Scriptiebank is een vrij toegankelijke online databank. Deze bevat alle artikels en full text scripties van deelnemende bachelors en masters aan de Vlaamse Scriptieprijs.

Samenwerken met een robot, zie ik dat wel zitten? - Een kwantitatief onderzoek naar de invloed van service robots op werknemers in de retailsector.

Maxime Van Erps
Deze thesis beschrijft een kwantitatief onderzoek aan de hand van een online survey. Respondenten werden bevraagd naar verschillende aspecten van hun job en wat zij verwachten dat een service robot hieraan zou veranderen. Zo krijgen we een zicht op de impact van de implementatie van service robots op front-line werknemers in de retailsector.

Een studie van remigratiemotieven van tweede en derde generatie hoogopgeleide Belgen met Turkse roots

Elif Lootens
Het migratiedebat verhit in West-Europa sinds de laatste decennia van de twintigste eeuw de gemoederen. Het debat is vooral gericht op instroom en integratie. Daarbij is emigratie een onderbelicht aspect. Zo is er weinig onderzoek gedaan naar de remigratie van migranten naar het land van herkomst.

Bij remigratie is het opleidingsniveau een relevante factor. Anders dan soms vermoed wordt, zijn het niet kansarme, laaggeschoolde jongeren die remigreren, maar eerder hoogopgeleide jonge migranten. Omdat net zij in Turkije een gedegen opleiding, meertaligheid en nuttige beroepservaring kunnen inbrengen als troef op de arbeidsmarkt.

Deze hoogopgeleiden ervaren in West-Europa beperkte vooruitzichten op zowel sociaal, persoonlijk als professioneel gebied. Hoogopgeleiden met Turkse roots hebben het gevoel dat zij in Turkije hun kansen beter kunnen benutten en zijn daardoor eerder geneigd te vertrekken.

Daarnaast wijzen onderzoekers erop dat de uitstroom van jonge hoogopgeleiden in tijden van vergrijzing en de daarmee samenhangende schaarstes op de arbeidsmarkt, nadelig kan zijn voor West-Europese economieën. Het vertrek van hoogopgeleide Turken is een ‘braindrain’ en een ‘verlies van menselijk kapitaal’. Dit veroorzaakt een onevenwicht tussen hoog- en laagopgeleiden migranten in Europa.

Wat opvalt is dat ondanks hun studies en diploma, deze hoogopgeleiden geconfronteerd worden met discriminatie op de arbeidsmarkt. Deze pessimistische toekomstperspectieven in Belgie voeden de drang tot remigratie. Etnische minderheden scoren beduident lager op vlak van jobtevredenheid. Volgens Vandevenne & Lenaers (2007) geeft ongeveer 64% van de hoogopgeleide etnische minderheden in Vlaanderen aan minder kans te hebben om door te stromen naar hogere functies en 61% meent zich door zijn afkomst extra te moeten bewijzen.

Hierbij komen we tot de integratieparadox die als een pushfactor meespeelt voor remigratie: hoogopgeleide Belgische Turken komen meer in aanraking met autochtonen, waardoor ze hun eigen posities op de arbeidsmarkt vergelijken en bijgevolg een ‘relatieve deprivatie’ ervaren waardoor hun eigen jobtevredenheid afneemt. Deze hooggeschoolden met een migratieachtergrond hebben immers vaak een baan onder hun opleidingsniveau, ervaren meer moeite om werk te vinden en krijgen minder promotiekansen. Hoogopgeleide en ondernemende migranten ervaren deze discriminatie intenser en zijn daarom sterker geneigd om elders het geluk te zoeken.

Bovendien hebben deze hoogopgeleiden de perceptie, met hun verworven competenties, betere jobkansen en doorgroeimogelijkheden te kunnen krijgen in Turkije. Vrouwen bevinden zich in een extra benadeelde positie doordat ze dubbel gediscrimineerd worden: naast het behoren tot een etnische minderheid, behoren ze ook tot de symbolische minderheid op vlak van gender. Hierdoor zou de wil om te migreren bij vrouwen eveneens hoger liggen, in de hoop op een gunstiger positie in het land van herkomst.

Uit resultaten van het onderzoek dat uitgevoerd werd bij kandidaat remigranten in België en effectieve remigranten in Turkije is er een duidelijke discrepantie te vinden in hun motivaties. Uit het onderzoek blijkt dat de economische factoren minder belangrijk geacht worden als drijfveer bij de hoogopgeleide aspirant-remigranten dan bij de effectieve remigranten, omdat ze min of meer tevreden zijn met hun huidige arbeidsmarktpositie in België. Bij aspirant-remigranten draait het vooral rond maatschappelijke beweegredenen. Ten eerste zijn er gevoelens van frustratie doordat de participanten zich aanvankelijk als deel van de Belgische samenleving beschouwen, maar anderzijds continu geconfronteerd worden met hun ‘anders’ zijn en steeds het gevoel kregen niet volledig aanvaard te worden als deel van de Belgische samenleving. De negatieve beeldvorming over etnische minderheden en moslims in de media lijkt hierin een katalysator te zijn.

Een tweede, opvallend resultaat, is dat de angst voor assimilatiedruk en het risico op verlies van de Turkse cultuur bij hun kinderen een veel gebruikt argument vormt om te overwegen om naar Turkije te verhuizen.

Het ervaren van een identiteitsconflict maakt de aantrekkingskracht van Turkije als toevluchtsoord bovendien groter. Remigratie biedt de mogelijkheid om voortaan tot de meerderheid te behoren. Door remigratie heft de remigrant zijn minderheidsstatus op.

Asprianten blijven in België tot zich een krachtige combinatie van negatieve en positieve acute gebeurtenissen voordoet die een kentering in hun leven te weeg brengt. Acute pushfactoren zoals ontslag, gemiste promotiekansen of een relatiebreuk stimuleren de aspirant-remigrant om de remigratiewens om te zetten in concrete plannen. Van zodra acute pullfactoren zich aandienen, zoals een aantrekkelijke werkaanbieding of een huwelijk, wordt het voornemen waargemaakt.

Bij de effectieve regimgranten zien we wel jobgerelateerde motieven zoals de ongunstige posities op de Belgische arbeidsmarkt en de ruimere carrièremogelijkheden in het land van origine. Het was voor hen niet evident om een job te vinden op het niveau van hun behaalde diploma, en ze maakten zich zorgen over hun loopbaanperspectieven. Daarenboven uiten deze hoogopgeleide participanten die op de sociale ladder willen opklimmen een gevoel van onbehagen. Vandaar dat deze groep zich niet langer uitsluitend op de Belgische arbeidsmarkt focuste en na ontslag of gefnuikte carrièrekansen tot het besef kwam dat ze beschikt over een alternatief, namelijk de arbeidsmarkt in Turkije. Na het maken van een kostenbatenanalyse verkoos deze groep te verhuizen naar Turkije, omdat zij daar een beter perspectief op werk en carrière zage. Een aantrekkelijke jobaanbieding in Turkije zorgde er uiteindelijk voor dat men daadwerkelijk de stap onderneemt.

De jobtevredenheid van de vroedvrouw - De jobtevredenheid van de vroedvrouw werkzaam in het midwifery led care zorgmodel versus het medisch zorgmodel.

Noa Mottard
Hoe tevreden is de vroedvrouw over haar werk? Welke elementen spelen hierbij een rol? Heeft het zorgmodel waarin ze werkt een invloed op haar jobtevredenheid? Het medische zorgmodel wordt vergeleken met het midwifery led care zorgmodel.

Waarom willen we vervroegd met pensioen gaan? Empirische analyse van de determinanten van de vervroegde pensioneringswens van 50-plussers, op basis van de Survey of Health, Ageing and Retirement in Europe

Ilke Faut
De financiële haalbaarheid van het pensioensysteem is een probleem waar de meeste Europese landen reeds mee te kampen hebben of in de (zeer) nabije toekomst mee te kampen zullen krijgen. België is hierin geen uitzondering. Bij het zoeken naar de aanleiding van dit probleem dienen drie trends uitgelicht te worden: een stijgende levensverwachting, een dalende geboortegraad en een te lage effectieve pensioenleeftijd.Al beginnen we stilaan te beseffen dat we langer zullen moeten werken en al willen we steeds langer werken, toch blijft de kloof met de wettelijke pensioenleeftijd bestaan.

Zorgen om zorgen: Een studie naar de beleving van werkdruk bij de hulpverleners van teams Algemeen Onthaal en Begeleiding in CAW Halle-Vilvoorde

Michelle Greitemann
Zorgen om zorgen: onthaalmedewerkers uit CAW Halle-Vilvoorde aan het woord Michelle Greitemann voerde voor het behalen van haar diploma Maatschappelijk Werk een onderzoek binnen CAW Halle-Vilvoorde. Een CAW (Centrum voor Algemeen Welzijnswerk) is een eerstelijnsdienst die open staat voor veel vragen: relatieproblemen, woonproblemen, slachtoffer zijn, enzovoort. Binnen het CAW zijn er ook teams Algemeen Onthaal en Begeleidingen (kortweg AOB). Zij zien een breed scala aan vragen en cliënten, verduidelijken die vragen en kijken naar welke hulpverlening de juiste is.

De impact van de feedbackomgeving op jobtevredenheid: De rol van ‘self-efficacy’ als moderator

Lenie De Wilde
Een gunstige feedbackomgeving:een ‘must’ om tevreden te zijn op het werk?De laatste jaren is er in werkomgevingen een evolutie geweest van de traditionele personeelsevaluatie naar een modern systeem waarin de medewerker integraal wordt benaderd (Aguinis & Pierce, 2008). Het gebruik van de kwaliteitscirkel van Deming (1986) met de elementen ‘plannen’, ‘uitvoeren’, ‘evalueren’, ‘plan bijsturen’ wordt hierbij als essentieel gezien.  De praktijken die hierbij aansluiten zoals doelen formuleren en feedback geven, zijn dan ook zeer belangrijk op de werkplaats.

Het secundair volwassenenonderwijs opstap naar meer? Een longitudinale studie

Gert Van Bunderen
TWEEDEKANSONDERWIJS KEERT KANSEN DEFINITIEFMeer dan 83% van de volwassenen die het diploma secundair onderwijs behaalden via het tweedekansonderwijs (TKO) geeft aan dat dit een belangrijk keerpunt in hun leven was. Dat stelt Gert Van Bunderen, student opleidings- en onderwijswetenschappen aan de Universiteit Antwerpen die voor zijn masterproef poolshoogte nam bij 450 cursisten.Het is intrigerend om te zien hoe onderwijs en opleiding mensen verrijkt en hen kansen aanreikt om zich te ontwikkelen.

Van toiletmadam naar sanitair manager: een inhoudsanalyse van jobtitels over tijd

Lies Durnez Nele Rubrecht
 Van toiletmadam tot sanitair manager: een inhoudsanalyse van jobtitels over tijdBinnenkort mogen wij, Nele Rubrecht & Lies Durnez, ons gaan aanbieden op de arbeidsmarkt. Een nieuwe fase begint en als we de eerste vacatures mogen geloven dan ziet het er veelbelovend uit.

Surviving a toxic leader: the moderating role of team-member-exchange

Shari De Baets
 
TOXISCH LEIDERSCHAP: WELCOME TO THE DARK SIDE..
 
Enron, Tyco, Worldcom, .. Wereldwijd zijn er een overvloed aan voorbeelden te vinden van toxisch leiderschap.  Ook dichtbij hoeven we niet ver te zoeken: wie herinnert er zich niet Lernout & Hauspie? In de recente financiële crisis kunnen we eveneens niet om de invloed van beslissingen van toxische leiders heen. Hoewel deze voorbeelden vanwege hun enorme bekendheid en impact direct naar boven komen indien men aan slecht leiderschap denkt, vallen ook de kleinschaligere zaken niet te verwaarlozen.

State of the art: De determinanten van Organizational Citizenship Behavior

Bianca Cools
 
Organisaties zijn steeds op zoek naar manieren om competitief te worden en te blijven op de markten waar ze actief zijn of actief willen worden in een mogelijke nieuwe niche. Sommige bedrijven slagen hier beter in dan anderen. De vraag die vele onderzoekers bezig houdt is wat nu juist die kenmerken zijn die maken dat een bedrijf er in slaagt om competitief te blijven? Wat onderscheidt succesvolle van niet succesvolle bedrijven? Vele auteurs, waaronder Peters & Waters (1982) met hun boek ‘In search of excellence’ en Nohria, e.a.