Das Polizeisystem in der Bundesrepublik Deutschland und in Belgien. Eine vergleichende Untersuchung

Ilse Goormachtigh
Persbericht

Das Polizeisystem in der Bundesrepublik Deutschland und in Belgien. Eine vergleichende Untersuchung

Het Belgische politiesysteem versus het Duitse politiesysteem

 

Een grondige studie van het politiesysteem in beide landen leert ons al snel dat België en Duitsland een sterk verschillend en complex politiesysteem bezitten. Het meest opvallende verschil ligt in de verdeling van de bevoegdheden. In Duitsland hebben de deelstaten verregaande bevoegdheden om hun eigen politiesysteem in te richten. In België daarentegen is de politiebevoegdheid toegekend aan de federale overheid. De Duitse federale overheid bezit op het vlak van politie enkel complementaire bevoegdheden. Vandaar dat Duitsland zestien politiediensten kent en België slechts één.

 

Organisatiestructuur

 

De zestien Duitse deelstaten hebben hun politiedienst in meerdere politiedistricten ingedeeld, die veelal samenvallen met de gedecentraliseerde besturen binnen de betrokken deelstaat. De indeling en de naam van die districten verschillen echter van deelstaat tot deelstaat. De laatste jaren proberen de deelstaten de verwarring dan ook te beperken door hun indeling te vereenvoudigen en dezelfde benamingen te hanteren. Naast de deelstaten beschikt ook de federale overheid over drie politiediensten: het Bundeskriminalamt - de Duitse federale recherchedienst -, de Bundespolizei – de Duitse federale politie – en het Bundesamt für Verfassungsschutz – de Duitse binnenlandse veiligheidsdienst.

In België is het systeem eenvoudiger. In 1998 werden de drie Belgische politiediensten – rijkswacht, gerechtelijke politie en gemeentepolitie – in één korps geïntegreerd en gestructureerd op twee niveaus. Het lokale niveau omvat nu 196 politiezones en staat in voor de basispolitiezorg binnen de politiezone. Het federale niveau bestaat uit 27 gerechtelijke arrondissementen en legt zich toe op gespecialiseerde en bovenlokale opdrachten.

De hervormingen binnen de Duitse deelstaten en de federale politiediensten zijn dus lang niet zo ingrijpend geweest als in België. Als gevolg daarvan is het Belgische politiesysteem transparanter geworden en is de interne samenwerking verbeterd. Ook in Duitsland komt het hervormingsproces op gang en zal algauw zijn vruchten beginnen af te werpen.

 

De taakverdeling hangt nauw samen met de verdeling van de bevoegdheden. De Duitse federale politiediensten hebben heel wat minder bevoegdheden dan de Belgische federale politie omdat de deelstaten bijna autonoom hun eigen systeem kunnen uitwerken en dus de meeste bevoegdheden toegewezen krijgen. Daardoor functioneren de politiediensten van de deelstaten en de federale politiediensten eerder naast elkaar.

Hoewel de drie Duitse federale politiediensten afdelingen hebben in elke deelstaat, controleren zij de politie in de betreffende deelstaat niet en worden ze enkel ingeschakeld bij nationale en internationale criminaliteit. De politiedienst van de deelstaat handhaaft de openbare orde en handelt lichte en zwaardere criminele feiten binnen de deelstaat af.

De band tussen de Belgische federale en lokale politie is veel hechter en hun samenwerking is bij wet voorgeschreven. Vier zogenaamde gedeconcentreerde diensten op arrondissementeel niveau verzekeren de samenwerking tussen lokale en federale politie. Zo kan de federale politie de lokale politie bijvoorbeeld ondersteunen met extra mensen en middelen.

In Duitsland blijft de samenwerking tussen de federale politiediensten en de politiediensten in de deelstaten beperkt tot een vrijwillig overleg tussen de verschillende ministers van Binnenlandse Zaken uit de deelstaten en de federale minister van Binnenlandse Zaken. Bij deelstatenoverschrijdende criminaliteit wordt er uiteraard samengewerkt.

 

Controle en toezicht

 

In tegenstelling tot de Duitse federale overheid beschikt het Belgische federale parlement over een controleorgaan voor de politie. Het Vast Comité P staat in voor externe controle en toezicht op de politiediensten in opdracht van het parlement.

Daarnaast is er ook een intern controleorgaan - de Algemene Inspectie van de Federale Politie en van de Lokale Politie –, dat ressorteert onder de ministers van Binnenlandse Zaken en van Justitie.

Aangezien de Duitse deelstaten hun eigen politiesysteem kunnen inrichten, staan ze ook zelfstandig in voor de controle en het toezicht op hun politiedienst. De federale overheid verzekert dan weer de controle en het toezicht op de federale politiediensten. In een aantal deelstaten is er een controleorgaan aan het deelstatenparlement verbonden maar het federale niveau beschikt vooralsnog niet over een instantie die de politiediensten in de deelstaten controleert.

 

Besluit

 

Uit het vergelijkend onderzoek kunnen wij vooral besluiten dat de beide landen een sterk verschillend politiesysteem hebben zodat vergelijken niet altijd van een leien dakje loopt. Als de politiesystemen van twee landen al zo verschillen, dan heeft de Europese Unie nog een lange weg te gaan om de politiesystemen van de lidstaten één te maken.

 

Bibliografie

Bibliografie

 

* Bourdoux, Giles L., De Raedt, Eddy, De Mesmaeker, Marc, Liners, Alain & Berkmoes,

Henri

2005 De Wet op het politieambt. Handboek van de politiefunctie. 9de druk.

Brussel: Uitgeverij Politeia nv.

 

* Fijnaut, Cyrille, De Ruyver, Brice, Goossens, Franky (red.)

1999 De reorganisatie van het politiewezen. Leuven: Universitaire Pers.

 

* Möller, Manfred & Wilhelm, Jürgen

2003 Allgemeines Polizei- und Ordnungsrecht mit Verwaltungszwang und

Bescheidtechnik. 5. Aufl. Stuttgart: Deutscher Gemeindeverlag GmbH.

* Schenke, Wolf-Rüdiger

2004 Polizei- und Ordnungsrecht. 3. Aufl. Heidelberg: C.F. Müller Verlag.

Universiteit of Hogeschool
Vertaler Duits-Spaans
Publicatiejaar
2006
Share this on: