Scriptiebank is een vrij toegankelijke online databank. Deze bevat alle artikels en full text scripties van deelnemende bachelors en masters aan de Vlaamse Scriptieprijs.

ANALYSE EN EVALUATIE VAN DE WIJZIGINGEN AANGEBRACHT AAN HET FISCAAL STRAFRECHT DOOR DE WET VAN 5 MEI 2019 EN HET KB VAN 9 FEBRUARI 2020

Justine Hendrickx
Deze masterproef analyseert en evalueert de wijzigingen door de wet van 5 mei 2019 en het Koninklijk Besluit van 9 februari 2020 in het licht van de door de wetgever opgestelde doelstellingen. Meer bepaald worden de eerste drie wijzigingen (una via-overleg, strategisch overleg en meldingsplicht van de procureur des Konings) in detail behandeld. Er wordt summier ingegaan op de nieuwe rol van de strafrechter.

Gevaar voor openbare orde en nationale veiligheid als weigeringsgronden voor verblijf in de Vreemdelingenwet

Ellen Vandennieuwenhuysen
Naar aanleiding van twee ophefmakende wetswijzigingen aan de Vreemdelingenwet werd onderzocht in welke mate deze nog in overeenstemming is met enkele fundamentele mensenrechten en algemene rechtsbeginselen. Meer concreet werd dieper ingegaan op de verwijderingsbeslissingen om redenen van openbare orde en nationale veiligheid.

De rechtsbescherming van de belastingplichtige in het kader van de huidige 'una via'-regeling

Stevo Gatsos
In de strijd tegen fiscale fraude heeft de federale wetgever anno 2008 een parlementaire
onderzoekscommissie opgericht. De belangrijkste aanbeveling van deze parlementaire
onderzoekscommissie handelde over het instellen van een una via-regeling in fiscale
strafzaken. Dit heeft finaal geleid tot de wet 20 september 2012 tot instelling van het ‘una
via’-principe in de vervolging van overtredingen van de fiscale wetgeving en tot verhoging
van de fiscale penale boetes, oftewel de Una Via-wet.
Dit una via-principe houdt in dat slechts één weg kan ingeslagen worden in de beteugeling
van inbreuken op de fiscale wetten, hetzij strafrechtelijk met strafsancties, hetzij fiscaaladministratief
met fiscaal-administratieve sancties. De federale wetgever had met de
ontdubbeling van parallelle procedures een efficiënter fraudebeleid voor ogen. Concreet werd
dit gerealiseerd door het una via-overleg tussen de fiscale administraties, het Openbaar
Ministerie en de bevoegde politionele overheden, hetgeen de betrokken actoren in staat
diende te stellen uit te maken wat de meest adequate afhandelingswijze van het concreet
dossier zou zijn.
De federale wetgever heeft met de Una Via-wet eveneens gepoogd het non bis in idembeginsel,
zoals geïnterpreteerd door de Europese rechtscolleges, wettelijk te verankeren. Dit
beginsel belet dat eenzelfde persoon, die reeds het voorwerp heeft uitgemaakt van een
definitieve beslissing, opnieuw voor dezelfde feiten wordt berecht of bestraft. In dit opzicht is
het relevant om ook het strafrechtelijk karakter van administratieve sancties onder de loep te
nemen. Wanneer blijkt dat zowel een strafrechtelijke sanctie als een administratieve sanctie
met een strafrechtelijk karakter in de zin van artikel 6 EVRM voor dezelfde feiten worden
opgelegd, zal het non bis in idem-beginsel toepassing vinden. Vóór de intrede van de Una
Via-wet voorzagen de fiscale wetboeken expliciet de mogelijk om strafrechtelijke sancties en
administratieve sancties met een strafrechtelijk karakter te cumuleren. De Una Via-wet, met
respect voor het non bis in idem-beginsel, dient tegemoet te komen aan deze problematiek
door een decumul te voorzien, waarbij dezelfde rechtsonderhorige hetzij strafrechtelijk, hetzij
fiscaal-administratief gesanctioneerd wordt.

Het opzet van dit werk bestaat erin een analyse te maken van de rechtsbescherming van de
belastingplichtige in het kader van de huidige una via-regeling. Het onderzoek naar de
tegemoetkoming aan het non bis in idem-beginsel door de federale wetgever in het una viamodel
staat centraal. Om de evaluatie te kunnen maken of de wet hieraan voldoet is een
grondige uiteenzetting van de draagwijdte van het non bis in idem-beginsel in fiscale
strafzaken vereist. Dit gebeurt aan de hand van de bespreking van de bronnen en de
jurisprudentiële invulling van dit beginsel, met inbegrip van het strafrechtelijk karakter van
administratieve sancties. Vervolgens wordt, het non bis in idem-beginsel indachtig, de Una
Via-wet besproken. De totstandkoming, de onvolmaaktheden en de gedeeltelijke vernietiging
worden hierbij toegelicht. Het sluitstuk van dit onderzoek heeft betrekking op suggesties de
lege ferenda. Hierbij wordt onderzocht of het Nederlands una via-model, het sociaal
strafrecht en het aanrekeningsprincipe soelaas kunnen bieden.

Clinical management of Staphylococcus aureus bacteremia – an updated proposal of protocol

Pieter Sinonquel Willy Peetermans
Nieuw protocolvoorstel ter management van een Stafylococcus aureus bacteriëmie

Het boek als krachtig medium in zakformaat. De drukkersstrategieën van Joannes Grapheus, Antwerpen 1527-1569

Maite De Beukeleer
De vormgeving van boek zoals we het vandaag kennen, werd grotendeels ontwikkeld in de vroege zestiende eeuw, toen drukkers nieuwe manieren zochten om hun boeken aantrekkelijk te maken. Deze scriptie onderzoekt hoe de vormgeving in deze periode veranderde aan de hand van de casus van één drukkers: de Antwerpenaar Joannes Grapheus.

Hulpsystemen die sneller en economischer varen in de koopvaardij bevorderen

Elias Deleener
Theoretisch en praktisch onderzoek naar toepassing van waterweerstandsvermindering op scheepsrompen. Dit door toepassing van haaienschubbenstructuur, ribbelstructuur en micro-luchtbubbels.

Synthesis of Tetrahydrocarbazoles: In search of new anti-TB chemotherapy

Henri-Philippe Mattelaer
Synthesis of tetrahydrocarbazoles        In search of new anti-TB chemotherapyDe epidemie raast verderTuberculose (tbc) is terug van nooit weggeweest; in 1993 werd het door de World Health Organisation uitgeroepen tot een globaal noodgeval. Het is nog steeds de op één na dodelijkste infectieziekte (na AIDS), waarbij vooral de jonge laag van de maatschappij getroffen wordt. De bacterie in kwestie, Mycobacterium tuberculosis, is moeilijk uit te roeien wegens het enorme reservoir van mensen met een volhardende, latente tbc infectie (ongeveer 1/3 van de wereldbevolking).