Zijn (toekomstige) economen egoïstischer dan niet-economen?

Laurence
Ryckaert

Binnen de modernisering van het secundair onderwijs en de daarbij horende zestien sleutelcompetenties zien we dat duurzaamheid een prominente(re) rol krijgt toebedeeld. Hoe zit het precies met de duurzaamheidsattitude van onze Vlaamse scholieren?

Het doel van dit onderzoek is om te achterhalen of economieleerlingen een minder positieve houding hebben ten aanzien van duurzaamheid dan niet-economieleerlingen. Kwade tongen beweren dat economieleerlingen, onze toekomstige ondernemers en beleidsmakers, mogelijk een minder positieve attitude hebben t.o.v. duurzaamheid in vergelijking met leerlingen uit een niet-economische richting. Maar is deze veronderstelling omtrent de niet-duurzame, egoïstische econoom terecht?

Waarom dit onderzoek?



Dat de wereldwijde bevolking en de groeiende economie alsmaar toenemen terwijl de planetaire grenzen en draagkracht beperkt zijn, is een situatie waarmee de huidige en toekomstige generaties rekening zullen moeten houden. Er dienen (duurzame) oplossingen te worden bedacht én geïmplementeerd. Weten wat duurzaamheid is één aspect, er zich effectief naar gedragen is nog een ander paar mouwen.

Een duidelijke rol voor het onderwijs is hier weggelegd: het opzet is om leerlingen via affectief leren hun duurzaamheidsattitude aan te wakkeren (Fastré et al., 2017, p. 149). Volgens Swaim (2014) zijn leerlingen geneigd om zich te engageren tot duurzaam gedrag, wanneer de leerling een positieve houding heeft ten aanzien van duurzaamheid.

Duurzaamheid krijgt een prominentere rol binnen de nieuwe eindtermen en kent een duidelijke samenhang met andere sleutelcompetenties. Maar hoe zit het nu precies met de duurzaamheidsattitude bij onze Vlaamse scholieren?

De ontwikkeling van een nieuwe, complete en internationaal gerichte duurzaamheidsattitudeschaal



Hoe kan je de duurzaamheidsattitude meten? Een actuele attitudeschaal die de 17 VN-duurzaamheidsdoelstellingen omvat, ontbreekt. Hoe vertrouwd is onze (toekomstige) maatschappij met deze doelstellingen en belangrijker, is zij ‘klaar’ om deze doelstellingen te behalen in 2030?

Duurzaamheid werd tot voor kort beperkt tot drie dimensies: de zogenaamde 3 P’s ofwel people, planet & profit. Dit is nu uitgebreid naar 5 P’s ofwel people, planet, prosperity (in plaats van profit), peace & partnership die door de VN worden gecoverd in 17 sustainable development goals (SDG’s).

Figuur de 17 VN-duurzaamheidsdoelstellingen of SDG’s   (bron : https://do.vlaanderen.be/SDGs)

Figuur: de 17 VN-duurzaamheidsdoelstellingen of SDG’s  

(bron :
https://do.vlaanderen.be/SDGs)

Deze 17 SDG’s (zie figuur) vormen ook de basis voor de ontwikkeling van ons meetinstrument. Binnen ons onderzoek wordt attitude gedefinieerd als: “Het steunen of niet steunen van gedragingen en/of emotionele reacties met het oog op het behalen van de 17 duurzaamheidsdoelstellingen.”. Elke doelstelling werd vertaald in twee stellingen, wat resulteerde in 34 stellingen waarvoor de respondent door middel van een vijfpuntige Likertschaal kon aangeven in welke mate hij/zij al dan niet akkoord is.

Via het Smartschoolplatform ontvingen 2.301 leerlingen van de 2e en 3e graad secundair onderwijs (GO! Scholengroep 20 Zuid-Oost-Vlaanderen) in april 2021 de link naar de online vragenlijst. In totaal werden 217 vragenlijsten volledig ingevuld.

Onderzoeksresultaten



BETROUWBAARHEID & INCLUSIE

Van de 34 stellingen dienden we er 4 te schrappen met het oog op het verhogen van de betrouwbaarheid. De overige stellingen konden wel worden weerhouden. De duurzaamheidsattitudeschaal (DAS) bestaande uit de resterende dertig stellingen bleek een gehele betrouwbaarheid van 0,89 (Cronbach’s Alpha waarde) te hebben. Met andere woorden, de interne consistentie tussen deze dertig stellingen zit goed. Dit meetinstrument brengt de attitude tegenover de SDG’s alsook de vijf duurzaamheidsdimensies zoals deze door de Verenigde Naties werden ontwikkeld, goed en betrouwbaar in kaart.

SCORE OP DE DUUZAAMHEIDSATTITUDESCHAAL (DAS)

Globaal genomen kunnen we een positief resultaat aankondigen. De respondenten behalen een gemiddelde score van 115,71 (op 150). Geen enkele respondent kwam uit bij een lagere score dan 75. Dat betekent dat alle respondenten een gematigde tot (zeer) positieve duurzaamheidsattitude hebben.

Tabel: Welke stellingen kenden het meest/minst bijval bij onze Vlaamse scholieren? 

Tabel Welke stellingen kenden het meest/minst bijval bij onze Vlaamse scholieren?

In de bovenstaande tabel zien we de hoogst scorende ten opzichte van de meer matig scorende stellingen van dit onderzoek. We kunnen hierbij vaststellen dat de stellingen rond gelijkheid tussen man en vrouw alsook over kinderarmoede issues zijn die hen niet onberoerd laten. De stellingen rond (duurzaam) energieverbruik en het afstaan van een deel van je loon om meer gelijkheid te kunnen creëren, kennen dan weer een eerder matige score.

VERGELIJKING ECONOMIELEERLINGEN VERSUS NIET-ECONOMIELEERLINGEN

De respondenten gaven ook te kennen welke studierichting ze momenteel volgen, opdat een indeling in enerzijds economie- en  niet-economieleerlingen mogelijk was. Uit deze steekproef blijkt dat de duurzaamheidsattitude van economieleerlingen niet significant verschilt van die van niet-economieleerlingen. Op basis van dit onderzoek besluiten we dat economieleerlingen duurzaamheid even belangrijk vinden als hun niet-economische medeleerlingen. Misschien zijn economisten dan toch niet zo’n dikke egoïsten?



Conclusie

Op basis van de uitkomsten van dit (empirisch) onderzoek kunnen we stellen dat leerlingen gemiddeld tot hoog scoren op de ontworpen DAS. De analyses leren ons dat economieleerlingen geen minder positieve duurzaamheidsattitude hebben ten opzichte van niet-economieleerlingen.

Duurzaamheid is een ‘hot’ item. Binnen de maatschappij is ze goed geïntegreerd, maar er is uiteraard nog marge ter verbetering. Een kanttekening is dat het accent bij duurzaamheid vaak ligt op de milieudimensie ... Dit meetinstrument is daarom vernieuwend aangezien in deze schaal alle vijf duurzaamheidsdimensies aan bod komen.

Een limitatie van dit onderzoek is dat de resultaten niet kunnen worden veralgemeend aangezien deze studie zich beperkt tot data uit vier secundaire scholen die tot dezelfde scholengemeenschap behoren. Verder onderzoek op grotere schaal is noodzakelijk.

Tot slot is en blijft er voor het onderwijs een rol weggelegd om de duurzaamheidsattitude bij te sturen bij alle jongeren, of zij nu een economisch studieparcours volgen of niet. Leerkrachten kunnen met de nieuw ontwikkelde schaal de attitude van hun leerlingen tegenover duurzaamheid monitoren.

En nu is het aan jullie …

Wil je graag je eigen duurzaamheidsattitude meten of eventueel die van jouw leerlingen in je klas in kaart brengen? Het vormt een uitgelezen kans om dezelfde stellingen aan hen te onderwerpen. Meer info en een handige tool tref je op deze link.

Download scriptie (7.91 MB)
Universiteit of Hogeschool
Vrije Universiteit Brussel
Thesis jaar
2021
Promotor(en)
Professor Tom E. Kuppens