De ontwikkeling van het vrouwelijk hoofdpersonage in de fantasieverhalen De kleine Odessa, door Peter van Olmen, en Isa’s droom, door Marco Kunst, op het gebied van chronotoop, psychoanalyse en initiatie.

Cindy
Mergits

 

De ontwikkeling van het vrouwelijke hoofdpersonage in de fantasieverhalen De kleine Odessa, door Peter van Olmen, en Isa’s droom, door Marco Kunst.

 

Jeugdboeken zijn vaak een belangrijk onderdeel van de kindertijd en zijn iets waar veel goede herinneringen aan overgehouden worden. Uit een gevoel van nostalgie en een diepe belangstelling in literatuur heb ik mijn interesse voor jeugdliteratuur omgezet tot een grondige studie ervan. Een jeugdboek is vaak complexer dan men zou verwachten. Door kritisch te lezen kunnen vaak theorieën en patronen gedetecteerd worden die daar bewust of onbewust door de auteur in zijn verwerkt. In Vlaanderen hebben lezers echter nog maar weinig interesse in kritische verhandelingen over jeugdboeken. Zoals Karin Kustermans in maandblad De Leeswelp schrijft: “ […] wie op zoek gaat naar de kritische stukken die hem door het bos de bomen weer moeten doen zien, komt, zeker in Vlaanderen, van een koude kermis thuis” (2009, 302). Om deze reden schrijf ik mijn bachelorthesis over twee bekende fantasieverhalen voor jeugd. Allereerst behandel ik De kleine Odessa, geschreven door Peter van Olmen. Dit is een meeslepend verhaal over een meisje van twaalf jaar dat onderzoekt wie haar vader is. Nadat ze tijdens een van haar nachtelijke omzwervingen een oplichtend boek op straat vindt begint haar grote avontuur, dat eindigt met een beslissende confrontatie met haar belangrijkste vijand en tegelijkertijd ook met haar grootste verlangen. Peter van Olmen is door dit werk genomineerd voor meerdere prijzen en is winnaar van de Boekenwelp van 2010. Het tweede werk dat ik bespreek is Isa’s Droom, geschreven door Marco Kunst. Dit verhaal vindt aanvang wanneer Isa, een meisje van vijftien jaar, meedoet aan een talentenjacht. De jury vindt haar niet authentiek genoeg en Isa belandt in een depressie door deze afwijzing. Na een mislukte zelfmoordpoging komt ze in een coma terecht en droomt ze dat ze zich in haar eigen innerlijke bevindt waar enkel zij een gevaarlijke situatie kan redden.

            Over deze twee boeken worden, wegens de beperkte ruimte die voorhanden is, in mijn thesis slechts drie onderzoeksvragen gesteld. Mijn bevindingen over De kleine Odessa en Isa’s droom worden getoetst aan secundaire literatuur. Het eerste onderdeel van de thesis gaat over de opbouw van tijd en ruimte in de twee verhalen. Het fantasieverhaal heeft bepaalde elementen in verband met tijd en ruimte die uniek zijn voor het genre. Het werk van Maria Nikolajeva is in dit opzicht zeer belangrijk. In haar boek The Magic Code benoemt ze vier specifieke elementen, ook wel fantasemes genoemd. Als men deze wil bestuderen, moet er gekeken worden naar de opbouw van verschillende werelden in het verhaal, hoe de tijd is in deze werelden, hoe de personages reizen van de ene naar de andere en wat de impact is van de personages op de werelden. (1988, 113-115) Ik bestudeer in dit deel of deze fantasemes ook voorkomen in mijn corpus en hoe dit dan uitgewerkt wordt. Bovendien kijk ik in het eerste onderdeel naar sociale conventies over gender. Anders dan in vele fantasieverhalen, zoals de Harry Potter- reeks of de verhalen van J.R.R. Tolkien, staan in mijn corpus vrouwelijke hoofdpersonages centraal. Odessa en Isa hun avontuur kan hierdoor vergeleken worden met hoe mannelijke personages zich standaard verplaatsen in tijd en ruimte. De tweede onderzoeksvraag heeft betrekking op de psychoanalyse en gaat over de verschillende stappen die de meisjes ondernemen wanneer ze van hun kindertijd naar een meer volwassen en vollediger persoon evolueren. Dit is wat de onderzoeker Carl Gustav Jung, wiens werk een rode draad vormt doorheen de tweede onderzoeksvraag, het individuatieproces noemt. Dit proces bestaat uit drie stappen, die in mijn thesis worden toegepast op Odessa en Isa. (2005, 84) Bovendien wordt er gekeken naar hoe de omringende personages delen van Odessa en Isa hun psyche symboliseren. Het laatste onderzoeksdeel kijkt vanuit een derde perspectief naar de boeken en vraagt naar de initiatie van de personages. Deze initiatie heeft te maken met hun stap in de wereld van de volwassenen. Odessa en Isa zijn beiden in hun adolescentie en maken allebei een verandering mee die, hoewel tijdelijk, heel belangrijk is in hun ontwikkeling naar volwassenheid. Ze komen beiden door hun avontuur in een andere fase van hun leven terecht. In dit deel wordt vooral het werk van Marita de Sterck gebruikt als referentie.

            Alle onderzoeksvragen behandelen dus op een verschillende manier de ontwikkeling van de twee hoofdpersonages. Door de drie verschillende domeinen komt een gevarieerde Bachelorthesis tot stand die hopelijk laat inzien dat er veel patronen, conventies en theorieën kunnen schuilgaan in jeugdboeken.

 

Cindy Mergits

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Download scriptie (270.38 KB)
Universiteit of Hogeschool
Universiteit Antwerpen
Thesis jaar
2010