Europees Hof voor de Rechten van de Mens op de helling. De kritiek binnen de EVRM-lidstaten

Stephanie
Hermant


De Toekomst van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens op de helling.

Als we sommige opiniemakers, academici en politici mogen geloven zijn de mensenrechten en het Hof waarvoor we ze kunnen afdwingen een onheilspellend goed. Met krantenkopen als: “Repressie door mensenrechten”, “Het Europees Hof voor de Rechten van de Mens vormt een ernstige inbreuk op de democratie”, “Straatsburg schiet zijn doel voorbij” en “laten we ons bevrijden van het Europese Hof”, lijkt die visie goed ingeburgerd. David Cameron liet weten een einde te willen maken aan wat hij noemt “this human rights madness”. Hij stelt zelfs voor om de banden tussen het Verenigd Koninkrijk en het Europees Hof voor de Rechten van de mens te doorsnijden “in order to keep the country safe”. Is het Hof echt een wolf in schaapskleren?

Deze bloemlezing maakt het duidelijk: politici voelen zich geketend en willen zichzelf bevrijden uit de tentakels van wat sommigen Koning Midas van de mensenrechten noemen, waarbij alles wat het aanraakt in mensenrechten verandert. Maar is al deze kritiek wel terecht? In het collectief geheugen staat het Hof nochtans hoog aangeschreven als bewaker van de democratie en rechtsstaat. Opgericht in de nasleep van de Tweede wereldoorlog, was het dan ook de ultieme hoeder van de mensenrechten in Europa. Maar als het op gevoelige thema’s aankomt, zoals asiel en uitleveringen, worden de mensenrechten vaak als “de vijand” van de staat beschouwt.. Mede door de economische crisis zijn mensenrechten simpelweg onderaan de politieke agenda komen te staan. Politici voelen zich beperkt omdat ze zich op verschillende vlakken, aan de verplichtingen van het Hof moeten houden.  Maar gaat het Hof echt te ver?

Op het eerste gezicht lijken de argumenten gegeven door de critici geloofwaardig en onderbouwd. Maar uit onderzoek blijkt dat de uitspraken eigenlijk sloganesk en overdreven zijn. Door de economische crisis staat een streng asielbeleid weer hoog op de politieke agenda. Maar door erop te wijzen dat men wordt belemmerd in het voeren van het beleid dat men wil door de verplichtingen voorvloeiend uit mensenrechten speelt men in feite de zwartepiet door naar het Europees Hof. Hierdoor worden niet de politici maar het hof verantwoordelijk geacht voor het ‘falend’ asielbeleid, en heerst de visie dat een streng beleid niet samengaat met mensenrechten. Neem nu de recente uitspraken van David Cameron waarbij hij oproept om de banden tussen het Verenigd Koninkrijk en het Straatsburg Hof te doorsnijden om het land veilig te houden. Het gaat hem om niet meer dan de vereisten die het Hof stelt aan uitlevering en asielbeleid. Feit: Het Britse volk wil een streng asielbeleid. Feit: Het Britse volk wil terroristen kunnen uitleveren aan het land van herkomst. Feit: Het Hof kan een uitlevering bemoeilijken. Maar kan het een uitlevering zomaar tegenhouden?

Het onderzoek van juriste Stephanie Hermant, toont aan dat uitlevering nog steeds mogelijk is, maar deze moet aan de voorwaarden voldoen gesteld door het EVRM. Zo zal men dus in het land van aankomst niet mogen gefolterd worden en mag het recht van eerlijk proces niet in het gedrang komen. Is dat het geval dan zal de uitlevering niet kunnen doorgaan tot diplomatieke voorwaarden zijn getroffen. Denk hierbij aan de recente uitlevering van terrorist Trabelsi aan de VS. Hoewel België als lid van de Raad van Europa niemand mag uitleveren aan een land waar hij tot doodstraf kan veroordeeld worden, is het hier toch gelukt. Waarom? Simpel, België heeft onderhandeld met de VS en heeft de garantie verkregen dat hij niet tot de doodstraf veroordeeld zal worden. Mensenrechten betekenen dus niet sowieso een verhindering van uitlevering, maar wel van een uitlevering die een schending oplevert van bijvoorbeeld het recht op leven of het verbod op foltering.

Dat hiermee het werk van beleidsmakers en politici wordt bemoeilijkt, is zeker waar. Maar bemoeilijkt is nog niet onmogelijk.  Wie zegt dat de mensenrechten en de bescherming ervan moeten verdwijnen omdat ze bijvoorbeeld uitlevering van terroristen bemoeilijken heeft het misschien niet zo goed voor met zijn land en zijn burgers als op het eerste gezicht lijkt.

Mensenrechten zijn er niet alleen voor migranten en terroristen, maar zijn er ook voor gewone mensen zoals u en ik. Ouders die vinden dat er niet genoeg werd gedaan om de moord op hun dochter op te lossen, maar ook kinderen die niet genoeg beschermd werden van hun mishandelende ouders omdat de sociale diensten hebben gefaald kunnen aankloppen bij het EHRM. Waar moeten zij naartoe als er beslist wordt dat veiligheid boven mensenrechten staat? Is dat echt de wereld waar we in willen leven, waarbij mensenrechten geschonden mogen worden om de veiligheid te garanderen? Belangrijk is te herinneren dat veiligheid en mensenrechten niet haaks staan op elkaar, en dat zij zelfs elkaar kunnen versterken. Het wordt tijd dat politici hierover nadenken, en niet de weg van gemakzucht bewandelen maar politieke verantwoordelijkheid durven nemen. Het wordt tijd dat politici die wel nog steeds het EHRM een warm hart toedragen, de critici van weerwoord dienen. Het onderzoek van de juriste Stephanie Hermant is hier alvast een eerste aanzet toe.

Download scriptie (1.25 MB)
Universiteit of Hogeschool
Universiteit Gent
Thesis jaar
2013