HET STIMULEREN VAN EEN GEZONDE LEEFSTIJL MET VOEDSELTAKSEN Een kwalitatief onderzoek naar de houding van maatschappelijke sleutelfiguren en beleidsmakers in België t.o.v. fiscale maatregelen om evenwichtige voeding te stimuleren

Isabelle
Moncarey
  • Sofie
    Van den Abeele

Staan Belgische sleutelfiguren achter de invoering van voedseltaksen? 

Duoscriptie geschreven door Isabelle Moncarey en Sofie Van den Abeele

54 % van de Belgische mannen en 40% van de Belgische vrouwen kampt met overgewicht. Overgewicht is niet alleen een primaire chronische aandoening, ze ligt mede aan de basis van andere ingrijpende chronische aandoeningen. Één van de oorzakelijke leefstijlfactoren van obesitas is een ongezond voedingspatroon. Een mogelijke maatregel om in dat voedingspatroon in te grijpen en zo de volksgezondheid te optimaliseren zijn voedseltaksen. In dit onderzoek wordt bekeken wat Belgische sleutelfiguren denken over deze maatregel.

Voedseltaksen worden gedefinieerd als taksen op bepaalde voedingswaren of voedingscomponenten met als doel de prijs ervan te laten stijgen en zo hun verkoop te minderen. Het uiteindelijke doel is een verbeterde volksgezondheid, al wijzen de respondenten in dit onderzoek er ook op dat een bijkomend doel het genereren van staatsinkomsten is.

Voedseltaksen werden reeds in verschillende Europese landen in overweging genomen, maar zijn ze ook effectief? Uit de literatuur die via simulatiestudies, studies die niet in de reële wereld plaatsvinden, voedseltaksen onderzochten, blijkt dat dergelijke taksen wel degelijk effect op het koopgedrag en het consumptiegedrag hebben. Dit zou gevolgen kunnen hebben voor de volksgezondheid. Echter blijft het tot op vandaag bij veronderstellingen. Voedseltaksen kunnen verschillende vormen aannemen, naargelang de grootte van de taksering bijvoorbeeld en naargelang het product of de component waarop een taks wordt geheven, waarbij de ene vorm duidelijk effectiever blijkt dan de andere. Vermits het grote probleem van chronische aandoeningen en het geringe effect van de tot nu toe meest gebruikte maatregel, informatieverstrekking, zou het een aanbeveling kunnen zijn om voedseltaksen serieus te overwegen. Een respondent uit het beleid: “In het algemeen zou ik daar niet voor zijn, maar in de praktijk weten we dat soms de enige manier is om resultaat te halen dan gaan we dat toch moeten aanvaarden denk ik om sommige zaken te promoten.” Worden voedseltaksen serieus overwogen in België? Momenteel is een invoering ervan nog niet aan de orde, zo blijkt uit dit onderzoek, waarin sleutelfiguren uit drie groepen werden bevraagd, namelijk consumentenorganisaties, producentenorganisaties en het beleid. In totaal werden 25 respondenten geïnterviewd, die 27 organisaties/instanties vertegenwoordigden.

Een beslissing omtrent de implementatie van voedseltaksen in België dient genomen door de Federale overheid, departement gezondheid. Momenteel stellen zij zich noch voor noch tegen de maatregel op, maar willen ze deze zeker verder bekijken. Respondent uit het beleid: “Het is een mogelijkheid maar het is niet dé oplossing”. Vanuit de diverse overheden klinkt een voorkeur voor positieve maatregelen, deze zouden een groter draagvlak vinden. De FOD (Federale overheidsdienst) economie en FOD financiën kunnen aanvullende taken hebben, zoals controle op de vorm van de maatregel en controle op naleving. Zij zijn op dit moment nog erg sceptisch. Deze sceptische houding is het gevolg van de grote onduidelijkheid rond de gevolgen van voedseltaksen. Een respondent uit een producentenorganisatie verwoordt het als volgt: “Eigenlijk spreekt men in de meeste gevallen in mijn ogen ook bijna van fiscale experimenten. Waar men zegt van we weten niet of het werkt, maar stel dat het werkt is het wel leuk meegenomen.” Onder meer respondenten uit producentenorganisaties verwachten negatieve economische gevolgen, zoals banenverlies. Bovendien vrezen ze voor stigmatisatie van bepaalde producten. Daarnaast vinden ze dat zo’n maatregel de vrije markt zou aantasten. Geen van de producentenorganisaties is dan ook te vinden voor voedseltaksen. De vertegenwoordigers van consumenten staan momenteel eveneens sceptisch tegenover voedseltaksen. Zij hebben het meer over de sociale gevolgen ervan, zo zouden armere gezinnen mogelijk zwaarder getroffen worden. Drie respondenten konden zich op moment van het onderzoek achter voedseltaksen scharen, mits voorwaarden. Zo zijn bijkomende sensibiliserende maatregelen  een noodzaak en volgens een andere moet de taks op de producent worden verhaald. Wat in praktijk op hetzelfde neerkomt, want producenten rekenen sowieso door, maar deze respondent wou de producenten mee responsabiliseren. De drie respondenten die een positieve houding tegenover voedseltaksen aannemen doen dit nog om volgende redenen: verschuiving in belastingdruk, ecologische voordelen en gezondheidsvoordelen.

Voedseltaksen zullen in België, aldus de respondenten, niet meteen ingevoerd worden. Er is geen concreet voorstel noch debat. Er zijn volgens de respondenten nog geen concrete plannen voor verder onderzoek rond voedseltaksen, toch achten de participanten dit noodzakelijk. Indien het effect van de maatregel wordt aangetoond, er bijkomende maatregelen ter sensibilisering zijn en het gegeven vanuit de verschillende actoren wordt gedragen, kan verder worden nagedacht om voedseltaksen in België te implementeren.  

Universiteit of Hogeschool
Universiteit Gent
Thesis jaar
2013
Thema('s)