“Door niets gerechtvaardigd!” – De gecontesteerde totstandkoming van de Boerentoren ontrafeld

Rick
Faust

Toen in november 2022 renovatieplannen voor de Boerentoren werden gepresenteerd, ontstonden er direct felle debatten. De ambitieuze plannen van de eigenzinnige Vlaamse miljardair en eigenaar Fernand Huts, in het bijzonder het bouwen van een glazen toren naast de bestaande toren, schoten bij velen namelijk in het verkeerde keelgat. De Boerentoren is sinds de oplevering in 1931 voor velen immers een belangrijk Antwerps symbool geworden. Wat in de huidige debatten veel minder geweten is, is dat de totstandkoming van de toren allesbehalve ongecontesteerd was en velen de toren zelfs liever niet zagen verschijnen. Ondanks de felle tegenstand in publieke debatten, onder meer in de media, wist het stadsbestuur de plannen door te duwen. Daarbij werden onethische handelwijzen en achterkamertjespolitiek niet geschuwd.

Afbeelding 1. Schoenmarkt, de bouwwerf voor de Boerentoren, Antwerpen 1929. SAA, FOTO-OF#6589

Afbeelding 1. Schoenmarkt, de bouwwerf voor de Boerentoren, Antwerpen 1929. SAA, FOTO-OF#6589

Een groot gapend gat na WOI

De Boerentoren werd tussen 1928-1931 gebouwd op de hoek van de Schoenmarkt, de Eiermarkt en de Beddenstraat in het historische stadscentrum van Antwerpen. Deze site vormde na een Duits bombardement in 1914 een groot gapend gat, precies aan het einde van de belangrijke handelsstraat de Meir. Nadat het Antwerpse stadsbestuur de grond in handen kreeg, werden verschillende initiatieven gelanceerd om deze symbolisch belangrijke site te bebouwen. Deze plannen strandden echter allemaal en de site bleef onbebouwd. In 1928 kwam daar verandering in toen het Antwerpse stadsbestuur, bestaande uit een coalitie van Vlaamsgezinde christendemocraten en socialisten, een openbare veiling organiseerde om de grond te verkopen.

Een oneerlijke “schijnverkooping”

De openbare veiling van de bouwgrond ging gepaard met zeer strenge eisen vanuit het stadsbestuur. Zo werd de uiteindelijke koper verplicht om  ‘‘onmiddellijk op den verkochten grond een monumentaal gebouw in den modernen bouwtrant op te richten” volgens voorlopige schetsen van een torengebouw, getekend door de Antwerpse stadsbouwmeester. De enige bieder, en dus de winnaar van de veiling, was de zogenaamde Algemeene Bankvereeniging die voor de bouwgrond 7.200.000 Belgische Frank betaalde.

Deze jonge Vlaamse bank was een opvallende nieuwkomer tussen de gevestigde, voornamelijk Franstalige financiële instellingen die in Antwerpen domineerden. Dat de Algemeene Bankvereeniging als enige bieder uit de bus was gekomen, was volgens vele tijdgenoten geen toeval. Zij verdachten het Antwerpse stadsbestuur namelijk van oneerlijke afspraken met de bank. Zo noemde een liberale oppositielid de verkoop een “schijnverkooping’’ en was volgens de Vlaams-nationalistische krant De Schelde de verkoop “door niets gerechtvaardigd”. Op basis van historisch archiefonderzoek is aangetoond dat deze vermoedens effectief klopten en dat er inderdaad sprake was van een onethische gang van zaken.

Afbeelding 2.. De Boerentoren in opbouw, ca 1930. SAA, 752#496

Afbeelding 2. De Boerentoren in opbouw, ca 1930. SAA, 752#496

Geheime onderhandelingen

Uit archivalische bronnen van de KBC, de uiteindelijke opvolger van de Algemeene Bankvereeniging, blijkt namelijk dat het Antwerpse stadsbestuur minimaal vanaf maart 1928 geheim contact had met de bank. Vanuit de stad werd dat contact onderhouden door enkele leden van de coalitie, met medeweten van de burgemeester. Dat niet elk lid van de coalitie hiervan op de hoogte was, en daar achteraf zelfs publiekelijk beklag over werd gedaan, toont aan dat het hierbij om achterkamertjespolitiek op zeer hoog niveau ging. De geheime contacten tussen de bank en de stad zouden de Algemeene Bankvereeniging aanzienlijk hebben bevoordeeld, aangezien de eerste aankondiging van de openbare veiling pas op 21 juli 1928 werd gepubliceerd, terwijl de veiling al op 7 augustus van datzelfde jaar plaatsvond.

De bronnen uit het archief van de KBC hebben bovendien aangetoond dat er in de periode tussen maart en juli 1928 zelfs al prijsafspraken werden gemaakt tussen de bank en het Antwerpse stadsbestuur en dat er professionele ontwerpen voor de toren werden gemaakt door gerenommeerde architecten. In praktijk betekende dit dat enkel de Algemeene Bankvereeniging een effectieve kans maakte op de bouwgrond. Zij had immers al financiering kunnen regelen en kon bouwplannen voorleggen, terwijl andere mogelijke partijen pas maanden later van de verkoop afwisten. In minder dan een maand tijd enkele miljoenen frank verzamelen en bouwplannen opmaken, was voor hen uiterst onrealistisch.Afbeelding 3. Burgermeester Frans Van Cauwelaert, ca. 1925. SAA, 2004#2909

Afbeelding 3. Burgermeester Frans Van Cauwelaert, ca. 1925. SAA, 2004#2909

Frans Van Cauwelaert – de drijvende kracht?

Op de vraag waarom de stad zo actief was bij de totstandkoming van het torengebouw, bestaan verschillende historische verklaringen.  Ten eerste ambieerde het stadsbestuur een invulling voor de braakliggende grond tegen 1930, het jaar waarin er zeer veel bezoekers werden verwacht voor de wereldtentoonstelling, die dat jaar in Antwerpen werd gehouden. Ten tweede paste de Vlaamse Algemeene Bankvereeniging binnen de visie van het Vlaamsgezinde stadsbestuur, in het bijzonder in de visies van de toenmalige voorzitter en Antwerps burgemeester Frans Van Cauwelaert (1880-1961). Van Cauwelaert speelde in het interbellum een prominente rol in de Vlaamse beweging en heeft actief bijgedragen aan het vastleggen van het Nederlandstalige karakter van het bestuur, gerecht, onderwijs en het leger in Vlaanderen.

Buiten zijn politieke werkzaamheden hield hij zich ook actief bezig met het uitbouwen van een Nederlandstalig Vlaams bedrijfsleven, onder andere door zijn participaties in de krant De Standaard maar ook als investeerder van de Algemeene Bankvereeniging. Een groot gebouw voor een Vlaamse bank, waarin hij zelf had geïnvesteerd, op een zeer symbolische plaats – midden in het stadscentrum – paste perfect binnen zijn Vlaamsgezinde visie. Dat de onderhandelingen vanuit de bank werden gevoerd door zakenman en mede-investeerder Henri Gylsen, een persoonlijke vriend van Frans Van Cauwelaert, versterken de zweem van vriendjespolitiek. Volgens de liberale oppositie was het bovendien een gunst vanuit het stadsbestuur aan de Algemeene Bankvereeniging, die enkele jaren daarvoor als enige bank bereid bleek een groot geldbedrag aan het stadsbestuur te lenen.

Niet onwettig, wel onethisch

Het gevoel dat deze gang van zaken onethisch aandoet, werd ook door tijdgenoten gedeeld en regelmatig geuit. Echter, door het ontbreken van een wettelijk kader rond openbare verkopen werd er geen enkele wet overtreden. Deze bijzondere situatie roept enkele parallellen op met vandaag de dag, waarin het Antwerpse stadsbestuur ook niet immuun is voor beschuldigingen van te nauwe banden met bouwpromotoren.

Universiteit of Hogeschool
Universiteit Antwerpen
Thesis jaar
2023
Promotor(en)
Prof. Dr. Oscar Gelderblom, Dr. Ruben Peeters
Thema('s)