Next Generation Long Distance Coach

Jeroen
Claus

NEXT GENERATION LONG DISTANCE COACH: DE TOEKOMST VAN HET REIZEN PER BUS

 

Inleiding

In het project “Next Generation Long Distance Coach” werd onderzocht welke plaats lange-afstandsbussen kunnen innemen in de toekomstige samenleving. Aangespoord door verscheidene opkomende trends binnen de mobiliteit- en energiesector zorgde een uitgewerkt toekomstscenario voor het jaar 2030 voor een kader waarin het eindresultaat van deze thesis, een vernieuwend busconcept, volledig tot zijn recht komt. Hierbij werd bevraagd hoe nieuwe materialen, technologieën en ideeën een impact kunnen hebben op veiligheid, efficiëntie en gebruiksvriendelijkheid van bussen, en hoe deze drie topics er voor zorgen dat een bus er uit ziet als een bus. Het project werd begeleid door VDL Bus & Coach.

 

Het verweven van toekomst en verleden

13 maart 2012, ergens op de Zwitserse autosnelweg ter hoogte van Sierre. Een bus vol kinderen op de terugweg van hun sneeuwvakantie rijdt een tunnel binnen en komt er niet meer uit. Niemand kwam er nog uit. Deze schokkende gebeurtenis was food for thought als jonge productontwikkelaar met een passie voor mobiliteit en transport. De vraag waarom hedendaagse bussen er nog steeds uitzien als kwetsbare blikken dozen bleef aan de oppervlakte hangen tot aan het Masterjaar. Het werd snel duidelijk dat, om een diepgaande verandering te brengen voor de bus an sich, een enkele focus op veiligheid niet genoeg zou zijn. Om het hele concept aan te pakken en te veranderen diende de omgeving rondom en de veranderingen die zij zal meemaken in kaart worden gebracht. Een studie over de drijfveren van verandering in de transportsector bracht aan het licht dat slechts een zinnig geformuleerd visionair toekomstscenario een krachtig middel is om vernieuwing teweeg te brengen en ze ten slot te verantwoorden.

 

2030: een toekomstscenario

Als we Google mogen geloven rijdt iedereen tegen 2030 in autonoom gestuurde wagens. De voordelen zijn legio: computergestuurd verkeer zorgt voor een betere flow door drukke verkeersknooppunten én er vallen minder overlijdens te betreuren daar computers nooit fouten maken. Het toekomstscenario uit Next Generation Long Distance Coach nuanceert deze voorspelling enigszins. Autonome voertuigen zullen tegen dan zeker op de markt verschijnen, maar er kan onmogelijk worden gezorgd dat elk voertuig terstond autonoom kan rijden. Daarom wordt 2030 een overgangsperiode, waarin klassieke wagens, semi-autonome en volledig autonome voertuigen zich op de weg zullen begeven. Het valt dan ook niet uit te sluiten dat voertuigen enkel op autosnelwegen en Green Corridors volledig autonoom zullen mogen rijden. Elders, zoals in de stadsperiferie - stadscentra worden immers Zero Emission Zones - zullen de computers enkel mogen ingrijpen wanneer de bestuurder een ongeluk dreigt te veroorzaken of ondergaan.

De “Green Corridors” zijn dedicated baanvakken op autowegen waarop trucks en bussen autonoom kunnen rijden aan hoge snelheid, in peleton (zgn. “platooning”) én terwijl worden opgeladen door magnetische inductie. De Green Corridors worden geïnstalleerd op de drukste verkeersassen door Europa en kunnen binnenlands vrachtvervoer voor een groot stuk efficiënter maken. Het gegeven van draadloos on-the-go opladen vormt ook een belangrijk ankerpunt in het toekomstscenario: Europa’s roadmap maakt gewag van een Zero Emission voertuigenvloot vanaf 2030. Dit zal zich concreet vertalen naar een opkomst van biobrandstoffen, fuel cells en volledig elektrische voertuigen.

Verder zal de vraag van operatoren naar flexibiliteit inzake verhuur van “plaats” of kortweg capaciteit alleen maar vergroten. Airbnb en Uber introduceerden recent innovatieve businessmodellen die resp. de hotel- en taxiwereld op zijn kop hebben gezet. Het leidt weinig twijfel dat ook de sector van personenvervoer een flexibel model zal moeten gaan hanteren.  

Alles samengevat moest het nieuwe busconcept rekening houden met vier grote peilers: Veiligheid, Zero Emission, Efficiëntie en Toegankelijkheid.


Veiligheid

Het nieuwe concept is voor 99,9% veilig in het verkeer. Hiervoor zorgt een batterij van sensoren, camera’s en LIDAR-radarsystemen, in combinatie met een Vehicle-To-Vehicle netwerk (V2V) dat alle voertuigen met elkaar verbindt. Beide technologieën worden tegenwoordig getest en zullen hun weg naar de markt probleemloos vinden. De bus kan autonoom rijden op snelwegen, waar de computer ook zelfstandig basismanoeuvres kan uitvoeren. Op gewest- en kleinere wegen houdt de computer steeds een oogje in het zeil en is de software gemachtigd om buiten de input van de chauffeur om in te grijpen wanneer het gevaarlijk dreigt te worden. Hoewel de bus “oncrashbaar” wordt geacht bezit deze nog steeds een grote structurele stijfheid. Volgens het scenario zal dit nog steeds verplicht zijn door de wet, aangezien 2030 een overgangsperiode wordt waarbij verschillende types voertuigen (klassiek, semi- en volledig autonoom) door elkaar zullen rijden.

 

Zero Emission

 

De bus is verkrijgbaar in twee versies aangaande het aandrijfsysteem. Er is een variant met brandstofcel en één volledig elektrische variant. Beide systemen zijn te installeren in dezelfde chassisopbouw dankzij een modulair systeem waarbij ofwel de batterijen ofwel de waterstoftanks in de dubbele bodem van het voertuig kunnen worden weggeschoven.

 

Efficiëntie

 

Efficiëntie is een drieledig luik: het werd verwerkt in de assemblage, het verbruik en de capaciteit van het voertuig.

Qua assemblage werd de mosterd gehaald bij een innovatieve en top-secret productiemethode van VDL Bus & Coach, die toelaat snel, betrouwbaar en goedkoop de machines te assembleren.

Energie wordt steeds schaarser en de nood om efficiënter om te gaan met de beschikbare resources zal alleen maar toenemen. Dit verklaart de eerder onconventionele vormgeving van het voertuig. De vorm, geïnspireerd op de natuur, zorgt voor een bus met een luchtweerstandscoëfficiënt gelijk aan deze van een personenwagen. Dit is een verbetering van maar liefst 25%. Dit kunstje werd succesvol bewezen met SolidWorks Flow Simulation.

Tenslotte bevat de bus een zetelconcept waarbij reizigers op voorhand de hoeveelheid ruimte die zij wensen, kunnen reserveren. Op deze manier is het mogelijk dat een ouder met zijn kind een bank deelt, en de ouder meer ruimte kan hebben omdat zijn kind toch niet zoveel plaats inneemt. Dit zorgt voor een flexibele capaciteit en een manier voor operatoren om halflege bussen toch rendabel te maken door grotere en dus ook marginaal duurdere zitplaatsen aan te bieden.

 

Toegankelijkheid

 

De toegankelijkheid werd, ten opzichte van de huidige situatie, enorm verbeterd en dit dankzij de verbeteringen die al eerder werden aangebracht en besproken, zoals onder meer de nieuwe aandrijfmethodes. Voor beide systemen bevindt de energetische opslagruimte zich onder het passagiersdek, zo dicht mogelijk bij de begane grond. om een gunstig zwaartepunt te verzekeren. De bagageruimte werd hierdoor verplaatst naar een compartiment aan de achterzijde van het voertuig. Verder, door elk wiel van een conventionele bus te vervangen door twee kleinere wielen, werd het mogelijk om het passagiersdek te verlagen met maar liefst 50%. Dit heeft uiteraard zichtbare gevolgen voor de toegankelijkheid en instap van het voertuig. Gecombineerd met een brede deur en een slim, multifunctioneel trapsysteem wordt in- en uitstappen zo vanzelfsprekend als op een lijnbus.