Inter armes judices non silent: het Israëlisch Hooggerechtshof en de bezette Palestijnse Gebieden

Sabrien
Rezkallah

 

Inter armes judices non silent: het Israëlisch Hooggerechtshof en de bezette Palestijnse Gebieden

De Romeinse redenaar Cicero zei ooit dat inter arma enim silent leges, dat in tijden van oorlog de wetten zwijgen. Deze rechtspreuk gaat echter allang niet meer op. Tijdens gewapende conflicten gelden er wel degelijk regels, enerzijds gericht op het gedrag van de oorlogvoerende partijen, anderzijds gericht op de bescherming van burgers. Daar heeft de ontwikkeling van het internationaal recht der gewapende conflicten en het internationaal bezettingsrecht voor gezorgd. 

Maar wat met de judices, de rechters van de oorlogvoerende partijen en bezettende machten? Blijven zij stil te midden van het wapengekletter? En zo niet, welk geluid maken zij?

Deze vraagstelling is in se het vertrekpunt van mijn onderzoek.

Het enige conflict waarin deze vraag een antwoord krijgt, is het zogenaamde ‘Israëlisch-Palestijns conflict’.

Dit conflict is als zodanig een ‘retorisch’ conflict, dat betrekking heeft op het breed spectrum van inherent conflicterende belangen tussen Israëli’s enerzijds en Palestijnen anderzijds op het grondgebied dat algemeen bekendstaat als ‘Palestina’.

In 1948 werd op dit grondgebied de staat Israël uitgeroepen. In 1967 bezette Israël, in het kader van de Zesdaagse oorlog met buurlanden Jordanië en Egypte, de Arabische delen van dit gebied, de Westelijke Jordaanoever en de Gazastrook.

Het Israëlisch Hooggerechtshof, het hoogste rechtscollege van Israël, oefent sinds het begin van deze bezetting rechterlijke controle uit over de handelingen van het Israëlisch leger die ze in het kader van deze militaire administratie stelt. Het is in deze context dat het Hof uitspraak over het internationaal bezettingsrecht.

In loop der jaren is het Israëlisch-Palestijns conflict getransformeerd van een ‘louter’ retorisch conflict naar een ‘echt’ gewapend conflict in de zin van het recht der gewapende conflicten.

De Israëlische bezetting van de Westbank en Gaza kende twee culminaties van geweld uitgaande van de Palestijnse bevolking tegen het Israëlisch leger als uiting van protest tegen diens jarenlange militaire aanwezigheid. Deze opstanden staan bekend als de twee Palestijnse intifada’s en hebben de dynamiek in de Palestijnse Gebieden grondig veranderd.

Oorspronkelijk kenmerkte de Israelische bezetting van Palestina zich door de verticale relatie tussen de Israëlische bezettende macht en de Palestijnse bezette bevolking. Bij het uitbreken van de eerste intifada veranderde deze verticale relatie gedeeltelijk in een assymetrische horizontale relatie tussen een bezettende macht en leden van de bezette bevolking die moedwillig de wapens tegen deze eerste opnamen.

Sinds de tweede intifada en het overnemen van de feitelijke controle over de Gazastrook door de Palestijnse gewapende groep Hamas doet het Hof dan ook, naast het bezettingsrecht, uitspraak over de toepassing van het recht van de gewapende conflicten.

Universiteit of Hogeschool
Universiteit Gent
Thesis jaar
2014