Palestijnse identiteitsconstructie in en door het oeuvre van Mahmoud Darwish (1942-2008)

Eleonore
Milbou

 

“Een volk zonder poëzie is een overwonnen volk”



 

In mei 2008 'vierden' de Palestijnen en Israëli's de zestigste verjaardag van hun uiterst ingewikkelde en schijnbaar onoplosbare conflict. De voortdurende wederzijdse aanslagen en regelmatig doodlopende onderhandelingen worden bijna oud nieuws voor de doorsnee Europese krantenlezer of televisiekijker. Het is maar al te gemakkelijk om het menselijk lijden achter de nieuwsberichten uit het oog te verliezen. Toch loont het om achter de politieke façade te kijken: hoe beïnvloeden dergelijke conflictsituaties het dagelijks leven van gewone mensen? Hoe handhaaft iemand zich onder de permanente dreiging van geweld en, in het geval van de Palestijnen, met het besef niet welkom te zijn in eigen land?

Die vragen gaan in essentie om identiteit, om wat 'Palestijns zijn' op dit moment precies betekent. In normale omstandigheden is collectieve identiteit, een identiteit die gedeeld wordt door een grote groep mensen op basis van wat ze met elkaar delen, geen gegeven dat bewust beleefd wordt. Maar in het geval van de Palestijnen liggen de kaarten anders: door de politieke en sociale situatie van de meeste Palestijnen wordt hun identiteit permanent en intens bedreigd, en dat al sinds de onafhankelijkheidsverklaring van Israël in 1948. Die luidde het begin in van een periode waarin miljoenen Palestijnen uit hun geboortedorpen en -steden werden verdreven, naar het buitenland of binnen Israël. Het wegvallen van zekerheid heeft sindsdien in Palestina een identiteitscrisis veroorzaakt, en de zoektocht naar nieuwe stabiliteit en veiligheid heeft bijgevolg ook rechtstreeks met identiteit te maken.



 

In de wereldliteratuur is het al langer duidelijk dat literaire teksten een uitstekend medium zijn om inzicht te verkrijgen in een andere cultuur of, met andere woorden, de identiteit van de ander beter te begrijpen. Mijn stelling voor wat het verband tussen literatuur en identiteit betreft gaat echter in de andere richting. Mijn vraag is niet hoe literatuur naar buiten toe een weergave is van de identiteit van een groep, maar hoe de groep zelf haar identiteit opbouwt of heropbouwt met literatuur als basis.

Die dynamiek bestaat overal, maar verloopt meestal ongemerkt. In literatuur herkennen mensen zichzelf, ze zien hun eigen identiteit weerspiegeld in een verhaal, een personage, een beschreven gebeurtenis. Lezers identificeren zich met een verhaal. De herkenning bevestigt hun persoonlijke identiteit en versterkt die. In omstandigheden zoals de Palestijnse, waarin de collectieve identiteit onder druk komt te staan en bijzonder veel nood heeft aan bevestiging, gaan mensen daar actief naar op zoek. Ze lezen een tekst niet voor de amusementswaarde, maar omdat ze op zoek zijn naar dat element van herkenning en omdat ze hopen zich gesterkt te voelen door een wij-gevoel, een bevestiging dat anderen hetzelfde doormaken als zijzelf.



 

Illustraties van het feit dat er in Palestina een reële nood bestaat aan herkenbare literaire narratieven zijn er in overvloed, en niet toevallig gaat het overwegend om poëtische uitingen. Die zijn geworteld in de Arabische poëtische traditie, sinds vele eeuwen de artistieke uitdrukkingsvorm bij uitstek voor de Arabieren en het medium dat al ten tijde van de nomadenclans in het Arabisch schiereiland gebruikt werd om de maatschappelijke cohesie te versterken. De literaire groten van Palestina zoals Emile Habibi of Edward Said, beide getuigen van de gebeurtenissen van 1948 en daarna, zijn duidelijk begaan met de thematiek van identiteit en het hervinden ervan. Ook de nieuwe generatie blijft literair strijden voor het bestaansrecht van de Palestijnen. Eén man steekt er echter, zeker wat populariteit bij de Palestijnen zelf betreft, met kop en schouders bovenuit. Die man is Mahmoud Darwish, de in augustus 2008 overleden schrijver die meer dan eens de titel 'nationale dichter' kreeg omwille van zijn verbondenheid met Palestina.

De populariteit van Mahmoud Darwish in Palestina en de Arabische buurlanden is van ongekende omvang voor een westerse buitenstaander. Wanneer Darwish zijn gedichten voordroeg, trok dat een massa aan zoals dat in Europa voor een concert van Madonna het geval zou zijn. Van zijn dichtbundels zijn miljoenen exemplaren verkocht, net zoals van de muzikale vertaling die de Libanese zanger Marcel Khalife van sommige van zijn gedichten maakte. Darwish is doorheen zijn carrière als dichter een symbool geworden van het literaire verzet in Palestina, en zag poëzie als zijn eigen middel om zijn land te helpen. Zijn overtuiging was dat “un peuple sans poésie est un peuple vaincu”, dat poëzie het laatste is dat mensen bij elkaar kan houden, en dat brengt ons terug bij identiteit. Mahmoud Darwish begreep de cruciale rol van poëzie voor het sterken van een bevolkingsgroep in nijpende omstandigheden. Met het concept 'collectieve identiteit' in het achterhoofd is het niet moeilijk te begrijpen hoe hij dat in zijn eigen werk precies verwezenlijkt.



 

De uiteindelijke vraag is: wat is er zo 'Palestijns' aan Mahmoud Darwish' poëzie dat ze zo'n impact kan hebben op identiteitsconstructie? Allereerst was Darwish zelf als kind slachtoffer van de Palestijnse diaspora volgend op 1948. Later zou hij steeds verwijzen naar die periode als het moment dat hij zijn kindertijd achter zich liet. De omstandigheden vereisten dat hij zich als een volwassene gedroeg, ook al was hij op dat moment nog maar zeven jaar oud. Het verlies van de kindertijd is een belangrijk thema voor hem, dat ongetwijfeld door velen gedeeld wordt die hetzelfde hebben meegemaakt.

Andere thema's zijn de vervreemding van het concept 'thuis' en het verlangen om terug te keren naar een metaforische thuis die de tijd vóór de Israëlische onafhankelijkheid symboliseert. Daarmee samenhangend hecht Darwish in zijn poëzie bijzonder veel belang aan de natuur van Palestina, met nostalgische beschrijvingen van landschappen die hij zich herinnert of inbeeldt. Die geïdealiseerde herinnering aan Palestina deelt hij eveneens met vele anderen, en zelfs met de generatie die zich de concrete gebeurtenissen van 1948 niet kan herinneren.



 

Uit het feit dat Mahmoud Darwish buitengewoon populair is, valt af te leiden dat de boodschap die hij verkondigt er een is waar velen zich in kunnen vinden. Meer nog, het is er een waardoor velen zich diepgaand getroffen voelen, alsof de tekst zich rechtstreeks tot henzelf richt. Niet alleen ondersteunt dat een trots gevoel van Palestijns-zijn en een liefdevolle vereenzelviging met het land en andere Palestijnen, het is ook zo dat mensen samenkomen rond die teksten en zich er onderling door verbonden voelen. Zoals Darwish zelf tijdens zijn leven reeds opmerkte, speelt zijn poëzie een veel grotere rol dan een esthetische, een literaire. Ze is van psychologisch, sociologisch belang voor een grote groep mensen die probeert om te gaan met een trauma van enorme afmetingen, en probeert ondanks dat trauma haar identiteit te bewaren en te koesteren.

 

Download scriptie (406.74 KB)
Universiteit of Hogeschool
KU Leuven
Thesis jaar
2009