kinderen geeft ZELF aan dat ze Engels willen leren in de klas.
Deze scriptie onderzoekt waarom het hoger onderwijs in Vlaanderen minder snel verengelst dan in Nederland. Daarbij wordt ook dieper ingegaan op de voor- en nadelen die verengelsing met zich meebrengt.
Dat de massamedia onze gedachten en opinies kunnen beïnvloeden, staat tegenwoordig als een paal boven water. Het is dan ook erg belangrijk te onderzoeken hoe de media bepaalde onderwerpen weergeven. Dit onderzoek gaat na hoe de Vlaamse pers over vreemdetalenonderwijs en meertaligheid bericht.
Wat is de huidige stand van zaken voor Duits in het secundair onderwijs? Voor deze bachelorproef werd onderzocht in welke mate de mening van Vlaamse leerlingen tegenover de Duitse taal hun taalverwerving beïnvloedt.
De vraag naar vreemde talen in ondernemingen neemt toe. Dit heeft een invloed op heel wat aspecten binnen de onderneming. Taalmanagementstrategieën kunnen gebruikt worden om hier op een professionele manier mee om te gaan.
Het is een onderzoek dat zowel de theorie als de praktijk belicht op vlak van schriftelijke communicatie met anderstalige ouders. Het geeft weer hoe dit aangepakt kan worden in de klas door de leerkrachten.
This linguistic ethnographic dissertation presents a case study of a preschool in the Dutch-speaking part of Belgium. The preschool, population consists of 3-to-5-year-old children, of whom almost 50 percent do not have Dutch as their main home language. The research investigates the key roles of teachers and parents in the preschool’s efforts to accommodate multilingualism and promote integration.
Voorbereidende lees- en spellingvaardigheden speels stimuleren bij kansarme en anders- en meertalige kleuters uit de derde kleuterklas via outdooractiviteiten
Celien en Evelyn Bracke en BusschotsEvelyn Busschots
Vanuit de noodzaak aan extra stimulatie van de voorbereidende lees- en spellingvaardigheden bij kansarme, anders- en meertalige kleuters werden aantrekkelijke "outdooractiviteiten" ontwikkeld. Kleuters leren door middel van spelen.
Biedt CLIL-onderwijs in Vlaanderen gelijke kansen? Om na te gaan of elke leerling in Vlaanderen evenveel kansen heeft om CLIL-onderwijs te volgen, gingen we in deze scriptie na welke leerlingen voor CLIL kiezen en waarom. Leerlingen die dat doen blijken doorgaans uit gezinnen met een sterkere socio-economische en culturele achtergrond te komen dan leerlingen in het Nederlandstalige traject. Bovendien geven leerlingen in het CLIL-traject ook vaker aan dat ze beïnvloed worden door hun ouders in hun programmakeuze. Hoewel het Vlaams Ministerie van Onderwijs er met haar beleid voor gelijke kansen naar streeft om iedere leerling dezelfde ontwikkelingsmogelijkheden te bieden, lijken deze resultaten erop te wijzen dat die doelstellingen in de praktijk (nog) niet helemaal bereikt worden.
De kunstsociologie stelt sinds de jaren '90 dat de traditionele distinctie highbrow-lowbrow, meer en meer onder vuur komt te staan. Omnivoriteit is het nieuwe ideaal, onder invloed van relatief nieuwe waarden zoals tolerantie en gelijkheid, die vroeger nauwelijks in het literatuuronderwijs aanwezig waren. Aan de hand van veertig jaar tekstboeken, schetst deze scriptie de evoluties in waardenpatronen van het Vlaams literatuuronderwijs.
Impliciete veronderstellingen onder de loep. Exploratief onderzoek naar de prestaties van laatstejaarsleerlingen secundair onderwijs in Vlaanderen op een taaltoets die bedoeld is voor anderstaligen.
Uit de diplomavoorwaarden van het hoger onderwijs blijkt dat wie een Vlaams diploma secundair onderwijs behaalt, geen bijkomende taaltest moet afleggen om zijn of haar kennis van het Nederlands te bewijzen. Inkomende, anderstalige studenten die niet voldoen aan de diplomavoorwaarden van het Vlaamse hoger onderwijs, moeten echter wel een B2-certificaat voorleggen.
Impliciet wordt er dus verondersteld dat wie een diploma secundair onderwijs op zak heeft, ook voldoet aan het B2-niveau Nederlands volgens het Europees Referentiekader. Maar, klopt die impliciete veronderstelling steeds?
Deze masterproef neemt de proef op de som en voert onderzoek naar de prestaties van Vlaamse laatstejaarsscholieren secundair onderwijs op de ITNA (Interuniversitaire Taaltoets Nederlands voor Anderstaligen), een van de twee algemeen aanvaarde B2-taaltesten in Vlaanderen.
Hoe wordt Nederlands voor anderstaligen in verschillende richtgraden en in verschillende scholen uit de regio Limburg geëvalueerd? Met perspectief van leerkrachten en cursisten
Overzicht van de manier waarop Nederlands voor anderstaligen geëvalueerd wordt in verschillende richtgraden en in verschillende scholen uit de regio Limburg.
Het perspectief van leerkrachten en cursisten werd in kaart gebracht door een enquête.
Les défis de la traduction d'un texte francophone postcolonial et hétérolingue : Le cas de Nulle part dans la maison de mon père d'Assia Djebar en allemand et en néerlandais
De masterproef "Les défis de la traduction d'un texte francophone postcolonial et hétérolingue: Le cas de “Nulle part dans la maison de mon père” d'Assia Djebar en allemand et en néerlandais" onderzoekt hoe uitgeverijen het complexe werk voorstellen aan het publiek en analyseert welke veranderingen de meertalige brontekst van Djebar onderging in de Nederlandse en de Duitse vertaling.
Steeds vaker worden leerkrachten geconfronteerd met leerlingen die het Nederlands niet machtig zijn. Verschillende lagere scholen komen hiermee in contact. Vooral grootstedelijke scholen, maar ook plattelandsscholen vragen naar concreet materiaal om in te zetten tijdens de rekenlessen in reguliere klassen. Graag willen we DoorElkaar helpen met het aanpassen van het materiaal van iMAT aan de lagere school door prototypes te ontwikkelen.