Europa's rol in het conflict in de Westelijke Sahara

Jasper
D'hoore

 Westelijke Sahara slachtoffer van Europese verdeeldheid

De Europese Unie (EU) verdeeld? Het lijkt een cliché. Maar in vele gevallen is het de realiteit. Lange tijd was de EU ook verdeeld over het ‘vergeten’ conflict in de Westelijke Sahara. Frankrijk en Spanje ruzieden over een oplossing voor het conflict. Recent is de houding van Spanje echter veranderd. Een oplossing lijkt daardoor iets dichterbij gekomen.

Westelijke Sahara? Nooit van gehoord!

Op onze aardkloot wordt in heel wat vergeten conflicten strijd geleverd. Ze slepen jarenlang aan zonder enig perspectief op een oplossing. Tegenover dat soort conflicten treedt gewenning op. Bij een opflakkering van het geweld in Congo zijn we daar met zijn allen door aangedaan. Om het nadien even snel te vergeten.

Eén van de meest vergeten conflicten is het conflict in de Westelijke Sahara. Het gebied, dat geprangd ligt tussen de Atlantische Oceaan, Marokko, Algerije en Mauritanië, was oorspronkelijk een Spaanse kolonie. In tegenstelling tot andere Afrikaanse landen, werd het gebied tijdens de dekoloniseringsgolf van het tweede deel van de twintigste eeuw niet onafhankelijk, maar werd het door Marokko geannexeerd. Dit leidde tot een gewapend conflict tussen Marokko en het Frente Polisario, de rebbelenbeweging in de Westelijke Sahara. In 1991 werd er een wapenstilstand ondertekend, maar tot op vandaag is er geen oplossing gevonden voor het statuut van het gebied. Marokko ziet het als een opstandige provincie, het Polisario wil autonomie. En de Europese Unie?

Europa als bus

Marokko en de Westelijke Sahara liggen binnen de directe invloedszone van de Europese Unie. Die lijkt de geknipte entiteit om een oplossing te onderhandelen. Daar slaagt ze echter niet in, wat te wijten is aan éen van de specifieke kenmerken van de EU. Ze bestaat uit verschillende instellingen die niet per se hetzelfde willen. De EU zou vergeleken kunnen worden met een buscolonne, waarvan de bussen – de Commissie, het Parlement en de Raad, of in bepaalde gevallen ook de lidstaten afzonderlijk – vaak een andere richting uitrijden. Dat geldt zeker voor het buitenlandbeleid van de EU, waardoor de EU volgens critici zichzelf degradeert tot een lichtgewicht in de internationale politiek. Om te wegen op de internationale politiek zouden de bussen immers dezelfde richting moeten uitrijden.

De Commissie als vriend van Marokko?

De Europese Commissie voert een vrij minimalistische politiek ten aanzien van het conflict. Ze heeft nooit de moeite genomen een oplossing aan te reiken. De Commissie herhaalt steeds dat ze een VN-oplossing steunt, maar voor het overige probeert ze de kwestie te omzeilen. Misschien is de Commissie bang om de huidige (relatief) stabiele situatie aan het wankelen te brengen?

Exemplarisch zijn de visakkoorden die door DG Visserij met Marokko werden afgesloten. Via die akkoorden heeft de EU het recht om te vissen in de nationale wateren van Marokko. Over de Westelijke Sahara wordt in het akkoord met geen woord gerept, maar uit de realiteit blijkt dat Europese vissersboten ook voor de kusten van de Westelijke Sahara vissen. Dit is in strijd met het internationale recht. Marokko ziet hierin een erkenning van zijn claims op de Westelijke Sahara.

Het onmachtige Parlement

De macht van het Europees Parlement (EP) op het Europees buitenlands beleid is vrij beperkt. Het Parlement kon lange tijd niet veel meer doen dan resoluties stemmen. In die resoluties laat het Parlement horen wat ze over een bepaalde kwestie denkt, maar niemand hoeft die bedenkingen op te volgen.

De door het Europees Parlement gestemde resoluties vallen uiteen in drie categorieën: in een eerste categorie pleit het EP voor een oplossing van het conflict, in de twee andere staan respectievelijk mensenrechten en humanitaire hulp centraal. Vooral in de resoluties van voor 2003 staat de vraag om een oplossing tot uiting. De nadien dalende aandacht van het EP voor een oplossing valt samen met het steeds onwaarschijnlijker worden van zo een vergelijk. Wel erkent het Parlement het Polisario als legitieme vertegenwoordiger van de bevolking van de Westelijke Sahara en ijvert voor een voor beide partijen billijke oplossing.

De verdeelde Raad

De Raad van Ministers speelt een sleutelrol in het buitenlandbeleid van de EU. Beslissingen in de Raad komen op intergouvernementele wijze op stand, dit wil zeggen dat alle lidstaten akkoord moeten gaan en elke lidstaat over een veto beschikt. Daardoor staat het buitenlands beleid van de Unie gelijk aan de kleinste gemene deler van de standpunten van de lidstaten. Op andere domeinen, zoals Visserij of Handel, neemt de Raad beslissingen met een gekwalificeerde meerderheid, een soort meerderheid die groter is dan de helft plus één.

De Raad heeft zich altijd achter de VN-resoluties geschaard. De Raad houdt liever haar handen af van het conflict: ze heeft het Polisario Front nooit erkend als legitieme vertegenwoordiger van de Sahrawis, iets wat ze door officiële relaties aan te gaan met de Palestijnse Autoriteit, wel gedaan heeft. De reden? De verdeeldheid tussen de lidstaten. Daar waar de EU-instellingen min of meer op dezelfde lijn zitten, was dit lange tijd niet het geval voor Spanje en Frankrijk. Frankrijk wil van geen erkenning weten. Via hun veto kunnen de Fransen zulke beslissingen blokkeren.

De Spaans-Franse vete

De Fransen zijn, samen met de VS, de belangrijkste Marokkaanse bondgenoot. Zeker sinds het aantreden van Jacques Chirac als president in 1995 staan de Fransen als één blok achter Marokko. De meest verklarende factor daarvoor lijken Chiracs vriendschapsbanden met de Marokkaanse monarchie te zijn geweest. Sarkozy zette Chiracs beleid verder. 

Spanje hield er lange tijd een andere houding op na. Een groot deel van de bevolking voelt sympathie voor de Sahrawis, waardoor de Spaanse regeringen hen steunden. Dit tot groot ongenoegen van Marokko.  Dit veranderde toen Zapetero in 2004 aan de macht kwam. De aanslagen door jihadi-terroristen in Madrid van 2004 beïnvloeden deze ommekeer in het Spaanse beleid. Madrid is sinds die aanslagen veel meer belang gaan hechten aan een stevig bondgenootschap met Marokko, dat door Zapetero als een onmisbare speler werd beschouwd voor zijn antiterreurbeleid. Via strengere controles aan de Marokkaanse-Spaanse zeegrens, wil Spanje voorkomen dat terroristen het land kunnen binnendringen.

De EU zit meer en meer op één lijn

De Franse en de Spaanse bus botsten, waardoor de EU er niet in slaagde om met één stem te spreken. Door deze Spaans-Franse toenadering lijkt het erop dat de EU daar in de toekomst beter in zal slagen. Dat heeft wel tot gevolg dat een toekomstige oplossing vooral voordelig voor Marokko zal zijn, want de Sahrawis zijn hun grootste bondgenoot kwijt.

De Sahrawis wacht al meer dan 35 jaar op een oplossing. Door de Frans-Spaanse toenadering  komt die mogelijks dichterbij, al lijkt het erop dat de Sahrawis zich in dat geval zullen tevreden moeten stellen met autonomie binnen het Koninkrijk Marokko. Time’s on Morocco’s side…

Download scriptie (387.44 KB)
Universiteit of Hogeschool
Universiteit Gent
Thesis jaar
2011