Charles Barette: de Brusselse scheidsrechter die de democratisering van het Belgische voetbal op gang floot

Bavo
Boutsen

Voetbal en het volk, vandaag zijn beide begrippen ontegensprekelijk met elkaar verbonden. Dat is ooit anders geweest. Oorspronkelijk was ook de meest ‘volkse’ sport van ons land duidelijk op de elite gericht. Binnen die context maakte de Belgische voetbalwereld kennis met Charles Barette, een scheidsrechter die de maatschappelijke verhoudingen voorgoed zou omkeren.

De oorsprong van het voetbal in België ligt in de elitaire kostscholen. Hier liepen in de tweede helft van de 19de eeuw veel zonen van Britse migranten school. Deze jongelui brachten het spel mee als deel van hun cultuur. In het huidige Verenigd Koninkrijk, de bakermat van het moderne voetbal, was de sport rond 1850 reeds breed verspreid geraakt over de samenleving. Deze vorm van schoolvoetbal was ook in België echter al gauw zo succesvol dat leerlingen ook buiten de schoolmuren tegen een bal begonnen te trappen. Nergens was deze evolutie duidelijker dan in Brussel, destijds de voetbalhoofdstad van ons land. In de hoofdstad schoten vanaf het eind van de jaren 1880 de eerste voetbalclubs als paddenstoelen uit de grond.

Het gevolg van deze ontstaansgeschiedenis was dat het voetbal als maatschappelijk fenomeen in oorsprong erg exclusief was. De sport werd door de eerste generatie Belgische beoefenaars beschouwd als een uiterst elitair fenomeen. Het is binnen deze denkkaders dat het ontstaan van de Belgische Voetbalbond moet worden begrepen. In de nazomer van 1895 kwamen een aantal van deze elitaire pionierclubs samen met als doel een nationale competitie in te richten. Hieruit ontstond de Union Belge des Sociétés de Sports Athlétiques (UBSSA), de voorloper van de huidige Voetbalbond. Uit de bronnen van destijds blijkt dat binnen de Bond geen enkele noodzaak werd gevoeld om dit exclusief karakter aan te pakken. Dat is op zijn zachtst gezegd erg opvallend te noemen. In diezelfde periode was er in de gehele Belgische samenleving immers net een tegenovergestelde dynamiek steeds dominanter aanwezig. De elite was zich ervan bewust geworden dat de steeds groeiende massa onmogelijk langer kon worden genegeerd en grootscheepse hervormingen niet langer konden uitblijven.

Het diepgeworteld geloof in het exclusiviteitsmodel bleef echter niet zonder gevolgen. Door de te verwachten groei aan populariteit kwam deze claim op alleenrecht van de elite immers steeds meer onder druk te staan. Het belangrijkste gevolg van deze eerste populariteitsopstoot was de oprichting van voetbalclubs die op geen enkele manier gebonden waren aan de elite. Zij stonden met andere woorden open voor eenieder die zich wilde aansluiten. Veruit het bekendste voorbeeld hiervan is Union Saint-Gilloise. Deze vereniging werd in 1897 opgericht door een aantal lokale schoolleerlingen. Hoewel het hierbij niet om arbeiderszonen ging, was het profiel van deze eerste generatie Unionisten in geen geval te vergelijken met die van hun rechtstreekse rivalen uit de stad. Hun breed verspreidde bijnaam ‘de Apachen’, meer dan waarschijnlijk verwijzend naar een Parijse groep straatjongens en jonge delinquenten, is hiervan het beste bewijs.

De club ontwikkelde zich in de daaropvolgende jaren doelbewust tot een verenging voor en door het volk. De geel-blauwe formatie stelde het spel en niet de maatschappelijke connotatie voorop. Dat bleek een ontegensprekelijk succesrecept. Union schoot meteen na de vorige eeuwwisseling als een komeet naar de top van het Belgische voetbal. De eerste titel kwam er in 1904, aan de vooravond van de Eerste Wereldoorlog stond deze teller al op zeven. De verder groeiende status van de Apachen als topclub zorgde er ook voor dat Unionisten hun intrede deden binnen de bestuurlijke organen van de Bond. Een van de eersten onder hen was de Brusselse schoenmaker Charles Barette. Als voorzitter van Union werd hij in al gauw lid werd van de Algemene Vergadering van de Voetbalbond. Dat betekende echter nog maar het begin van zijn carrière binnen de voetbalwereld. Nadat hij 1903 als een van de eersten in ons land geslaagd was voor het praktisch examen voor scheidsrechter, ontwikkelde hij zich als snel tot ‘s lands hoogst aangeschreven ref en ook internationaal behoorde hij al snel bij de top.

De komst van figuren als Barette binnen de hogere echelons van de Voetbalbond zorgde er ook voor dat zij hun ‘voetbalvisie’ steeds meer konden doordrukken. De eens zo machtige voetbalelite kwam hierdoor meer en meer buitenspel te staan. Het debat rond het zogenaamde (semi-)professionalisme vormt hierbij het duidelijkste voorbeeld. Deze discussie draaide om het toelaten van vergoedingen voor spelers, in ruil voor hun prestaties op het veld. Door velen van de founding fathers van de Bond werd dit beschouwd als de ultieme ondergang van hun voetbalmodel. De nieuwkomers stelden daartegenover dat het tot dan toe geldende verbod op vergoedingen voor spelers een fundamentele vorm van ongelijkheid creëerde binnen de sport. Deze bestaande regelgeving zorgde er voor dat enkel de gegoede klasse zich kon toeleggen op voetbal, want voor de gewone man stond voetballen gelijk aan tijd die niet kon worden besteed aan broodwinning en dus inkomstverlies. Bovendien kon het niet worden ontkend dat de topspelers ook in deze periode reeds aanzienlijke hoeveelheden kapitaal genereerden met hun prestaties en was dit economisch dus een zeer moeilijk te verdedigen situatie.

De uiteindelijke aanvaarding van het (semi-)professionalisme in het Belgische voetbal door de Bond kwam er in 1913, nadat de publieke opinie zich duidelijk tegen de starre houding van de Bond had gekeerd. Deze mijlpaal creëerde de context voor de totale democratisering van het Belgische voetbal, die na 1918 in een nieuwe stroomversnelling kwam. Deze evolutie had echter nooit hetzelfde geweest zonder de geleverde strijd van figuren als Barette binnen de Brusselse voetbalelite. Hij zorgde als Unionist van het eerste uur mee voor de eerste, cruciale barst in het elitaire karkas dat aanvankelijk rond de sport gebeiteld zat. Later ontpopte hij zich dan zelfs tot het symbool bij uitstek van de maatschappelijke evolutie die het voetbal had doorgemaakt rond de vorige eeuwwisseling. Van een fenomeen dat in oorsprong werd geïnterpreteerd als een uiting van onderscheid, was het in minder dan twintig jaar tijd geëvolueerd tot een verschijnsel dat sociale mobiliteit juist mogelijk maakte en maatschappelijk onderscheid zo net ondermijnde.

Bibliografie

Bibliografie

Archiefmateriaal

Onuitgegeven bronnen

 BRUSSEL, Algemeen Rijksarchief, Histoire de I' U.R.B.S.F.A.: 1ère partie: De I'origine jusqu'à la fin de la guerre 14-18.

BRUSSEL, Algemeen Rijksarchief, De notulen van de Algemene Vergadering van de KBVB, 1912-1914.

BRUSSEL, Algemeen Rijksarchief, Clubdossier Léopold Football Club (stamnummer 5).

BRUSSEL, Algemeen Rijksarchief, Clubdossier Union Saint-Gilloise (stamnummer 10).

SINT-GILLIS, Gemeentearchief Sint-Gillis, overlijdensakte van Alfred Lombaert, 17 mei 1904.

SINT-GILLIS, ‘Union 1897 – Les Archives’, De l’origine des apaches unionistes.

SINT-GILLIS, ‘Union Saint-Gilloise 1897 - Les archives’, inschrijvingsakte van Union Saint-Gilloise bij UBSSA.

SINT-GILLIS, ‘Union 1897 – Les Archives’, Union Belge des Sports Atlétiques: Renseignements, 17/09/1898.

Uitgegeven bronnen

Bulletin officiel du Léopold club, 1906-1919.

Het Handelsblad, 1910-1914.

La Vie Sportive/Sportleven, 1897-1914.

Le Bulletin Sportif: organe officiel de l’Union Saint-Gilloise, 1905.

Le Football : Organe hebdomadaire des Sports athlétiques, 1910-1914.

Le Matin, 1895.

Léopold-Club, société anonyme, établie à Uccle lez-Bruxelles, Recueil des actes et documents relatifs aux sociétés commerciales, in Belgisch Staatsblad (acte °2019, 25/04/1900).

Léopold-Club, société anonyme, - Modification aux status. Nomination d’un commissaire, Recueil des actes et documents relatifs aux sociétés commerciales, in Belgisch Staatsblad (acte °724, 30/01/1914).

Léopold-Club, société anonyme, - prorogation de durée, Recueil des actes et documents relatifs aux sociétés commerciales, in Belgisch Staatsblad (acte °1065, 27/2/1911).

Le Peuple, 1914.

Le Sportsman, 1904.

Population, Recensement général du 31 décembre 1890, Brussel, 1893.

Population, Recensement général du 31 décembre 1900, Brussel, 1903.

Population, Recensement général du 31 décembre 1910: Tome I, Brussel, 1913.

Population, Recensement général du 31 décembre 1910: Tome II en III, Brussel, 1916.

Sportwereld, 1911-1914.

Union Saint-Gilloise, société coopérative, à Bruxelles, Statuts, Recueil des actes et documents relatifs aux sociétés commerciales, in Belgisch Staatsblad (acte °5576, 6/10/1909).

VEBLEN, T., The theory of the leisure class : an economic study of institutions, New York, 1899.

VERHAEGEN, A., Vingt-cinq années d'action sociale, Brussel, 1911.

Literatuur

ARMSTRONG, G. en GIULIANOTTI, R., Entering the field: New perspectives on World football, Oxford, 1997.

ADAMS, I., ‘Football: a counterpoint to the procession of pain on the Western Front, 1914-1918?’, Soccer & Society, 16 (2015), 217-231.

BASANO, F., VANACKERLEYEN, Y. en LURKIN, P., Union Saint-Gilloise 1903-1904: Naissance de la légende, Sint-Gillis, 2004.

BECKX, R., De geschiedenis van Cercle Sportif Brugeois (1914-1939), de maatschappelijke achtergrond van een voetbalvereniging in het interbellum, Onuitgegeven masterproef, KU Leuven, Departement Geschiedenis, 2014.

BLAAS, P., De burgerlijke eeuw: over eeuwwenden, liberale burgerij en geschiedschrijving, Hilversum, 2000.

BOELENS, D., Concordia Re Parvae Crescunt. De religieus-pedagogische, sociaaleconomische en ideologische achtergrond van Cercle Brugge (1899-1914), Onuitgegeven masterproef, KU Leuven, Departement Geschiedenis, 2013.

BOIN, V. en DAXHELET, P., Het gulden jubileumboek van de K.B.V.B. 1895-1945: geschiedenis van de voetbalsport in België en Belgisch Kongo, Brussel, 1947.

BOYLE, N., ‘Teaching history and political economy through soccer’, Soccer & Society, 18 (2017), 407-417.

CAMERON, A., Circus Factions: Blues and Greens at Rome and Byzantium, Oxford, 1976.

COLIN, F., Eeuwige amateurs: beschouwingen bij 100 jaar voetbal in België, Antwerpen, 1995.

COLLEWAERT, Y., Sociale integratie via het voetbal: een Brusselse gevalstudie, onuitgegeven masterproef, UGent, Faculteit Letteren en Wijsbegeerte, 2015.

COOMANS DE BRACHÈNE, O., État présent de la noblesse belge, Annuaire 1985, Brussel, 1985.

COOMANS DE BRACHÈNE, O., État présent de la noblesse belge, Annuaire 1999, Brussel, 1999.

DAELEMANS, F., 1000 jaar Brusselaars en hun vertier en sport, Zwolle, 1999.

DE BASSOMPIERRE, A., Dix-huit ans d'ambassade au Japon, Brussel, 1943.

DE BELDER, J., ‘De sociale oorsprong van de Brusselse gegoede burgerij’, Belgisch Tijdschrift voor Nieuwste Geschiedenis, 3 (1972), 405-439.

DE GEYTER, S., Racing Club Mechelen en haar verhouding tot Football Club Malinois (1904-1932), Onuitgegeven masterproef, KU Leuven, Departement geschiedenis, 2012.

DEJEMEPPE, P., DE STAERCKE, J-P. en CAPPELLEMANS, M., Sint-Gillis: acht eeuwen geschiedenis(sen) 1126-2016, Brussel, 2016.

DEJONGHE, T., Sport in de wereld: ontstaan, evolutie en verspreiding, Gent, 2001.

DELHEYE, P., KNUTS, S. en AMEYE, T., 'London is Just Around the Corner: Belgium, Britain and Sport', The International Journal of the History of Sport, 30 (2003), 736-756.

DE MAEYER, J., Arthur Verhaegen, 1847-1917: de rode baron, Leuven, 1994.

DEMEY, T. en PAUCHET, D., Geschiedenis van de Brusselse scholen, Brussel, 2005.

DENECKERE, G., 1900: België op een breukvlak van twee eeuwen, Tielt, 2006.

DENECKERE, G., Geuzengeweld: antiklerikaal straatrumoer in de politieke geschiedenis van België, 1831-1914, Brussel, 1998.

DEN HOLLANDER, M., Sport in’t stad: Antwerpen 1830-1914, Leuven, 2006.

DE RIDDER, P., Brussel: geschiedenis van een Brabantse stad, Brussel, 1993.

DERKS, M., 'Deep Play. Pleidooi voor een sociaal-cultureel perspectief op sportgeschiedenis', De Sportwereld, 69 (2014), 9-13.

DERWAEL, J., Sociale achtergrond van de Gentse sportverenigingen en hun bestuurders op het einde van de negentiende en het begin van de twintigste eeuw (1890-1914), Onuitgegeven licenciaatsverhandeling, Ugent, Departement geschiedenis, 2001.

DESWERT, K., Aftrap in Brussel: de vergeten geschiedenis van het voetbal in de hoofdstad, Brussel, 2016.

DEPS, B. en GULDEMONT, H., 100 jaar voetbal in België, 1895-1995: Koninklijke Belgische Voetbalbond, Zellik, 1995.

DE ROECK, F., Het ontstaan en de ontwikkeling van de voetbalsport te Diest (1905-1964), Onuitgegeven masterproef, KU Leuven, Departement Geschiedenis, 2006.

DMOWSKI, S., ‘Geographical typology of European football rivalries’, Soccer & Society, 14 (2013), 331-343.

DUJARDIN, V., DUMOULIN, M., GERARD, E. en VAN DEN WIJNGAERT, M. (red.), Nieuwe geschiedenis van België, Tielt, 2006.

DUNNING, E., The Sociology of Sport, Londen, 1971.

DUKE, V. en RENSON, R., ‘From Factions to Fusions? The Rise and Fall of Two-Club Rivalries in Belgian Football’, International Review for the Sociology of Sport, 38, (2003), 61-77.

DIGNEFFE, N., De rol van de André Dumont mijn op T.H.O.R. Waterschei tussen 1918 en 1988: De invloed van de economische realiteit op de sportieve successen, Onuitgegeven masterproef, KU Leuven, Departement Geschiedenis, 2013.

DILLEN, J., De geschiedenis van Club Brugge (1914-1931), Onuitgegeven masterproef, KU Leuven, Departement geschiedenis, 2007.

DIRKS, B., België Bestaat, Cultuurwijzer van een gespleten land, Amsterdam, 2008.

ERNEST, M., Collaborateurs liepen in de buitenspelval. De invloed van de repressie op het Belgisch voetbal (1940-1952), onuitgegeven masterproef, KU Leuven, Departement Geschiedenis, 2016.

FRAIPONTS, J. en WILLOCX, D., Kroniek van het Belgisch voetbal. 1: Pioniers en Rode Duivels 1863-1906, Antwerpen, 2003.

FRAIPONTS, J. en WILLOCX, D., Kroniek van het Belgisch voetbal. 2: Apachen en Broodspelers, 1906-1914, Antwerpen, 2004.

FRAIPONTS, J. en WILLOCX, D., Kroniek van het Belgisch voetbal 3: Olympiërs en Mannekens 1914-1925, Antwerpen, 2005.

GREEN, G., The History of the Football Association, Londen, 1953.

GOLDBLAT, D., The Ball is round. A global history of football, New York, 2006.

GOMEZ-BANTEL, A., ‘Football clubs as symbols of regional identities’, Soccer & Society, 17 (2016), 692-702.

GOOSSENS, D., Club Brugge (1950-1965): Van amateurisme naar professionalisme, onuitgegeven masterproef, KU Leuven, Departement Geschiedenis, 2010.

GIULIANOTTI, R., Football: a sociology of the game, Cambridge, 1999.

HARVEY, A., Football: the first hundred years. The untold Story, Abingdon en New York, 2005.

HARVEY, A., 'The Public Schools and Organized Football in Britain: Fresh Perspectives on Old Paradigms', The International Journal of the History of Sport, 33 (2016), 272-288.

HILL, J., ‘Introduction: Sport and Politics’, Journal of Contemporary History, 38 (2003), 335-361.

HOLT, R., 'Historians and sport History', Sport in History, 34 (2014), 1-33.

HOLZMEISTER, J. R., ‘The 1883 F.A. Cup Final: working class representation, professionalism and the development of modern football in England’, Soccer & Society, 18 (2016), 218-229.

JACOBS, J., VERHOEVEN, L. en VANDOORNE, B., Ons land op voetbalschoenen: redacteurs van Nieuwsblad-Sportwereld kijken naar 100 kaar voetbal, Tielt, 1978.

JACOBS, R., Een geschiedenis van Brussel, Tielt, 2004.

JACQUEMYNS, P., Onze voetbalfiguren: geschiedenis, techniek en tactiek van een spel, Brussel, 1942.

JOHNES, M., 'What's the Point of Sports History?', The International Journal of the History of Sport, 30 (2013), 102-108.

JOYCE, M., Football League Players' Records 1888 – 1939, Nottingham, 2004.

KEMPENEERS, J., Histoire d’Obbrussel Saint-Gilles, Brussel, 1962.

KITCHING, G., 'The Origins of Football: History, Ideology and the making of 'The People's Game'', History Workshop Journal, 79 (2015), 127-153.

LAMEY, S., Professionalisering van het voetbal in binnen- en buitenland, Onuitgegeven licentiaatsverhandeling, KU Leuven, departement Toegepaste Economische Wetenschappen, 2001.

LECOQ, J., Football: ses conquêtes, ses problèmes, sa technique, Marcinelle, 1942.

Livre d’or daring club de molenbeek 1895-1970, Brussel, 1970.

MAHIEU, M., De Belgische wereldtentoonstelling voor de Eerste Wereldoorlog als spiegel van en actor in de sociale kwestie, onuitgegeven masterproef, UGent, Faculteit Letteren en Wijsbegeerte, 2007.

MAHO, D., De geschiedenis van Royal Antwerp Football Club (1938-1968), Ongepubliceerde licentiaatsverhandeling, KU Leuven, Departement geschiedenis, 2009.

MARIËN, R., 100 jaar Voetbal en Clubleven, Antwerpen, 1973.

MARPLES, M., A History of Football, Londen, 1954.

MASON, T., Association Football and English Society 1863-1915, Brighton, 1980.

MATHY, T., Encyclopedie van de Belgische sportlui en sporten, Brussel, 1982.

MIERMANS, C., Sport in een veranderende wereld, Antwerpen, 1959.

MIQUEL, P., L'affaire Dreyfus, Parijs, 2003.

MOEYAERT, B., Van wielerbaan tot ... "Velo-droom", de geschiedenis van het baanwielrennen in Belgie van 1890 tot 2003, onuitgegeven licentiaatsverhandeling, KU Leuven, Departement Geschiedenis, 2003.

MURRAY, B., The World's game: a history of soccer, Illinois, 1996.

MURRAY, G., Deconstructing Sports History: a postmodern analysis, New York, 2006.

NEIJRIJNCK, S., Het uitvoerend comité van de Koninklijke Belgische Voetbalbond: kenschets van het machtigste voetbalorgaan in België (1924-1945), Onuitgegeven masterproef, KU Leuven, Departement Geschiedenis, 2013.

NEIRYNCK, R., De scholen der Jozefieten, Xaverianen en Benediktijnen en de ontwikkeling van de voetbalsport in België (1863-1895), Onuitgegeven licentiaatsverhandeling, KU Leuven, Departement Lichamelijke Opvoeding, 1985.

OSTYN, T., "Omdan ze nog en kèr un joâr oekder zin": geschiedenis van Club Brugge (1891-1919), Onuitgegeven masterproef, KU Leuven, Departement geschiedenis, 2005.

PAUWELS, H., Royal Sporting Club Anderlecht: 75 jaar voetbal, Brussel, 1983.

PIERRET, P., Le livre des petits: répertoire des familles juives à Bruxelles, Brussel, 2015,

RAICHAL, M., Livre d'or de l'Union Saint-Gilloise 1897-1935, Brussel, 1935.

RENSON, R., D'HOKER, M. en TOLLENEER, J., Voor lichaam en geest: katholieken, lichamelijke opvoeding en sport in de 19de en 20ste eeuw, Leuven, 1994.

RENSON, R., ‘Sporthistoriografie in België: status quaestionis en perspectieven’, Hermes, 18 (1985-1986), 257-275.

ROBERTS-JONES, P. en ARON, P., Brussel: fin de siècle, Antwerpen, 1994.

Royal Léopold Club: centenaire, 1893-1993, Brussel, 1993.

Royal Léopold Club: 50eme anniversaire 1898-1948, Brussel, 1948.

SAERENS, L., Rachel, Jacob, Paul et les autres: Une histoire des Juifs à Bruxelles, Brussel, 2014.

SCHALEMBIER, B., Historiek van het voetbal in België tot de Eerste Wereldoorlog, onuitgegeven licentiaatsverhandeling, RUG, Faculteit Letteren en Wijsbegeerte, 1998.

SCHOEVAERTS, W., Lexicon voor Belgische sportjournalistiek, Kampenhout, 2010.

SEDDON, P.J., A football Compendium: a comprehensive Guide to the literature of Association Football, Londen, 1995.

SNYDER, E. en SPREITZER, E., Social aspects of Sport, New Jersey, 1989.

STEEGEN, D., RSC Anderlecht, Lichtervelde, 2013.

STENUIT, B., Les Collèges jésuites de Bruxelles. Histoire et pédagogie, Brussel, 2005.

STOKVIS, R., Strijd over sport: organisatorische en ideologische ontwikkelingen, Deventer, 1979.

STONE, C., ‘Football: spectacularly insignificant or unspectacularly significant?’, Soccer & Society, 18 (2017), 445-461.

SZYMANSKI, S., ‘Football in England’, Handbook on the Economics of Sport, Northampton, 2006.

TERRYN C., ‘Van elitaire beurs tot massamedium. Exposanten en publiek in de Antwerpse expo’s’, De panoramische droom, Antwerpen, 1993.

THIBAUT DE MAISIÈRES, A., ‘Paul de Borman’, Bulletin van de Koninklijke Vereniging van de Adel in België, 1948.

TOMLINSON, A., ‘FIFA and the men who made it’, Soccer & Society, 1 (2000), 55-71.

VAMPLEW, W., ‘It is pleasing to know that football can be devoted to charitable purposes’: British football and charity 1870-1918, Sport & Society, 19 (2016), 356-377.

VAN BOTTENBURG, M., ‘Historiografie van de Nederlandse sportgeschiedenis’, Theoretische Geschiedenis, 25 (1998), 12-24.

VAN EMMENES, A. en VAN DE GUMSTER, W. K., Oorsprong en ontwikkeling van de voetbalsport in Nederland, Den Haag, 1972.

VANGENECHTEN, M. De representatie van de heroïsche werkelijkheid bij Karel Van Wijnendaele, onuitgegeven masterproef, UAntwerpen, faculteit letteren en wijsbegeerte, 2014,

VAN PRAET, C., ‘Sport als spiegel van de maatschappij’, Sporthistorische verkenningen in het Liberaal Archief, Gent, 2016.

VANYSACKER, D., ‘Sportgeschiedenis, spiegel van de maatschappij: sportgeschiedenis met complementaire versnellingen: vulgariserende wetenschap en wetenschappelijke vulgarisatie’, Van mensen en dingen: tijdschrift voor volkscultuur in Vlaanderen, 3 (2005), 20-21.

VANYSACKER, D., Van FC Brugeois tot Club Brugge KV (1891-2010). De maatschappelijke inbedding van een Brugse, Vlaamse, Belgische en Europese voetbalploeg, Brugge, 2010.

VINNAI, G., Voetbalsport als ideologie, Utrecht, 1970.

WALVIN, J., Leisure and Society 1830-1950, Londen, 1978.

WAGG, S., ‘On the continent: Football in the Societies of North West Europe’, Giving the game away: football, politics and culture on five continents, Leicester, 1995.

WIERINCKX, K., Stade Louvaniste: Een comparatieve historische studie van een Leuvense voetbalclub (1897-1958), Onuitgegeven masterproef, KU Leuven, Departement Geschiedenis, 2012.

WITTE, E., CRAEYBECKX, J. en MEYNEN, A., Politieke geschiedenis van België van 1830 tot heden, Antwerpen, 1997.

WOUTERS, H., Brussel: van landelijke nederzetting tot wereldstad, Brussel, 1968.

Digitale informatie

Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering tot instelling van de procedure tot bescherming als monument van bepaalde delen van het Joseph Mariënstadion, Brusselse Steenweg 221-227 te Vorst (26/03/09), 2009. (http://doc.patrimoine.brussels/REGISTRE/AG/044_015.pdf). Geraadpleegd op 8 april 2017.

Dhnet.be, ‘Une Bible inédite pour les 120 ans de l’Union Saint-Gilloise‘, 2017 (http://www.dhnet.be/regions/bruxelles/une-bible-inedite-pour-les-120-an…). Geraadpleegd op 11 mei 2017.

Discusmedia.com, 'Brussels and environs map, 1909', 2017 (https://www.discusmedia.com/maps/brussels_city_maps/4815/). Geraadpleegd op 30 mei 2017.

HEINEN, F., Hpdetijd.nl, ‘Het belang van het verzonnen belang van het plan-Cruijff’, 2015 (http://www.hpdetijd.nl/2015-11-16/belang-verzonnen-belang-plan-cruijff/). Geraadpleegd op 29 mei 2017.

Nieuwsblad.be, ‘Boek over 125 jaar Club Brugge voorgesteld’, 2017 http://www.nieuwsblad.be/cnt/dmf20161106_02557707). Geraadpleegd op 12 mei 2017.

Sporza.be, '6 000 toeschouwers (en Raymond Goethals) zien RWDM en Union gelijkspelen', 2016 (http://sporza.be/cm/sporza/extra/opvallend/1.2852846). Geraadpleegd op 8 mei 2017.

‘Vennootschapsvormen, FOD Economie, 2017 (http://economie.fgov.be/nl/ondernemingen/leven_onderneming/oprichting/s…). Geraadpleegd op 9 april 2017.

VANACKERLEYEN, Y. 'Union Saint-Gilloise 1897 – ‘Stade', 2009 (http://unionhisto.skynetblogs.be/archives/category/stade/index-1.html/). Geraadpleegd op 6 april 2017.

VANACKERLEYEN, Y. 'Union Saint-Gilloise 1897 – ‘Stade', 2009 (http://unionhisto.skynetblogs.be/archives/category/stade/index-1.html/). Geraadpleegd op 6 april 2017.

Download scriptie (1.87 MB)
Universiteit of Hogeschool
KU Leuven
Thesis jaar
2017
Promotor(en)
Prof. Dr. Dries Vanysacker