Onderzoek naar noden van de partner tijdens arbeid & bevalling

Katrijn
Eggermont

VADERS IN DE VERLOSKAMER

Tijdens arbeid en bevalling gaat de aandacht vaak uit naar de moeders, maar wat met de vaders? Moet de positie van vaders aan de zijlijn verbannen worden? De noden van vaders in kaart gebracht.

Sinds enkele decennia zijn vaders in België en omstreken vaak aanwezig in de verloskamers. Voordien was dit eerder een uitzondering. De focus lag al te vaak op de bevallende vrouw en het ongeboren kind. Bij verder onderzoek rond de omgeving van moeder en kind werd ook de vader in beeld gebracht. De vader staat in veel gevallen nog aan de zijlijn tijdens de arbeid of bevalling. In sommige gevallen kiest de vader zelf voor deze rol als outsider of wordt hij in deze rol geplaatst door de zorgverleners. Maar hoe zit dat precies? Tijd voor wat specifiek onderzoek over de vaders dus.

In landen zoals Zweden en Finland werd al veel onderzoek gevoerd naar de rol, ervaring en beleving van vaders in het verloskwartier. Over de Belgische setting bestond nog geen onderzoek. Daarom werd een studie opgezet met een vragenlijst, afgenomen in twee ziekenhuizen, naar wat de noden zijn van vaders tijdens arbeid en bevalling.

Resultaten van de studie tonen aan dat de noden van de vaders vandaag erg uiteenlopend zijn. Wat voor de ene vader een nood is, is voor de andere absoluut geen nood en omgekeerd. Slechts twee noden komen naar voren bij de meerderheid van de vaders: de nood om betrokken te zijn bij arbeid en bevalling en de nood om informatie te krijgen over de gebruikte apparatuur. Daarnaast valt het ook op dat de aanwezige zorgverleners – zoals bijvoorbeeld vroedvrouwen – deze noden niet altijd beantwoorden. Soms kan een nood niet ingelost worden, maar vaker gebeurt het dat er te veel informatie gegeven wordt over zaken waar vaders geen nood aan hebben.

De studie onderzocht ook welke gegevens van de vader deze noden kunnen beïnvloeden. Zo werden de leeftijd, de burgerlijke staat, het opleidingsniveau en het aantal bevallingen dat de vader al heeft meegemaakt onder de loep genomen. Uit deze resultaten bleek dat vaders met een hoger diploma minder nood hebben aan informatie over het verloop van de bevalling dan vaders die niet verder studeerden. Vaders die al kinderen hebben, hebben minder nood aan informatie over het verloop van de geboorte dan mannen die voor het eerst vader worden. Zo hebben deze vaders ook minder nood aan een rondleiding op het verloskwartier. Getrouwde mannen hebben dan weer minder informatie nodig over hoe ze hun partner fysiek of emotioneel kunnen ondersteunen dan partners van samenwonende koppels.

Opkomen voor jezelf in de verloskamer, is dus de boodschap voor vaders. Vraag waar je behoefte aan hebt en licht de vroedvrouw in over je vragen omtrent de arbeid en bevalling van je vrouw of vriendin. Zo kunnen zij de zorg veel meer afstemmen op je individuele noden.

Download scriptie (7.67 MB)
Universiteit of Hogeschool
Universiteit Gent
Thesis jaar
2014
Thema('s)