Waarom kiezen zoveel Belgen met slaapapneu voor slapen met een ‘slurfje’? Onderzoek onthult de belangrijkste redenen

Pauline
Vanhoof

Snurken en slaapapneu in België

Kunnen u of uw partner in één nacht een heel bos omzagen? Dat is zeker mogelijk, gezien het feit dat 2,65 miljoen Belgen snurken. Ongeveer 1,8 miljoen van deze mensen lijden aan obstructief slaapapneu. Patiënten die hieraan lijden, zullen niet alleen snurken tijdens hun slaap, maar ook tijdelijk stoppen met ademhalen als gevolg van een vernauwing ter hoogte van hun luchtwegen. Dit zorgt niet enkel voor relatieproblemen, maar brengt ook aanzienlijke gezondheidsrisico’s met zich mee, waaronder het verhoogde risico op hartaandoeningen of beroertes. Het vormt dus een belangrijk gezondheidsprobleem.

De dominante rol van CPAP

Gelukkig zijn er verschillende behandelingsopties beschikbaar. Momenteel worden er 124.066 patiënten behandeld voor slaapapneu, waarbij maar liefst 98% gebruik maakt van een CPAP-toestel of heeft de patiënt geen ademstilstanden meer en stopt deze ook met snurken. Hoewel dit misschien een ideale oplossing lijkt, vereist de behandeling acceptatie en langdurige inzet van de patiënt.

Naast CPAP zijn er echter nog veel andere behandelingen voor slaapapneu, waaronder een MRA. Dit is een nachtbeugel die voor het slapengaan in de mond wordt geplaatst en de kin naar voren brengt, waardoor de luchtweg open blijft en de symptomen verdwijnen. Ook hier is de blijvende inzet van de patiënt cruciaal voor het succes van de behandeling. Daarnaast zijn er chirurgische oplossingen beschikbaar voor mensen die op zoek zijn naar een permanente oplossing. Een voorbeeld hiervan is MMA-chirurgie, waarbij de kaken naar voor worden geplaatst om ruimte te creëren ter hoogte van de luchtweg, waardoor de symptomen ook zullen verdwijnen. Het is echter belangrijk om op te merken dat niet elke patiënt rechtstreeks in aanmerking komt voor elke behandeling.  

Momenteel wordt er dus slechts 2% van de patiënten behandeld met een therapie die niet bestaat uit CPAP. In dit onderzoek vroegen we ons af of deze patiënten bewust kiezen voor het slapen met een “slurfje” of dat er onderliggende redenen zijn die hun keuzes beïnvloeden.

Huidige behandelsituatie van slaapapneu patiënten in België: 98% kiest voor CPAP, slechts 2% voor een andere behandeling.

Gebrek aan kennis van slaapapneu patiënten

Als eerste ben ik op zoek gegaan naar de kennis en denkwijze van deze patiënten door hen in het slaaplabo een vragenlijst te laten invullen. Wat blijkt? De meerderheid van de patiënten heeft weinig tot geen kennis over hun aandoening en de mogelijke behandelingsmogelijkheden, behalve als het gaat om CPAP. Dit kan mogelijk verklaard worden doordat de patiënten aangeven dat hun kennis voornamelijk afkomstig van vrienden en familie. Aangezien CPAP nog steeds de meest gebruikte therapie is, is het dus begrijpelijk dat mensen vooral deze behandeling kennen.

Kennis van slaapapneu patiënten over hun aandoening en de gekozen behandelingen. De kennis van de patiënten was slecht, met uitzondering van de CPAP kennis.

Nadat de patiënten wat meer informatie kregen over mogelijke behandelingen, gaf het merendeel van de patiënten aan dat ze zowel voor CPAP als MRA zouden kiezen. Dus, een groot deel van de patiënten kiest vrijwillig voor het slapen met een slurfje! Maar, bijna evenveel patiënten zouden ook kiezen voor het slapen met een beugel! Waarom vertaalt dit zich dan niet naar de praktijk?

Terugbetaling als belangrijke factor

Om dit te kunnen verklaren ben ik in patiëntendossiers gedoken. Ik ging op zoek naar welke behandelingen werden voorgesteld aan patiënten, na hun diagnosenacht in het slaaplabo. Maar voordat ik de resultaten bekendmaak, is enige achtergrondinformatie noodzakelijk: Patiënten met slaapapneu hebben mogelijk recht op terugbetaling van een CPAP of MRA behandeling als de aandoening ‘ernstig genoeg is’. Dit wordt bepaald met behulp van een index die aangeeft hoe vaak een patiënt per uur stopt met ademhalen. Als de index ≥15 is, komen ze in aanmerking voor terugbetaling. Op basis hiervan heb ik de groep opgesplitst in 2 kleinere groepen: een groep waarbij patiënten wel recht hadden op terugbetaling en een groep die dat niet hadden.

Ten eerste is vastgesteld dat patiënten die in aanmerking komen voor terugbetaling, sneller met een behandeling beginnen dan degenen zonder recht op terugbetaling. Verder blijkt uit mijn onderzoek dat patiënten de uitleg van hun arts als belangrijk beschouwen en ook hun advies opvolgen.

Laten we nu dieper ingaan op de behandelingsopties die aan patiënten werden voorgesteld. In de groep die geen recht had op terugbetaling, kreeg bijna niemand CPAP-therapie als behandelingsvoorstel. Echter, het tegenovergestelde was het geval in de groep die wel recht had op terugbetaling. Hier kreeg elke patiënt een aanbeveling waarin CPAP-therapie was opgenomen. Slechts 9,8% van deze laatste groep kreeg ook een extra alternatieve behandeling voorgesteld. Het lijkt er dus op dat de voorgestelde behandelingen afhankelijk zijn van of de patiënt in aanmerking komt voor terugbetaling.

Het effect van terugbetaling op het behandelvoorstel van de patiënten.

De rol van patiëntgerichte zorg

Omdat vooral mensen met recht op terugbetaling een behandeling opstarten en daarbij de aanbevelingen van hun arts opvolgen, is het dus niet verrassend dat zo'n groot aantal patiënten slaapt met een slurfje. We hebben namelijk aangetoond dat deze patiënten vrijwel uitsluitend CPAP als behandeloptie kregen aangeboden. Maar, in onze studie gaven de patiënten aan dat ze ook zouden openstaan voor een andere therapieën, zoals de MRA beugel, indien mogelijk. Omdat patiënten niet voldoende op de hoogte zijn van deze alternatieven, is het van groot belang dat hun arts hen hierover informeert.

Eerder onderzoek toonde aan dat het succes of falen van een behandeling sterk afhankelijk is van de betrokkenheid van de patiënt. Het lijkt daarom gepast om patiënten uitgebreid te informeren over alle beschikbare behandelingen. Hierdoor kan een patiëntgerichte zorg ontstaan, wat op zijn beurt kan leiden tot hogere tevredenheid en een betere therapietrouw. Het zou dus kunnen dat wanneer patiënten een uitgebreider behandelingsvoorstel ontvangen en meer inspraak zouden hebben in hun behandeling, het aantal "slurfjes" in België zou afnemen, terwijl het aantal andere behandelingen, waaronder nachtbeugels, zou kunnen toenemen.

Download scriptie (5.52 MB)
Universiteit of Hogeschool
Universiteit Antwerpen
Thesis jaar
2023
Promotor(en)
Elke Van de Casteele, Ellen Collier