Scriptiebank is een vrij toegankelijke online databank. Deze bevat alle artikels en full text scripties van deelnemende bachelors en masters aan de Vlaamse Scriptieprijs.

De Betovering van Mythos en Logos: een deconstructie en reconstructie van ons moderne begrip van het tragische

Linde De Vroey
Deze verhandeling biedt een nieuwe analyse van het tragische die een correctie aanbrengt op de
nietzscheaanse interpretatie van de tragedie als het overwegend dionysische principe in de cultuur. De
deconstructie van de dionysische oorsprongsmythe van de tragedie leert dat deze nietzscheaanse visie
kadert binnen de grote breuklijnen van de moderniteit: de tegenstelling tussen Verlichting en
Romantiek, ratio en betovering, logos en mythos. Nietzsches interpretatie van het dionysisch-tragische
als het irrationele tegenprincipe van het rationalisme en de metafysica maakt zelf deel uit van de moderne
funderingsmythe, en houdt zo de moderne breuklijnen in stand.

Dit werk is een poging om de breuklijnen te doorbreken vanuit een inclusieve reconstructie van het
tragische levensgevoel van de Oude Grieken. Ik vertrek vanuit het filosofische kader van de betovering
en onttovering van de wereld om de verschillen tussen het Oudgriekse tragische en de moderniteit te
duiden, en breng de tragedie in verband met de betovering, de mythe, de filosofie, de metafysica en de
polis. Via een labyrintische zoektocht tussen mythos en logos ga ik op zoek naar een nieuw en
authentieker begrip van het tragische levensgevoel; en naar de mogelijkheden en uitdagingen voor het
authentieke tragische om opnieuw een betekenisvolle plaats op te eisen in onze (post)moderne cultuur.

Karl Jaspers' Philosophical Faith in the Face of the Problem of Nihilism

Vinsent Nollet
Once the boundaries between immanent existence and transcendence have been drawn, a typically modern undertaking, all we are left with is the sensible, whereas the supersensible becomes synonymous with the illusionary. This predicament does not have to be inherently problematic, at least from a religious point of view. For philosophy, however, it has often been understood in terms of a disaster, addressed with the ambiguous notion of nihilism. This is particularly true of post-Nietzschean philosophy, in which a holistic understanding of the notion of nihilism is often adopted to argue for the impossibility of both philosophy and transcendence. In this master’s thesis I investigate the relationship between nihilism, philosophy and transcendence as it came about in the philosophy of Karl Jaspers (1883–1969). This 20th century German thinker took great interest in the concern of the captivity of the immanence of thought and formulated creative answers to the question of transcendence after the alleged death of God. For Jaspers, the problem of nihilism was perennial to philosophy, and in the course of his life he devoted many pages to an attempt of overcoming it.
First, this thesis analyses the problem of nihilism on its own, in its pre-Nietzschean and Nietzschean manifestations, to come to terms with its alleged threat to philosophy. With regard to the vastness and richness of the notion, some topics are inevitably left out, such as the religious nihilism of Walter Benjamin and Gershom Scholem, or the extensive elaborations on nihilism in contemporary continental philosophy, for example on the divergence between the interpretations of Martin Heidegger and Emanuele Severino. Second, we turn to Jaspers’ own understanding of nihilism. Jaspers defined the nature and value of philosophy through its confrontation with nihilism, which, for him, represented a kind of anti-philosophy. Philosophy had to go through nihilism to become true philosophizing. Jaspers proposed an ingenious argument that separates nihilism from philosophy, existence from immanence and truth from knowledge. To make this case, we primarily turn to Jaspers’ Von der Wahrheit, Der philosophische Glaube and his books on Friedrich Nietzsche’s philosophy. In Nietzsche und das Christentum, for example, Jaspers argued that Nietzsche at times separated the figure of Jesus from Christianity. In this separation, Jaspers argued, a possible way of overcoming Nietzsche’s nihilism in a philosophy that originates in love was already made possible by the fundamental distinctions of Nietzsche’s own critique of Christianity, for example his dismissal of all contradictions.

Tales of the American Night / Unravelling Jim Morrison's Poetic Wilderness

Koben Sprengers
Deze scriptie is een onderzoek naar het filosofisch raamwerk waarbinnen de poëzie van Jim Morrison, meest bekend als de zanger van de rockgroep The Doors, vorm hebben gekregen. Deze scriptie is bovendien een kleine aanzet tot een grotere interesse en waardering van deze, vooralsnog onbekende, poëzie.

Moed: tussen deugd en passie

Vester Bergmans
Vluchtelingen: moedige mensen of lafaards?Hoe kunnen we zoveel vluchtelingen opvangen? Wat betekent de toestroom aan vreemde culturen en religies voor onze Westerse, Europese of nationale identiteit? Kunnen we het financieel wel aan? En wie heeft nu welke verantwoordelijkheid? Allerlei al dan niet verborgen aannames spelen een meestal impliciete rol in het beantwoorden van deze vragen en de discussie die ze oproepen; veronderstellingen die vanuit filosofisch oogpunt bekeken ons wel eens meer zouden kunnen vertellen dan de letterlijke uitlatingen van zogenaamde voor- en tegenstanders.

Balanceren op een verloren verleden

Karolien Neyns
Het geheugen van architectuur en de zoektocht naar een eigen culturele identiteitVan kinds af aan krijgen we geschiedenis op een zilveren blaadje gepresenteerd. In klaslokalen worden uren gespendeerd aan de levens van onze voorgangers en ook de media bieden dagelijks een ‘gezonde portie’ geschiedenis aan. We worden tegenwoordig overspoeld met historische feiten en weten niet langer wat belangrijk genoeg is om ingeblikt te worden voor de volgende generatie.

De Dionysische roes in het hedendaags concertwezen.

Romina Cucchiara
Live muziek en de roes: de Griekse tragedie als voorvader van het hedendaagse concertwezenHet beleven van een live concert is een erg aparte ervaring. Wanneer je met een grote groep mensen een moment deelt van pure extase, waarbij iedereen even op dezelfde golflengte lijkt te zitten, kun je zeker spreken van iets unieks. Dit soort van sociale belevenis lijkt iets nieuws te zijn, dat slechts sinds enkele decennia ingeburgerd is in de hedendaagse samenleving.

Ziekte als inspiratiebron - De invloed van migraine en andere fysieke gebreken op de kunst

Liesbeth Froyen
Liesbeth Froyen
Ziekte als inspiratiebron – “De invloed van migraine en andere fysieke gebreken op de kunst”
 
De relatie tussen lichaam en kunstwerk is het thema van mijn thesisonderzoek. Maw. hoe een kunstenaar bepaalde fysische aspecten (ziekte, handicap,…) uit in zijn werken of wanneer hij er net tegen ingaat (bv. de verlamming van Chuck Close).Vooral over het aspect migraine in de kunst wil ik wat verder uitweiden aangezien ik zelf aan migraine lijd en dit gegeven zeer nauw verweven is met eigen atelierwerk. Daarom eerst een beter beeld van migraine.

Nietzsches-GPS’en vanuit www.nietzsche-trefpunt.be

Luc Bruysse

Nietzsche-GPS’n vanuit www.nietzsche-trefpunt.be

Bibliotheken zijn informatieportalen waar een vierde van de totale bevolking regelmatig
gebruik van maakt. De dienstverlening of hoofdtaak van de modale bibliotheek bestaat
erin kennis en ontspanning te verdelen via al dan niet audiovisuele dragers van fictie of
non-fictie. Deze thesis toont aan dat Belgische bibliotheken dringend toe zijn aan
vernieuwing.
Enerzijds is er het probleem van een kwalitatieve gegevensontsluiting op zich.

Onbepaaldheid en stilte. Een positieve herwaardering van het postmodernisme: Jean-François Lyotard en John Cage verbonden in het sublieme en het complexe.

Kathleen Vandeputte
Artikel scriptieprijs. (max. 7000 tekens)
 
Het lawaai van de stilte.
 
Hoe kwam John Cage in 1952 op de vreemde idee een muziekstuk te componeren dat slechts bestond uit… stilte? Het stellen van die vraag heeft ons geleid naar een filosofisch onderzoek omtrent de bestaansreden van de muziek in onze hedendaagse postmoderne tijd. Want wat is muziek als ze ook stilte kan zijn? Of beter: hoe moeten we de stilte interpreteren in het werk van Cage?
 
Volgens Cage bestaat er niet zoiets als absolute stilte.