"Nu is het uur van Vlaanderen geslagen". Een onderzoek naar de rol van pater J. L. Callewaert in de Vlaamse beweging

Anton
Milh

Jules Callewaert, een ‘zwarte’ pater? 

Op 25 november 2014 zal het vijftig jaar geleden zijn dat pater Jules Callewaert overleed. Deze dominicaan en voorvechter van de Vlaamse zaak is een halve eeuw na zijn dood nog steeds geen onomstreden figuur. Voor sommigen is hij het voorbeeld bij uitstek van de geestelijke die scholieren en studenten overtuigde om naar Rusland te trekken en daar tegen de communisten te vechten, voor anderen is hij de edelmoedige flamingant die na de oorlog ten onrechte werd veroordeeld. Door een analyse van het dagboek dat Callewaert tijdens de Tweede Wereldoorlog bijhield, willen we nu helderheid scheppen inzake de houding van de pater tijdens deze oorlogsjaren.

The Turbulent Thirties

Doorheen de Eerste Wereldoorlog en de jaren twintig was pater Callewaert uitgegroeid tot een van de toonaangevende figuren binnen de Vlaamse beweging. In de jaren dertig raakte hij betrokken bij het Vlaamsch Nationaal Verbond (VNV), een Vlaams-nationalistische en fascistisch geïnspireerde partij. In september 1939, enkele dagen na de Duitse inval in Polen, begon Callewaert aan zijn Oorlogsdagboek. In het eerste deel van zijn dagboek speelt hij met het idee dat het een geschiedkundige wetmatigheid is dat God om de zoveel tijd ingrijpt in de wereld en deze vernielt om er een nieuwe op te kunnen bouwen, zoals in het verhaal van Noah en de Ark. Zo schrijft hij: “Eeuw op eeuw wordt de wereld omgewoeld door Gods ploegschaar. Die ploegschaar is een of ander groot volk dat de wereld beheerst […] Waarom zou het in Gods plan niet aan de Duitsers zijn?” Callewaert bewonderde ook Hitler omdat deze het Duitse volk, dat vernederd was na de Eerste Wereldoorlog, er terug bovenop had geholpen. Voor de Duitsers was Hitler daarom de nieuwe “Messias”, de nieuwe “God-Verlosser”.

De Duitse inval in België: van enthousiasme…

Toen België veroverd werd door de troepen van Nazi-Duitsland, was pater Callewaert aanvankelijk enthousiast. Hij besloot de oorlogsgebeurtenissen en het beleid van de Duitsers te beoordelen aan de hand van twee principes: de positie van het katholicisme en de zelfstandigheid van Vlaanderen. Callewaert verwachtte dat de Duitsers de katholieken ongemoeid zouden laten. Daarnaast zouden ze de Vlamingen ook een eigen onafhankelijke staat geven. Callewaert werd echter al snel teleurgesteld wat betreft zijn eerste principe: de nazi-ideologie stond lijnrecht tegenover het katholiek geloof. Op het vlak van zijn tweede principe, de onafhankelijkheid van Vlaanderen, bleven de verwachtingen van de pater wél hoog gespannen. Hij keurde de samenwerking van het VNV met de Duitsers goed en liet zich positief uit over de oprichting van een Vlaams afweerkorps tegen Engeland. Ook de inval van de Duitsers in de Sovjet-Unie in juni 1941 juichte hij toe. Hij omschreef deze inval als “de gesel Gods die knotst op het goddeloos bolsjewisme”. In gedachten zegende hij de Duitse legers die optrokken tegen de communisten en bad voor hen “opdat God u in deze beproeving vooral zegene door het bewustzijn in te prenten dat u het uitverkoren volk zijt om orde te scheppen in Europa”.

… naar teleurstelling

Het VNV werd als grootste collaborerende partij in Vlaanderen door de Duitsers gedwongen steeds verder te gaan in de collaboratie, de nazificatie en de werving van vrijwilligers voor het Oostfront. Pater Callewaert keek nu met veel argwaan en wantrouwen naar de Duitsers, die veel beloofden inzake de Vlaamse onafhankelijkheid maar er tot dusver nog niets van verwezenlijkt hadden. Hij walgde van de manier waarop er gedweept werd met de nazi’s en de manier waarop de leiding van het VNV zich steeds weer schikte naar de Duitsers, zonder er ooit iets voor Vlaanderen voor in de plaats te krijgen. Hij stelde dan ook duidelijk dat hij “liever geen flamingantisme meer [had] dan zulke vuilnis en ontaarding”. Na de Duitse nederlaag bij Stalingrad in de winter van 1942, was Callewaerts geloof in een Duitse eindoverwinning weggedeemsterd en raakte hij ervan overtuigd dat hij iets moest doen om Vlaanderen en het katholicisme uit deze crisis te leiden.

Een brief aan de VNV-leiding

In april 1943 stuurde Callewaert een brief naar de leiding van het VNV waarin hij de politieke koers van de partij verwierp en de partijleiding omwille van haar houding terecht wees: de leiding “buigt en kruipt, aarzelt en dubt en eindigt altijd maar met toe te geven en het wonder is: ze zit in haar broekzakken vuisten te maken tegen de trouweloosheid van den Duits maar durft niet op te staan”. In de voetnoten aan het einde deze brief stond echter nog te lezen dat Callewaert niet tegen het bestaan van het VNV was, maar een beter bestaan voor de partij wilde en dat hij de oorlog die door Duitsland was begonnen als rechtvaardig beschouwde en de nieuwe staatsorde verdedigde. Er kwam echter geen kentering in de houding van de partij door Callewaerts brief. Hierna trok de pater zich terug uit het openbaar leven tot aan het einde van de oorlog.

“De ramp van Vlaanderen”

“… ik kreeg de indruk en de zekerheid dat […] Vlaanderen van Duitsland niets te verwachten had […]Het werd bij mij een obsessie: zoveel eerlijkheid van ons werd dus bedrogen. Het was een instorting, hetgeen ik zag, lijk in een visioen: de ramp van Vlaanderen”. Omdat pater Callewaert zag dat zijn principes – ‘voor Vlaanderen en Christus’ – door de Duitsers met de voet werden getreden, keerde hij zich af van de collaboratie. Zijn ommekeer kwam er echter pas laat en er moet een blijvend vraagteken geplaatst worden bij de authenticiteit ervan: deze kwam er pas na enkele jaren en nadat de Duitsers in het defensief waren gedrongen. Uiteindelijk werd de pater opgepakt en veroordeeld tot een gevangenisstraf voor zijn steun aan de collaborerende organisaties tijdens de oorlog. Dat hij jongens naar het Oostfront zou hebben gestuurd, lijkt ons gezien zijn aanvankelijk enthousiasme voor de oorlog tegen de Sovjet-Unie aanneembaar, maar dit is nooit bewezen en de pater werd er dan ook niet voor veroordeeld. Tot een duidelijke veroordeling van de oorlog en de collaboratie kwam de pater nooit, zoals uit de voetnoten van zijn brief aan de VNV-leiding blijkt.

Download scriptie (1.64 MB)
Universiteit of Hogeschool
KU Leuven
Thesis jaar
2014
Thema('s)