De biomeiler als connectie met de natuur.

Dries
Verberckmoes

De biomeiler als connectie met de natuur.

 

Het onderwerp van mijn masterproef als interieurarchitect lijkt in eerste instantie weinig te maken te hebben met architectuur. De link zit hem voor mij in drie belangrijke thema’s waar je als toekomstig ontwerper mee moet omspringen. Het eerste is het betrekken van mensen in je ontwerp, gefocust op hun noden en met hun inbreng. De betrokkenheid van een toekomstige gebruiker en hoe hij of zij zichzelf kan terugvinden in het ontwerp is van groot belang. Een tweede factor die meespeelt is onze relatie met onze omgeving en de natuur. We moeten ons bewust zijn van het bestaan van deze connectie en deze dient niet aan de kant geschoven te worden. Een derde thema is de historiek van een bepaalde plaats, het integreren van elementen die identiteit geven aan een plek en door deze verderzetting ook continuïteit bieden aan het ontwerp. Door in te spelen op deze historische waarde wordt een ontwerp ook uniek en wint het appreciatie van de gebruiker.

 

De biomeiler is in mijn project de spil van dit alles. Een biomeiler is gekend onder andere benamingen zoals thermocompost en compost heater. Om het erg simpel te stellen is het zo dat bij een biomeiler warmte die vrijkomt door het microbieel composteringsproces wordt aangewend om water op te warmen en dit dan te gaan gebruiken als verwarming of sanitair warm water. Door het ophopen van een grote hoeveelheid biomassa, een combinatie van houtsnippers (70%) en zogenaamd nat materiaal zoals mest of ander biologisch afval (30%) in en het toevoegen van water wordt het proces opgestart. Het plaatsen van een warmtewisselaar kan over een periode van twee jaar tot wel 745 kWh/m³ aan warmte worden geoogst. 

 

Het betrekken van mensen in dit project deed ik door gedurende vijf weken begeleiding te geven bij De Wereld van Indra. Dit is een VZW die zich inzet voor kinderen die om diverse redenen niet terecht kunnen in het reguliere schoolsysteem en hen rust en ruimte te bieden om zich te ontwikkelen. Het ontwerp van de biomeiler ontstond door de inbreng van de kinderen en van de begeleiders die verschillende elementen zoals fantasie, speelsheid en natuur erg belangrijk vonden. Het doel was vooral de kinderen te doen begrijpen waar de kracht van de natuur zit en hen dit beter te doen begrijpen. De biomeiler bevatte speelse tandwielen die de natuur zou helpen “het warme water te produceren”.

 

De typerende ei- of ellips-vorm van de biomeiler met zijn vele wieken kan gelinkt worden aan de geschiedenis van de plek waar deze gebouwd zou worden. Geïnspireerd op volksverhalen over vliegende framassons en de vliegenier Jan Olieslagers die ooit als eerste Belg het kanaal overvloog. Deze historische elementen geven de kinderen genoeg stof tot fantaseren over deze magische warmwaterbron. De bestemming van het warme water was dan ook de wastafel waar de afwas gedaan zou kunnen worden. Deze taak - die vaak als saai wordt beschouwd - werd hierdoor één van de leuke activiteiten die gedaan zouden kunnen worden met de kinderen tijdens hun begeleiding.

DSC 0189

De connectie met de natuur is terug te vinden in het gebruik van zeepplanten als een bron van materiaal om de biomeiler mee op te vullen. Deze planten zijn in het ontwerp rond de biomeiler geplaatst om de jongeren een bepaalde mate van geborgenheid te bieden rond de biomeiler. Daarnaast bevatten deze planten ook een grote hoeveelheid natuurlijke zeepstoffen waardoor het produceren van zeep erg vlot gaat. Het maken van deze zeep levert het voordeel op dat het water van de afwas terug op de biomeiler kan gegoten worden en zo “hergebruikt” wordt en uiteindelijk het water voor de volgende wasbeurt mee bewerkstelligt. De natuur is op deze manier dicht bij de leefwereld van de kinderen en geeft hen de kans deze te appreciëren en zich hierin terug te vinden.

 

Het ontwerp van de biomeiler was een uitdaging voor mij als interieurarchitect. Het omvatte zowel een participatief proces, technisch en historisch onderzoek dat samenkwam in één project.

DSC 0185 2

Download scriptie (7.21 MB)
Universiteit of Hogeschool
KU Leuven
Thesis jaar
2019
Promotor(en)
Klaas Vanslembrouck, Hilde Bouchez, Tom Callebaut
Kernwoorden