Inleiding
De aanleiding tot dit project is de hulpvraag die gekomen is vanuit de gezinsbegeleidsters van het CKG (Centrum voor kinderzorg en gezinsondersteuning) de Hummeltjes te Hasselt. Tijdens de begeleidingen is het hun opgevallen dat in het algemeen de vaders minder betrokken zijn bij de hulpverlening en/of in het gezin.
Vaderbetrokkenheid: Wat is het?
Zo blijkt uit wetenschappelijke studies dat het betrekken van vaders binnen de hulpverlening en in het gezin van groot belang is. Verschillende onderzoeken toonde aan dat een betrokken vader een positief effect heeft op de vrouwenemancipatie, ontwikkeling van de man zelf en van het kind (Distelbrink et al., 2005; Kenniswerkplaats Tienplus, 2012). Een betrokken vader vermindert de kans op het ontwikkelen van antisociaal gedrag, slechte schoolresultaten, tienerzwangerschappen en verhoogt het zelfvertrouwen van het kind (Zwaan, 2013; Lewis & Lamb, 2003).
Vaderbetrokkenheid in cijfers
De mate waarin Vlaamse vaders betrokken zijn, werd onderzocht in het Belgische tijdsbestedingsonderzoek. Hieruit blijkt dat de moeders gemiddeld 10 uur per week meer met de kinderen bezig zijn dan de vaders. Het gaat hier vooral over de kinderzorg en huishoudelijke zorgen (Vadercongres, 2021). Het verschil is echter nihil als het gaat om niet-routinematige kinderzorg, waarbij het vooral gaat rond vrijetijdsactiviteiten. Deze verschillen ontstaan door de typische genderrollen (Van Tienoven, 2021; Andriaenssens, 2016).
De rollen binnen het gezin
De man is de kostwinnaar en de vrouw zorgt voor het gezin, dit zijn typische genderrollen die tot heden nog steeds aangehaald worden (Márquez et al., 2019; Andriaenssens, 2016). De rol van de vader evolueert met de tijd, wat voor onzekerheden kan zorgen bij de man. Een belangrijke oorzaak is de toenemende aandacht voor de rol van de man als vader. Waar voorheen de focus lag op het broodwinnersmodel, gaat het belang nu vooral naar een betrokken vader in de opvoeding (Rigolle, 2018). De vader kan hierdoor nood hebben aan steun om de rol van goede partner- en vaderschap te kunnen vervullen (Andriaenssens, 2016).
Het betrekken van vaders in de hulpverlening
Ondanks tal van wetenschappelijke studies aantonen dat dit een urgent en veelvoorkomend probleem is (Kenniswerkplaats Tienplus, 2012; Zwaan, 2013; Vadercongres, 2021), blijft het een enorme uitdaging voor zorgprofessionals in de gezinszorg om vaders optimaal te betrekken.
De moeders vinden het ‘zorgen voor’ iets wat bij hun takenpakket hoort, waardoor ze dit minder snel afgeven aan de vaders. Allen en Hawkins (Gendt, 2019; Allen & Hawkins, 1999), noemden dit fenomeen het poortwachterssyndroom. Dit syndroom komt voort uit een groot verantwoordelijkheidsgevoel dat de moeders gedurende de 9 maanden zwangerschap hebben opgebouwd. Het is van belang dat zij ervoor openstaan om de poorten te openen, zodat de vaders een relatie kunnen opbouwen met het kind (Gendt, 2019).
Om de vaders te kunnen betrekken bij de hulpverlening is het van belang om hun duidelijk te maken dat het er ook voor hun is. Rond de perinatale periode en bij de start van de hulpverlening is het belangrijk om de voorziening vadervriendelijk te maken. Een eerste stap om hun te kunnen betrekken zit al in het gelijkwaardig behandelen van vaders als opvoeders. Daarnaast is het belangrijk een goede vertrouwensband op te bouwen. Dit kan door hun te betrekken in de hulpverlening en hun gelijkwaardig te behandelen (Gendt, 2019).
Experts geven aan dat je een man op 3 gebieden kan aanspreken: als man, als partner en als vader. In vele culturen is mannelijkheid verbonden aan vaderschap. Door de man als ‘man’ te benaderen is het mogelijk om de behoeftes en noden van hun te koppelen aan het gezin. Meestal zijn de mannen verbonden aan een vrouw. Door hun als partner te benaderen en uit te nodigen tijdens de gesprekken en kennismakingsmoment(en), wordt men al een bekend gezicht. De gouden tip is om de kinderen te bereiken, op deze manier bereik je tevens de vaders mee. Door de mannen te benaderen als vader, in de start van de begeleiding, zullen ze vrij snel automatisch aansluiten (Gendt, 2019).
In het themabundel van EXPOO, expertisecentrum opvoedingsondersteuning, (2013) bleek uit een onderzoek van “The Fatherhood institute” dat vaders minder snel om hulp vragen rond de opvoeding in vergelijking met de moeders. Als hulpverlener is het belangrijk om hier oog voor te hebben. Onderzoek van Fabiono (2007) concludeert dat er een aantal barrières zijn die vaders kunnen belemmeren in het participeren aan de hulpverlening:
Methode
Door middel van een kwantitatieve en kwalitatieve bevraging, werd de visie en behoefte van de gezinsbegeleidsters in kaart gebracht. Daarnaast werd er aan de hand van de literatuurstudie gekeken naar het belang van vaderbetrokkenheid en de aanpak ervan. Tot slot werd de groei van de gezinsbegeleidsters bevraagd en in kaart gebracht.
Hieronder vindt u de resultaten van de bevraging terug:
Resultaat
Op basis van literatuur en de behoeften van de gezinsbegeleidsters werd een stappenplan en een visie uitgewerkt aangaande vadersensitief begeleiden. Concrete tools die aangereikt werden, waren 6 werkbladen, 15 stellingskaarten, visietekst en een stappenplan. Gedurende de 59 begeleidingsmomenten waren 31% van de vaders betrokken. Na het implementeren van de tools zien gemiddeld 50% van de gezinsbegeleidsters een groei in het vadersensitiefbegeleiden. Daarnaast gaven de ouders aan dat de tools hun doet stilstaan bij bepaalde thema’s.
Papa D.
Discussie
Het verbeterproject sluit aan bij de visie en behoefte van de gezinsbegeleidsters. Om de begeleidingen op maat te kunnen bieden moet er rekening gehouden worden met de culturele context van het gezin. Dit zou eventueel een belemmering kunnen zijn in de begeleiding. Het is daarnaast van belang dat de gezinsbegeleidster haar visie en referentiekader durft lost te laten, om de ouder een kans te geven en zo kan inleven in de hun denkwereld.
(Online) Boeken
Andere