De leef-en denkwereld van een koloniaal en zijn gezin in Belgisch-Congo (1947-1961). Analyse van een privé-archief.

Jef
Hermans

Retourticket naar Belgisch – Congo

 

Jef Hermans

 

De laatste jaren is het item alsmaar belangrijker geworden. Wekelijks komt het in het nieuws: Congo, onze vroegere kolonie. De verhoogde interesse vloeit niet alleen voort uit de aanhoudende problemen. Ook de aanstaande feestelijkheden hebben hier een invloed op. In 2008 herdenken we dat Kongo – Vrijstaat 100 jaar geleden aan België werd gehecht. In 2010 wordt dan weer de 50 - jarige onafhankelijkheid van onze vroegere kolonie gevierd. Om deze redenen ontstaat er stilaan een intensere literatuur. Meer en meer mensen beseffen hierdoor dat de Belgische kolonialen een zeer speciale tijd meegemaakt én gemaakt hebben… Een tijd waar veel over gesproken en gedroomd wordt.

 

René Hermans was een avontuurlijke jongeman die in 1947 zijn carrière wenste uit te bouwen in de kolonie. Als burgerlijk ingenieur mijnbouwkunde zou er zeker en vast wel een toekomst voor hem weggelegd zijn. Zoals het de gewoonte was, vertrok hij enkele maanden voor zijn vrouw Mia naar naar het verre en onbekende Congo. Zijn werkplaats was echter geen stad of dorp, het was een kampement in de brousse. Dit kamp, dat hij zelf nog moest uitbouwen tot een heuse post, kon je alleen maar bereiken met de prauw en de aloude tipoi. In deze afgelegen plaats diende René prospectie te doen naar goud en tinoxide. Wanneer hij deze opgespoord had, kon de ontginning beginnen. Hiervoor kreeg hij hulp van zijn werknemers, een inlandse stam, bestaande uit 250 leden.

 

Had deze man echter genoeg aan zijn durf, avontuurlijkheid en zijn droom naar groot geld om door te zetten? Vermoedelijk niet, want 15 maanden na de start van dit avontuur staat de familie Hermans weer thuis. Was de opgelopen kater echter voldoende om nooit meer terug te keren naar de roemrijke kolonie van België? Ook niet, want na ettelijke maanden relativering en werk zoeken, aanvaardt René een functie bij de overheid als ingenieur - inspecteur van technische installaties in – jawel – de kolonie.

 

Zijn retourticket zal dit maal veel meer opbrengen. Hij en zijn gezin zullen vanaf 1949 tot 1960 in Elisabethstad, het huidige Lubumbashi, verblijven. Een plaats waar het klimaat veel aangenamer is dan in de vochtige Evenaarsprovincie. Verder ontmoeten ze andere kolonialen, is er de nodige luxe en hebben ze een brede waaier aan ontspanningsmogelijkheden tot hun beschikking.

 

Wanneer de kolonialen na drie jaar op statutair verlof naar de metropool vertrekken, staat de hele familie in het moederland op stelten: ‘De familie Hermans is teruggekeerd uit den Kongo op verlof’. Ze werden door de thuisblijvers met de nodige egards ontvangen. Dit omwille van de wonderlijke verhalen, de foto’s en het filmmateriaal. Zinnen als “Hebt gij die beelden van tante Mia naast die giraf gezien?“ of “Zijn dat nu de zwarten die jullie bedienen?” werden veelvuldig in brieven genoteerd.

 

Ondanks dat kolonialen veel verdienden en de zon altijd leek te schijnen in de kolonie, was er ook een andere waarheid. De waarheid dat de ouders van Mia overlijden zonder dat zij aanwezig kon zijn bij het sterfbed of de uitvaartplechtigheid. De waarheid dat ze zich ver van hun moederland bevonden, zich soms eenzaam voelden, ernstige ziektes opliepen en geregeld autopannes hadden. Al deze zaken brachten het nodige verdriet, heimwee, gevloek en gesakker met zich mee.

 

We zouden echter al het vorige niet geweten hebben, indien René niet systematisch zijn fototoestel en camera boven haalde en Mia niet geregeld de pen ter hand nam om naar familie en vrienden in het thuisland te schrijven. René, geboeid door de nieuwste en modernste snufjes, filmde alles van enige waarde om aan het thuisfront te bezorgen. Hij filmde meer dan alleen de typische familietafereeltjes. Hij ging veel verder. Zo zien we op het beeldmateriaal jachtpartijen, inlandse dorpen, fabrieksinstallaties, ondergelopen wegen die René tijdens zijn inspectiereizen of hun vakantie – uitstappen vastlegde. Had hij zijn camera niet bij de hand, dan maakte hij wel gebruik van zijn fototoestel. Niet voor niets verzamelde hij zo doorheen zijn 13 - jarige koloniale carrière meer dan 13 uren film en 1180 foto’s.

Mia deed niet onder voor René. Dankzij haar is er een uitgebreide schriftelijke correspondentie gebeurd. Elke brief die zij kreeg, beantwoordde zij nauwgezet. Hiervoor spaarde ze noch moeite of tijd. Zij en René hielden ook alle brieven bij die ze ontvingen. Bij het overlijden van een correspondent vroegen ze de brieven - die ze ooit verstuurd hadden - terug. Dit levert nu een archief op met ‘vraag – antwoord brieven’.

 

In juli 1960 eindigde het wonderlijke leven in de kolonie zeer plots. De machtsoverdracht loopt uit de hand en alle blanken vluchten of worden verdreven. Ze laten have en goed voor wat het is. Allemaal? Nee! Door een toeval was de familie Hermans op statutair verlof in België. René, die de situatie zelf onder ogen wilde zien, zal de opgezette luchtbrug tussen Congo en Brussel in de omgekeerde volgorde nemen. Zijn familie blijft uit veiligheidsoverweging in België achter. In de – ondertussen – afgescheurde Republiek Katanga zal René een tijdje werken voor de regering van president Tshombe. René dient er mee te werken aan de afrikanisering van de kaders. In zijn vrije tijd zal hij het achtergelaten materiaal van henzelf, maar ook van vrienden, verzenden. Wetende dat hij eigenlijk de rebellen steunt, zal onze koloniaal eind december weer naar België keren. Het belangrijkste is immers geregeld: hij heeft hun bezittingen kunnen redden, zodat het mogelijk wordt een nieuw leven in België te starten.

 

En wat erna? Heel sporadisch rakelde de familie een herinnering op, vertelden ze over hun leven in Belgisch-Congo of speelden ze er een filmpje over… De foto’s worden verdeeld onder de kinderen… De periode in Belgisch - Congo werd stilaan vergeten en bij andere herinneringen opgeborgen. Het was een afgesloten hoofdstuk.

 

Hun kleinzoon zal omwille van zijn interesse in de kolonie, een eindwerk schrijven over zijn grootouders. Wat voor hem begon als het verzamelen van een paar foto’s, werd het aanleggen van een grote fotodatabank. Idem dito voor de brieven en de films. Om het archief bij elkaar te verzamelen, werd er tot in de donkerste hoeken gezocht en brieven over de hele wereld verstuurd naar allerlei instellingen en personen.

 

Het resultaat werd behalve de scriptie, opnieuw het ophalen van herinneringen voor de hele familie. Het is een kritische terugblik op een periode die nu nog steeds tot de verbeelding van vele mensen spreekt. Dit getuige het succes van de tentoonstelling van het K.M.M.A. in Tervuren.

 

Bibliografie

 

 

 

1946

1

1947 

141

1948

117

1949

96

1950

108

1951

110

1952

95

1953

123

1954

112

1955

123

1956

89

1957

78

1958

114

1959

102

1960

143

datumloos

31

TOTAAL

1583

 



 

 

1946

6

1947

76

1948

31

1949

76

1950

82

1951

129

1952

34

1953

83

1954

49

1955

44

1956

154

1957

32

1958

22

1959

41

1960

20

1961

3

1987

2

datumloos

296

TOTAAL:

1180


 

 

 

 

 

 

1

29

1953

‘53/’56/’58 Elisabethstad, straten en gebouwen, werken, kinderen en kennissen

30

2

32

1954

Huis en tuin, boys aan het werk, familietaferelen in Belgisch - Congo

60

3

36

1954

Inspectiereis doorheen Jabotville, Kolwezi, …

60

4

38

1954

Reis naar Zuid - Afrika deel 1

60

5

39

1954

Reis naar Zuid - Afrika deel 2

60

6

1

1955

Inspectiereis

30

7

3

1955

Kinderen met DC6 naar België, inspectiereis en verlof in Belgisch - Congo

60

8

13

1955

Onderweg in Belgisch - Congo

30

9

15

1955

Koning Boudewijn in Elisabethstad

30

10

16

1955

Op kamp naar Luapula in Kasenga, boys aan het werk, inspectiereis

30

11

22

1955

Naar zoo met auto en zoo zelf in Elisabethstad, parademonstratie

60

12

30

1955

Met VAB op bootreis, jachtpartij, zoo

15

13

35

1955

Doop kind, familietaferelen, bouw zwembad

60

14

37

1955

Jachttafereel, boys aan het werk, inspectiereis

60

15

40

1955

Communie van kind in Elisabethstad, tuintaferelen

30

16

5

1956

Reis naar Zwitserland

60

17

6

1956

Kostschool in Landen, communie van kind in  Boechout

30

18

12

1956

Bunsbeek: Processie, oogst en boerenleven

30

19

17

1956

Verblijf aan zee en Lourdes

30

20

24

1956

Bootreis terug naar Belgisch - Congo

30

21

33

1956

Vliegreis van Belgisch - Congo naar Brussel met tussenstops

60

22

34

1956

Naar Lourdes

60

23

20

1958

Reis in Kivu, familietaferelen, kamperen in de brousse

60

24

26

1958

Familietaferelen in Belgisch - Congo en beelden van reizen

30

25

2

1959

Inpak en vertrek naar België, trouw en familietaferelen

30

26

21

1959

Belgisch - Congo, familietaferelen

60

27

7

1960

Verlof in België, Heverlee, vertrek naar Belgisch -Congo van RH

30

28

19

1960

Processie in België, huis gekocht in Kontich

15

29

19

19??

Elisabethstad

15

30

25

1960

Zwitserland, Bunsbeek, Heverlee…

30

31

31

1960

Heverlee, Boechout… familietaferelen

25

 

HERMANS (D. R.), Geschiedenis Hermans – Deel geschiedenis René Hermans, Kontich, eigen mémoires, s.d., 154 p.

 

HERMANS (W.), Donkere wolken aan de horizon, s.l., eigen mémoires in boekvorm, s.d., 232 p.

 

PEETERMANS (G.), Ik was een territoriaal, La Manga del Mar Menor (Spanje), eigen mémoires, s.d., 18 + 3 p.

 

Dossiernummer D36321  SPA (6184):

GG Service du Personnel N° Matricule: 94140

Dossier personnel : M. Hermans René Desiré                 

 

ADRIAENSENS (R.), Pan zonder fluit, Antwerpen/Amsterdam, Standaard Uitgeverij, 1979, 141 p.

 

AERTS (B.), LESAFFER (P.), SUAREZ (S.), “Vraag van de week: Heeft het zin in het verleden te blijven graven?”, In: De Standaard, 09.06.2001, http://www.destandaard.be/archief

 

AERTS (M.), De zusters van liefde en Maria in Congo: een studie van hun leef- en denkwereld aan de hand van hun briefwisseling (1891-1900), Gent, RUG (onuitgegeven licentiaatsverhandeling), 2000, 349 p.

 

BAELDE (B.), De kongolese vrouw tijdens de kolonisatie. Beelden over de zwarte vrouw (1920-1960), Gent, RUG (onuitgegeven licentiaatsverhandeling), 1999, 213 p.

 

BAETS, DE (A.), De figuranten van de geschiedenis: hoe het verleden van andere culturen wordt verbeeld en in herinnering gebracht, Berchem, EPO, 1994, 254 p.

 

BAL (G.), Non-fiction film als historische bron. Theoretische en praktische analyse aan de hand van een repertorium van filmarchieven in Vlaanderen, Gent, RUG (onuitgegeven licentiaatsverhandeling), 1987, 213 p.

 

B.C.K., Compagnie du chemin de fer du Bas-Congo au Katanga: 1906-1956, Bruxelles, M. Weissenbruch S.A. Imprimeur du Roi, 1956, 200 p.

 

BEGHIN (P.), “De “inheemse politiek” in Belgisch Kongo”, In: Politica, XXI, 1971,           pp. 202 – 12.

 

BEIRLANT (B.), “Peter Verlinden over de dekolonisatie”, De Standaard, 14.02.2002, http://www.destandaard.be/archief

 

BELLE, VAN (G.), De beeldvorming van de Belgische koloniaal over Zichzelf, Afrika en de Afrikaan. Studie en bespreking van een aantal rapporten van expedities in Congo Vrijstaat tussen 1887 en 1903, Gent, UGent (onuitgegeven licentiaatsverhandeling), 2002, 95 p.

 

BENDEGEM, VAN (J.-P.), “Hoe neutraal is mijn wetenschap als het op samenleven aankomt?”, In: Samenleving en politiek, VIII, 2001, 3, pp. 52-56

 

BILSEN, VAN (J.), Kongo 1945 – 1965: Het einde van een kolonie, Leuven, Davidsfonds, 1993, 283 p.

 

BILTEREYST (D.), VAN DE WINKEL (R.), Bewegend geheugen: een gids naar audiovisuele bronnen over Vlaanderen, Gent, Academia Press, 2004, VI + 363 p.

 

BLONDEEL (W.), De jongste Congo-opstoot: mag het ietsje meer zijn?, A.V.R.U.G, http://www.avrug.be

 

BOM VAN DRIESSCHE-DELANNOY, DE (P.), Mwadi Kayembe, s.l., editions C & C, 2004, 156 p.

 

BOONE (M.), HOWELL (M.), PREVENIER (W.), Uit goede bron: Introductie tot de historische kritiek, Leuven/Apeldoorn, Garant, 2000, 205 p.

 

CASTRYCK (G.), VANHEE (H.), “Inleiding: Belgische historiografie en verbeelding over het koloniale verleden”, In: BTNG/RBHC, XXXII, Gent, 2002, 3-4, pp. 1-16.

 

CAUVIN (A), Bwana Kitoko, Parijs-Brussel-Amsterdam-New York-Houston, Elsevier, 1956, 112 p.

 

CEUPPENS (B.), Congo made in Flanders? Koloniale Vlaamse visies op “blank” en “zwart” in Belgisch Congo, Leuven, Davidsfonds, 2003, LXXII + 856 p.

 

CEUPPENS (B.), Onze Congo? Congolezen over de kolonisatie, Leuven, Davidsfonds, 2003, 112 p.

 

CLAES (G.), Vergeten levens onder te tropenzon. De blanke vrouw in Kongo, 1885 – 1940, Leuven, KUL (onuitgegeven licentiaatsverhandeling), 1980, 173 p.

 

CLAES (S. J.), (red.), Verschueren, Groot Geïllustreerd Woordenboek, Antwerpen, Standaard Uitgeverij, 1991, 2287 p.

 

CLEYS (B.), Dequae A.: De zelfgenoegzaamheid van een koloniaal bestuur (1950-1954), Gent, UGent (onuitgegeven licentiaatsverhandeling), 2002, s.p.,    http://www.ethesis.net/dequae/dequae.htm

 

COLMAN (G.), Naar een elite voor de gewestdienst van Belgisch-Kongo en Rwanda-Urundi. De studenten van de Koloniale Hogeschool te Antwerpen (1920-1962), Gent, RUG (onuitgegeven licentiaatsverhandeling), 1987, 169 p.

 

COMAROFF (J.), “The End of History, Again? Pursuing the Past in the Postcolony”, In: Postcolonial Studies and Beyond, Durham, Duke University Press, 2004, s.p.

 

COOLSAET (R.), België en zijn buitenlandse politiek, 1830-2000, Leuven, Van Halewijck, 2001, 725 p.

 

CORBEY (R.), Wildheid en beschaving: de Europese verbeelding van Afrika, Baarn, Ambo, 1989, 182 p. + ill.

 

CORNELIS (W.A.S.), “De verloedering van de Derde Wereld”, In: A. Roes & E. Vanhaute (eds.), Reader: Inleiding tot het wereld – systeem perspectief, pp. 333 – 347

 

CORNELIS (W.A.S.), “De verwestering van het wereld – systeem: een benadering vanuit de Derde Wereldrealiteiten”, In: A. Roes & E. Vanhaute (eds.), Reader: Inleiding tot het wereld – systeem perspectief, pp. 348 - 367

 

CORNET (J.-A.), TURCONI (A.), Zaïre: Volken/kunsten/cultuur, Antwerpen, Mercator-fonds, 1989, 405 p.

 

DEBLOCK, (E.), ‘Alles gaat over sex tegenwoordig’. Lezersbrieven als kleurrijke facetten van het verleden. Een mentaliteitshistorische mozaïek van het denken over seksualiteit en sekse in Humo’s Open Venster na 1960, Gent, UGent (onuitgegeven licentiaatsverhandeling), 2004, 300 p.

 

DEBROEY (K.), Opgroeien als blank kind in Kongo, 1945 – 1960, Leuven, KUL (onuitgegeven licentiaatsverhandeling), 1985, 230 p.

 

DELVAL (N.), Schuld in Kongo?, Leuven, Davidsfonds, 1966, 64 p.

 

DELVAUX, (R.), L’organisation administrative du Congo Belge, Antwerpen, V. Van Dieren & Co, s.d., s.p.

 

DEMBOUR (M.-B.), Recalling the Belgian Congo: Conversations and Introspection, New York/Oxford, Berghahn Books, 2000, 235 p.

 

DEPAEPE (M.), De pedagogisering achterna: Aanzet tot een genealogie van de pedagogische mentaliteit in de voorbije 250 jaar, Leuven/Leusden, Acco, 2003, 288 p.

 

DEWOLF (E.), Beeldvorming over zwarten in het Missietijdschrift ‘Missiën van Scheut’, Gent, RUG (onuitgegeven licentiaatsverhandeling), 1999, 147 + 48 p.

 

DIENST VOOR DE VOORLICHTING EN DE PUBLIEKE RELATIES VAN BELGISCH-CONGO EN RWANDA-URUNDI IIIe DIRECTIE “TOERISME”, Reisgids, Brussel, dienst voor de voorlichting en de publieke relaties van Belgisch-Congo en Rwanda-Urundi IIIe Directie “Toerisme”, 1958, 792 p.

 

DOOM (R.), “Op naar Congo”, In: Samenleving en politiek, V, 1998, 7, pp. 28-33

 

DOOM (R.), “We hoeven Congo niet te redden”, In: De Standaard, 01.07.2000, http://www.destandaard.be/archief

 

DOORSLAER, VAN (R.), “De ondergang van de kolonialen. Over Peter Verlindens Weg uit Congo, de sociale herinneringen van de kolonialen en de wetenschappelijke geschiedschrijving”, In: Bijdragen tot de eigentijdse geschiedenis, XI, 2003, pp. 161 – 75.

 

DUNK, VON DER (H.W.), “Over de betekenis van egodocumenten. Een paar aantekeningen als in – en uitleiding”, In: Tijdschrift voor geschiedenis, LXXXIII, 1970, pp. 147 – 61.

 

DURIEUX (A.), Institutions politiques, administratives et judiciaires du Congo Belge et du Ruanda – Urundi, Brussel, 1956, 108 p.

 

EEGHEM, VAN (J.), Getuigenissen van een koloniaal, Oostende, Marc Schelfhout, 1993, 286 p. 

 

Encarta Winkler Prins Encyclopedie CD – ROM, 2000

 

ETAMBALA, (Z. A.), Congo ’55 – ’65 – Van koning Boudewijn tot president Mobutu, Tielt, Lannoo, 1999, 319 p.

 

EYNIKEL (H.), Onze Kongo. Portret van een koloniale samenleving, Antwerpen, Weesp, Standaard Uitgeverij, 1983, 252 p. 

 

FANON (F.), De verworpenen der aarde, Utrecht, Bruna, 1973, 249 p.

 

FETTER (B.), Colonial Rule and Regional Imbalance in Central Africa, Boulder/Colorado, Westview Press, 1983, pp. 125 – 201.

 

FRANÇOIS (L.), Cursus: politieke en institutionele geschiedenis van Afrika (geschiedenis van Afrika I), Academia Press, 2001, 120 p.

 

FRANÇOIS (L.), Inleiding tot de geschiedbeoefening I, Gent, Academia Press, 2001.

 

FRANSSENS (K.), “Vlamingen in Kongo”, In: Ons Erfdeel, XVIII, 1975, 11-12, pp. 689 - 701

 

GAUS (H.), “Verwachtingen en problemen van de mentaliteitsgeschiedenis”, In: BTNG, VI, 1975, 3-4, pp. 403-430.

 

GILLOT (J-L), La vie des Belges au Congo, Brussel, Daniel van Eeckhoudt, 1983, 229 p.

 

GOBYN (R.) Beelden als bron en illustratie na 1800, In: ART (J.), (red.), Hoe schrijf ik de geschiedenis van mijn gemeente?, deel 3b: hulpwetenschappen, Gent, Stichting Mens en Kultuur, 1996, p.  201 - 217

 

GOEMAN (L.), Topambtenaren in Belgisch-Kongo. Een studie naar beeldvorming bij ambtenaren in gewestdienst. 1958-1960, Gent, UGent (onuitgegeven licentiaatsverhandeling), 1997, s.p.             http://home.planetinternet.be/~ld907264/topambtenaren/bc

 

GOETHEM, VAN (S.), Jeugdwerking in Kongo, 1945-1960. KSA en VVKSM aan de vooravond van de onafhankelijkheid, Gent, UGent, (onuitgegeven licentiaatsverhandeling), 2003, 165 p.

 

HOBSBAWM (E.), Een eeuw van uitersten; De twintigste eeuw 1914 – 1991, Söderström (Finland), Het Spectrum, 2000, pp. 237 – 262.

 

JUCHTMANS (E.), Kongo na de dekolonisatie 1960-1963, Gent, RUG (onuitgegeven licentiaatsverhandeling), 1999, 184 p.

 

KERSTENS (P.), “Een brug naar Congo: bouwen of opblazen?”  http://cas1.elis.rug.ac.be/avrug/pdf02/verli_04.pdf

 

KREDIETBANK N.V., Economische toestand van België en Belgisch – Kongo, Kortrijk, Drukkerij Jos/Vermaut, 1958, 104 p.

 

LORENZ (C.), De constructie van het verleden. Een inleiding in de theorie van de geschiedenis, Amsterdam, Boom, 2002, 400 p.

 

MARCOS (E.), Les petit bateaux, In : Isugulu (Bruxelles), 2003, 2, p. 20

 

MATHYS (G.), De ster in het land der afgoden: Een interpretatie van de beeldvorming in de koloniale cinema (1947 – 1957): films met als thema het (koloniale) onderwijs, Gent, RUG (onuitgegeven licentiaatsverhandeling), 2003, 246 p. + bijlagen.

 

MEYER, DE (R.), Introduction au Congo Belge, Bruxelles, office de publicité, 1958, 129 p.

 

MINISTERIE VAN BELGISCH – CONGO EN RUANDA – URUNDI: ALGEMENE INSPECTIE VAN DE HYGIËNE, Volksgezondheid in Belgisch Afrika, Brussel, InforCongo, 1958, 77 p.

 

MONHEIM, (C.), Belgische kolonisatieplannen naar wijd en zijd, Antwerpen, Van Dieren & Co, 1943, 127 p.

 

NEDERVEEN PIETERSE (J.), Wit over Zwart: Beelden van Afrika en zwarten in de westerse populaire cultuur, Amsterdam, Koninklijk instituut voor de tropen, 1991, 257 p.

 

NEIRYNCK (K.), Biografie Jean Schramme: Realpolitiek in Kongo, Gent, RUG (onuitgegeven licentiaatsverhandeling), 1998, 2 v.

 

NDAYWEL È NZIEM (I.), Histoire générale du Congo. De l’héritage ancien à la Republique Démocratique, Brussel/Parijs, Deboeck & Lancier S.A., 1998, 956 p.

 

PAULI (W.), “De kolonisatie van het geheugen”, In: De Morgen Bis, 29.01.2005/2, E.

 

PEELE (R.) (eds.), Mining engineers handbook, NY, John Wiley & Sons, Inc., 1944, 2 v.

 

PERRE, VAN DE (M.), De Congo – film: beschavingsfactor en bron voor mentaliteitsgeschiedenis, Gent, RUG (onuitgegeven licentiaatsverhandeling), 1990, 2v.

 

RUYS (M.), “Kongo Vrij: Tussen verleden en toekomst”, In: De Standaard, 01.07.2000, http://www.destandaard.be/archief

 

RYON (F.), De laatste kolonialen: Vlamingen in de Congo 1950- 1960, Leuven, Uitgeverij Van Halewyck, 2005, 374 p.

 

SABENA, “Een blik in’t verleden (11): de DC-3 bij Sobelair”, In: Onze Sabena, Brussel, Sabena-Brussel, n° 469, december 1985, p. 17.

 

SABENA, “Een blik in’t verleden (15): de viermotorige Douglas DC-6 in België”, In: Onze Sabena, Brussel, Sabena-Brussel, n° 473, april 1986, p. 16.

 

SAID (E. W.), Oriëntalism, London, Penguin books, 2003, 396 p.

 

SAID (E. W.) (vert. L. Dorresteyn), Cultuur en Imperialisme, Amsterdam, Atlas, 1994, 439 p.

 

SCHAEF (A. W.), Woorden op de tong geschreven 365 traditionele wijsheden voor de westerse mens, Haarlem (NL)/Bloemendaal, Becht, 1997, 400 p.

 

SCHALBROECK (I.), Retrospectief Belgisch – Kongo. De dekolonisatie van een kolonie, Tielt, Lannoo, 1986, 175 p.

 

SCHÖLLER (A.), Congo 1959-1960: Mission au Katanga, Intérim à Léopoldville, Bruxelles, eds. Duculot, 1982, 263 p.

 

S.n., 1895-1970: Compagnie Maritime Belge: Antwerpen, Antwerpen, C. Govaerts Deurne, s.d., 51 p.

 

S.n., “Chronologie van een koloniaal tijdperk”, In: De Morgen Bis, 29.01.2005/2, A. 

 

S.n.,” reportage, Het Congo van koning Leopold: 100 jaar conrtoverse”, In: De Standaard,  14.02.2004, http://www.destandaard.be/archief

 

S.n., “weg uit Congo-juli 1960”, In: Knack, 21.01.2002, http://www.Knack.be

 

SPEETEN, VAN DER (G.), “De grote museumtest. Koninklijk Museum voor Midden-Afrika,  Het sorrymuseum”, In: De Standaard, 06.08.2002, http://www.destandaard.be/archief

 

STRAETEN, VAN DER (L.), Katanga in wereld - systeemperspectief, Gent, UGent (onuitgegeven licentiaatsverhandeling), 2001, 105 p.

 

TAGGART (A. F.), Handbook of mineral dressing: ores and industrial minerals, New York/London, John Wiley & Sons, Inc.; Chapman & Hall, Limited, 1947, s.p.

 

U.M.H.K., Union Minière du Haut Katanga : 1906-1956, Bruxelles, éditions L. Cuypers, 1956, 278 p.

 

VELLUT (J.-L.), “La politique africaine du Congo“, In: Cahiers Economiques et Sociaux, vol. III, n°3 , Leopoldstad, oktober 1965, pp. 339-54.

 

VERHOEVEN (N.), De Zusters van Liefde van Jezus en Maria in Kongo: een studie van hun ervaringen tijdens de woelige jaren van de onafhankelijkheid (1955-1965), Gent, UGent (onuitgegeven licentiaatsverhandeling), 2003, 203 p.

 

VERLINDEN (P.), Weg uit Congo: Het drama van de kolonialen, Leuven, Davidsfonds, 2002, 232 p.   

 

VERTHE (A.); c.i.c.m., Vlamingen in Kongo, Leuven, Davidsfonds, 1959, 228 p. 

 

VVK VAN ELISABETHSTAD, Sprokkelingen: blad van de Vlaamse vriendenkring te Elisabethstad, VVK van Elisabethstad, Elisabethstad, III, IV, V, VI, VII/1958

 

WOESTYNE, VAN DE (M.), “Boudewijn was welgekomen gast in onze kolonie: Mooie blanke man in Congo”, In: De Standaard, 30.06.2000, http://www.destandaard.be/archief

 

ZINZEN (W.), “Congolezen over Belgisch-Congo: De slaven van België”, In: De Standaard, 06.03.2003, http://www.destandaard.be/archief

Download scriptie (4.49 MB)
Universiteit of Hogeschool
Universiteit Gent
Thesis jaar
2005
Thema('s)