De transparante samenleving

Evert
Beyers

De transparante samenleving

Transparantie lijkt vandaag een vanzelfsprekend antwoord op maatschappelijke problemen zoals corruptie, misbruik en wanbeheer. Nooit eerder heeft men zelfs meer gesproken over een ‘plicht’ tot transparantie en nooit heeft men meer beroep gedaan op het ‘recht’ op transparantie. Toch zou men zich kunnen afvragen : waarom heeft transparantie een onbetwiste status in onze samenleving, en hoe terecht is dat eigenlijk? Het valt op dat transparantie van alle begrippen die we uit de periode van de Verlichting geërfd hebben niet fundamenteel in vraag is gesteld. Wordt transparantie soms niet te lichtzinnig of instrumenteel ingezet? Is transparantie in de praktijk niet eerder een leegte die wordt opgevuld met een massa informatie als gevolg van procedurele eisen, regeldruk, normeringen en gedragscodes?

Transparantie bezit een innerlijke tegenspraak
Transparantie is enerzijds een wapen tegen corruptie en misleiding maar anderzijds is het ook een controlemiddel. Het verschil met vroegere vormen van controle ligt in het feit dat steeds meer gegevens van burgers bekend zijn bij de overheid en grootbedrijven. Daardoor worden de grenzen van de persoonlijke levenssfeer overschreden en wordt het privédomein steeds kleiner. De paradoxale verhouding tussen transparantie, macht en vrijheid komt tot uiting in de zaak van Edward Snowdon. Ondanks het feit dat hij perfect in de transparantie is meegegaan, blijken zijn handelingen ongewenst in een samenleving waarin alles transparant moet zijn. Transparantie is dus verre van neutraal. Wanneer transparantie instrumenteel of politiek wordt aangewend, verwordt ze tot een machtstechniek. Op dat moment zullen machtsinstanties bepalen waar de grens van transparantie ligt.

De schaduwkant van transparantie
In de scriptie wordt betoogd dat de betekenis van het begrip transparantie verruimd is als gevolg van verschillende maatschappelijke evoluties en belangen. De globalisering, de neoliberale logica en de ontwikkeling van de technologie spelen hierbij een hoofdrol. Zij zijn historische redenen waarom het begrip transparantie vanaf de jaren zestig van de vorige eeuw ook een schaduwkant heeft gekregen die aan de basis ligt van een nieuw normatief discours : onthulling, ofwel zichtbaar maken wat onzichtbaar is. De schaduwkant van transparantie verwijst bovendien naar een ‘overbelichting’. Dit is enerzijds de toestand van een hyperdoorzichtige levensvorm die gekenmerkt is door een overmaat aan positiviteit en openheid, en anderzijds het moment of de situatie waarin deze openheid of onthulling omslaat in controle.

Is transparantie een nieuwe machtstechniek?
De vraag die in de scriptie centraal staat is de verhouding van transparantie ten aanzien van de individuele vrijheid. In welke mate is transparantie een nieuwe disciplinaire machtstechniek? In de huidige maatschappij worden mensen sociaal gedwongen te communiceren, om in contact te staan met anderen en zich daarbij volledig te onthullen. Op die manier wordt de vrijheid ingeperkt en worden mensen nog meer gecontroleerd dan voordien. Dit betekent dat hoe meer men de indruk heeft dat men zichzelf ongestraft vrij en ongedwongen kan laten zien hoe meer men de vrees moet hebben dat achter transparantie en zelftransparantie machtsmechanismen schuil gaan waarvan men zich niet bewust is.

Kritiek op de transparante samenleving
In zijn kritiek op de huidige tijdgeest bouwt de Koreaans-Duitse filosoof Byung-Chul Han voort op de diagnose van Herbert Marcuse en Michel Foucault wanneer het gaat over hedendaagse verschijnselen zoals zelfuitbuiting en zelfonthulling. Han toont aan dat de systeemdwang van ‘openheid’ leidt tot hyperdoorzichtigheid. Zo wordt de mens in het arbeidsproces door een overmaat aan positiviteit en gelijkschakeling volledig geobjectiveerd en onderworpen aan onzichtbare machtstechnieken. De ideologie van transparantie mondt ook uit in een panoptisch systeem waar alles en iedereen zich moet blootgeven. Deugdzaam is alles wat zichtbaar is, dat is de idee. Het systemisch karakter van de transparante samenleving komt tenslotte tot uiting in de voortdurende druk om de ideologie van transparantie te verinnerlijken. Door deze insluiting is er voor de mens nog maar weinig ruimte voor reflectie en wordt zijn gedrag voorspelbaar. Het digitale panopticum is een metafoor om de overgang aan te geven van de disciplinering als machtstype van de moderne maatschappij naar de totalitaire netwerkarchitectuur van de transparante samenleving waarin onzichtbare instanties het zichtbare menselijk gedrag op grote schaal controleren en verhandelen.

Download scriptie (1.69 MB)
Universiteit of Hogeschool
Universiteit Antwerpen
Thesis jaar
2015