Justice = who the judge is?

Loise
Waithira

 

Op 19 september werden we ontwaakt door het overlijden van The Notorious RBG: Een vrouwelijke rechter met een Joodse achtergrond, die gekend is voor haar progressieve, activistische aanpak en het streven naar gendergelijkheid.[1] Amerikaanse onderzoekers hebben meermaals de vraag gesteld of het uitmaakt wie de man of vrouw met de hamer achter de toga is. Deze thesis tracht eveneens deze vraag te beantwoorden, maar dan specifiek voor België. Daarvoor dienen de theorie, een aantal rechterlijke uitspraken, bestaande onderzoeken en de visies van een aantal Belgische rechters als belangrijke basis.

Vooreerst is het belangrijk om het beslissingsproces van rechters te begrijpen. Volgens de theorie van een aantal vooraanstaande Belgische & Nederlandse auteurs[2] is er een evolutie van bouches de la loi naar rechters die minder terugdeinzen om te wet te vertolken. Specifieker, vandaag interpreteren rechters de wet veel meer in tegenstelling tot vroeger waarbij men de regels zonder meer toepaste. Verder is het beslissingsproces van rechters eerder dynamisch dan mechanisch/statisch. Het is immers onmogelijk om dat proces van begin tot einde te omschrijven want elke persoon denkt eenmaal anders. Meer nog, zelfs eenzelfde rechter zal gelijkaardige rechtszaken anders bestuderen. Bovendien zijn er een aantal factoren die het activisme bevorderen zoals de toename aan supranationale normen, de slechte kwaliteit van de wetgeving en de complexiteit van de hedendaagse maatschappij. Rechters dienen dan meer dan ooit een reflex tot flexibiliteit te hebben opdat rechtvaardigheid zich naar elke rechtszoekende kan uitstreken.

Ten tweede bevestigen een aantal empirische Amerikaanse onderzoeken dat het wel degelijk uitmaakt of de rechter bijvoorbeeld een conservatieve, Katholieke man is met 2 dochters. Met andere woorden, de persoonlijke achtergrond van de rechter, de attitude, levenservaring en zelfs het feit of de rechter al dan niet gegeten zou hebben: dit zijn allemaal factoren die de uitspraak kunnen beïnvloeden. De nadruk is op kunnen, want enkel een empirisch onderzoek bij Belgische rechters kan tot representatieve conclusies leiden. Niettemin is het zo dat de rechters vandaag meer ruimte hebben om in te spelen op de veranderingen in de maatschappij. De mate waarin dit zal geschieden zal afhangen van de man of vrouw met de hamer. Ten slotte, de potentiële invloed van de persoon van de rechter betekent niet per se dat de rechter bevooroordeeld is. Daarentegen, die personal touch is net hetgeen dat diens empathisch vermogen vergroot. Op die wijze is het mogelijk om human, custom-made justice te bewerkstelligen waardoor elke rechter in staat is om zich in te leven bij elke burger en zijn of haar rechtsproblemen. Bovenal, de Hoge Raad voor Justitie (Hierna: ‘HRJ’) heeft de voorbije jaren inspanningen gedaan om de selectie van bekwame rechters zo veel mogelijk te objectiveren.[3] In het algemeen zijn de gekozene rechters vandaag derhalve meer in staat om objectief te oordelen los van hun persoonlijke invloed.

Het voorgaande leidt tot de volgende conclusies: De rechter die de zaak behandelt is wel degelijk relevant. Men verwacht dat rechters hun persoonlijkheid aan een kapstok zullen hangen bij het binnentreden van de rechtszaal: een utopie. Daarom is het cruciaal dat de bevoegde instanties zoals de HRJ en het Instituut voor Gerechtelijk Onderwijs voldoende inspanningen blijven leveren om ervoor te zorgen dat de benoemde rechters geschikt zijn voor de actuele, snel evoluerende maatschappij. Uitdagingen zoals migratie, terrorisme en technologie vereisen eveneens studenten die voldoende gevormd zijn om daarmee om te gaan. Het is daarom essentieel dat de universiteiten meer aandacht zouden besteden aan een breed maatschappelijk denken bij de opleiding van onder meer rechtenstudenten.

Ten slotte dienen bovenstaande vaststellingen weerspiegeld te worden aan de huidige regel van een alleenzetelende rechter in burgerlijke zaken. In eerste aanleg en hoger beroep worden de rechtszaken vandaag in principe door een alleenzetelende rechter behandeld. De hinkstapsprong van voormalige Minister van Justitie Koen Geens is een ode aan snel, goedkoop en efficiënte justitie.[4] Maar daarbij pauzeer ik: is het wél efficiënt en rechtvaardig dat 1 rechter onder druk, een zaak moet behandelen en daarbij menselijke fouten zou maken,[5] wat tot hoger beroep zal leiden en daarbij geen keuze heeft om de behandeling in een collegiale zetel te vragen? Vergeten we niet dat rechters geen robots zijn die de wet slaafachtig moeten gehoorzamen? Daarom is diversiteit in de magistratuur essentieel. De HRJ kan wel inspanningen blijven doen om objectieve rechters te selecteren. Echter, indien de regel van een alleenzetelende rechter blijft, dan is een diversiteit aan achtergronden en visies noodzakelijk om de objectiviteit in de rechtbank hoog te houden. Justice is indeed who the judge is. But justice is also who the society shapes as a judge.

 

[1] J. VAN HESSCHE & S. VERSCHEUREN, Amerikaanse opperrechter Ruth Bader Ginsburg (87) overleden, 19 september 2020 (www.tijd.be/politiek-economie/internationaal/vs/amerikaanse-opperrechte…).

[2] W. VAN GERVEN, Het beleid van de rechter, Antwerpen: N.v. Scriptoria, 1973; G.J. WIARDA & T. KOOPMANS, Drie typen van rechtsvinding, Zwolle: W.E.J. Tjeenk Willink, 1999; J.B.M. VRANKEN, Algemeen deel **** in Mr. C. Asser’s handleiding tot de beoefeningvan het Nederlands burgerlijk recht, Zwolle: W.E.J. Tjeenk Willink, 2005.  

[3] MICHAUX, VERVAEKE, VAN DAELE & MORTIER, "Selectieprocedure van magistraten: Analyse van de betrouwbaarheid en validiteit van het Nederlandstalig vergelijkend toelatingsexamen tot de gerechtelijke stage", NJW 2019, p. 180.

[4] GEENS 2015 (https://cdn.nimbu.io/s/1jn2gqe/assets/Plan_justitie_18maart_NL.pdf).  

[5] Onder meer in de zaak Julie van Espen (www.vrt.be/vrtnws/nl/2020/02/11/brief-ouders-julie-van-espen/).

Download scriptie (1.08 MB)
Universiteit of Hogeschool
Universiteit Gent
Thesis jaar
2020
Promotor(en)
Professor Piet Taelman