Te hospitaliseren patiënten op spoedafdelingen: een prioriteitsregel voor de spoedartsen

Kim
De Boeck

“De spoedarts zal u kunnen ontvangen binnen een half uur” - als u erg veel geluk heeft -

Zoals u misschien al eens aan den lijve hebt ondervonden is overbevolking een probleem waar veel spoedafdelingen mee te kampen hebben. De vraag naar, en nood aan spoedartsen overschrijdt het aanbod hiervan. Het resultaat: urenlange wachttijden op de spoedafdeling. Er zijn echter nog veel meer negatieve gevolgen… Overbevolking van een spoedafdeling zorgt ervoor dat ambulances hun patiënten niet kunnen afleveren aan deze spoedafdeling en in allerijl op zoek moeten naar het dichtstbijzijnde ziekenhuis waar hopelijk wel nog plaats is. Door de lange wachttijden beslissen steeds meer patiënten om huiswaarts te keren zonder behandeling, met alle gevolgen van dien. Door al deze factoren zorgt overbevolking voor een hogere kans op sterfte, reden genoeg dus voor een grondig onderzoek.

Te hospitaliseren patiënten zijn de grootste oorzaak! Wie? Wat? Hoe?

Eén van de belangrijkste redenen voor overbevolking van spoedafdelingen zijn te hospitaliseren patiënten. Dit zijn patiënten die opgenomen moeten worden in het ziekenhuis, maar omdat ook daar alle bedden bezet zijn, zijn ze genoodzaakt op de spoedafdeling te blijven totdat er plaats vrijkomt in het ziekenhuis. Ondertussen moeten deze patiënten nog steeds verzorgd worden door spoedartsen en houden ze bedden bezet die niet kunnen gebruikt worden door andere, wachtende patiënten in de spoedafdeling. Op deze manier overladen te hospitaliseren patiënten de spoedafdeling, met alle hierboven beschreven gevolgen. Bovendien worden de spoedartsen hierdoor geconfronteerd met de keuze welke van deze twee soorten patiënten prioriteit krijgt: te hospitaliseren patiënten of andere, wachtende patiënten in de spoedafdeling.

Alhoewel het belang van te hospitaliseren patiënten veelvuldig wordt benadrukt in de medische literatuur, zijn artikels die deze problematiek kwantitatief onderzoeken verrassend schaars. Dit onderzoek draagt bij tot de huidige literatuur door te hospitaliseren patiënten mee op te nemen in een kwantitatieve analyse van de spoedafdeling. Daarnaast wordt er een oplossing geboden voor de prioriteitskeuze waarmee de spoedartsen geconfronteerd worden.

De prioriteitsregel: wie krijgt er voorrang op de spoedafdeling?

Verschillende prioriteitsregels worden in dit onderzoek onderzocht waarbij een onderscheid wordt gemaakt tussen statische en dynamische prioriteitsregels. Een statische prioriteitsregel is onafhankelijk van de toestand waarin de spoedafdeling zich bevindt. Altijd voorrang geven aan te hospitaliseren patiënten is hier een voorbeeld van. Bij een dynamische prioriteitsregel bepaalt de toestand waarin de spoedafdeling zich bevindt wie er voorrang krijgt. Bijvoorbeeld: artsen geven voorrang aan nieuwe patiënten zolang er niet veel te hospitaliseren patiënten aanwezig zijn. Wanneer het aantal te hospitaliseren patiënten echter een bepaalde hoeveelheid overschrijdt, krijgen deze patiënten voorrang.

Drie belangrijke conclusies die relevant zijn voor de praktijk komen voort uit dit onderzoek.

Conclusie 1: te hospitaliseren patiënten maken een groot verschil.

Wanneer te hospitaliseren patiënten aanwezig zijn, stijgen de wachttijden op een spoedafdeling aanzienlijk. Dit onderzoek bevestigt dus kwantitatief dat te hospitaliseren patiënten één van de grootste oorzaken van overbevolking van de spoedafdeling zijn. Het formuleren van een prioriteitsregel verdient dan ook de nodige aandacht. De verblijfsduur op de spoedafdeling daalt met 20% wanneer de twee meest extreme prioriteitsregels (te hospitaliseren patiënten krijgen altijd voorrang of nooit voorrang) vergeleken worden. Bovendien, wanneer het aantal te hospitaliseren patiënten stijgt, stijgt ook de nood aan de formulering van een prioriteitsregel.

Conclusie 2: “de optimale prioriteitsregel” bestaat niet.

Wanneer er enkel rekening wordt gehouden met operationele maatstaven zoals wachttijden en verblijfsduur, bestaat er wel degelijk een optimale prioriteitsregel. Meer nog, deze blijkt erg eenvoudig te zijn: te hospitaliseren patiënten krijgen nooit voorrang. Echter, in een spoedafdeling kunnen artsen niet zomaar bepaalde patiënten aan de kant laten liggen. Bovendien zijn te hospitaliseren patiënten reeds benadeeld omdat ze niet de behandeling krijgen op de spoedafdeling die ze eigenlijk nodig hebben in het ziekenhuis. Om deze reden worden ook gezondheid-gerelateerde maatstaven mee in rekening genomen, zoals een risicopercentage dat het aantal patiënten meet die een hoog medisch risico lopen. Wanneer deze worden toegevoegd aan het onderzoek, blijkt dat er een belangrijke afweging bestaat tussen operationele en gezondheid-gerelateerde maatstaven. Bijgevolg is het niet meer mogelijk een optimale prioriteitsregel te formuleren. Deze is namelijk afhankelijk van het niveau van gezondheid-gerelateerde maatstaven dat het ziekenhuis nodig acht.

Conclusie 3: het is niet altijd nodig om een ingewikkelde, dynamische prioriteitsregel te gebruiken.

In een brede waaier van niveaus van gezondheid-gerelateerde maatstaven blijkt een eenvoudige, statische “first-come, first-served” prioriteitsregel bijna optimaal te zijn. In deze prioriteitsregel wordt de patiënt die het eerst in de wachtrij aankomt ook het eerst behandeld door de spoedarts. Zo’n simpele prioriteitsregel heeft verschillende voordelen in de praktijk. Ten eerste is het makkelijk toe te passen door de artsen, wat de kans op werkelijke implementatie vergroot. Ten tweede eist dergelijke prioriteitsregel geen zware investeringen in aangepaste infrastructuur, in tegenstelling tot dynamische prioriteitsregels.

Besluit: te hospitaliseren patiënten en de daarmee gepaard gaande prioriteitskeuze eisen de nodige aandacht in onderzoek.

Te hospitaliseren patiënten en de extra werkdruk die ze veroorzaken vormen een groot probleem in spoedafdelingen. Bovendien worden de spoedartsen hierdoor geconfronteerd met een prioriteitskeuze tussen te hospitaliseren patiënten en andere, wachtende patiënten op de spoedafdeling. Deze prioriteitskeuze is van groot belang omdat ze een aanzienlijk effect heeft op verschillende maatstaven waaronder de wachttijden en verblijfsduur op de spoedafdeling. Alhoewel de complexiteit van een spoedafdeling het niet mogelijk maakt om één optimale prioriteitsregel te formuleren, blijkt een simpele “first-come, first-served” prioriteitsregel bijna optimaal te zijn in een brede waaier van situaties.

Verrassend genoeg is dit onderzoek een pionier in dit specifieke domein: het is de eerste kwantitatieve analyse van de spoedafdeling die expliciet in rekening neemt dat te hospitaliseren patiënten nog steeds verzorging nodig hebben en dus tijd opeisen van de spoedartsen. Bijgevolg is het ook het eerste onderzoek naar de prioriteitskeuze tussen te hospitaliseren patiënten en andere, wachtende patiënten in de spoedafdeling. De veelbelovende uitkomsten geven reden genoeg om meer aandacht te schenken aan dit onderwerp in toekomstig onderzoek.

Universiteit of Hogeschool
KU Leuven
Thesis jaar
2017
Promotor(en)
Prof. Dr. Inneke Van Nieuwenhuyse