De kunst van symbiose: World of Matter en de paradigmashift naar een andere omgang met de aarde

Anneleen
van Kuyck

DE KUNST VAN SYMBIOSE

DE WAANZIN VAN HET PARASITEREN OP DE PLANEET

Aan de vooravond van de Klimaatconferentie in Parijs lijken de woorden van beleidsmakers als vaag gemompel te verstommen te midden van het groeiende verzet tegen onze huidige disharmonische verhouding tot de aarde. Welke noot speelt kunst in de bonte polyfonie van wetenschappers, politici, activisten, burgerbewegingen, een groene paus en boomknuffelaars? Hoe kunnen artistieke middelen bijdragen aan een betere wereld?

Dat de opwarming van de aarde volgens de huidige tendens niet te beperken valt tot de schrikbarende limiet van 2°C, is een duidelijk teken aan de wand: de uitstoot van broeikasgassen gaat quasi onverminderd verder. De pollutie van de atmosfeer is slechts één van de zichtbare en onzichtbare ziekteverschijnselen die het antropoceen kenmerken. Die term staat voor het tijdsgewricht waarin de activiteiten van de mens zich onmiskenbaar laten voelen in het planetaire ecosysteem. Vooral sinds de industriële revolutie in de achttiende eeuw is onze impact verwoestend, en dat beginnen we zo naderhand te beseffen. Uit allerlei hoeken roepen stemmen op tot een duurzaam, ecologisch leefpatroon en dito economisch beleid. In het bijzonder op kleine schaal – Think global, act local! – schieten allerlei goedhartige projecten als paddenstoelen uit de grond die bewijzen dat alternatieven wel degelijk bestaan. Alle wilskracht en goede intenties ten spijt, lijkt de verslavende werking van comfort echter de bovenhand te halen. Levensvreugde noch kapitaal zetten we graag op het spel, ook niet voor de goede zaak.

Vervuiling eindigt en duurzaamheid begint daarom bij een fundamentele paradigmashift, en een wel overdacht verbruik van grondstoffen ligt daarvan aan de basis. Wat zijn grondstoffen, op het meest elementaire niveau van hun bestaan? Welke gevolgen heeft de menselijke consumptie ervan? En mag de mens er überhaupt zomaar over beschikken? Precies die vragen zetten kunstenaars en denkers als Ursula Biemann, Mabe Bethônico, Lonnie van Brummelen, Siebren de Haan, Uwe H. Martin, Frauke Huber, Peter Mörtenböck, Helge Mooshammer, Paulo Tavares en Emily E. Scott ertoe aan om hun veelzijdige artistieke praktijken te bundelen. In 2010 werden zo de kiemen gelegd van het internationale collectief World of Matter. Met hoofdzakelijk essayistisch videowerk en fotoreeksen poogt het project verscheidene aangrijpende processen die de planeet vandaag in hun greep hebben, aan de kaak te stellen. Gezamenlijke tentoonstellingen en een interactief multimediaplatform (www.worldofmatter.net) brengen de beelden tot bij het bredere publiek.

Over het muurtje kijken

Interdisciplinariteit vormt de spreekwoordelijke ruggengraat van World of Matter. Binnen het collectief meandert en medieert kunst tussen vaak uiteenlopende domeinen zoals natuurwetenschappen, filosofie, politiek, antropologie en economie. Zo krijgt de visie van filosoof Timothy Morton op grondstoffen een belangrijke plaats. Doordat we water, lucht, vruchtbare aarde, mineralen of dieren al te vaak reduceren tot hun praktisch nut voor de mens, vergeten we dat ze in hun bestaan wezenlijk onafhankelijk zijn van onze kennis. Sterker nog, ze onttrekken zich grotendeels aan ons zicht en zijn akelig oncontroleerbaar, vindt Morton. Hij duidt ze aan met de term hyperobjects: entiteiten die de mens in veel opzichten overstijgen. Diverse vormen van straling bijvoorbeeld zijn technologisch zeer interessant, maar hebben in meer of mindere mate drastische, beangstigende effecten op de menselijke gezondheid. Geluidskunstenaar Peter Cusack registreerde het gepiep van een geigerteller in Tsjernobyl. Zo illustreert hij met Sounds of Contamination (2012) het sluimerende gevaar van de onzichtbaarheid van radioactiviteit, waarover Morton schrijft.

Leidt de onafhankelijkheid van grondstoffen ook tot juridische zelfstandigheid? Twee wereldoorlogen waren nodig om tot de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens (1948) te komen. Nu de urgentie van de klimaatcrisis meer dan ooit om aandacht schreeuwt, wordt druk gedebatteerd over de rechten van de natuur. Kunstcriticus T.J. Demos, die World of Matter van zeer nabij volgt, onderstreept het historisch belang daarvan wanneer hij spreekt van een ‘dekolonisering van de natuur’. Zo roept de videoserie White Gold (2007-2014) van Huber en Martin over de wereldwijde katoenteelt tal van vragen op. Hoe gerechtvaardigd is de wetenschappelijke overheersing van de gewassen door middel van genetische modificatie? Mogen miljoenen hectaren van onze planeet zomaar worden opgeofferd ten behoeve van de kledingindustrie? De zelfmoordgolf onder Indische katoenboeren, die in White Gold een centrale plaats krijgt, maakt ten slotte duidelijk hoe schrijnend de klimaatproblematiek en sociaal onrecht zijn verstrengeld.

De kunstenaar als Salvator Mundi?

World of Matter spoort bovendien aan om ons blikveld te openen naar andere dan de klassieke westerse denkpatronen. Biemann en Tavares integreerden in hun multimedia-installatie Forest Law (2014) het gedachtegoed van antropoloog Eduardo Kohn, die het object van zijn discipline niet tot de mens wil verengen. Ook alle niet-menselijke wezens in het Amazonewoud hebben een eigen specifieke niet-talige manier van denken en communiceren, die zo mogelijk nog complexer is dan die van de mens. De natives die aan het woord komen in Forest Law omarmen dat vermogen als een opportuniteit, maar westerse ondernemers nemen het woud liever als een hapklare brok winst en vernietigen daarmee die complexe relaties. Die discrepantie leidt onder meer in Ecuador tot opzienbarende juridische processen, waar de jonge rechten van de natuur in de praktijk worden getest.

Aan de basis van Forest Law ligt Michel Serres’ The Natural Contract (1990). Daarin vermaant hij de homo sapiens sapiens voor zijn parasiterend gedrag en propageert hij, visionair voor zijn tijd, een contract tussen mens en planeet. De kwintessens daarvan is een mentaliteitswijziging van brute vijandigheid naar een symbiotische verzoening van waarden en noden. Een schip dat op een rotsblok afstevent, kan zich immers niet redden door alleen vaart te minderen. Het moet ook zijn richting veranderen, stelt Serres.

Slechts in utopie kan kunst de wereld redden, maar desondanks verliest ze allerminst haar relevantie of nut in de samenleving. Met een lichte frons vragen kunstenaars namelijk waar we dan wel mee bezig zijn en plaatsen ze kritische noten bij de zekerheden waarover we bibliotheken volschrijven. Een collectief als World of Matter duelleert met de evidentie waarmee we zelfbedachte waarheden bekronen en herinnert de mens aan zijn werkelijke prioriteiten. Het veegt ook de dunne krijtlijnen rond kunst zachtjes weg en stimuleert de kruisbestuiving tussen verschillende disciplines, een aanpak die zeker toe te juichen valt.

Universiteit of Hogeschool
KU Leuven
Thesis jaar
2015