Poetsen adolescenten uit de lagere sociale klasse hun tanden minder?

Saskia
Sertyn

Omgeving speelt voor adolescenten een grote rol in de manier waarop zij functioneren en hun identiteit ontwikkelen. De vraag is of die omgeving ook invloed heeft op hun poetsgedrag. Poetsen adolescenten uit de lagere sociale klasse minder frequent? Zijn er verschillen tussen jongens en meisjes? Wetenschappelijk onderzoek lijkt in die richting te wijzen.

 

Mondgezondheid en mondhygiënegewoonten

Een gezonde mond ligt aan de basis van een gezond lichaam én een gezonde geest. Als we spreken over een gezonde mond dan hebben we het over een mond zonder tandplaque, tandsteen, bloedend tandvlees, gaatjes en erosie. Om die problemen in de mond te voorkomen kunnen we er best goede mondhygiënegewoonten op na houden. Zo is het bijvoorbeeld belangrijk om twee keer per dag je tanden te poetsen gedurende twee minuten met een tandpasta met fluoride. Ook een regelmatige controle bij de tandarts, liefst minstens een keer per jaar, gezonde eetgewoonten en niet roken kunnen ervoor zorgen dat je je mond gezond houdt.

image-20211003195320-1

 

Adolescentie

Adolescentie is de overgang in de ontwikkeling tussen de jeugd en de volledige volwassenheid. In deze periode is een persoon biologisch, maar niet emotioneel volgroeid en spelen zich een groot aantal veranderingen af in de ontwikkeling en organisatie van de hersenen. Adolescentie is daarom een belangrijke periode om in te investeren omdat daar de basis gelegd wordt voor de volwassenheid. We kunnen daarom gezondheidsrisico’s in de adolescentie best zo klein mogelijk houden omdat deze op hun beurt kunnen zorgen voor gezondheidsproblemen in de volwassenheid. Zaken als dieet, gebrek aan fysieke activiteit en gebruik van tabak en alcohol kunnen een invloed hebben op de gezondheid, groei en ontwikkeling van adolescenten.

 

“Hebben sociaaleconomische factoren een invloed op de mondhygiënegewoonten bij adolescenten?”.

Omgeving is belangrijk voor adolescenten. Niet alleen hun thuissituatie, maar ook de ruimere sociale omgeving (onder andere school en vrienden), speelt een belangrijke rol in hun functioneren, hun ontwikkeling en hun gezondheid. Deze omgevingsfactoren worden sociaaleconomische factoren genoemd. Er is veel onderzoek gebeurd naar de relatie tussen deze sociaaleconomische factoren en de mondgezondheid. Onderzoek naar de relatie tussen sociaaleconomische ongelijkheden en mondhygiënegewoonten is minder onderzocht. Het doel van deze scriptie is op zoek te gaan naar antwoorden op de vraag “Hebben sociaaleconomische factoren een invloed op de mondhygiënegewoonten bij adolescenten?”.   

image-20211003195320-2

 

Literatuurstudie

Een zoektocht in de wetenschappelijke literatuur leverde negen relevante wetenschappelijke artikels op uit verschillende landen over de hele wereld. In de verschillende onderzoeken werd aan de hand van nationale vragenlijsten bij jongeren tussen 10 en 18 jaar informatie gezocht over frequentie van tandenpoetsen (hoe vaak per dag men poetst), regelmatige controle bij de tandarts, eetgewoonten en rookgedrag. Sociaaleconomische factoren die onderzocht werden zijn de sociaaleconomische situatie (SES), de gezinssamenstelling, de opvoedingsstijl van de ouders, de leeftijd en het geslacht. Als we naar de resultaten van deze studie kijken is het belangrijk in het achterhoofd te houden dat we door de aard van de gebruikte onderzoeken (cross-sectionele onderzoeken) niet kunnen spreken van causaliteit (oorzaak-gevolg), maar enkel van associaties (zaken die samenhangen).

 

Bevindingen

Een groot percentage adolescenten haalt de richtlijn van tweemaal per dag tandenpoetsen niet. Verschillende onderzoeken stellen vast dat de kans dat adolescenten minder dan twee keer per dag hun tanden poetsen groter wordt naarmate men daalt in de sociale klasse. Ook slechte eet- en drinkgewoonten (eten en drinken van suikerrijke voedingsmiddelen) en onregelmatige maaltijdroutines (onder andere het overslaan van het ontbijt) kunnen ervoor zorgen dat er minder gepoetst wordt. Meisjes poetsen hun tanden over het algemeen frequenter dan jongens en de tandenpoetsfrequentie stijgt met de leeftijd.

 

Sociaaleconomische factoren lijken ook een invloed te hebben op het al dan niet jaarlijks naar de tandarts gaan, op eetgewoonten en op rookgedrag. Vooral gezinssamenstelling en gezinsgrootte spelen hierin vermoedelijk een belangrijke rol. Het onderzoek hiernaar is hier echter beperkt. Slechte eetgewoonten kunnen beïnvloed worden door het opleidingsniveau van de moeder en de gezinssamenstelling. Ook hier worden verschillen vastgesteld tussen jongens en meisjes. Hierbij is het wel belangrijk op te merken dat het besproken onderzoek naar slechte eetgewoonten en rookgedrag is in deze literatuurstudie eerder beperkt is.

 

Nood aan verder onderzoek

Verder onderzoek is nodig naar de rol die etnische achtergrond speelt. De opvoedingsstijl van ouders is cultuurgebonden en er zijn grote verschillen in verschillende landen, maar ook binnen eenzelfde land. Verder onderzoek zou kunnen uitwijzen wat de invloed is van deze verschillen op mondhygiënegewoonten. Omdat we enkel beschikken over kwantitatieve gegevens (hoeveel iets voorkomt) zou het ook interessant zijn om kwalitatief onderzoek uit te voeren zodat we kunnen begrijpen welke factoren ervoor zorgen dat er sociaaleconomische ongelijkheden zijn in mondhygiënegewoonten. Wat maakt bijvoorbeeld dat mensen niet minstens eenmaal per jaar naar de tandarts gaan? Waarom slagen mensen er niet in om de richtlijn van tweemaal per dag tandenpoetsen te volgen? Ook de verschillen tussen jongens en meisjes zouden verder onderzocht moeten worden.

 

Wat kunnen we met deze resultaten doen?

Om de sociaaleconomische ongelijkheden in mondhygiënegewoonten te verkleinen moeten wetenschappelijk onderbouwde preventieprogramma’s ontwikkeld worden. Deze programma’s worden best aangepast aan de leefwereld van adolescenten en aan de verschillende sociaaleconomische groepen. Het is belangrijk om met deze interventies te focussen op het vergroten van het bewustzijn over het belang van goede mondhygiënegewoonten. Daarnaast is het belangrijk om ook bij mondhygiënisten en tandartsen het bewustzijn te vergroten rond het belang van omgevingsfactoren bij adolescenten en verder te kijken dan enkel de mond. Op die manier zou de mondgezondheid van adolescenten verbeterd kunnen worden en zou dit zich kunnen verderzetten in de volwassenheid. Ik hoop dat de bevindingen uit deze literatuurstudie hiervoor een aanzet kunnen geven.

image-20211003195320-3

 

Crone, E. (2020). Het puberende brein. Amsterdam: Prometheus.

Ivoren Kruis. (2011). Cariëspreventie. Opgehaald op oktober 14, 2020 van https://www.ivorenkruis.nl/userfiles/file/IvK%20Advies%20Cari%C3%ABspre…

Vlaams Instituut Mondgezondheid. (2020). Gezonde mond. Opgehaald van https://gezondemond.be/jongeren/

WHO. (2014). Health for the World's Adolescents. A second chance in the second decade. Opgehaald op april 25, 2020 van WHO: https://apps.who.int/iris/bitstream/handle/10665/112750/WHO_FWC_MCA_14…

Foto’s: Johannes Vandevoorde - https://www.johannesvandevoorde.com/

 

Download scriptie (1.32 MB)
Universiteit of Hogeschool
Arteveldehogeschool Gent
Thesis jaar
2021
Promotor(en)
Mevr. Xenia Geysemans en Mevr. Goedele Plovie
Thema('s)