Spelend leren: spelmateriaal motiveert

Veerle
Beullens


Spelend leren: spelmateriaal motiveert!

Spelmateriaal en spelvormen integreren in de lessen.

 

Had je als kind ook wel eens het gevoel dat een les saai was? Het gevoel dat je je tijd aan het verdoen was? Of mocht jij ook altijd een spelletje gaan spelen als je klaar was met je oefeningen? Altijd hetzelfde spelletje?

Gedaan daarmee! Er zijn zoveel manieren om lessen leuk en leerrijk te maken.

 

De meeste leerkrachten geven nog steeds les met de gedachte dat directe instructie de beste manier is om veel leerstof in korte tijd aan te brengen.

In de praktijk blijkt echter dat een groot aantal van de leerlingen al snel afhaakt omdat ze niet geboeid zijn. Daar kan een einde aan komen.

De oplossing ligt immers voor de hand! Er is één ding dat alle kinderen graag doen, ongeacht de leeftijd of hun interesse. En dat ene ding is spelen.

Elk kind speelt. Niet omdat het moet, niet omdat de anderen het doen, maar gewoonweg omdat het leuk is. Spel heeft voor kinderen een motiverende waarde, waarom die waarde dan niet benutten?

 

Soms kan je leerstof heel interessant aanbieden door er een simpel spelletje van te maken. Wanneer je je baseert op bestaande spelletjes die de kinderen al kennen, dan heb je meteen hun aandacht gewonnen. Kinderen gaan dan zo op in het spel dat ze amper merken dat ze aan het leren zijn. Pas wanneer je nadien nagaat wat kinderen geleerd hebben, blijkt dat ze erg veel onthouden uit een spel. Ferre Laevers benadrukt al jaren het belang van welbevinden en betrokkenheid in het leerproces. Uit mijn ervaring blijkt dat kinderen meteen betrokken zijn tot een spel, omdat ze graag spelen. Ze voelen zich goed bij het spelen, waardoor hun welbevinden stijgt. Leerlingen mogen immers veel zelf doen, de spelletjes zijn aangepast aan hun niveau, ze krijgen verantwoordelijkheid,…

 

Bovendien kan je met spelletjes veel richtingen uit. In plats van spelletjes enkel in te zetten tijdens een verwerkingsmoment, kan je ze ook gebruiken in andere lesfasen. Waarom niet eens de beginsituatie verkennen met een spel? Of eens de nieuwe leerstof aanbrengen? Misschien zelfs een les al spelend evalueren? Met spelmateriaal kan je zoveel verschillende richtingen uit. Je kunt niet alleen variëren van lesfase, maar ook van vakonderdeel. Je kunt spelen tijdens de lessen Frans, maar zeker ook tijdens de lessen muzische vorming. Wanneer je je eigen creativiteit loslaat, merk je de brede mogelijkheden van het spelen.

 

Is het dan nodig voor elke les of elk lesonderwerp een spel te maken? Neen!

Eén van de meerwaarden van het spel is dat het kinderen motiveert, mede omdat het eens een andere manier van werken is dan een directe instructie. Wanneer je dan voor elke les een spel gaat maken, gaat het spelen misschien zijn motiverende waarde verliezen. Bovendien is nieuwe leerstof soms zo complex dat men beter kiest voor directe instructie. Het is aan de leerkracht af te wegen of een les geschikt is voor een spel of niet. Daarbij komt nog eens dat het maken van een spel niet altijd even gemakkelijk is en soms wat tijd vraagt. Dat maakt dat het soms onmogelijk is een spel te maken.

 

Gelukkig zijn er nog alternatieven, de spelvormen.

Onder een spelvorm versta ik een kort, krachtig moment om een extraatje in de les te steken, een les in te leiden of te eindigen. Er zijn zoveel simpele dingen die je met kinderen kan doen waardoor ze gemotiveerd geraken. Dingen waar je niet zoveel tijd moet insteken. Je wil bijvoorbeeld nieuwe woordjes van Frans of spelling aanleren, dus kies je voor een leuke spelvorm. Je kunt de leerlingen woorden laten uitbeelden, woorden laten omschrijven (zeg eens euh) of woorden laten tekenen (pictionnary). Elk van deze vormen vraagt een minimum aan voorbereiding, maar levert een maximum aan resultaat. Bovendien gun je de leerlingen ook even een moment om te bewegen, een moment waarin leerlingen hun extra energie kwijt kunnen.

 

Ben je na dit alles nog niet overtuigd om met spelmateriaal en/of spelvormen aan de slag te gaan, lees dan nog even dit.

Net als bij de directe instructie of het werken met een gewoon werkblad, kan je ook met spelmaterialen en spelvormen de vooropgezette lesdoelen realiseren. Maar er is meer… Door te kiezen voor spelmaterialen en spelvormen werk je aan talloze extra doelen. Je leert kinderen verschillende sociale vaardigheden zoals eerlijk spelen, tegen je verlies kunnen, samenwerken, inbreng van anderen waarderen,… Bovendien werk je nog aan talloze muzische doelen zoals spreekvaardigheid, spreekdurf, expressie,…

 

Peuters en kleuters hebben altijd al spelend geleerd. Mede daardoor zijn al veel scholen begonnen met het uitwerken van een spelbeleid op school. Dat is een stap in de goede richting, maar ik denk dat er meer mogelijk is. Wanneer alle leerkrachten zich inzetten om lessen speels en aangenaam te maken, en deze kennis delen met collega’s, kan het schoolleven voor kinderen een stuk aangenamer worden. Naar mijns inziens zullen vele leerlingen baat hebben bij een spelbeleid op school, maar zonder uw hulp zullen we dit nooit te weten komen.

 

 

 

Bibliografie

Boeken:

 

Centrum spelmethodiek (1997). Spel werkt: leer spelen. Utrecht: HvU Press.

De Groot, R. (2001) Kinderen en spel: spelenderwijs wijzer worden. Amsterdam:

Boom.

Moyles, J. , Both, K. , & redactie. (1993). Laat ze toch spelen: de rol van het spel

voor jonge kinderen. Nijkerk: uitgeverij Intro.

 

Handleidingen:

 

De Decker, G. en Houwen, B. (2002). Werosignaal. Wereldoriëntatie voor de derde

klas. Handleiding. Mechelen: Wolters Plantyn.

Callewaert, M., Dhondt, H., Duyvejonck, G., Neirynkc, P., Raes, G., Twiesselmann, M. , et al. (z.d.). De nieuwe wereld. Handleiding 6e leerjaar. Wommelgem: Van In.

 

Leerplannen:

 

VVKBaO. (2000). Nederlands: taalbeschouwing: deelleerplan. Brussel: VVKBaO.

VVKBaO. (1998). Wereldoriëntatie: leerplan. Brussel: VVKBaO.

VVKBaO. (1998) Frans: leerplan. Brussel: VVKBaO.

VVKBaO. (1998) Wiskunde: leerplan. Brussel: VVKBaO.

VVKBaO. (1999) Muzische opvoeding: algemeen deel: leerplan. Brussel: VVKBaO.

VVKBaO. (2000) Nederlands: lezen; deelleerplan. Brussel: VVKBaO.

VVKbaO. (2000) Nederlands: luisteren en spreken: deelleerplan. Brussel: VVKBaO.

OVSG. (1998) Wiskunde: leerlijn meetkunde. Brussel: OVSG.

 

Download scriptie (3.29 MB)
Universiteit of Hogeschool
Thomas More Hogeschool
Thesis jaar
2008