Orchideeën zijn alom bekend en geliefd als het ideale bloemengeschenk. Ze kennen dan ook de meest uiteenlopende en prachtige bloemstructuren. Darwin sprak zelfs over een ‘afschuwelijk mysterie’. Hij was zeer geboeid door de verscheidenheid aan bloemen maar kon niet verklaren hoe ze zo verschillend konden zijn. Wat veel mensen niet weten is dat de meeste van die orchideeën, op uw vensterbank of in de natuur, epifyten zijn. Dat wil zeggen dat ze een andere plant (meestal een boom) gebruiken als habitat. Een habitat is de plaats waar een plant groeit. Zijn het dan parasieten? Neen, dat nu ook weer niet, want ze halen hun voedingsstoffen niet uit die andere plant maar uit de lucht en het vocht rond en op de boom. We kennen epifyten ook van de mossen en korstmossen die bij ons op de bomen groeien. Epifytische orchideeën groeien echter bijna uitsluitend in de regenwouden van de Tropen, waar ze een belangrijk deel uitmaken van de diversiteit aan planten.
De adaptatie van epifyten aan een leven boven de grond zorgt dat deze planten meer kans maken om licht op te vangen in het regenwoud. Deze speciale habitat maakt hen echter ook gevoeliger dan planten die op de grond leven voor veranderingen in hun leefomgeving. Net daarom hebben we deze groep van epifyten gebruikt om het effect te onderzoeken van het verdwijnen en versnipperen van hun leefgebied op de diversiteit.
Het veldwerk voor het onderzoek werd gedaan in Ethiopië. Dat klinkt misschien verrassend maar ook daar bevinden zich nog stukken regenwoud. In dit land, waar koffie oorspronkelijk vandaan komt, groeien orchideeën in de bomen, die soms tot 35 meter hoog kunnen worden. Er werden gegevens verzameld uit 2 verschillende omgevingen: een quasi onverstoord woud waar de mens nauwelijks aanwezig is en een aantal kleine bosfragmentjes, gebruikt voor de teelt van koffie. Vroeger maakten deze stukjes bos deel uit van één groot woud maar nu liggen ze door toedoen van de mens gescheiden van elkaar door akkers, een weiland of wat huisjes. Dit proces noemt men fragmentatie. De verschillende omgevingen illustreren een verschillende menselijke invloed op het regenwoud. Mensen proberen aan inkomsten te geraken door het natuurlijke woud om te vormen tot afzonderlijke, kleine semiplantages. Koffie wordt dan geteeld als een gewas in de struiklaag met bomen die de plant de nodige schaduw geven. Dit zorgt ervoor dat het bos deels bewaard blijft en niet wordt omgezet naar andere gebruiksvormen. De structuur van het bos wordt echter drastisch veranderd. De struiklaag wordt volledig omgezet naar een koffieplantage. In de boomlaag worden de grote en structuurrijke bomen geveld. Ook bomen met waardevol hout worden (illegaal) gekapt. Het verlies aan bomen en structuur in het bos heeft tot gevolg dat er meer licht het woud binnen kan. Hierdoor zijn er meer schommelingen in temperatuur en ligt de luchtvochtigheid lager. Maar wat zijn de gevolgen van die verstoring en versnippering voor de diversiteit aan orchideeën?
Op zoek naar deze pareltjes van de natuur, trokken we naar de regenwouden van zuidwest Ethiopië waar we meer dan 200 bomen beklommen. Aangezien het plukken van orchideeën ook in Ethiopië “not done” is, werd er geprobeerd om vanuit de boom de verschillende orchideeën op naam te brengen. Zo werd per boom het aantal soorten genoteerd en hoe vaak elke soort voorkomt. Dit zijn 2 belangrijke parameters om een betrouwbare schatting te krijgen van de diversiteit aan orchideeën in de verschillende systemen. Vanaf de grond werden een aantal variabelen zoals boomhoogte, boomsoort en afstand tot de bosrand (ATB) gemeten. De gemiddelde ATB van een productiesysteem is een maat voor de graad van ontbossing en fragmentatie. Toenemende intensiteit van koffieteelt weerspiegelt zich in het rooien van de hoge bomen en het systematisch verwijderen van bepaalde boomsoorten. Daarnaast werd ook in de struiklaag onder elke onderzochte boom gekeken naar de orchideeëndiversiteit.
Gewapend met dit uitgebreid arsenaal aan gegevens was het tijd om te kijken welke resultaten er na de statistische vuurproef zouden overeind blijven. Eerst en vooral werd gekeken of er verschillen waren in diversiteit tussen de 2 systemen. Zowel het aantal soorten orchideeën als het aantal individuen bleek een pak lager te liggen in de bomen van het verstoorde bos. Toch zijn er soorten die quasi uitsluitend in de verstoorde bossen voorkomen en uiteraard ook omgekeerd, en verdwijnen er een aantal gevoelige soorten. Het verschijnen en verdwijnen van deze soorten kan een belangrijke indicatie geven dat het bos niet meer natuurlijk is. Ten tweede werd gekeken naar de diversiteit in de struiklaag. Daaruit blijkt dat er geen daling is van het aantal soorten en zelfs dat het aantal individuen toeneemt in het verstoorde bos. Mogelijks is de struiklaag een toevluchtsoord in de verstoorde bossen met meer schaduw en een vochtigheidsgraad die overeenkomen met de boomlaag van het natuurlijke regenwoud.
Vervolgens bleek ook dat een aantal boomsoorten, in beide systemen, een zeer hoge diversiteit herbergen, terwijl andere soorten juist een zeer laag aantal orchideeën bevatten. Aangezien epifytische orchideeën dan weer belangrijk zijn voor een hoge diversiteit aan bvb. kevers, kan men verwachten dat deze boomsoorten hoog scoren wat betreft totale biodiversiteit. Dit is van belang wanneer men bij beheeropties moet kiezen om bepaalde bomen te vellen. Tenslotte blijkt ook dat de diversiteit van orchideeën toeneemt met de boomhoogte. Dit lijkt logisch doordat er meer variatie in de opbouw van de boom komt en hoe ouder de boom hoe groter de kans op kolonisatie door orchideeën.
Dit onderzoek toont aan dat er wel degelijk belangrijke negatieve effecten zijn van koffieteelt op de biodiversiteit in de regenwouden van Ethiopië. Daarnaast blijken epifytische orchideeën goede indicators om regenwoud van goede en minder goede kwaliteit aan te duiden. Koffie is het economisch hart van Ethiopië en zowat 15 miljoen Ethiopiërs proberen er, rechtstreeks of onrechtstreeks, van te leven. Koffieteelt is in vergelijking met andere menselijke factoren wel nog biodiversiteitvriendelijk en door een aantal eenvoudige maatregelen en compensaties kan de diversiteit deels bewaard blijven. Er is echter de noodzaak om ongerepte stukken regenwoud te vrijwaren van menselijke invloed als men de complete biodiversiteit wil waarborgen. Dat de bevolking in Ethiopië nog sterk stijgt en de bevolking uit het droge oosten en noorden van Ethiopië naar het vochtige westen trekken in hoop op een beter leven zal een steeds toenemende druk geven op de resterende wouden. Daarom is het belangrijk de mensen een alternatief inkomen te bieden, zodat ze niet hun vlucht zoeken in de, vaak illegale, houtkap. Ecotoerisme kan hier zeker een helpende hand bieden, want zeg nu zelf, wie wilt er nu niet in de bomen van het regenwoud op zoek gaan naar ‘Darwins abominable mystery’?