Overtuigen met bijzinnen: een nieuwe constructie in het Duits

Flor
Vander Haegen

In het Duits kan je een boodschap op verschillende manieren overtuigender maken. Een van die manieren vormt volgens mijn onderzoek een nieuwe constructie, die gangbaar is in het hedendaags Duits. Die vaststelling is belangrijk voor het talenonderwijs.

Overtuigen, niet discussiëren

Kan je iemand overtuigen zonder te discussiëren? Een Berlijnse schooldirectrice toont aan van wel. Om haar inclusieve school te promoten, beweerde ze in een recent interview met de krant Der Tagesspiegel dat de school elke leerling opneemt, ongeacht welke beperking die heeft. Of in het Duits: “Wir nehmen jeden auf, egal welche Behinderung er hat”.

De uitspraak Wir nehmen jeden auf, egal welche Behinderung er hat (‘We nemen elke leerling op, om het even welke beperking hij heeft’) bestaat uit een hoofdzin en een bijzin: Wir nehmen jeden auf en egal welche Behinderung er hat. Met de bijzin reageert de directrice op mogelijke tegenargumenten van de interviewer. Die zou zich bijvoorbeeld kunnen afvragen of ook kinderen met een zware handicap welkom zijn in de school.

Nog voor de interviewer dit bezwaar heeft kunnen uiten, kan de directrice het met de bijzin egal welche Behinderung er hat ontkrachten. De precieze handicap is volgens die bijzin niet van belang voor de stelling uit de hoofdzin, namelijk dat de school elke leerling verwelkomt. Zo kan de directrice de interviewer van haar bewering overtuigen, zonder dat ze daarvoor met hem in discussie hoeft te treden.

Schermafbeelding 2021-09-30 om 15.09.33

‘Bereik uw bestemming, om het even wat de winter brengt’ – Ook deze slogan uit een bandenreclame benut de overtuigingskracht van ‘om het even’-bijzinnen.

Bijzinnen vs. zelfstandige zinnen

Bijzinnen als egal welche Behinderung er hat noem ik hier ‘om het even’-bijzinnen. Naast ‘om het even’-bijzinnen komen in het Duits ook zelfstandige zinnen met gelijkaardige betekenis voor. Een voorbeeld van zo’n zin is Es ist egal, welche Behinderung er hat (‘Het is om het even welke beperking hij heeft’). In deze zin volgt het woord egal (‘om het even’) op het koppelwerkwoord ist (‘is’). Vanaf 1800 zijn uit zulke zelfstandige zinnen bijzinnen ontstaan, doordat taalgebruikers het koppelwerkwoord weglieten.

Vandaag bestaan de variant met en zonder koppelwerkwoord naast elkaar. Dat vormt een interessant probleem voor de beschrijving van de Duitse grammatica. Zijn ‘om het even’-bijzinnen een verkorte variant van de zelfstandige zinnen? Of vormen ze een nieuwe, autonome constructie, die niet als een variant van de zinnen met koppelwerkwoord moet worden beschouwd? Precies die vraag tracht ik in mijn masterscriptie te beantwoorden.

Egal, Banane of wurscht?

Daartoe verzamelde meer dan 25.000 zelfstandige zinnen en bijzinnen van irrelevantie uit een grote taaldatabank. Voor elke zin beantwoordde ik twaalf vragen, waarvan ik er hier vier noem. Is er een koppelwerkwoord aanwezig – gaat dus om een zelfstandige zin of een bijzin? Welk woord wordt gebruikt om ‘om het even’ uit te drukken? Meestal is dat egal, maar daarnaast komen ook gleich (‘gelijk’), gleichviel (‘even veel’) en de ludieke synoniemen Banane, wurscht en Jacke wie Hose voor ( ‘banaan’, ‘worst’ en ‘zowel jas als broek’). Staat er een komma tussen dat woord en het w-woord – bv. was (‘wat’), wer (‘wie’) of welche (‘welke’)? Treedt een vorm van het werkwoord mögen (‘mogen’) op? Dit is bijvoorbeeld het geval in Egal, was da kommen mag (‘wat er ook mag gebeuren’).

Op basis van al die vragen en bijgestaan door statistische software vergeleek ik vervolgens de varianten met en zonder koppelwerkwoord. Als ‘om het even’-bijzinnen een nieuwe, autonome constructie vormen, verwacht je dat ze duidelijk van de zelfstandige zinnen verschillen. Als dat niet zo is, verwacht je dat het enige verschil tussen de twee varianten bestaat in de aan- of afwezigheid van een koppelwerkwoord.

Een nieuwe constructie?

Na de analyse van de 25.000 zinnen bleek 33% van hen over een koppelwerkwoord te beschikken. De variant zonder koppelwerkwoord komt dus vaker voor dan die met koppelwerkwoord, maar dat betekent natuurlijk nog niet dat die eerste een autonome constructie is.

Wat daar wel op wijst, is dat beide varianten andere woorden voor ‘om het even’ verkiezen. De ludieke uitdrukkingen Banane, wurscht en Jacke wie Hose komen bijvoorbeeld nagenoeg altijd in zelfstandige zinnen voor, terwijl de serieuzere alternatieven gleich en gleichviel bijna uitsluitend in bijzinnen te vinden zijn.

Een ander verschil tussen de bij- en hoofdzinnen ligt in het gebruik van de komma voor het w-woord. Terwijl de komma bij zelfstandige zinnen verplicht – en dus ook bijna altijd aanwezig – is, valt ze in 36% van de bijzinnen weg: Egal was du magst in plaats van Egal, was du magst. Nog duidelijker verschillen de varianten in het gebruik van mögen: dit werkwoord komt zo goed als nooit in de zelfstandige zinnen voor, terwijl het in 1,6% van de bijzinnen optreedt.

Conclusie: ‘om het even’-bijzinnen zijn in het hedendaags Duits geen verkorte zelfstandige zinnen. Als je de bijzinnen toch zo zou analyseren, kan je niet verklaren waarom ze andere woorden voor ‘om het even’ verkiezen, vaak geen komma hebben en soms het werkwoord mögen vertonen. Het gaat dus daadwerkelijk om een nieuwe, autonome constructie.

Overtuigen in de taalles

Deze conclusie is van belang voor het talenonderwijs, waarin o.a. ‘als’- en ‘hoewel’-bijzinnen een belangrijke rol spelen. Het ligt voor de hand om ook ‘om het even’-bijzinnen aan dit rijtje toe te voegen. Zoals het voorbeeld met de schooldirectrice immers uitwees, kan je met deze bijzinnen je boodschap overtuigender maken. Dat is onder andere nuttig voor het voeren van een discussie of het schrijven van een argumentatieve tekst.

Afbeelding1 22

Fragment uit de lessenreeks: leerlingen analyseren een reclameboodschap met een ‘om het even’-bijzin.

In mijn scriptie voegde ik daarom aan het taalkundige onderzoek een lessenreeks toe, die toont hoe ‘om het even’-bijzinnen kunnen worden ingezet in de les Duits. De reeks richt zich tot gevorderde leerlingen in het secundair, volwassenen- of hoger onderwijs. In vijf lessen oefenen de leerlingen verschillende communicatieve scenario’s in, waarin ‘om het even’-bijzinnen een rol spelen.

Ik hoop dat mijn masterscriptie onderzoekers én leerkrachten inspireert om met deze overtuigende bijzinnen aan de slag te gaan. Wie de lessenreeks wil inkijken, kan binnenkort daarvoor terecht op lib.ugent.be.

 

Download scriptie (8.19 MB)
Universiteit of Hogeschool
Universiteit Gent
Thesis jaar
2021
Promotor(en)
Prof. Dr. Torsten Leuschner