Praktijkgericht onderzoek in de Vlaamse geïntegreerde lerarenopleidingen: Een kwalitatieve verkennende studie

Hanne
Tack

Tien jaar praktijkgericht onderzoek in de lerarenopleidingen? De balans opgemaakt!

Een exploratieve studie naar praktijkgericht onderzoek in de Vlaamse geïntegreerde lerarenopleidingen

GENT – Sedert enkele jaren wordt in de onderwijswereld aan de alarmbel getrokken: er is een “kloof” tussen wat onderwijsonderzoekers doen aan de ene kant en wat leraren en scholen doen – de praktijk zeg maar – aan de andere kant. Deze “kloof” wijst op de vaststelling dat ons onderwijsonderzoek er onvoldoende in slaagt om de onderwijspraktijk en het onderwijsbeleid op een betekenisvolle manier te beïnvloeden. In plaats van nog langer te speculeren over mogelijke oorzaken en problemen van deze beruchte “kloof”, wordt in dit artikel stilgestaan bij een mogelijk oplossingsscenario, namelijk praktijkgericht onderzoek in de geïntegreerde lerarenopleidingen.

Praktijkgericht onderzoek in de geïntegreerde lerarenopleidingen… Wablief?

De geïntegreerde lerarenopleidingen zijn de professionele bacheloropleidingen die leiden tot het diploma van bachelor in het onderwijs, respectievelijk kleuteronderwijs, lager onderwijs en secundair onderwijs. Achttien van de eenentwintig erkende hogescholen in Vlaanderen bieden dergelijke opleiding tot leraar aan.

Elk van deze geïntegreerde lerarenopleidingen ontvangt sedert zo’n tiental jaar (2004) middelen van de Vlaamse Overheid om zogenaamd Praktijkgericht Wetenschappelijk Onderzoek (PWO) te organiseren. In de context van de lerarenopleiding gaat het om onderwijsonderzoek waarbij het optimaliseren van de onderwijspraktijk of het oplossen van praktijkproblemen centraal staat. Geen academische boekenkennis, maar wetenschappelijk onderbouwde praktijkkennis dus. Om die reden is er bij het opzetten van praktijkgericht onderzoek dan ook vaak sprake van samenwerking met het werkveld. Praktijkgericht onderzoek is op die manier een zeer beloftevolle vorm van onderzoek om de zogenaamde “kloof” tussen onderwijsonderzoek en onderwijspraktijk effectief te overbruggen.

Uiteraard blijft de centrale taak van elke lerarenopleiding het opleiden van leraren tot startklare professionals. Wat van deze startklare professional - de leraar dus - verwacht wordt, is door de Vlaamse Overheid in ‘het beroepsprofiel van de leraar’ samengevat. Eén van de tien rollen in het beroepsprofiel van de leraar is die van onderzoeker. Willen lerarenopleidingen hun toekomstige leraren op deze rol voorbereiden, dan moet ook de ontwikkeling van onderzoekscompetenties gedurende de volledige opleiding gestimuleerd worden.

Het moge duidelijk zijn dat praktijkgericht onderzoek in de geïntegreerde lerarenopleidingen de laatste jaren steeds sterker in de verf wordt gezet. Het biedt bovendien veel potentieel om de relatie tussen onderwijsonderzoek en onderwijspraktijk te optimaliseren. Vandaag - tien jaar nadat de hogescholen hun PWO-opdracht hebben ontvangen - wordt de balans opgemaakt.

Snelheidsverschillen

Om inzicht te krijgen in de verschillende activiteiten rond praktijkgericht onderzoek aan de geïntegreerde lerarenopleidingen, werden meerdere onderzoeksstrategieën uitgewerkt. Er werden onder andere vijf lerarenopleidingen (opleidingshoofden en onderzoekscoördinatoren) diepgaand bevraagd over de manier waarop praktijkgericht onderzoek vorm krijgt binnen hun lerarenopleiding. Op basis van deze bevragingen kan vooral geconcludeerd worden dat de integratie van praktijkgericht onderzoek in de lerarenopleidingen gekenmerkt worden door snelheidsverschillen. Concreet stellen we vast dat elke opleiding werkt aan praktijkgericht onderzoek, maar niet in hetzelfde tempo. Vier factoren blijken bepalend te zijn: (1) de aanwezigheid van een onderzoeks- en dienstverleningscentrum, (2) actieve betrokkenheid van docenten, (3) een leerlijn ‘onderzoeksvaardigheden’ voor leraren-in-opleiding, en (4) actieve betrokkenheid van studenten bij praktijkgericht onderzoek (zie figuur 1). Om het belang van deze factoren te duiden, worden drie lerarenopleidingen ter illustratie voorgesteld.   

Figuur 1 Overzicht van de drie lerarenopleidingen

(Hier Figuur 1 toevoegen, zie journalistiek artikel bijlage)

Opleiding 1 - “Praktijkgericht onderzoek is een essentieel en wezenlijk onderdeel van degelijk onderwijs. Het is de krachtigste hefboom tot innovatie.”

Opleiding 1 nam een tiental jaar geleden een vliegende start en mag zich nu de eigenaar noemen van een heus onderzoeks- en dienstverleningscentrum. Het streefdoel van de opleiding is om minstens 70% van de docenten naast hun onderwijsopdracht een onderzoeksopdracht te geven. Studenten worden momenteel niet betrokken bij praktijkgericht onderzoek. Om dit mogelijk te maken is er volgens de onderzoekscoördinator een extra vierde jaar nodig om studenten op te leiden tot leraar.

Opleiding 2 - “Er heeft van alles gebroeid naar innovatie toe en dat is allemaal afgebrand, om het zo te zeggen. Maar in die verbrande aarde zitten wel heel veel kieuwen.”

Opleiding 2 heeft een eerder moeilijke periode van praktijkgericht onderzoek achter de rug. Hoewel vroeger heel wat onderzoeksprojecten georganiseerd werden,  ging het meer om een “trial-and-error” proces. De opleiding kiest er nu voor om praktijkgericht onderzoek te implementeren op een meer structurele en weloverwogen manier. Opvallend binnen deze opleiding is daarom de denkoefening die gemaakt wordt rond praktijkgericht onderzoek. Hierbij worden vragen gesteld die tot interessante discussies kunnen leiden: “Waar ligt de scheiding tussen praktijkgericht onderzoek en loutere dienstverlening?”, “Hoe maken we onze docenten warm om ook een onderzoeksopdracht op te nemen?”, “Hoe willen we ons profileren naar het werkveld” én “Wat is onze visie op praktijkgericht onderzoek?”.

Opleiding 3- “De bachelorproef is praktijkgericht onderzoek. Praktijkgericht onderzoek heeft veel te maken met de latere professionaliseringshouding van studenten.”

Opleiding 3 trekt resoluut de kaart van studentenbetrokkenheid bij praktijkgericht onderzoek in het kader van bachelorproeven. Studenten leveren op die manier zelf een bijdrage aan het werkveld. Concreet stelt elke student zijn/haar bachelorproef voor tijdens een posterpresentatie waarbij mensen uit het werkveld uitgenodigd worden. Sinds kort maakt de opleiding ook deel uit van een onderzoek- en dienstverleningscentrum. Hierdoor hoopt de opleiding in de toekomst nog meer expertise inzake praktijkgericht onderzoek te kunnen ontwikkelen. 

Goed begonnen is half gewonnen!

De Vlaamse lerarenopleiding doet het helemaal niet zo slecht. Recente krantenkoppen als  “Niveau studenten lerarenopleiding laat te wensen over” en “Opschudding in de leraarskamer: Vlaamse lerarenopleiding gebuisd.” moeten daarom genuanceerd worden. Hoewel we snelheidsverschillen vaststellen tussen lerarenopleidingen, heeft praktijkgericht onderzoek de afgelopen tien een groei gekend aan de Vlaamse geïntegreerde lerarenopleidingen. Ondanks de beperkte middelen mikken de lerarenopleidingen toekomstgericht! Een sterkere profilering in het werkveld en een betere kruisbestuiving tussen onderzoek en onderwijs staan daarbij voorop. Met oog op een nog kwaliteitsvoller onderwijs kan deze positieve tendens enkel aangemoedigd worden. Graag bieden we deze studie aan als hulpmiddel voor elke lerarenopleiding die zijn beleid inzake praktijkgericht onderzoek wenst te optimaliseren.

Download scriptie (1.37 MB)
Universiteit of Hogeschool
Universiteit Gent
Thesis jaar
2013