Het effect van directionele lijnen en interactieve quizvragen op het trapgebruik van werknemers

Maes
Pieter
  • Tom
    Franssens

Globaal gezien is de hedendaagse samenleving niet fysiek actief genoeg. Dit is vaak een gevolg van een sedentaire werkomgeving en een hedendaagse zoektocht naar efficiëntie. Door deze efficiëntie toe te passen op fysieke activiteit, zal de persoon resultaat bekomen door zo weinig mogelijk energie te gebruiken. Deze denkwijze waarbij het energieverbruik zo laag mogelijk blijft, kan gevolgen hebben op de gezondheid.   



Om de werknemers terug op het juiste spoor te krijgen leek een beweeginterventie binnen hun werkomgeving gerechtvaardigd. Het onderzoek vond plaats in het hoofdkantoor van Cegeka Hasselt.   



Trapgebruik werd geobserveerd voor, tijdens en tien dagen na de interventies. De twee opeenvolgende interventies duurde elk drie weken: (1) nudging conditie, waar directionele lijnen zonder verdere uitleg werden getrokken, (2) aanvullend een nudgingplus interventie, waar de lijnen behouden bleven en op het keuzepunt een bord werd aangeboden met een interactieve quizvraag. Kennis verspreiden over gezondheid, trapgebruik en fysieke activiteit stonden hier centraal.   



Om de werknemers meer de trap te laten nemen, werden er lijnen naar de trap getrokken om zo de trap zichtbaar te maken en om de werknemers richting de trap te sturen. Verder werden er in de tweede interventie interactieve quizvragen aan deze lijnen toegevoegd en konden de werknemers antwoorden door (1) de linkerzijde van de trap te nemen ofwel (2) de rechterzijde van de trap te nemen. De gestelde quizvragen hadden als onderwerpen: trapgebruik, gezondheid en fysieke activiteit. Bovenaan de trap kregen ze het antwoord op de vraag op een bord en werden de werknemers gefeliciteerd voor hun keuze om de trap te nemen. Het uiteindelijke doel was hier niet om werknemers te laten deelnemen aan de quiz, maar wel om ze de trap te laten nemen en om hun kennis in verband met de voordelen van trapgebruik uit te breiden.  

Na het verzamelen van deze gegevens werd een vragenlijst verzonden naar de werknemers om te informeren naar persoonlijke motieven en barrières van trapgebruik. Deze resultaten werden daarna vergeleken met hun objectief geregistreerd trapgebruik.   



De nudgingplus interventie zorgde voor een toename in trapgebruik van 4 %. Na het wegnemen van de interventie daalde het procentueel trapgebruik terug naar de initieel gemeten waarde.  Uit de vragenlijst kwam ook een verschil in mening naar voor tussen werknemers die vaak de trap namen in vergelijking met werknemers die dit minder deden. Verder onderzoek is nodig om deze stijging van trapgebruik aan te tonen op lange termijn.  

Download scriptie (6.18 MB)
Universiteit of Hogeschool
KU Leuven
Thesis jaar
2017
Promotor(en)
Filip Boen