reproductieve en zwangerschapsuitkomsten na hysteroscopische placentarestverwijdering

Nele
Coryn

Doelstelling

In deze masterproef wordt aan de hand van een retrospectieve analyse de follow up studie gedaan betreffende reproductieve en zwangerschapsuitkomsten na hysteroscopische placentarestverwijdering (loop resectie versus morcellatie).



Methodologie

Van alle patiënten die geïncludeerd zijn in voorgaande RCT, waarbij hysteroscopische placentarestverwijdering door middel van loop resectie (n=40) vergeleken werd met morcellatie (n=46), werden fertiliteit en zwangerschapsuitkomsten nagegaan. De primaire uitkomst waren levendgeboorte en zwangerschapscomplicaties, verdeeld in uterusruptuur,

abnormale placentatie (placenta accreta/increta/percreta, placenta previa, vasa previa, retentio placentae na de bevalling of expulsie met noodzaak tot manuele verwijdering of curettage en placentarest 6 weken na de bevalling of expulsie) en andere

zwangerschapscomplicaties (bloedverlies tijdens het eerste, tweede en/of derde trimester, premature contracties, preterme prematuur gebroken vliezen, hypertensieve aandoeningen

gerelateerd aan de zwangerschap of intrauteriene groei restrictie. De secondaire uitkomst was de tijd tot zwangerschap.



Resultaten

Het antwoord percentage bedroeg 75% (30/40) voor de loop resectie groep en 84.8% (39/46) voor de morcellatie groep. The mediane follow-up was 4 jaar (IQR 4 – 6) in de morcellatie

groep en 5 jaar (IQR 4 -5) in de loop resectie groep (p = 0.90). 71% (49/69) hadden een zwangerschapswens na de hysteroscopische placentarestverwijdering. In de intention-to-treat analyse, de levendgeboorte in de morcellatiegroep bedroeg 88.9% (24/27), 68.2% (15/22) in de loop resectie groep. Dit niet significant verschillend (p = 0.09). Een uterusruptuur werd

alleen in de morcellatie groep gezien in 4.2% (1/24) van de patiënten (p = 1.00). De casus betrof een patiënte met gekende hemi-uterus waarbij een perforatie was opgetreden tijdens de

dilatatie. Complicaties betreffende de placenta werden in 20.8% (5/24) en 22.2% (4/18) (p = 0.33) gezien en andere zwangerschapscomplicaties in 33.3% (8/24) en 16.6% (3/18) (p =

0.33) voor respectievelijk de morcellatie en loop resectiegroep. De mediane tijd tot zwangerschap was 14 weken (IQR 5 – 33) in de morcellatie groep en 15 weken (IQR 6 – 37) in de loop resectie groep (p = 0.96).



Conclusie

Hysteroscopische placentarestverwijdering door middel van zowel loop resectie als morcellatie lijken geen schadelijk effect te hebben op reproductieve en zwangerschapsuitkomsten in een volgende zwangerschap. De zwangerschapspercentages zijn

voor beide groepen vergelijkbaar, met een trend tot naar meer levendgeboorte in de morcellatie groep.

Universiteit of Hogeschool
Universiteit Gent
Thesis jaar
2018
Promotor(en)
prof. dr. S. Weyers, dr. T. Hamerlynck
Thema('s)