Onderwijs versus fake news: geen lijn, niet klaar, geen startblokken

Sam
Packet
  • Martijn
    Clarysse

 “I have a running war with the media, they are among the most dishonest human beings on earth, right?” Een schoolvoorbeeld van de pot die de ketel verwijt. President Donald Trump, zelf topproducent van fake news, stelt dat journalisten en mediamakers tot de meest oneerlijke mensen ter wereld behoren. En eigenlijk kunnen we hem ook niet helemaal ongelijk geven, want fake news is overal. Onderwijs is op dat vlak nog bijna nergens.   

Als u een analfabetische holbewoner bent (ervan uitgaande dat dit artikel dan aan u voorgelezen wordt) die zijn actualiteit uit smeulende vuurtjes en de sterrenhemel haalt, is dit artikel allicht niet relevant voor u. Leunen uw dagdagelijkse bezigheden daarentegen eerder aan bij de hedendaagse traditie om dagelijks de sociale media te checken? Of beweegt uw duim ook reflexmatig naar uw nieuwsapp wanneer u toevallig uw Iphone ontgrendelt? Dan heeft de parasiet u sowieso al te pakken gehad. Fake is namelijk alom vertegenwoordigd in ons hedendaagse medialandschap. En met de constante informatiestroom die vooral online prominent aanwezig is, kunnen we het u moeilijk kwalijk nemen dat u af en toe eens verdwaalt.

Als we even een kaart van dat medialandschap erbij nemen, kan zelfs die analfabetische holbewoner zien dat de nieuwskanalen veel diverser zijn dan pakweg tien jaar geleden. Sociale media, smartphones en nieuwsapps brachten nieuwsberichtgeving in een stroomversnelling. Waar het brengen van de actualiteit vroeger was weggelegd voor klassieke media als kranten, radio en televisie, kan nu iedereen journalist zijn. Het wereldwijde web ligt maar op een klikje afstand. De verspreiding van “alternatieve feiten”, zoals fake news ook wel eufemistisch wordt uitgedrukt, neemt opmerkelijke proporties aan.

Fake news, het klinkt simpel: nieuws dat niet klopt. Sluit het tabblad van uw Facebookpagina even en google eens de term ‘nepnieuws’. Het zal snel tot u doordringen dat fake news een stuk complexer kan opgevat worden dan puur in zijn enge betekenis: verzonnen “feiten” die verspreid worden met de bedoeling om de lezer te indoctrineren.  Wie het in de brede zin interpreteert, is zich ervan bewust dat achter iedere nieuwstopic, ieder interview, ieder journaalitem een wereldbeeld schuilgaat. Een subjectieve beïnvloeding waar geen enkele journalist onderuit kan. Met andere woorden: aan pakweg al het nieuws zit wel een “fake” kantje.   

En digitalisering mag fake news dan wel in de hand werken, een nieuw fenomeen is het niet. Fake news is zo oud als de straat. Propaganda van Egyptische farao’s was er al op gericht om de bevolking te indoctrineren met de vooropgestelde (des)informatie. Hedendaagse farao’s hebben hun piramide omgeruild voor een facebookpagina of een twitteraccount. Onkritische lezers en geloofsgenoten slikken makkelijk de sensationele, controversiële artikels waarmee ze dagelijks het draaiorgel van de sociale media bespelen.

Maar hoe komt het dan dat fake news zo’n hoge toppen scheert? Schiet de kritische geest van de gemiddelde burger te kort? Maatschappelijke problemen worden logischerwijs vroeg of laat teruggekaatst naar het onderwijs. Want nog effectiever dan menselijk gedrag aanpassen, is de generatie van morgen simpelweg de juiste, kritische ingesteldheid al meegeven. Wij onderzochten in hoeverre het onderwijs al mee op de kar zit in de strijd tegen fake news.

Uit ons onderzoek is gebleken dat de overgrote meerderheid (61%) van de jongeren de krant, het journaal of het nieuws op de radio links laten liggen. Zij krijgen de grootste portie van de actualiteit die ze naar binnen spelen via sociale media op hun bord. En laat dit nu net het medium zijn waarop iedereen - van professionele journalisten tot amateurschrijvers met een uitgesproken mening - kan delen wat hij/zij wil. Net daarom is het van uitermate belang dat onze jongeren een kritische blik ontwikkelen ten aanzien van de artikels die zij dagdagelijks tegenkomen op sociale media.

We zijn stapsgewijs nagegaan waar zich de hekelpunten bevinden op de weg die onderwijs nog dient af te leggen naar een beter implementatie van fake news in de lessen. Want dat komt amper tot niet voor in het secundair onderwijs, merkten we. Mediawijsheid en een kritische houding zitten wel vaag verwerkt in de leerplannen, maar over fake news op zich is niks terug te vinden. Gelukkig komt er beweging in de zaak. Academici, leerkrachten en mediaexperts beseffen dat nepnieuwsonderwijs een noodzaak is. En hoewel fake news eigenlijk in alle vakken ingebed zou moeten zitten, kunnen vooral taallessen een opstap zijn. Alle nieuwsberichtgeving, geschreven of gesproken, start namelijk vanuit taal. Om ons onderzoek concreter te maken hebben we ons daarom toegespitst op fake news in de lessen Nederlands van de tweede graad.

Voor ons onderzoek namen we enquêtes af bij 169 Vlaamse en Nederlandse leerlingen en 35 Vlaamse en Nederlandse leerkrachten Nederlands. Aan de hand van de respons trachtten we meer te weten te komen over hun mediagedrag, hun vertrouwen in de journalistiek en in hoeverre fake news al geïmplementeerd zit in de lessen. We stelden de proef op de som. Een fake-newstoets, onder het mom van een toets leesvaardigheid, moest ons leren in hoeverre de leerlingen in staat waren om fake news te herkennen. Vooral de nabespreking was verrijkend. Ons voorgevoel werd bevestigd:  bitter weinig jongeren uit de tweede graad kunnen nepnieuws van een echt artikel onderscheiden. Tot slot creëerden we een website waarop we links naar waardevol lesmateriaal hebben gebundeld, om zo bereidwillige leerkrachten te ondersteunen bij het oprichten van lessen rond fake news.

Een nieuwswereld waarin alles zwart op wit klopt is ondenkbaar. Toch moeten we als leerkracht, als leerling, als sociale mediagebruiker en als goedwillig lid van de samenleving, immer en altijd streven naar een zo correct en eerlijk mogelijke verspreiding van de actualiteit. Toegespitst onderwijs kan ongetwijfeld fungeren als een tegengif. Maar dan moeten we wel in actie schieten. Want met elk nepbeeld van de werkelijkheid dat de overhand neemt bij een bepaalde groep uit de bevolking, ligt de weg naar polarisering een beetje meer open.

Sam Packet & Martijn Clarysse

Download scriptie (2.24 MB)
Universiteit of Hogeschool
Arteveldehogeschool Gent
Thesis jaar
2018
Promotor(en)
Tamara Bollaert
Thema('s)
Kernwoorden