Het mes in het aantal Vlaamse gemeenten. Wordt de Vlaamse kaart binnenkort radicaal hertekend?

Robbe
Van Hoof

Nemen we binnen vijf jaar afscheid van de 300 gemeenten en gaan we naar een Vlaanderen met nog maar 181 of zelfs 119 gemeenten? Wel als het van het onderzoek van KU Leuven alumnus Robbe Van Hoof afhangt. De politicoloog schreef zijn thesis over de opties voor een nieuwe fusiegolf in Vlaanderen. Hierin wordt gepleit om af te stappen van het emotioneel beladen debat en de discussie rond de juiste fusiepartners te verrijken met meer rationele argumenten. Via deze zoektocht naar de juiste ‘match’ wordt er tot wel 60% gesnoeid in het aantal Vlaamse gemeenten.

 
image 469

De Vlaamse gemeenten volgens hun inwonersaantal

Gaan we binnen vijf jaar naar minder dan 300 gemeenten? Alvast wel als het van de Regering Jambon afhangt. Hierop anticiperend deed de KU Leuven alumnus Robbe Van Hoof voor zijn masterproef onderzoek naar de Vlaamse gemeentefusies. Hij stelt zich daarbij vooral de vraag hoe de volgende fusieronde zal gebeuren. De trigger voor dit onderzoek waren de gebeurtenissen gedurende de afgelopen legislatuur: “Het was opmerkelijk dat in het maatschappelijk debat rond de gemeentefusies bijna uitsluitend het buikgevoel leek te spreken, ook in de communicatie van lokale politici. Wanneer zij de fusieverhalen aan de achterban probeerden te verkopen met argumenten, bleken deze vaak niet met cijfers te onderbouwen. Het ging om gedeelde cultuur, gewoonten en veronderstellingen. Al wie rationele argumenten zocht bleef echter wat op zijn honger zitten.” De centrale vraag in het onderzoek: wie zijn de ‘juiste partners’ en hoe zijn deze vinden?

2019: One small step, but one giant leap

Hoewel de Regering Jambon in haar regeerakkoord niet voor verplichte fusies gaat en spreekt over een “schaalvergroting op vrijwillige basis”, lijkt de trein intussen wel vertrokken. Vijf jaar geleden verwezen de meeste burgemeesters fusies nog naar de prullenbak. Die koudwatervrees lijkt intussen weggeëbd dankzij de vijftien gemeenten die de sprong waagden tijdens de vorige legislatuur.

“De fusies van 2019 waren in veel opzichten een eerste grote test. Het was sinds de Antwerpse fusie van 1983 geleden dat er nog op grote schaal over gesproken werd en iedereen had schrik dat het Trauma van 1976 vooruitgang zou hypothekeren. Fusies bleken toen vooral politiek gesjachel te zijn. Bij veel inwoners gaf dit een bittere nasmaak waardoor gemeentefusies in het collectief geheugen werden ingeprent als een niet te herhalen operatie.” De Vlaamse Regering beloofde als financiële incentive per inwoner 500 euro van de gemeenteschulden over te nemen. Uiteindelijk waren vijftien gemeenten toch bereid om te fuseren. Daarbij blijft de vraag of deze vijftien de radicale vernieuwers waren waar de Regering Bourgeois op zat te wachten. Of vreesden ze eerder voor latere verplichte fusies, waarbij de beloofde financiële stimulans niet meer aanwezig zou zijn? Uiteindelijk kwam de verplichting er niet, maar de druk bleef wel. Momenteel vinden er dan ook besloten gesprekken plaats om in 2024 nieuwe fusies te kunnen organiseren. De zeven voltrokken fusies worden intussen voorzichtig positief geëvalueerd, zowel qua interne organisatie als qua betrokkenheid van de burgers.

De partijpolitiek voorbij

Al hadden de fusies ook deels een politiek gekleurd karakter. Zo hadden alle fusiegemeenten een CD&V-burgemeester. Louter partijpolitiek gelinkte keuzes kennen geen maatschappelijk draagvlak en dus moet er rationeler gekeken worden naar de aanwijsbare intergemeentelijke banden. Niemand wil een herhaling van het Trauma van 1976.

Daarnaast vonden vooral kleinere gemeenten elkaar als fusiepartner. Zo was geen enkele Vlaamse centrumstad bij concrete fusiegesprekken betrokken. Eeklo wilde wel, maar haar randgemeenten hielden de boot af; een tekenend voorbeeld van ongefundeerde angst om de kleine partner te worden. “We moeten er voor zorgen dat inwoners van kleine gemeenten geen schrik hebben om ‘opgeslokt’ te worden door een grotere buurgemeente. Als blijkt dat er op allerlei vlakken een sterke relatie is met die buur, moeten we de bestuurlijke indeling durven aanpassen aan die maatschappelijke realiteit,” aldus Van Hoof. Het Agentschap Binnenlands Bestuur en verschillende politieke partijen hebben al aangegeven te willen focussen op het fuseren van de kleine Vlaamse gemeenten. De Regering Jambon volgt deels, maar het regeerakkoord vermeldt financiële ondersteuning te willen variëren naargelang de nieuw bereikte schaalgrootte. Een verhoogde focus op de (regionale) centrumsteden en hun hinterland dus?

Biedt de ratio de oplossing?

Binnen het onderzoek worden woon-werkverkeer, mobiliteit van scholieren, ruimtelijke logica en belastingschalen gebruikt om intergemeentelijke banden te verklaren. Daarbij werd de keuze gemaakt om meer nadruk te leggen op fusies tussen kleinere gemeenten. Zo moesten nieuwe gemeenten uiteindelijk minstens 15.000 of 20.000 inwoners tellen.

De resultaten tonen alvast een divers beeld van Vlaanderen. Elke factor toont een verschillende kaart met steeds andere intergemeentelijke banden. Enerzijds zijn er regionaal-stedelijke fusies waarbij steden samensmelten met hun hinterland. Daarnaast zien we ook landelijke fusies: het fuseren van louter het hinterland. Bij variabelen zoals ruimtelijke ordening en scholierenmobiliteit is deze spanning zeer zichtbaar in de resultaten.

Doorheen het onderzoekt daalt het aantal Vlaamse gemeenten van 300 naar 189 tot 119 en het gemiddeld inwonersaantal evolueerde van 21.964 naar 36.208 tot 55.067 inwoners, vergelijkbaar met Nederland (48.685). Een aantal gemeenten blijken bovendien op elke factor een perfecte match te zijn. Zo lijken bijvoorbeeld Dendermonde-Buggenhout, Londerzeel-Kapelle-op-den-Bos en Bree-Bocholt goede huwelijken. Andere regio’s zoals West-Vlaanderen vormen dan weer een steeds wisselend fusielandschap naargelang de gebruikte variabele.

Vlaams parlementslid Kurt de Loor vatte de discussie tot slot goed samen: “Het is tijd om fusies tussen gemeenten te verplichten op basis van rationele argumenten en expertise […] op basis van verstand, niet op basis van buikgevoel van de burgemeester.”

 

image-20191006215755-2

Fusies op basis van geografie en ruimtelijke ordening en 20.000 inwoners als minimum. Hierbij blijven er 142 gemeenten over.

image-20191006215755-3

Fusies op basis van de mobiliteit van scholieren uit het secundair onderwijs en 20.000 inwoners als minimum. Hierbij blijven er 119 gemeenten over.

image-20191006215755-4

Fusies op basis van woon-werkverkeer en 20.000 inwoners als minimum. Hierbij blijven er 122 gemeenten over.

Download scriptie (5.72 MB)
Universiteit of Hogeschool
KU Leuven
Thesis jaar
2019
Promotor(en)
Prof. Dr. Trui Steen