Beroerte door halsslagadervernauwing, evoluties in heelkundige behandeling

Gilles
Soenens
  • Nathalie
    Moreels
  • Frank
    Vermassen

Stel u voor: plots is uw volledige rechterzijde verlamd en gaat spreken niet meer. Hoe kan dat? Wat kan u er aan doen? Zo goed als iedereen is geïntrigreerd door ziekte en gezondheid. Als u meer wil weten is deze scriptie zeker iets u.

Halsslagaderstenose: definitie, oorzaak en mogelijke gevolgen

Een halsslagaderstenose is een vernauwing van de halsslagader van 50% of meer. De vernauwing is het gevolg van atherosclerose waarbij er afzetting van cholesterol en ontstekingsstoffen plaatsvindt ter hoogte van de vaatwand. Risicofactoren zijn ouderdom, obesitas, roken, diabetes mellitus, te hoge cholesterol, hoge bloeddruk en te weinig beweging.

Atherosclerose verkleint de diameter van slagaders door vorming van een plaque tegen de vaatwand. Soms ontstaan er scheurtjes in deze plaque, dan wordt een bloedprop gevormd die de bloedstroom van de halsslagader naar de hersenen blokkeert. Er kunnen ook stukken plaque losschieten die dan hogerop in de kleinere bloedvaten van de hersenen vast komen te zitten. Op beide manieren krijgt het hersengebied dat bevloeid wordt door het dichtzittende bloedvat geen zuurstof en voedingsstoffen meer. De functie valt weg en dan spreekt men van beroerte, cerebrovasculair accident (CVA) of stroke. Indien de symptomen binnen 24 uur verdwijnen doordat het lichaam de klonters zelf kan oplossen en de bloedtoevoer terug kan garanderen spreken we van TIA of transiënt ischemische aanval. Een derde mogelijk symptoom van halsslagaderstenose is amaurosis fugax. Dit is eigenlijk een transiënt ischemische aanval van de bloedvoorziening naar één oog.

Beroerte, TIA en amaurosis fugax

Iedereen zou de mogelijke gevolgen moeten kunnen herkennen omdat men zo snel mogelijk moet ingrijpen om blijvende schade te vermijden. De leuze ‘tijd is brein’ wordt vaak gebruikt onder artsen. Beroerte en TIA uiten zich hetzelfde; een TIA is echter voorbijgaand (minder dan 24 uur) en een beroerte blijvend. Voor herkenning wordt het acroniem FAST gebruikt: face (gezicht), arm, speech (spraak), time (tijd). Een afhangende mondhoek, krachtsvermindering in arm en/of been en spraakmoeilijkheden kunnen de uiting zijn van TIA of beroerte. Als deze symptomen ontstaan moet u zo snel mogelijk naar het ziekenhuis. Het laatste symptoom, amaurosis fugax, presenteert zich als een zwart gordijn dat het zicht (al dan niet volledig) doet verdwijnen in één oog. Na verloop van tijd komt het zicht geleidelijk terug (seconden tot meerdere uren).

Behandeling

In de urgente fase probeert men, indien mogelijk, sterke bloedverdunners toe te dienen om de klonters op te lossen (thrombolyse). Als dat niet lukt kan men een kleine katheder via de arm of lies opschuiven in de slagader en daarmee de klonter proberen wegzuigen (thrombectomie). Op die manier probeert men om zo weinig mogelijk hersencellen verloren te laten gaan. Uiteindelijk is het doel van de behandeling het risico op toekomstige beroerte te verminderen. Enerzijds zijn er aanpassingen qua levensstijl en medicatie, anderzijds eventueel een heelkundige ingreep. Patiënten krijgen sowieso bloedverdunners, cholesterolverlagers en eventueel bloeddrukverlagende medicatie (bij te hoge bloeddruk). Voorts wordt patiënten aangeraden te stoppen met roken. Roken verdubbelt namelijk het risico op beroerte. Ook meer beweging, afvallen bij overgewicht en een gezond dieet behoren tot aanpssingen van de levensstijl.

Uit grote gerandomiseerde klinische studies is gebleken dat vooral symptomatische patiënten (symptomen in de laatste 6 maanden) er baat bij hebben een heelkundige ingreep te ondergaan. Mensen met een vastgestelde halsslagadervernauwing zonder symptomen hebben meestal minder baat bij een operatie. Daarenboven verkleint het risico op beroerte het meest als men heelkundig ingrijpt binnen de 14 dagen na het begin van symptomen. Deze bevindingen werden in internationale richtlijnen opgenomen in 2009 (ESVS, Europese richtlijnen) en 2011 (AHA/ASA, Amerikaanse richtlijnen).

Doelstelling onderzoek

Dit onderzoek gaat na in hoeverre het UZ Gent de gewijzigde internationale richtlijnen nakomt qua indicatiestelling en timing van heelkundige behandeling voor halsslagaderstenose. Verder werd geëvalueerd of een snellere ingreep na symptomen leidt tot meer complicaties en of doorsturen van patiënten uit andere ziekenhuizen een invloed heeft op de tijdspanne tussen symptomen en operatie. Er werden 2 periodes vergeleken: 2005-2006 met 2014-2016.

Resultaten van het onderzoek

In totaal zijn de gegevens van 337 patiënten onderzocht waarbij in 2005-2006 38,8% van de patiënten werd behandeld omwille van symptomatische halsslagaderstenose. In 2014-2016 bedroeg dit 66,5%. Een duidelijk verschil doordat tussen beide periodes nieuwe richtlijnen werden gepubliceerd.

De mediane tijdsspanne tussen neurologische symptomen en heelkundige behandeling bij symptomatische patiënten is gedaald van 30 naar 13 dagen. Verwijzing uit perifere ziekenhuizen veroorzaakt wel bijna een verdubbeling van het tijdsinterval tussen neurologische symptomen en heelkundige behandeling in 2014-2016. Betere samenwerking tussen ziekenhuizen is nodig.

Een operatie houdt altijd risico’s in. Belangrijkste verwikkelingen zijn overlijden, beroerte, hartinfarct en zenuwletsels. Overlijdensrisico en beroerterisico binnen 30 dagen na operatie zijn elk 1,5% in deze studie. Verder is er 8% kans op zenuwletsel in 2014-2016 na open heelkundige behandeling. Gelukkig genezen de meeste hiervan spontaan. 1% kreeg een hartinfarct binnen de 30 dagen na operatie in deze studie. Vroegtijdige behandeling lijkt niet te leiden tot een toename van het aantal complicaties. Resultaten zijn vergelijkbaar met grotere internationale studies.

Conclusie

Er is de laatste jaren heel wat evolutie rond indicatiestelling en timing voor heelkundige behandeling van halsslagaderstenose. Men opereert vooral patiënten met symptomen en sneller na het optreden van die symptomen. Als leek is het uitermate belangrijk de symptomen te herkennen en snel te handelen. Denk daarbij aan FAST (face, arm, speech, time): een afhangende mondhoek, krachtsvermindering in arm en/of been en spraakmoeilijkheden. Ook een zwart gordijn dat het zicht (al dan niet volledig) tijdelijk doet verdwijnen in één oog is een alarmteken. Als u bij uzelf of iemand in uw omgeving één of meerdere symptomen opmerkt moet u zich zo snel mogelijk naar het ziekenhuis begeven, want ‘tijd is brein’.

Download scriptie (1.64 MB)
Universiteit of Hogeschool
Universiteit Gent
Thesis jaar
2018
Promotor(en)
Prof. Dr. Isabelle Van Herzeele
Thema('s)