Undercover op het gemaskerd bal van de designer drugs

Marthe
Vandeputte

Beeld je een balzaal in, vol met gemaskerde gasten. Stel je vervolgens voor dat sommige van die gasten drugs zijn. Beeld je daarna in dat jij een undercoveragent bent die deze ongenode gasten moet ontmaskeren. Echter, net wanneer je dacht een ongewenste gast te hebben gevonden, zijn de maskers veranderd. Welkom op het gemaskerd bal van de designer drugs… 

image

Trek dit door naar de echte wereld. Hoewel cannabis nog steeds de meest gebruikte drug in Europa is, zien we wereldwijd een toenemend belang van levensgevaarlijke synthetische varianten van deze en andere drugs – de zogenaamde designer drugs. Deze drugs zijn voortdurend in ontwikkeling, om aan opsporing te ontkomen en de wetgeving te omzeilen. Of nog: dit zijn de ongenode gasten op ons gemaskerd bal, wiens maskers voortdurend veranderen… 

Voor mijn eindwerk paste ik een nieuwe, aan de UGent ontwikkelde test toe om synthetische cannabinoïden op te sporen in authentieke patiëntenstalen. Uit de resultaten blijkt dat, op het einde van de avond - hoe goed de vermomming ook mag zijn - deze drugs toch kunnen worden ontmaskerd. 

Designer drugs: de nieuwste ‘must-haves’ in de drugswereld? 

Designer drugs zijn drugs die het effect van populaire drugs nabootsen, maar zich er structureel van onderscheiden. Ze worden gesynthetiseerd in clandestiene laboratoria en worden vaak op de markt gebracht als legal highs - ‘legal’ omdat hun uiteenlopende chemische structuren vaak (nog) niet in een wetgeving vervat zitten; ‘highs’ omdat ze dikwijls nog krachtiger (lees: gevaarlijker) zijn dan de drugs wiens effecten ze trachten na te bootsen. 

Synthetische cannabismengsels, ook wel synthetische cannabinoïden genoemd, vormen een van de grootste groepen designer drugs. Ze werden oorspronkelijk op de drugsmarkt gepromoot als ‘Spice’, een kruidenmengsel met gelijkaardige effecten als cannabis. In 2008 ontdekten wetenschappers echter dat er niets ‘kruidig’ was aan dit mengsel: de effecten waren louter toe te schrijven aan het drenken in of besproeien van de kruiden met synthetische drugs die, buiten het veroorzaken van een gelijkaardig effect, niets met cannabis te maken hebben. De synthetische cannabinoïden die destijds ontdekt werden, kwamen al snel internationaal op lijsten van verboden middelen terecht. Wat volgde, wordt het best omschreven als een waar kat-en-muisspel tussen criminelen en autoriteiten: telkens (of zelfs nog vóór) een nieuwe Spice-variant werd ontdekt en vervolgens bij wet werd verboden op basis van chemische structuur, synthetiseerden en verkochten criminelen structureel lichtjes aangepaste cannabinoïden – cannabinoïden met een ander masker

Meesters in vermommen – of toch niet? 

De huidige opsporingstests voor designer drugs zijn gebaseerd op het herkennen van een specifiek masker of een specifieke chemische structuur. Veranderen de maskers, dan raak je het spoor bijster. Wetenschappers van het Laboratorium voor Toxicologie van de Faculteit Farmaceutische Wetenschappen aan de UGent gooiden het daarom recent over een andere boeg: in plaats van zich te richten op specifieke chemische structuren, maakten ze gebruik van een gloednieuw concept gebaseerd op het detecteren van het effect van drugs. Hoewel de intussen bijna 200 verschillende synthetische cannabinoïden zich structureel onderscheiden van cannabis en van elkaar, is er één zaak die ze gemeen hebben: hun gelijkaardige (cannabis-like) effect in het menselijk lichaam. Zodoende maakt het niet uit welk masker (welke structuur) ze hebben: via de nieuwe test vallen alle maskers af en toont elke gast zijn ware gelaat…

Het testprincipe 

De cellen in ons lichaam reageren op geneesmiddelen en drugs door middel van zogenaamde receptoren. Deze receptoren zijn als het ware de ‘voelsprieten’ van onze cellen: indien ze geactiveerd worden door bijvoorbeeld (natuurlijke of synthetische) cannabinoïden, wordt een watervalsysteem in gang gezet dat uiteindelijk resulteert in de typische gebruikersroes. Voor hun opsporingstest wijzigden de Gentse wetenschappers cellen in het laboratorium dusdanig dat ze diezelfde menselijke receptoren voor cannabinoïden bevatten. Wanneer dan een (synthetisch) cannabinoïd, aanwezig in bloed- of urinestalen van een gebruiker, in contact komt met deze cellen, zullen hun cannabinoïdreceptoren deze drug aanvoelen. Vervolgens wordt een eiwit geactiveerd dat een chemisch signaal kan omzetten tot een lichtsignaal. Op basis van dit lichtsignaal vallen de maskers af: detectie gebeurt zonder dat voorafgaande kennis over de gebruikte cannabisvariant (kennis over het masker) vereist is. 

imageSchematische voorstelling van het testprincipe voor de detectie van synthetische cannabinoïden. 

De proef op de som: volledige gebruikerscohorte opgespoord

Deze masterthesis had als doel na te gaan hoe de test in de echte wereld zou presteren. Hiervoor werden zo’n 500 bloedstalen geanalyseerd, alle afkomstig van druggebruikers die werden opgenomen in de spoedgevallendienst van een ziekenhuis in het Verenigd Koninkrijk. Zonder voorkennis over het aantal synthetische cannabinoïdgebruikers, diende aan de hand van de nieuwe test hierover toch een uitspraak te gebeuren. De uitkomst van de door mij toegepaste test werd vergeleken met die van een klassieke, duurdere opsporingsprocedure. Het resultaat was spectaculair: elk staal waarin synthetische cannabinoïden aanwezig waren, deed de cellen van de test oplichten. Zodoende werden alle gebruikers succesvol geïdentificeerd met behulp van de nieuwe techniek, wat aangeeft dat de test heel gevoelig is. Slechts enkele druggebruikers die geen cannabinoïden hadden gebruikt, werden daar op basis van een (zwak) lichtsignaal toch van verdacht. De capaciteiten van bestaande tests in beschouwing nemend, was ook dit een buitengewoon goed resultaat: het betekent immers dat de test in heel belangrijke mate cannabinoïd-specifiek is. De techniek stelt ons dus in staat om met grote gevoeligheid én grote selectiviteit cannabinoïdactiviteit op te sporen in patiëntenstalen. Meer geavanceerde procedures blijven wel vereist om een definitieve identificatie van de drug te bekomen. De resultaten van deze thesis geven aan dat de nieuwe test een uitermate beloftevolle aanvulling is op de huidige opsporingstechnieken. In sommige gevallen zal ze zelfs (letterlijk) cannabinoïdgebruik aan het licht kunnen brengen waar andere tests dit mogelijk misten. 

In de spotlights 

De nieuwe opsporingstest voor synthetische cannabinoïden opent de deuren naar een toekomst waarin (designer) druggebruik efficiënter kan worden opgespoord. Dit is belangrijk om een ontradend effect te hebben met betrekking tot het gebruik van deze veelal gevaarlijke producten. De veelbelovende resultaten van dit internationaal bejubelde onderzoek wijzen alvast in de richting van een bijzonder heldere toekomst: eens de lichten aangaan, vallen de maskers immers af…

Download scriptie (15.81 MB)
Universiteit of Hogeschool
Universiteit Gent
Thesis jaar
2018
Promotor(en)
Prof. Dr. C. Stove