Geneesmiddelenmisbruik bij ouderen. Kwalitatief belevingsonderzoek bij chronische 65+ gebruikers

Ineke
DENYS

Geneesmiddelen als nieuwe drugs

 

 

Sinds het ontstaan van de psychoactieve medicatie wordt onze huidige samenleving door een sterk toegenomen productie en consumptie van deze middelen gekenmerkt. Voornamelijk de oudere leeftijdsgroep consumeert deze middelen in hoge aantallen. De vraag dringt zich dan ook op welke redenen hiermee samenhangen en welke actoren hier een invloed op uitoefenen.

 

Geneesmiddelenmisbruik is te omschrijven als het langdurig en aanhoudend (chronisch) gebruik van medicatie voor niet-medische ziekten of voor ziektes waartoe de voorgeschreven medicatie niet tot nut dient. Dit gebeurt meestal in hogere dosissen dan toepasselijk is of in combinatie met andere (roes)middelen. De in België erkende psychoactieve medicijnen zijn enkel legaal verkrijgbaar op basis van een voorschrift. Het label ‘legaal’ neemt echter niet weg dat ook deze middelen een belangrijk potentieel inhouden binnen de afhankelijkheidsproblematiek van roesmiddelen in onze maatschappij. Het misbruiken van psychoactieve geneesmiddelen kan immers leiden tot het ontwikkelen van een afhankelijkheidsrelatie ten opzichte van het middel (en de noodzaak van intoxicatie van het middel om te kunnen functioneren of om lichamelijk en geestelijk welzijn te beogen).

Omwille van de psychoactieve inwerking op de geest worden deze medicijnen lovend geëvalueerd en opgewaardeerd door de bevolking. Meer en meer worden ze voorgeschreven en geconsumeerd als een gewoon onderdeel van onze levenswijze (lifestyle medicijn), ongeacht hun neveneffecten. De vraag die zich nu echter stelt is, in hoeverre de psychoactieve medicijnen zich op de ladder van misbruik situeren.

Deze vraag dient vanuit meerdere invalshoeken onderzocht te worden om een volwaardig antwoord te kunnen formuleren. Er zijn immers meerdere actoren betrokken bij de ontwikkeling van een geneesmiddel en zijn evolutie tot een lifestyle medicijn of zelfs tot een genotsmiddel. Uit mijn literatuurstudie concludeerde ik dat de artsen en de farmaceutische industrie de twee meest met de vinger gewezen actoren zijn. Toch oefent ook de consument zelf een niet te onderschatten invloed uit op zijn gebruik.

 

Geneesmiddelenmisbruik en ouderen

 

Cijfergegevens uit voorgaande studies naar het gebruik van geneesmiddelen onder de bevolking, tonen aan dat er zich de laatste 13 jaar in het gebruik van psychoactieve medicijnen een opmerkelijke stijging heeft voorgedaan.

Naast de meerderheid van vrouwelijke gebruikers, is tevens de oververtegenwoordiging van ouderen opvallend. Vanaf de leeftijd van 45 jaar stijgt per persoon de consumptie van medicijnen.

Het overmatig consumeren van medicijnen onder de oudere leeftijdsgroep kan verschillende oorzaken hebben. Naarmate het verouderingsproces vordert, ervaren ouderen een dalende lichamelijke gezondheid, alsook veranderingen op geestelijk, sociaal, cultureel en maatschappelijk vlak. Deze veranderingen dragen bij tot een stijgende afhankelijkheid ten opzichte van andere personen. Dit leidt ertoe dat zij een dalend welbevinden hebben. Zij ondervinden steeds meer niet-medische klachten waar psychoactieve medicijnen, in de vorm van coping, de oplossing voor bieden.

 

Zowel aan de hand van participerende observatie als aan de hand van face-to-face interviews, werden heel wat gegevens verzameld die naar de consumptie bij ouderen en hun eigen houding daaromtrent peilden. De gegevens uit mijn onderzoek, wijzen erop dat de meeste gebruikers langdurig gebruik van psychoactieve medicatie (van 3 maand tot 32 jaar) eerder als een gewoon onderdeel van hun leven zien. Zijzelf zien de omvang en de ware problematiek van hun gedrag niet, omdat ze hun persoonlijke invloed op hun consumptiegedrag buiten beschouwing laten. In de meeste gevallen wordt de verantwoordelijkheid voor buitensporige medicatie naar de arts toegeschoven. Niettemin gingen in de eerste plaats zijzelf met hun klachten en expliciete vragen naar de arts toe. Daarna hebben ze allen evenzeer de wens om het gebruik van het middel af te bouwen of te stoppen. Dit lukt hen echter niet zonder voldoende bijstand van de arts. Uit schrik voor de ontwenningsverschijnselen die ze ervaren en aanzien als hun oorspronkelijke ziektesymptomen, consumeren ze het middel al gauw terug verder. Het idee dat ze er niet zonder kunnen, is hierdoor nog sterker aanwezig. Hun falen om af te bouwen of te stoppen met het middel, leidt ertoe dat ze het middel aanhoudend verder consumeren zonder het meermaals in vraag te stellen. Ze worden passieve consumenten die alle verantwoordelijkheid naar de arts toeschuiven. Het geneesmiddel wordt niet meer louter als geneesmiddel beschouwd, maar gaat stilletjes aan over naar een gewoonte, een soort van levensstijl.

Het is opmerkelijk hoeveel bevraagde gebruikers zelf aanhaalden dat psychoactieve medicatie verslavend werkt en dat zij zelf geloven dat ze eraan verslaafd zijn. Nochtans beweerden alle respondenten een positieve houding tegenover de psychoactieve medicijnen te hebben. Alhoewel ze dus zelf aanhalen afhankelijk te zijn aan hun medicatie, kennen ze hier een volledig ander gewicht aan het woord ‘verslaving’ toe. Ze zien hun afhankelijkheid niet als negatief, gevaarlijk of bedreigend voor de gezondheid in vergelijking met een alcohol- of drugsafhankelijkheid.

 

 

Door in te spelen op de kennis van de mens over psychoactieve middelen, acht ik het mogelijk om de consument bij zijn gebruik betrokken te houden. Het verlenen van informatie over de verschillende neveneffecten en ontwenningsverschijnselen die aan dergelijke middelen eigen zijn, laat de consument immers toe om zijn eigen gebruik kritisch te evalueren. Vele gebruikers bezitten namelijk bij de inname van hun middel een verkeerde attitude over de werking van psychoactieve medicatie. Ze geloven in het middel alleen en werken niet zelf aan hun geluk en/of ongeluk. Er is een opmerkelijk verschil waar te nemen tussen de mensen die enkel het middel innemen en de mensen die persoonlijk ook hun karakter en levenswijze ingrijpend trachten te veranderen. Deze laatste hebben een veel optimistischere kijk op hun geboekte vooruitgang met behulp van hun psychoactieve medicatie en voornamelijk ook hun aangepast gedrag en ingesteldheid. Ze kijken uit naar een toekomst zonder psychoactief middel en hebben terug veelbelovende verwachtingen.

Het innemen van medicatie als copingstrategie voor niet-medische ziektes is aldus een oplossing die geen impact heeft op de werkelijke oorzaken van het probleem. Zolang de werkelijke oorzaken niet worden aangepakt en de maatschappelijke evoluties naar normalisering en medicalisering – steunend op winstbejag – blijven aanhouden, is het misbruiken van geneesmiddelen een blijvende tendens die zich steeds verder zal uitbreiden. De vraag is echter; ‘Hoe maakbaar is de mens?’ Hoelang kan dit pillensprookje aanhouden, vooraleer we beseffen dat gemakzucht niet altijd de beste oplossing is? Soms moet je leren aanvaarden dat het leven niet perfect is, niet perfect kan zijn, en ‘het normale’ niet bestaat.

Bibliografie

ACKERS, H.L., ‘Racism, Sexuality, and the Process of Ethnographic Research’ in Interpreting the Field. Accounts of Ethnography, HOBBS, D. & MAY, T., (eds.), Oxford, Cordon Press, 1993, p. 209-240.

 

ANTHIERENS, S., Benzodiazepines: sleeping through the problem. (Avoiding of) Initiation of benzodiazepines in primary care, perceptions of general practitioners, patients and nurses, Gent, 2008, 144 p. (doctoraat Universiteit Gent, Departement of General Practice and Primary Health Care)

 

ANTHIERENS, S., HABRAKEN, H., PETROVIC, M., DEVEUGELE, M., DE MAESENEER, J. & CHRISTIAENS, T., ‘First benzodiazepine prescriptions. Qualitative study of patients’ perspectives’, Canadian Family Physician, 2007, 1200-1201.

 

ANTHIERENS, S., HABRAKEN, H., PETROVIC, M. & CHRISTIAENS, T., ‘The lesser evil? Initiating a benzodiazepine prescription in general practice. A qualitative study on GP’s perspectives’, Scandinavian Journal of Primary Health Care, 2007, 1-6.

 

ARONSON, J., ‘When I use a word… Medicalization’, BMJ, 2002, 904 p.

 

BAKKER, E. & VAN BUUREN, H., Onderzoek in de gezondheidszorg, Groningen, Noordhoff Uitgevers, 2009, 274 p.

 

BARTER, G. & CORMACK, M., ‘The long-term use of benzodiazepines: patients’ views, accounts and experiences’, Family Practice, 1996, 491-497.

 

BAYINGANA, K., DRIESKENS, S. & TAFFOREAU, J., Depressie. Stand van zaken in België, elementen voor een gezondheidsbeleid, Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid, Brussel, 2002, 117 p. (rapport)

 

BAYINGANA, K., DEMAREST, S., GISLE, L., HESSE, E., MIERMANS, P.J., TAFFOREAU, J. & VAN DER HEYDEN, J., Gezondheidsenquête door middel van interview België 2004, Boek I; Inleiding, Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid, Federale Overheidsdienst Economie, K.M.O., Middenstand & Energie, Brussel, 2004, 45 p. (rapport)

 

BAYINGANA, K., DEMAREST, S., GISLE, L., HESSE, E., MIERMANS, P.J., TAFFOREAU, J. & VAN DER HEYDEN, J., Gezondheidsenquête door middel van interview België 2004, Boek V; Medische consumptie, Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid, Federale Overheidsdienst Economie, K.M.O., Middenstand & Energie, Brussel, 2004, 787 p. (rapport)

 

BELGISCH CENTRUM VOOR FARMACEUTISCHE INFORMATIE, Gecommentarieerd Geneesmiddelenrepertorium 2009, 22e editie, Brussel, Uitgeverij J.M. Maloteaux, 2009, 504 p.

 

BEYNON, C. M., ‘Drug use and ageing: older people do take drugs!’, Age and Ageing, 2008, 1-3.

 

BILLIET, J., ‘De gestandaardiseerde vragenlijst’, in Een samenleving onderzocht. Methoden van sociaal-wetenschappelijk onderzoek, BILLIET, J. & WAEGE, H., (eds.), Antwerpen, Uitgeverij De Boeck nv, 2006, 223-284 p.

 

BOGAERT, M., Gebruik en misbruik van geneesmiddelen, Gent, 1986, 36 p.

 

BOUMA, J., Slikken. Hoe ziek is de farmaceutische industrie?, Antwerpen, Uitgeverij L.J. Veen, 2006, 511 p.

 

BRITTEN, N., Medicines and society. Patients, professionals and dominance of pharmaceuticals, New York, Palgrave Macmillan, 2008, 205 p.

 

BUZIARSIST, J., DEMAREST, S., GISLE, L., TAFFOREAU, J., VAN DER HEYDEN, J. & VAN OYEN, H., Gezondheidsenquête door middel van interview België 2001, Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid, Nationaal Instituut voor de Statistiek, Brussel, 2002, 2493 p. (rapport)

 

CAMBRÉ, B. & WAEGE, H., ‘Kwalitatief onderzoek en dataverzameling door open interviews’ in Een samenleving onderzocht. Methoden van sociaal-wetenschappelijk onderzoek, BILLIET, J. & WAEGE, H., (eds.), Antwerpen, Uitgeverij De Boeck nv, 2006, 319-321 en 335-340.

 

CHRISCHILLES, E. A., VANGILDER, R., WRIGHT, K., KELLY, M. & WALLANCE, R. B., ‘Inappropriate medication use as a risk factor for self-reported adverse drug effects in older adults’, The American Geriatrics Society, 2009, 1000-1006.

 

COEN, S., ‘De waarden van een pil. Over de maatschappelijke aspecten van het gebruik van anti-depressiva’ in Een ander ik. Technologisch ingrijpen in de persoonlijkheid, SLOB, M., (red.), Rathenau Instituut, Diemen, Uitgeverij Veen Magazines B.V., 2004, 85-92.

 

CONRAD, P., The medicalization of society: on the transformation of human conditions into treatable disorders, Baltimore, Johns Hopkins University Press, 2007, 204 p.

 

COONEY, D. & PASCUZZI, K., ‘Polypharmacy in the elderly: focus on drug interactions and adherence in hypertension’, Clin Geriatr Med, 2009, 221-233.

 

DECORTE, T., Methoden van Criminologisch onderzoek: Ontwerp en dataverzameling. s.l.n.d., Academiejaar 2009-2010, 185 p.

 

DECORTE, T., Kwalitatieve Criminologische Methoden en Technieken, s.l.n.d., 401 p.

 

DECORTE, T., The Taming of Cocaïne. Cocaïne use in European and American cities, Brussel, VUB University Press, 2000, 499 p.

 

DECUYPERE, P. & DECORTE, T., ‘Het succes van XTC in de danscultuur verklaard’, Verslaving. Tijdschrift over verslavingsproblematiek, 2006, 3-19.

 

DE DONDER, E., Psychoactieve medicatie. Cijfers in perspectief (1990-2002), Antwerpen, Garant, 2004, 206 p.

 

DEEG, D. J. H. & BRAAM, W., ‘Het belang van kwaliteit van leven voor ouderen zelf. Een kwantitatieve benadering’, Medische Antropologie, 1997, 136-149.

 

DEHUE, T., De depressie epidemie. Over de plicht het lot in eigen handen te nemen, Amsterdam, Uitgeverij Augustus, 2009, 333 p.

 

DEMAREST, S., GISLE, L., HESSE, E., MIERMANS, P.J., TAFFOREAU, J. & VAN DER HEYDEN, J., Gezondheidsenquête België 2004, Synthese, Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid, Federale Overheidsdienst Economie, K.M.O., Middenstand & Energie, Brussel, 2004, 79 p. (rapport)

 

DENNEBOOM, W., Improving medication safety in the elderly, Nijmegen, 2008, 160 p. (Proefschrift Radboud Universiteit Nijmegem)

 

DOOGHE, G., VANDEN BOER, L. & VANDERLEYDEN, L., De leefsituatie van bejaarden, C.B.G.S. Monografie, Brussel, 1988, 315 p.

 

DUZIJN, B., Ouderen en gezondheid: verslag van onderzoek naar psychische gezondheid en toekomstige zorgvraag van vijftigplussers in Twente, Twente, Mediant, 2006.

 

EGGER, S. S., BACHMANN, A., HUBMANN, N., SCHLIENGER, R. G. & KRÄHENBÜHL, S., ‘Prevalence of potentially inappropriate medication use in elderly patients’, Drugs aging, 2006, 823-837.

 

EUROPEAN MONITORING CENTRE FOR DRUGS AND DRUG ADDICTION, ‘Misbruik van middelen onder oudere volwassenen: een verwaarloosd probleem’, Drugs in beeld, 2008, 4 p. (nieuwsbrief)

 

FEDERAAL PLANBUREAU, Bevolkingsvooruitzichten 2007-2060, Federale Overheidsdienst Economie, K.M.O., Middenstand en Energie, Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie, Brussel, 2008. (planning paper)

 

FELDMAN, H.W. & ALDRICH, M.R., ‘The Role of Ethnography in Substance Abuse Research and Public Policy: Historical Precedent and Future Prospects’ in The Collection and Interpretation of Data from Hidden Populations, LAMBERT, E.Y., (ed.), Rockville MD, National Institute on Drug Abuse, 1990, 12-30 p.

 

FINLAYSON, R.E., ‘Misuse of Prescription drugs’, The International Journal of the Addictions, 1995, 1871-1901.

 

Gesprek met deskundige in de huisartsgeneeskunde Prof. dr. Marc Demeyere, UZ Gent K3, 1 december 2009.

 

GOSSOP, M. & MOOS, R., ‘Substance misuse among older adults: a neglected but treatable problem’, Addiction, 2008, 347-348.

 

HAAFKENS, J., Rituals of Silence. Long-term tranquilizer use by women in the Netherlands. A social study, Amsterdam, Het Spinhuis Publishers, 1997, 177 p.

 

HEYLEN, L. & MORTELMANS, D., ‘Trends in sociale participatie en isolatie van ouderen’ in Ouderen in Vlaanderen 1975-2005, CANTILLON, B., VAN DEN BOSCH, K. & LEFEBURE, S., (red.), Leuven, Acco, 2007, 109-138.

 

INTERNATIONAL NARCOTICS CONTROL BOARD, Psychotropic Substances. Statistics for 2008 – assessments of Annual Medical and Scientific Requirements for Substances in Schedules II, III and IV of the Convention on Psychotropic Substances of 1971, United Nations Publication, New York, 2009, 376 p. (tussentijds rapport)

 

INTERNATIONAL NARCOTICS CONTROL BOARD, Report of the International Narcotics Control Board for 2009, United Nations Publication, New York, februari 2010, 149 p. (jaarverslag)

 

IYER, S., NAGANATHAN, V., MCLACHLAN, A.J. & LE COUTEUR, D.G., ‘Medication Withdrawal Trials in People Aged 65 Years and Older’, Drugs Aging, 2008, 1021-1031.

 

JANSSEN, M., ‘ADHD-er leeft op 5 sporen tegelijk’, Deviant, 2005, 4-8.

 

JYLHÄ, M. & JOKELA, J., ‘Individual Experiences as Cultural – a Cross-cultural Study on Loneliness Among the Elderly’, Ageing and society, 1990, 295-315.

 

KAPLAN, G.A., ‘Health and Aging in the Alameda County Study’, in Aging, Health behaviours, and health outcomes, SHAIE, K.W., BLAZER, D. & HOUSE, J.S., (eds.), Hillsdale New Jersey, Lawrence Erlbaum Associates Inc., 1992, 69-88.

 

KING, M.B., GABE, J., WILLIAMS, P. & RODRIGO, E.K., ‘Long term use of benzodiazepines: the views of patients’, British Journal of General Practice, 1990, 194-196.

 

KLEEMANS, E.R., KORF, D.J. & STARING, R., ‘Mensen van vlees en bloed. Kwalitatief onderzoek in de criminologie’, Tijdschrift voor Criminologie, 2008, 323-336.

 

KLEIN, J., TURVEY, C. & WALLACE, R., ‘Elders who delay medication because of cost: health insurance, demographic, health, and financial correlates’, The Gerontologist, 2004, 779-787.

 

KONIJNENDIJK, A., Problematisch middelengebruik onder ouderen en omgang daarmee door hulpverleners, Twente, 2007, 67 p. (Bachelorthese Universiteit Twente, Psychologie)

 

LEWIS, M.J., Medicine and care of the dying. A modern history, New York, Oxford University Press Inc., 2007, p. 277.

 

MARCOEN, A., ‘Grootouderschap: een uitdaging’, in Grootouders, tussen mogen en moeten, MARCOEN, A., (red.), Leuven, Garant, 1996, p. 9-26.

 

MARCOEN, A., ‘Spirituality and Personal Well-Being in Old Age’, Ageing and Society, 1994, 521-536.

 

MASO, I. & SMALING, A., Kwalitatief onderzoek: praktijk en theorie, Amsterdam, Uitgeverij Boom, 2004, 146 p.

 

MEIJER, W.E.E., NOLEN, W.A., HERINGS, R.M.C., EGBERTS, A.C.G., LEUFKENS, H.G.M. & HEERDINK, E.R., ‘Langdurig gebruik van antidepressiva in Nederland in 1991-2001: prevalentie, incidentie en risico-indicatoren’, Ned Tijdschr Geneeskd, 2005, 708-711.

 

MATTHYS, J., ELWYN, G., VAN NULAND, M., VAN MAELE, G., DE SUTTER, A., DE MEYERE, M. & DEVEUGELE, M., ‘Patients’ ideas, concerns, and expectations (ICE) in general practice: impact on prescribing’, British Journal of General Practice, 2009, 29-36.

 

MEULENBERG, F., ‘Hyperactieve geluksextremisten. Drugs voor drukke kinderen’ in Een ander ik. Technologisch ingrijpen in de persoonlijkheid, SLOB, M., (red.), Diemen, Uitgeverij Veen Magazines B.V., 2004, 132-135.

 

MOL, A. & VAN LIESHOUT, P., Ziek is het woord niet. Medicalisering, normalisering en de veranderde taal van huisartsgeneeskunde en geestelijke gezondheidszorg 1945-1985, Nijmegen, SUN, 1989, 300 p.

 

MOYNIHAN, R. & CASSELS, A., Allemaal aan de medicijnen. Hoe de farmaceutische industrie van iedere consument een patiënt probeert te maken, Rijswijk, Uitgeverij Elmar BV, 2006, 224p.

 

MURRAY, M. D. & CALLAHAN, C. M., ‘Improving medication use for older adults: an integrated research agenda’, Annals for internal medicine, 2003, 425-429.

 

NELEN, V., BRUCKERS, L., VAN DE MIEROOP, E. & THYS, G., Gezondheidsenquête Genk-Zuid 2007, vzw Lokaal Gezondheidsoverleg, Hasselt, 2007, 58 p. (eindrapport)

 

NIEHOF, A., ‘Ouderen, zorg en welzijn: een pleidooi voor een vergelijkende benadering’, Medische Antropologie, 1997, 7-22.

 

NOORLANDER, E., ‘Misbruik van en verslaving aan medicatie’, in Drugs en Alcohol. Gebruik, misbruik en verslaving, KERSSEMAKERS, R., VAN MEERTEN, R., NOORLANDER, E. & VERVAEKE, H., (red.), Houten, Bohn Stafleu van Loghum, 2008, 126-142.

 

Novadic Kentron, Medicijnverslaving, Netwerk voor Verslavingszorg, 2 p. (brochure)

 

NYE, R., ‘Kennis over macht. Medicalisering, de staat en de rechten van het individu’ in De Zieke Natie. Over de medicalisering van de samenleving 1860-1914, NYS, L., DE SMAELE, H., TOLLEBEEK, J. & WILS, K., (red.), Groningen, Historische Uitgeverij, 2002, p.22-41.

 

PERODEAU, G. & CAPPLIEZ, P., ‘Quality of life and benzodiazepine drug use by community-dwelling elderly: a stress and coping perspective’, Reveu européenne de psychologie appliqué, 2007, 193-200.

 

PETROVIC, M., SOMERS, A. & VANDER STICHELE, R., ‘Polyfarmacie bij de oudere patiënt’, Tijdschrift voor Geneeskunde, 2008, 795-798.

 

PIETERS, T., TE HENNEPE, M. & DE LANGE, M., Pillen & Psyche: culturele eb- en vloedbewegingen. Medicamenteus ingrijpen in de psyche, Rathenau Instituut, Den Haag, 2002, 139 p. (werkdocument)

 

PIT, S. W., BYLES, J. E. & COCKBURN, J. C., ‘Prevalence of self-reported risk factors for medication misadventure among older people in general practice’, Journal of Evaluation in Clinical Practice, 2008, 203-208.

 

RINZE, B., ‘Een depressief brein. De medische blik op depressie en anti-depressiva’, in Een ander ik. Technologisch ingrijpen in de persoonlijkheid, SLOB, M., (red.), Diemen, Uitgeverij Veen Magazines B.V., 2004, 65-78.

 

ROTH, M.T., MOORE, C.G., IVEY, J.L., ESSERMAN, D.A., CAMPBELL, W.H. & WEINBERGER, M., ‘The Quality of Medication Use in Older Adults: Methods of a Longitudinal Study’, The American Journal of Geriatric Pharmacotherapy, 2008, 220-233.

 

ROTH, M. T., WEINBERGER, M. & CAMPBELL, W. H., ‘Measuring the quality of medication use in older adults’, The American Geriatrics Society, 2009, 1096-1102.

 

SAWYER, P., BODNER, E. V., RITCHIE, C. S. & ALLMAN, R. M., ‘Pain and pain medication use in community-dwelling older adults”, The American Journal of Geriatric Pharmacotherapy, 2006, 316-324.

 

SHAB, E., ‘The medicalisation of old age’, BMJ, 2002, 861-863.

 

SHEPLER, S.A., GROGAN, R.A. & PATER, K.S., ‘Keep your old patients out of medication trouble’, Nursing, 2006, 44-47.

 

SHORTER, E., Een geschiedenis van de psychiatrie. Van gesticht tot Prozac, Amsterdam, Uitgeverij Ambo, 1997, 432 p.

 

SIMONI-WASTILA, L. & KERI YANG, H., ‘Psychoactive Drug Abuse in Older Adults’, The American Journal of Geriatric Pharmacotherapy, 2006, 380-394.

 

SZASZ, T., The Medicalization of Everyday Life, New York, Syracuse University Press, 2007, 202 p.

 

THOMPSON, P., ‘I don’t feel old: Subjective ageing and the search for meaning in later life’, Ageing and Society, 1992, 23-48.

 

TONE, A., ‘Listening to the Past: History, Psychiatry, and Anxiety’, Can J Psychiatry, 2005, p. 373-380.

 

VAN BOCXLAER, J., Cursus Psychofarmaca, s.l.n.d., 168 p.

 

VANDEREYCKEN, W. & VAN DETH, R., Psychiaters te koop?, Antwerpen, Garant, 2006, 272 p.

 

VAN DER GEEST, S., ‘Ouderen en welzijn. Antropologische vragen en opmerkingen’, Medische Antropologie, 1996, 185-196.

 

VAN DER HEYDEN, J., Gezondheidsenquête door middel van interview België 2008, Rapport I: Gezondheidstoestand, Belangrijkste resultaten, Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid, Operationele Directie Volksgezondheid en Surveillance, Brussel, 2010, 32 p. (rapport)

 

VAN DER STICHELE, R. H., VAN DE VOORDE, C., ELSEVIER, M. M., et al., Geneesmiddelengebruik in de Belgische rusthuizen en rust- en verzorgingstehuizen, KCE reports, vol. 47A, Brussel, KCE, 2006, 200 p.

 

VINKS, T. H. A. M., EGBERTS, T. C. C., DE LANGE, T. M. & DE KONING, F. H. P., ‘Pharmacist-based medication review reduces potential drug-related problems in the elderly. The SMOG Controlled Trial’, Drug Aging, 2009, 123-133.

 

WAKEMAN, M.A., ‘Socially reconstructing a more “comfortable aging” process’, The Gerontologist, 2003, 420-424.

 

WATTERS, J.K. & BIERNACKI, P., ‘Targeted Sampling: options for the study of Hidden Populations’, Social Problems, Volume 36, October 1989, 416-430.

 

WIEGMANS, H. H. G., Ouderen: zelfredzaamheid, beweging en communicatie, Leuven, Garant, 1990, p. ??

 

WOLFFERS, I., Medicijnen 2008-2009. Hét standaardwerk over klachten, ziekten, behandeling en medicatie, Antwerpen, Uitgeverij Contact, 2007, 1006 p.

 

ZINBERG, N.E., Drug, Set and Setting: The Basis for Controlled Intoxicant Use, New Haven, CT: Yale University Press, 1984, 277 p.

 

ZITMAN, F.G., OUDE VOSHAAR, R.C. & KAN, C.C., ‘Stoppen met chronisch gebruik van benzodiazepinen’, Psyfar, 2006, 9-16.

 

ZUBENKO, G. S. & SUNDERLAND, T., ‘Geriatric psychopharmacology: why does age matter?’, Harvard Rev Psychiatry, 2000, 311-333.

 

 

 

Internetbronnen:

 

 

Algemene Instellingen en Bevolking (2010) ‘Statistieken van bevolking’ in Rijksregister [WWW]. IBZ: http://www.ibz.rrn.fgov.be/fileadmin/user_upload/Registre/nl/statistiek… [04/05/10]

 

FOD economie, K.M.O., Middenstand en energie (2009) ‘loop van de bevolking’ in Statistieken en cijfers [WWW]. Belgian Federal Government: http://statbel.fgov.be/nl/statistieken/cijfers/bevolking/loop/index.jsp [04/05/10]

 

LH/DB/EEM (2007) ‘Educatie opium’ in Farmacologie Nederland honderd jaar [WWW]. Rudolf Magnus Instituut: http://www.100jaarfarmacologie.nl/educatie/opium.html [04/05/10]

 

X. (s.d.) ‘Bevolking’ in België [WWW]. X.: http://users.belgacom.net/belgie/bevolking.htm [04/05/10]

 

X. (2010) ‘Codeïne’ in Medical Discoveries [WWW]. Advameg Inc.: http://www.discoveriesinmedicine.com/Bar-Cod/Codeine.html [04/05/10]

 

X. (2009) ‘Pele en viagra’ in Door de benen [WWW]. Wordpress: http://www.doordebenen.nl/pele-en-viagra/ [04/05/10]