Opent Tony's Open Chain de weg naar (h)eerlijke chocolade?

Hannelore
Standaert

In Ivoorkust en Ghana werken momenteel 1,56 miljoen kinderen op cacaoplantages. Dit is ongeveer 70% van de Belgische kinderen. Dat is slechts een tipje van de ijsberg. Naast kinderarbeid moeten gemeenschappen van cacaoboeren ook dagdagelijks vechten tegen de gevolgen van extreme armoede en ontbossing. En dat allemaal zodat wij een reep chocolade kunnen eten. Wat is er allemaal aan de hand in de chocolade-industrie? En vooral, wat kunnen we er aan doen?

Van kindsaf aan was ik gepassioneerd door chocolade. Pasen was bij uitstek mijn favoriete feestdag, dan kon ik paaseitjes eten tot ik erbij neer viel. Chocolade had voor mij altijd een positieve connotatie. Totdat ik te weten kwam dat die heerlijke repen vaak niet zo eerlijk waren. De chocolade-industrie is zich hiervan bewust. In de loop der jaren ondernam ze verschillende duurzaamheidsinitiatieven. Echter na twee decennia van mislukte interventies blijven de uitdagingen even groot.

Tony’s Open Chain – het initiatief van het Nederlandse zoetwarenbedrijf Tony’s Chocolonely – lijkt daar evenwel verandering in te brengen. In mijn masterproef ging ik op zoek naar de manier waarop Tony’s Open Chain als commons-initiatief bijdraagt tot de verduurzaming van de chocolade-industrie. De term ’commons’ verklaar ik verderop in het artikel. Voor dit onderzoek hield ik 15 diepte-interviews met stakeholders van Tony's Chocolonely die belang hebben bij het functioneren van de organisatie, en niet-stakeholders met kennis over de commons.

De bittere realiteit van duurzaamheidsinitiatieven

Ten eerste kampen cacaoplantages met een structureel verlies, waarbij boeren voor aanzienlijk minder dan het armoedeniveau werken. Ze wonen vaak in afgelegen plattelandsgebieden, zonder basisinfrastructuur, faciliteiten en onderwijsmogelijkheden. Bovendien betalen tussenpersonen de cacaoboeren ver onder de marktprijs, waardoor zij weinig mogelijkheden hebben om hun levensstandaard te verbeteren. Daardoor worden cacaoboeren gedwongen om hun productiekosten te verlagen en kinderen te gebruiken als arbeidskrachten. De verantwoordelijkheid van deze problemen wordt bij de cacaoboeren gelegd en niet bij de bedrijven die actief zijn in de markt. Cacaoboeren zijn anoniem in de chocolade-industrie, hebben geen stem en worden niet betrokken bij enige oplossingsmethode. Er is dan ook nood aan een andere aanpak die de positie van de cacaoboeren versterkt.

Daarnaast nemen veel bedrijven duurzaamheidsinitiatieven op individueel niveau. Ze zien het soms als commerciële opportuniteiten, maar zin terughoudend over het delen van gegevens hierover. Deze individuele houding is destructief omdat het bedrijven ervan weerhoudt om van elkaars ervaringen te leren. Er is behoefte aan meer samenwerking en gedeelde verantwoordelijkheid tussen de verschillende actoren. Dit kan ervoor zorgen dat resultaten van duurzaamheidsinitiatieven efficiënter en goedkoper worden.

Ten slotte zijn de duurzaamheidsinitiatieven vrijwillig. Het ontbreken van regelgeving zorgt ervoor dat er geen vooruitgang wordt geboekt. Meer politieke actie is nodig om echte systeemveranderingen tot stand te brengen. Dit kan garanderen dat de genomen duurzame maatregelen niet alleen vrijwillig maar ook verplicht zijn, wat leidt tot meer transparantie en verantwoordelijkheid van zowel overheden als bedrijven in de chocolade-industrie.

Naar een meer holistische benadering 

Een mogelijke oplossing kan zijn om over te schakelen van een individuele benadering naar een holistische die uitgaat van het principe dat alles met elkaar verbonden is. Een van de invloedrijke economische theorieën die deze benadering bestudeert, is de commons-theorie. ‘Commons’ wordt gedefinieerd als ‘een gedeelde bron, medebeheerd door de gebruikersgemeenschap volgens de regels en normen van die gemeenschap’. Door de jaren heen zijn verschillende toepassingen van het commons-concept ontstaan waaronder 'knowledge commons', dat verwijst naar informatie die collectief eigendom is van en beheerd wordt door een gemeenschap van gebruikers, met name via het internet. Open-source software, zoals bijvoorbeeld Wikipedia, is hierbij de meest gevestigde en grootste op internet gebaseerde categorie. Hoe zou dit de chocolade-industrie kunnen redden?

Hier komt Tony’s Open Chain, het open-source initiatief dat in 2019 door Tony’s Chocolonely werd gelanceerd, in het verhaal. Het initiatief is opgezet met als doel om niet enkel Tony’s Chocolonely’s chocolade slaafvrij te maken, maar de hele chocolade-industrie. Chocolademakers kunnen bondgenoot van Tony’s Open Chain worden en via een plug & play setup de cacao op een eerlijke en duurzame manier inkopen. Dit framework valt wel degelijk in de smaak: op dit moment heeft Tony’s reeds 5 bondgenoten: Albert Heijn, Aldi, Jokolade, Vly en Ben & Jerry’s. Zij sloten zich aan bij het initiatief, werken samen en kopen in volgens de vijf samenwerkingsprincipes: hogere prijs voor boeren, investeringen in boerenbedrijven, organisatorische hulp voor coöperaties, langetermijnrelaties en 100% traceerbare bonen.

Een stap in de goede richting

Uit mijn onderzoek bleek dat Tony’s Open Chain op verschillende manieren bijdraagt aan het verduurzamen van de chocolade-industrie.

Ten eerste tracht dit initiatief via verschillende instrumenten de positie van de cacaoboeren te versterken. Zo creëerde het bedrijf zowel een Living Income Model zodat cacaoboeren een leefbaar inkomen krijgen, als de Tony’s BeanTracker om te traceren waar de cacao precies vandaan komt. Daarnaast hanteren ze ook het Child Labor Monitoring and Remediation System (CLMRS) dat kinderarbeid opspoort. Tony’s Chocolonely en zijn bondgenoten investeren in deze instrumenten, maar belangrijk is dat deze eigendom zijn van de cacaoboeren.

Daarnaast wil Tony’s milieurechtvaardigheid aanpakken. GPS-polygoonkaarten die landbouwproductie registreren, kunnen grote productieverschillen opsporen om ze eventueel in verband te brengen met ontbossing.

Tenslotte maakt Tony’s Open Chain’s aanpak wederzijds leren mogelijk en toont het de haalbaarheid van samenwerking door bondgenoten toe te laten en informatie te delen. Transparante communicatie van de gegevens doorheen de hele keten is precies wat de industrie nodig heeft.

In ieder geval is er ruimte voor verbetering van dit concept. Om een tastbaar verschil te maken in de chocolade-industrie, is meer opschaling van de acties in termen van volume nodig. Dit is momenteel echter nog een uitdaging omdat het twijfelachtig is of grote chocoladebedrijven zich bij het initiatief zullen aansluiten. Niettemin kunnen andere producenten elementen van Tony’s Open Chain kopiëren, waardoor Tony’s initiatief indirect invloed uitoefent en druk zet op de hele chocolade-industrie.

 

 

 

 

Download scriptie (695.08 KB)
Universiteit of Hogeschool
KU Leuven
Thesis jaar
2022
Promotor(en)
Ingrid Molderez