Ouderen achter tralies

Sarah
Decorte

Aan de Universiteit van Gent werd onderzoek gevoerd naar de detentie-ervaringen van vijftigplusser gevangenen (2022-2023). Door middel van kwalitatieve diepte-interviews werden ouderen uit de gevangenis van Oudenaarde en uit de ouderenafdeling ‘WOUW’ in de gevangenis van Brugge bevraagd. Daarbij werd gepeild naar hun standpunt rondom een afzonderlijke ouderenafdeling. De drijfveer van dit onderzoek is om aandacht te vestigen op deze stijgende minderheidsgroep om zo meer humane levensomstandigheden te kunnen realiseren. De resultaten vertonen een tweespalt.

Afzonderlijke afdeling voor ouderen

De voorkeur van oudere gevangenen om op een afzonderlijke afdeling te verblijven blijkt aanwezig te zijn bij alle bevraagden op de WOUW-afdeling in Brugge. Jongere personen in de gevangenis zouden de ouderen onrust, stress en gevoelens van onveiligheid bezorgen. Slechts een kleine minderheid van deze bevraagden kan evengoed overweg met jongere als met oudere gevangenen. Er zou dan ook niet langer sprake zijn van afpersing, vechtpartijen of drugs op de ouderenafdeling. Ook worden er op de aparte sectie aanpassingen gedaan om de leefomstandigheden zo toegankelijk mogelijk te maken. Zo heerst er een open regime en de aangeboden activiteiten zijn onder andere tuinieren, gezelschapsspelen, wandelen en fitnessen met toestellen die op eigen lichaamsgewicht werken. Deze aangepaste afdeling geeft de ouderen rust waardoor zij zich optimaal kunnen voorbereiden op de terugkeer naar buiten. Bij het beoefenen van werk in de gevangenis worden geen aanpassingen gedaan voor deze ouderen, toch zijn alle bevraagden enthousiast om te werken binnen de muren. Verder zijn de medische diensten niet gespecialiseerd in ouderdomsziektes, ook de ouderen zelf geven aan daar geen nood aan te hebben.

Samenleven met jongere gevangenen

Alle bevraagde ouderen uit de gevangenis van Oudenaarde zijn unaniem tegen een afzonderlijke ouderenafdeling. Deze groep zou jongere personen nodig hebben om zichzelf jong te kunnen houden. Ook melden zij dat er op hun sectie met langgestraften slechts een klein aantal jongere gevangenen verblijven. Toch vindt de helft van de bevraagden dat jongere gevangenen hen een onveilig gevoel bezorgen. De infrastructuur van de gevangenis zou geen dagelijkse hindernissen opleveren voor deze groep ouderen, aanpassingen zijn dus overbodig. Daarnaast neemt de grote meerderheid niet deel aan de georganiseerde activiteiten. Het zou niet langer zinvol zijn om deel te nemen gezien de lange straf die zij moeten uitzitten. Ook hier zijn aangepaste activiteiten overbodig. Op één na alle bevraagde gevangenen werken in de gevangenis. Hierbij worden geen toegevingen gedaan ter compensatie van hun oudere leeftijd, noch wensen zij dat. Als laatste werd de medische dienst als goed beoordeeld en ook hier is er geen nood aan specialisatie ten aanzien van ouderen.

De tweespalt

Het antwoord op de vraag of oudere gevangenen pro of contra een afzonderlijke ouderensectie zijn levert een tegenstrijd op. De verschillen tussen de antwoorden van de gevangenen uit Oudenaarde en uit de WOUW- afdeling in Brugge kunnen onder andere toegeschreven worden aan de verschillen in regime en levensomstandigheden. Ook individuele factoren van oudere gevangenen dragen bij aan deze verdeeldheid. Een eenduidig besluit dat van toepassing is op alle Belgische gevangenissen is bijgevolg niet te maken. Voor toekomstig onderzoek moet elke gevangenis die kampt met een groeiend aantal ouderen op zichzelf peilen bij haar gedetineerden waar mogelijkheden schuilen tot verbetering. Voor deze bevraging kunnen de thema’s uit het onderzoek zoals activiteiten, werk, infrastructuur, medisch aanbod en onveiligheidsgevoelens daarvoor als richtlijn gebruikt worden.

Download scriptie (2.81 MB)
Universiteit of Hogeschool
Universiteit Gent
Thesis jaar
2023
Promotor(en)
Louis Favril