F*CK THE POLICE? OF WAT VINDEN JONGEREN NU ECHT?

Lotte
De Vos

Spanningen tussen de bevolking en de politie zijn niets nieuws, het is een relatie die altijd onder druk staat. Toch lijkt een tsunami aan negatieve uitlatingen over de politie de Westerse wereld te overspoelen. Zo stond de wereld in rep en roer na het overlijden van George Floyd in Minneapolis in de Verenigde Staten. Hij overleed op 25 mei 2020 nadat een politieagent minutenlang met zijn knie op de nek van Floyd steunde. Wat volgde waren globale protesten tegen racisme en politiegeweld. Ook in België ontaarde het nepfestival ‘La Boum’ in een waar slagveld tussen jongeren en de politie. Daarnaast kregen politiekorpsen sinds de coronacrisis nieuwe taken toebedeeld, zoals de controle op de mondmaskerplicht en thuiswerk en het opsporen en opbreken van lockdownfeestjes. Dagdagelijkse, normale praktijken werden plots strafbaar en hiervoor had de bevolking niet altijd begrip. Er ontstond een nieuwe vorm van contact tussen de politie en de bevolking, in het specifiek met jongeren.  Zo zou bijna de helft van alle coronaboetes gericht zijn aan jongeren. Is er een structureel probleem in de relatie tussen de jeugd en de politie? 80 jongeren uit Brussel en Antwerpen gaven hun mening over de politie, welke invloed de coronacrisis en de media hierop hadden en hoe zij de politie van de toekomst zien.

De lastige afhankelijkheidsrelatie

Om hun werk naar behoren te kunnen doen is de politie afhankelijk van de medewerking van burgers. Er wordt verwacht dat wij aangifte doen van verdachte activiteiten, verklaringen afleggen en helpen bij de identificatie van criminelen. Anderzijds verwachten wij van de politie dat ze de orde handhaaft en aan criminaliteitsbestrijding doet. Het één kan niet bestaan zonder het ander. Uit onderzoek blijkt dat deze samenwerking niet altijd van een leien dakje loopt. Burgers zijn pas bereid om mee te werken bij politionele taken wanneer ze de politie als legitiem beschouwen. Mensen moeten het gevoel hebben dat het juist is om de autoriteit te gehoorzamen en te respecteren. De bevolking zal de politie als legitiem beschouwen wanneer die gebruik maakt van eerlijke procedures. D.w.z. dat je als individu je stem mag laten horen tijdens een ontmoeting met de politie, dat agenten op een neutrale en transparante manier handelen, met respect voor de mensenrechten, ongeacht iemand zijn sociale status, migratieachtergrond of strafrechtelijk verleden. 

Waarom jongeren?

Jongeren zijn de bevolkingsgroep bij uitstek om met de politie in contact te komen. Dit heeft verschillende redenen: ze bevinden zich vaker in de openbare ruimte dan volwassenen, zijn hun grenzen aan het aftasten en worden regelmatig door de politie benadert als ‘usual suspect’. In vergelijking met andere leeftijdsgroepen hebben jongeren vaker een negatieve mening over de politie en zijn ze ook minder geneigd om vrijwillig aangifte te doen van criminaliteit. Hoe je tijdens je jeugdige jaren naar de politie kijkt, is vaak een voorbode voor hoe je later met de politie zal omgaan. Net daarom is het voor beleidsmakers en wetenschappers belangrijk om inzicht te krijgen in hoe en waarom mensen de politie al dan niet als legitiem beschouwen, met in het specifiek aandacht voor jongeren.

Geef de jongeren een stem

Het onderzoek dat reeds werd gevoerd naar de ervaren legitimiteit van de politie bij de bevolking hield maar weinig rekening met de mening van jongeren. Recent werden op de journalistiekwebsite BRUZZ alarmerende cijfers gepubliceerd. Uit een steekproef bij 1.631 Brusselse jongeren werd duidelijk dat vier op vijf jongeren zich niet veilig voelt bij de politie en 49% van de bevraagde jongeren de politie koppelt aan een gevoel van boosheid. Parlementslid Mathias Vanden Borre (N-VA) vroeg al snel om extra verduidelijking bij deze cijfers, aangezien ze in tegenovergestelde lijn liggen met de onderzoeksresultaten van een gelijkaardig onderzoek in de politiezone Antwerpen. Jammer genoeg kwam er tot op heden geen extra uitleg, noch is het volledig onderzoeksrapport online terug te vinden.  Daarnaast werd nog niet onderzocht welke invloed de coronacrisis had op het contact tussen burgers en de politie. Om dit vraagstuk mee te helpen verduidelijken, gaven 80 jongeren van 16 tot 23 jaar oud tijdens enkele focusgroepen in klasverband hun inzichten over de politie.

De resultaten

De resultaten toonden aan dat de jongeren een negatief beeld vormden over de politie, voornamelijk door gevoelens van onveiligheid en machteloosheid. De jongeren vertelden a.d.h.v. hun eigen ervaringen en die van anderen hoe ze de politie als partijdig en onbeleefd ervaren. Ze betreuren hoe zij geviseerd worden door de politie, maar er schijnbaar geen reactie komt op grensoverschrijdend gedrag van politieagenten.

“Ja maar bijvoorbeeld als die zo iets zeggen tegen u ofzo, of toch bij mij, die willen nooit in gesprek gaan ofzo. Die denken echt dat de harde aanpak, dat da het beste is, maar ik denk dat dat iets van vroeger is en dat dat nu niet meer relevant is”.

In de strijd met deze oneerlijke politie, gebruiken jongeren hun smartphone als wapen tegen het onrecht. Ze filmen ontmoetingen met politiediensten die uit de hand lopen en posten ze op sociale media, in een poging om macht terug te nemen. Al is dit niet zonder gevaar. De jongeren getuigden over agressiviteit bij agenten die vast worden gelegd op camera. De coronacrisis maakte het er niet makkelijker op. Het zou een bron zijn voor extra frustratie t.a.v. de politie.

Desondanks deze negatieve uitlatingen uitten veel jongeren ook begrip voor de moeilijke positie van politieagenten. Sterker nog, ondanks een gebrek aan legitimiteit zouden ze de politie toch helpen wanneer ze dat van hen vragen. De jongeren hebben hoop voor de toekomst, voor een betere relatie met de politie, al zullen er eerst enkele dingen moeten veranderen. De jongeren zouden bijvoorbeeld regelmatiger op een informele manier met de politie in contact willen komen en zien mogelijkheden in een ander uniform voor agenten en meer diversiteit binnen politiekorpsen. Eén van de jongeren stelde het als volgt: 

“Al is dat maar gewoon een glimlach, want ik zie gewoon kei weinig agenten glimlachen en dan begin ik zelf ineens zo lelijk te kijken precies. Ik weet niet, dat is automatisch precies”.

Download scriptie (616.17 KB)
Universiteit of Hogeschool
Vrije Universiteit Brussel
Thesis jaar
2021
Promotor(en)
Jenneke Christiaens