Er was eens ... Tsjecholoswakije, een analyse van de splitsing

Matthias Vanderaspoilden
Persbericht

Er was eens ... Tsjecholoswakije, een analyse van de splitsing

Waarom moest Tsjechoslowakije splitsen?

 

Tsjechië en Slowakije zijn op 1 mei hand in hand de Europese Unie binnengestapt. Nochtans vonden beide landen het eind 1992 nodig om elkaar na maandenlange onderhandelingen de rug toe te keren. De splitsing was volgens de meeste Tsjechoslowaken absoluut niet noodzakelijk, maar toch besliste een kleine politieke elite dat beide landen vanaf 1 januari 1993 elk hun eigen koers zouden varen. Ruim een decennium later zijn vele vragen nog steeds niet opgelost. Een terugblik.

 

T

oen in de zomer van 1992 bleek dat Tsjechen en Slowaken niet meer met elkaar konden samenleven, reageerden veel Europeanen verrast. Tsjechoslowakije vierde op dat moment immers bijna zijn vijfenzeventigste verjaardag en jarenlang leek er geen vuiltje aan de lucht. Dat was schijn, zo blijkt.

 

“Meer nog”, vertelt Jonatan Tomeš, “het was onvermijdelijk dat het tussen Tsjechen en Slowaken ooit zou mislopen.” Tomeš werkte een poos als medewerker van Václav Havel, de laatste president van Tsjechoslowakije en de eerste van de Tsjechische Republiek. Hij is historicus en tolk en kent als geen ander de geschiedenis. Jonatan Tomeš wijst vooral op de wortels van het Slowaakse nationalisme: “Bij de oprichting van Tsjechoslowakije in 1918 heeft initiatiefnemer Tomas Masaryk de verschillen tussen beide volkeren te weinig gerespecteerd. Masaryks idee was geniaal: een nieuwe staat in het hart van Europa als buffer tegen het geweld, maar hij vergat dat Tsjechen en Slowaken geen natuurlijke band hadden.”

 

Federalisering

 

Tijdens de Tweede Wereldoorlog kwam het Slowaakse nationalisme heel duidelijk tot uiting. De Slowaken kozen de kant van Hitler in de hoop hun nationalistische ambities waar te maken, terwijl de Tsjechen het erg zwaar te verduren kregen. Na de oorlog werden Tsjechië en Slowakije opnieuw samengebracht: Tsjechoslowakije werd een communistische staat.

Tijdens de Praagse Lente van 1968 kwamen de nationalistische gevoelens nog eens bovendrijven. Dankzij de Slowaak Alexander Dubček ontstond er een federale staatsstructuur. Vooral de Slowaken hoopten dat er binnen dit systeem meer ruimte voor zelfontplooiing zou zijn. Dat bleek tevergeefs, want in de praktijk bleef de federalisering een lege doos: de parlementen hadden geen enkele betekenis en alle politieke organen bleven in Praag gevestigd.

 

Goede buren, verre vrienden

 

De Tsjechen en de Slowaken mochten dan wel een land delen, figuurlijk leefden ze naast elkaar. Dat werd nog maar eens duidelijk tijdens de Fluwelen Revolutie van 1989. In Praag voerden de Tsjechen hevig verzet tegen het communistische bestuur, terwijl men in Bratislava vooral toekeek. “Het was pas na de val van het communisme dat de Slowaken zich opnieuw in de debatten mengden”, vertelt Jonatan Tomeš. “Op dat moment greep men immers terug naar het federale stelsel en werd de staat na een lange discussie ‘Tsjechoslowaakse Federatieve Republiek’ gedoopt.”

Opvallend was dat niemand die naam gebruikte. In Tsjechië bleef men het over Tsjechoslowakije hebben en in Slowakije sprak met over Tsjecho-Slowakije. Het liggend streepje moest de Slowaakse identiteit benadrukken. Ook over andere punten kon men nog nauwelijks compromissen sluiten.

 

Bij de verkiezingen van juni 1992 liep het helemaal uit de hand: in Slowakije won de links-nationalistische Vladimír Mečiar, in Tsjechië ging de rechts-liberale Václav Klaus met de overwinning lopen. Beide heren hadden geen zin om verregaande politieke compromissen te sluiten. Ze wilden hun eigen koers varen en besloten daarom zelf het land te splitsen. President Havel was daarover zo ontstemd dat hij aanvankelijk niet eens reageerde.

 

Dertig akkoorden

 

Waarnemers vinden het stilzwijgen van Havel een cruciale stap in de splitsing van het land. Een van hen is Jiří Pehe, voormalig adviseur van de oud-president. In 1992 was hij journalist bij Radio Free Europe/Radio Liberty.

 

Dat Havel door zijn stilzwijgen gefaald heeft, wordt door anderen betwist. De president drong immers aan op een referendum over het thema. Het is pas nadat Klaus en Mečiar zijn vraag keer op keer negeerden, dat hij het voor bekeken hield. Havel nam ontslag op 20 juli 1992, drie maanden voor het einde van zijn ambtstermijn.

Door Havels ontslag kregen Klaus en Mečiar vrij spel en kon de splitsing in een aantal onderhandelingsrondes uitgetekend worden. Het duurde nog tot november voor het Federale Parlement en de Nationale Raden zich achter dat plan schaarden. Door hun goedkeuring werd de splitsing definitief.

 

En zo gebeurde het dat wie op oudjaar 1992 in Tsjechoslowakije begon te feesten, in een ander land ging slapen. Vanaf 1 januari 1993 vormden de Tsjechische en de Slowaakse Republiek niet langer één staat, maar waren het officieel buurlanden van elkaar. Om de overgang niet te bruusk te laten verlopen, bepaalden niet minder dan dertig akkoorden hoe verdere samenwerking tussen de landen mogelijk was.

 

Sombere herinneringen

 

Een referendum kon ook geen oplossing bieden op de vraag welke staatsvorm de voorkeur kreeg: een federatie, een confederatie of nog een andere vorm? “De manier waarop de splitsing gebeurde was verre van democratisch, maar het was wel de beste manier”, aldus Pehe.

Dat vindt ook Václav Havel, misschien wel de grootste tegenstander van de splitsing. In zijn allerlaatste nieuwjaarstoespraak, op 1 januari 2003, erkende hij voor het eerst openlijk dat de splitsing van het land “ondanks een wrange nasmaak misschien wel de beste keuze was”.

 

Toch blijft bij veel Slowaken en een minderheid van Tsjechen een sombere herinnering hangen. Tsjechië evolueerde erg snel naar een vrije markteconomie – “Te snel!”, zeggen sommigen – en Slowakije kampt nog steeds met erg hoge werkloosheidscijfers.

De kleine groep voorstanders van de splitsing heeft in 1992 duidelijk te weinig rekening gehouden met de soms dramatische gevolgen voor een meerderheid van de bevolking… ¡

 

(mvdr)

 

 

Universiteit of Hogeschool
Communicatiebeheer
Publicatiejaar
2004
Share this on: