Tuberculose en stuipen in Maaseiker top drie van meest voorkomende doodsoorzaken… althans 150 jaar geleden

Phaedra
Vanoppen

Kan je je voorstellen dat je als ouder meerdere kinderen moet begraven? Of dat niet kanker aan de top staat van de meest voorkomende doodsoorzaken, maar tuberculose of cholera? Wellicht niet, want vandaag associëren we ziekte en dood vooral met oudere generaties. Toch was dit ooit anders en waren infectieziektes, die vooral gevaarlijk waren voor jongere generaties, de meest voorkomende doodsoorzaken. Geleidelijk vond er dus een transitie plaats in het sterftepatroon. Aan de hand van een unieke bron, namelijk de individuele doodsoorzakenregisters, wordt deze overgang bestudeerd voor de casus van Maaseik, een stad met een ruraal karakter in het Limburgse Maasland.

 

Van infectieziektes naar chronische aandoeningen

‘Ruim helft van overlijdens te wijten aan kanker en hart- of vaatziekten.’[i]Deze bevinding maakte Statistiek Vlaanderen in 2016 op basis van de vastgestelde doodsoorzaken. Wie vandaag de dag krantenkoppen over gezondheid en ziekte bekijkt, kan niet om de vele tips voor een betere levensstijl en nieuwe medische behandelingen heen. Vaak zijn het de oudere generaties die met chronische en degeneratieve aandoeningen worden geconfronteerd. Vroeger droegen echter de jongere generaties het juk van ziekte en dood. Hiervoor moeten we niet ver terug in de tijd. De overgang van infectieziektes, die vooral een impact hadden op jongeren, naar de hart- en vaatziektes en kankers bij voornamelijk ouderen, gebeurde tijdens de afgelopen 200 jaar en wordt de ‘epidemiologische transitie’ genoemd. Aan de hand van doodsoorzakenregisters wordt hieronder het pad van deze transitie in Maaseik uit de doeken gedaan.

 

Individuele doodsoorzakenregisters: een uiterst unieke bron

Laat me even het leven schetsen van één van de Maaseiker overledenen: Maria Catharina. Zij overleed in 1882 op de leeftijd van amper drie maanden aan de stuipen en dat ging erg snel. Ze stierf een dag nadat ze ziek werd. Haar moeder was dienstmeid, een vader had ze niet. We kunnen dit korte levensverhaal van Maria Catharina leren kennen aan de hand van de individuele doodsoorzakenregisters waarin, net zoals in de overlijdensakten van de burgerlijke stand, persoonlijke informatie over de overledene werd vermeld. Wat echter niet werd opgenomen in de overlijdensakten was de doodsoorzaak. Deze is dus wel voorhanden in de doodsoorzakenregisters. Door deze registers kunnen we een hele resem aan informatie met elkaar verbinden en een beter beeld krijgen van de relatie tussen sociale klasse, woonplaats, leeftijd, … enerzijds en sterfte en doodsoorzaken anderzijds. 

 

Wat maakt die individuele doodsoorzakenregisters te Maaseik uniek? In België zijn deze registers amper vindbaar, aangezien ze om privacyredenen (meestal) werden vernietigd. Hierdoor werd er nog maar weinig geschreven over de Belgische doodsoorzaken en zijn we slechts in beperkte mate op de hoogte van factoren die gezondheid en sterfte beïnvloedden. De beschikbaarheid van de registers te Maaseik brengt dus veel mogelijkheden met zich mee op vlak van historisch onderzoek naar sterfte en helpt om het hiaat in het sterfteonderzoek op te vullen. 

 

Vroege overgang naar chronische aandoeningen en het begin van het einde voor infecties

Uit onderzoek van Belgisch historica Isabelle Devos bleek dat de overgang van infectieziektes naar chronische aandoeningen als dominante doodsoorzaken zich in België voltrok tussen de twee wereldoorlogen. Laat 19de-eeuws Maaseik bleek hierin een voorloper te zijn. Hart- en vaatziektes stonden in de periode van 1881 tot 1885 reeds in de top drie van de meest voorkomende doodsoorzaken. Mogelijke verklaringen hiervoor kunnen gevonden worden in maatregelen op vlak van hygiëne, watertoevoer of voedselvoorziening. Daarnaast is het plattelandskarakter van Maaseik belangrijk in deze optelsom. In tegenstelling tot grootsteden zoals Gent of Antwerpen behield Maaseik haar rurale karakter. Hierdoor waren de woon- en werkomstandigheden er beter en vielen de infectieziektes er sneller in belang terug.

 

Arm en rijk: (on)gelijk voor de dood?

Hierboven werd het verhaal van Maria Catharina verteld. Zij was één van de 26 kinderen die in 1882 het leven lieten te Maaseik, nog voor de leeftijd van één jaar. Haar gezin behoorde tot de lage klasse. Tijdens de late 19de eeuw was dit in Maaseik de sociale klasse met de hoogste sterfterisico’s onder de leeftijd van één jaar. De grootste boosdoener hierin was de doodgeboorte. In de werkende klasse hadden moeders in spe niet de luxe om aan het einde van hun zwangerschap rust te nemen en daarom werkten ze gedurende de volledige negen maanden door. Dit bracht gezondheidsrisico’s met zich mee, zowel voor de moeder als voor het kind. Hierdoor waren er twee keer meer doodgeboortes in de lage klasse dan in de hoge of middenklasse. Dergelijke vergelijkingen zijn enkel mogelijk door het raadplegen van doodsoorzakenregisters, waardoor we het verhaal van Maria Catharina leerden kennen.

 

Het was echter niet zo dat de lage klasse altijd een zwaarder juk van de dood met zich meedroeg. Dit fluctueerde afhankelijk van de betrokken leeftijdsgroep. Bij de volwassenen te Maaseik waren het de hoge klassen die meer risico liepen. Een verklaring hiervoor is het plattelandskarakter, waardoor overbevolking en luchtvervuiling er beperkter waren dan in grootsteden. Hierdoor waren de verschillen in woon- en werkomstandigheden tussen de sociale klassen minder groot en lagen de sterfterisico’s voor hoge en lage klasse minder ver uit elkaar. 

 

De Maaseiker sterfte in een notendop

Dit onderzoek stelde de vraag naar het karakter van de Maaseiker sterfte in de late 19de eeuw. Sociale en economische factoren hadden een sterke impact op de gezondheid in de stad. Industrialisering en verstedelijking bleven er beperkt, waardoor de woon- en werkomstandigheden in Maaseik over het algemeen beter waren dan in grootsteden zoals Gent of Antwerpen. Hierdoor viel het aandeel van infectieziektes sneller terug, waarna chronische aandoeningen op de voorgrond traden. De Maaseiker casus toont aan hoe groot de impact van sociaal-economische factoren, omgeving en levenskwaliteit was op het leven (of beter: het levenseinde) van de man in de straat. Het tragische verhaal van Maria Catharina en de andere baby’s en kinderen die het leven lieten is nu een ver-van-ons-bed-show geworden en we maken ons vandaag meer zorgen om de gezondheid van ouderen en de kans op hart- en vaatziektes of kanker. Zouden die vele lifestyletips op termijn dan opnieuw een verandering in het sterftepatroon kunnen bewerkstelligen?

 

[i]Statistiek Vlaanderen, https://www.statistiekvlaanderen.be/doodsoorzaken.

Download scriptie (6.84 MB)
Universiteit of Hogeschool
Universiteit Gent
Thesis jaar
2019
Promotor(en)
Prof. dr. Isabelle Devos
Thema('s)